• No results found

Vraag nr. 25 van 4 juli 2003 van mevrouw MARIJKE DILLEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 25 van 4 juli 2003 van mevrouw MARIJKE DILLEN"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 25 van 4 juli 2003

van mevrouw MARIJKE DILLEN Woonbeleid – Evoluerende gezinssituatie

Een dynamisch woonbeleid dient rekening te hou-den met de veranderende woonnohou-den van gezin-nen en de evoluerende gezinssituaties (wijziging van inkomen, gezinssamenstelling, zorgbehoeften). 1. Op welke wijze heeft het beleid hiermee

reke-ning gehouden ?

Welke specifieke maatregelen zijn er terzake genomen ?

Op welke wijze wordt huisvestingsondersteu-ning aan gezinnen uitgebouwd en bijkomend ondersteund ?

2. Hoeveel financiële middelen zijn er sinds 2000 per begrotingsjaar vrijgemaakt om een gezins-vriendelijk woonbeleid te stimuleren ?

3. Een specifieke zorgsituatie (bv. inwonen van een gehandicapte ouder) of een veranderende gezinssamenstelling (bv. gezinsuitbreiding) vra-gen vaak een aanpassing van de gezinswoning. Welke wijzigingen zijn er sinds het begin van deze legislatuur aangebracht aan de regelgeving om dergelijk beleid te ondersteunen en soepeler te maken ?

Antwoord

1. A. In de opeenvolgende sociale huurre g l e m e n-t e r i n g e n wordn-t sn-teeds rekening gehouden met een gezindsvriendelijk woonbeleid en met een evoluerende gezinssituatie.

In de huurprijsberekening

Voor de vaststelling van het in aanmerking te nemen i n k o m e n wordt het inkomen van inwonende ascendenten (ouders, g r o o t o u-d e r s, ...) slechts voor u-de helft meegetelu-d voor de vaststelling van het inkomen.

De inkomens van de volgende personen worden niet meegerekend :

– ongehuwde kinderen van minder dan 25 jaar die zonder onderbreking – al dan

niet in de sociale woning – deel hebben uitgemaakt van het gezin.

Een minderjarig kind kan in principe niet zelfstandig wonen. In het geval dat de ou-ders gescheiden wonen, zal het kind ofwel bij de moeder ofwel bij de vader wonen. In de praktijk kan het gebeuren dat het kind tijdens de minderjarigheid, w e g e n s o m s t a n d i g h e d e n , bij de andere ouder gaat (moet gaan) inwonen. In deze gevallen wordt het minderjarig kind beschouwd als zonder onderbreking bij de kandidaat-huurder te hebben ingewoond. De voor-waarde "zonder onderbreking deel te hebben uitgemaakt van het gezin" wordt dus ruimer geïnterpreteerd ten voordele van het gezin ;

– familieleden tot de tweede graad (ouders, g r o o t o u d e r s, k i n d e r e n , k l e i n k i n d e r e n , broers, zusters) die 65 jaar of ouder zijn ; – familieleden tot de tweede graad (ouders,

g r o o t o u d e r s, k i n d e r e n , k l e i n k i n d e r e n , b r o e r s, zusters) die erkend zijn als ernstig gehandicapt.

Naast het inkomen is ook het aantal perso-nen ten laste van wezenlijk belang bij de be-rekening van de huurprijs. In de formule voor de berekening van de inkomenscoëffi-ciënt (IC) wordt een bedrag in mindering ge-bracht voor de eerste twee personen ten l a s t e. De basishuurprijs van een sociale wo-ning wordt vermenigvuldigd met de IC om de aangepaste huurprijs te verkrijgen. Voor grotere gezinnen, namelijk vanaf drie personen ten laste, wordt bovendien een h u u r v e r m i n d e r i n g t o e g e k e n d . Die huurver-mindering bedraagt 20 % voor drie personen ten laste, 30 % voor vier, 40 % voor vijf en 50 % voor zes of meer personen ten laste. De huurvermindering wordt afgetrokken van de aangepaste huurprijs.

Bij de toewijzing van een sociale woning w o rdt steeds rekening gehouden met de ratio -nele bezetting.

(2)

begrip "rationele bezetting" kan een speci-fieke invulling worden gegeven in het intern toewijzingsreglement.

Bij het beoordelen van de rationele bezet-ting zal ook rekening worden gehouden met kinderen die geplaatst zijn en/of bij wie de kandidaat-huurder een bezoekrecht heeft of co-ouderschap uitoefent en die derhalve niet permanent in de woning zullen verblijven. Evoluerende gezinssituaties

De huurprijs wordt herzien bij overlijden en pensionering van de huurder of de persoon met wie hij wettelijk of feitelijk samenwoont alsmede wanneer personen met een inko-men de woning verlaten of er koinko-men bijwo-n e bijwo-n . Ook wabijwo-nbijwo-neer het gezibijwo-nsibijwo-nkomebijwo-n met minstens 20 % daalt ten opzichte van het ge-zinsinkomen van het referentiejaar (=3d e

jaar voorafgaand aan de huurprijsbereke-ning) wordt de huurprijs aangepast.

Wanneer de gezinssituatie wijzigt, zowel qua aantal gezinsleden als wat de fysieke toe-stand van één van de bewoners betreft, k a n de huurder naar een "aangepaste" woning m u t e r e n. Sommige socialehuisvestingsmaat-schappijen hebben in hun intern toewijzings-reglement daaromtrent specifieke regels vastgelegd.

Voor zware zorgbehoevende personen is er ook een bijzonder huisvestingsstelsel, n a m e-lijk ADL (Activiteiten van het Dagee-lijks Leven).

B. Vanuit haar doelgroep – gezinnen met kin-deren en een bescheiden inkomen – stelt het Vlaams Wo n i n g f o n d s (VWF) een gezins-vriendelijk woonbeleid zeker centraal. D e opdracht van het VWF bestaat erin de ver-werving van een eigen woning voor deze doelgroep betaalbaar te maken.

Voorwaarden

Om in aanmerking te komen voor een Wo-ningfondslening wordt in de eerste plaats ge-keken naar het aantal kinderen ten laste van het kandidaat-ontlenersgezin. Een ontleners-gezin moet minstens twee fysieke kinderen of één fysiek mindervalide kind ten laste tel-len.

Naast het aantal kinderen ten laste is het ge-zamenlijk belastbaar i n k o m e n van het kandi-daat-ontlenersgezin het beslissende element om al dan niet in aanmerking te komen voor een lening.

Voor de berekening van dit inkomen worden de inkomens van volgende personen niet meegerekend :

– kinderen van minder dan 25 jaar die zon-der onzon-derbreking deel hebben uitge-maakt van het gezin ;

– familieleden van de eerste en de tweede graad (ouders, g r o o t o u d e r s, k i n d e r e n , k l e i n k i n d e r e n , b r o e r s, zussen) die erkend zijn als ernstig gehandicapt of die ten minste 65 jaar oud zijn.

Verder wordt ook de helft van het inkomen van de inwonende ascendenten (ouders, grootouders, ...) niet meegeteld.

Berekening rentevoet

Een van de specifieke kenmerken van een lening van het VWF bestaat erin dat de le-ning wordt toegekend tegen een d e g r e s s i e v e r e n t e v o e t, wat betekent dat de rentevoet omgekeerd evenredig is met het aantal kin-deren ten laste in het ontlenersgezin.

Het principe van degressiviteit wordt ook toegepast tijdens de loop van de lening : i n geval van gezinsuitbreiding wordt aldus een intrestvermindering (10 % van de referentie-r e n t e v o e t , zondereferentie-r dat de toegepaste referentie- rente-voet lager mag worden dan 40 % van de re-ferentievoet) toegestaan. Met een verminde-ring van het aantal kinderen ten laste wordt geen rekening gehouden.

Verder worden alle leningen toegestaan sinds juli 1999, om de vijf jaar herzien wat de rentevoet betreft, op basis van de evolutie van het inkomen van de ontleners.

(3)

Bovendien kan ook een beroep worden ge-daan op de premie als de woning te klein is (ongezond wegens overbevolking) of func-tioneel niet is aangepast aan de fysieke ge-steldheid van de bewoner indien deze be-jaard (minstens 65 jaar) of gehandicapt (vanaf 66 %) is.

D. Naast voorwaarden met betrekking tot de w o n i n g, gelden ook voor de verbeterings- en a a n p a s s i n g s p re m i e ( VAP) inkomensgrenzen, die verhoogd worden per persoon ten laste. Met een v e r b e t e r i n g s p r e m i e worden niet enkel verbeteringswerken, maar ook verbou-wingswerken (werken om woon-, kook- of slaapruimten uit te breiden) gesubsidieerd. Om in aanmerking te komen voor een a a n-p a s s i n g s n-p r e m i e voor bejaarden en gehandi-capten moet de aanvrager-bewoner (of hij nu eigenaar of huurder is), de partner of een in-wonend gezinslid meer dan 60 jaar oud of gehandicapt zijn. Ook hier gelden, n a a s t voorwaarden met betrekking tot de woning, inkomensgrenzen die worden verhoogd per persoon ten laste. De premie is bestemd voor de aanpassing van de technische of sanitaire installatie of van de constructie van de wo-n i wo-n g, aawo-n de fysieke gesteldheid vawo-n de be-jaarde of gehandicapte aanvrager of het in-wonende gehandicapte of bejaarde gezinslid. De noodzaak moet worden aangetoond met een medisch getuigschrift.

(4)
(5)

3. In het nieuw sociaal huurbesluit werd de eigen-domsvoorwaarde voor 55-plussers en voor per-sonen met een handicap versoepeld. Er wordt afgeweken van de toelatingsvoorwaarde dat de k a n d i d a a t-huurder geen woning in volle eigen-dom of volledig in vruchtgebruik mag hebben in b i n n e n- of buitenland, indien hij minstens 55 jaar oud is en de woning zelf bewoont alsook in-dien de hij gehandicapt is en ingeschreven voor een A D L-w o n i n g. Op die manier vormt het bezit van een eigen woning voor hen niet langer een obstakel. Verder wordt voor iedereen naar de eigendomssituatie gekeken zoals die is op het ogenblik van de toewijzing van de woning. De eigendomssituatie van de voorafgaande jaren wordt niet meer in rekening gebracht. Verder werd voorzien in de "meeneembaar-heid" van de Vlaamse registratierechten. D i t houdt in dat de registratierechten die betaald werden bij de vorige aankoop van een woning of bouwgrond die vervolgens als hoofdverblijf-plaats heeft gediend, in zekere mate en onder bepaalde voorwaarden kunnen worden afge-trokken van de registratierechten verschuldigd bij de aankoop van een nieuwe woning die als hoofdverblijfplaats dient of zal dienen, v o o r z o-ver de "oude" woning ook daadwerkelijk wordt verkocht binnen een korte periode voor of na de aankoop van de nieuwe woning.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In een rondzendbrief van mei 2002 van de toenma- lige federale minister van Verkeer en Infrastruc- tuur aan de wegbeheerders, de steden en gemeen- t e n , de provincies en de

De diverse producten die afgeleverd worden, b i e- den een antwoord op de vragen van de diverse doelgroepen die betrokken en actief zijn bij pro- vinciale platforms

Het instrument is in eerste in- stantie ontworpen voor politieke mandatarissen, maar kan ook buiten de politieke context gebruikt w o r d e n , bijvoorbeeld in een professionele

De bedoelde subsidies werden verleend krach- tens de bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 1999 houdende de instelling van een subsidie aan OCMW's

Drugpreventieproject Voetbalbond – Resultaten In het jeugdplan van de Koninklijke Belgische Voetbalbond wordt vermeld dat de KBVB preven- tieacties wil voeren tegen

Deze projecten moeten leiden tot nieuwe, bruikbare tools die bedrijven en organisaties op weg naar maatschappelijk verantwoord onder- nemen met een grote aandacht voor

In het kerntakendebat werd dan ook uit- drukkelijk opgenomen dat de Vlaamse over- heid verantwoordelijk blijft voor het uitle- nen van kampeermateriaal aan het landelijk,

De voorganger van de minister heeft verschillende malen aangekondigd dat de Vlaamse Gemeen- schap ging onderhandelen over goede en betaalba- re basisverzekeringen voor