• No results found

De onverdroten zoektocht naar racisme

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "De onverdroten zoektocht naar racisme"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

€ 2,20

72ste jaargang • nummer 32 • donderdag 11 augustus 2016 Weekblad P608721 Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X

Voor mensen met een goed hart en een slecht karakter...

Wanneer je vreugde schept in de dood van een onschuldige jongen, dan scheelt er iets aan jou. En als je het dan ook nog nodig vindt om die mening te ventileren, dan ben je bovendien een idioot.

Wat te lezen stond op sommige Facebook- pagina’s over het ongeluk van de jonge Ramzi Kaddouri, behoort tot het soort dingen dat je normaal enkel om halfeen ‘s nachts uit de mond hoort komen van de toevallige buur aan de toog die net zijn zesde Duvel heeft achterover geslagen. En daar zouden dat soort oprispingen ook blijven, als de sociale media niet zouden zijn uitgevonden.

De onderbuik van het internet

Vandaag kan elkeen met een mening, hoe marginaal ook, zijn overpeinzingen op het net gooien. En laat nu net degenen met de vreemdste opinies zich nog meer dan ande- ren aangetrokken voelen tot dit medium.

Geen toeval waarschijnlijk. Als de meeste kennissen en familieleden je een zagevent of een bizarre figuur vinden, is dat ook de enige manier om je flauwekul nog ergens kwijt te kunnen.

Maar zelfs dat hoeft eigenlijk geen pro- bleem te zijn. In tegenstelling tot het gelal van de zatte buur aan de toog, kan je menin- gen op het internet negeren. Je hoeft er niet op te antwoorden en als het je toch te veel wordt, kan je mensen “ontvrienden”, waar- door je niets meer van hen te lezen krijgt. Als je toch voortdurend geconfronteerd wordt met meningen die je choqueren, is dat dan ook meestal je eigen schuld. Dat geldt nog meer als je er echt naar op zoek gaat.

En dat is precies wat Youssef Kobo deed.

Deze CD&V-bediende ging, tijdens de lege werkdagen van het parlementair verlof, wat

snuisteren op de pagina van “de Vlaamse Verdedigingsliga”, een obscure anti-islamiti- sche club op Facebook die graag straffe praat uitslaat. Toen daar domme en verwerpelijke uitspraken verschenen over de dood van de Marokkaanse tiener, kopieerde Kobo deze gewoon naar zijn eigen pagina en contac- teerde daarna de pers. En daar was men maar al te happig om het spel mee te spelen.

Voor Kobo kwam de rel ook goed uit.

Vorige week was hij nog op de korrel geno- men door De Wever. Hij blijkt namelijk zijn vroegere carrière als professioneel antira- cist goed te hebben gecombineerd met een geschiedenis van antisemitische uitspraken (zie het artikel in ons blad van vorige week).

Werkgever CD&V werd door de zaak serieus in verlegenheid gebracht. De racisme-rel was een gedroomde gelegenheid om de aandacht af te leiden.

Maar ook de pers was opgetogen met deze zaak. Maandenlang al ondergaan journalisten en intellectuelen de mokerslagen die de isla- mitische terreur en het multiculturele geweld toebrengen aan hun politiek correcte wereld- beeld. Eindelijk bood zich nog eens een kans om weer even terug te keren naar de ver- trouwde fantasiewereld waarin enkel Vlaams racisme de weg blokkeert naar een harmoni- euze multiculturele samenleving. “Hoera! We hebben racisten gevonden!”, titelde publicist Eddy Daniëls sarcastisch over de gretigheid waarmee de media zich op deze zaak heb- ben gestort.

Politiek misbruik

Van de professionele antiracisten was de reactie voorspelbaar. Maar ook N-VA’ster Zuhal Demir deed zowaar een oproep om het Gelijkekansencentrum (UNIA) in te scha-

kelen tegen de onnozelheid op Facebook. Is zij dan vergeten welke conflicten haar par- tij gehad heeft met dit centrum? En dat de N-VA al meermaals gezegd heeft dat zij de rol van dit centrum net wil terugdringen? Voor- aleer Zuhal de bloedhonden van de politiek correcte repressie loslaat op de toogpraat van Facebook, zou ze eens moeten stilstaan bij het gegeven dat het Gelijkekansencen- trum, in zijn lange geschiedenis, nog NOOIT is opgetreden tegen enige vorm van anti- Vlaams racisme vanwege vreemdelingen, ook niet wanneer dat komt in de vorm van ver- werpelijke praat op sociale media. Kunnen we dan nu ook de Vlaamse dwazen met rust laten, alstublieft?

De verklaringen van Demir en andere N-VA’ers hielpen trouwens niet om de partij buiten schot te houden. Het cynisme waar- mee sommigen de zaak-Ramzi politiek pro- beerden uit te buiten was een stuk walgelijker dan de fel besproken internetcommentaren zelf. “Ze (N-VA) wakkeren eerder racisme en discriminatie aan”, fulmineerde sp.a’ster Yas- mine Kherbache. Kristof Calvo (Groen), de man die van nijdigheid een olympische dis- cipline heeft gemaakt, wilde niet onderdoen:

“Ik ging niet tweeten tijdens vakantie, maar de hypocrisie van N-VA maakt me boos. Ze mainstreamen al geruime tijd xenofobie en dus racisme.”

Theo Francken toonde zich uit sterker hout gesneden dan sommigen van zijn partijge- noten. Hij sloeg terug. “Het klimaat waarin racisme gedijt is jarenlang gemanaged door sp.a en Groen”, stelde hij. “Sp.a en Groen heb- ben een veel te laks migratiebeleid gevoerd en veel Belgen keuren dat al jaren af in het stemlokaal.”

Wees blij

Laat ons even een denkoefening maken.

Beeld je in dat de islamitische wereld nu al maanden het doelwit is van een veelheid aan bloedige islamofobe aanslagen, allen gepleegd door westerse immigranten. Dat christenen met vrachtwagens inrijden op een volksfeest in Casablanca of Riyad, met

de bedoeling zoveel mogelijk slachtoffers te maken. Dat blanke sympathisanten van de KKK in het wilde weg beginnen te schieten in de straten van Islamabad, onder het roe- pen van “God is groot”. Dat op oudejaars- avond honderden islamitische vrouwen op het Tahrirplein in Caïro publiek worden aan- gerand door Europese immigranten?

Wat zouden de gevolgen zijn voor de christelijke minderheden en westerlingen in heel de islamitische wereld? Enkel een paar scheldpartijen op Facebook? Denk even goed na. En prijs je dan gelukkig over de gema- tigdheid van de westerse reacties tegen de volgehouden agressie vanwege mensen die hier onderdak hebben gekregen. Wees blij dat racistische toogpraat op het internet, hoe ergerlijk ook, het enige is dat je krijgt als reactie op de gebeurtenissen van de laatste maanden.

Die gebeurtenissen verdienen nog steeds een volwaardig debat, zonder taboes. En net daar gaat het over. Antiracistische hetze heeft de bedoeling dit debat vooraf te ondermij- nen. De filosoof Maarten Boudry maakte een juiste inschatting in zijn vrije tribune in De Standaard (6/8): “Iemand die hamert op de verdediging van westerse waarden? Racisme.

Iemand die een bedreiging in de islam ziet?

Een racist. Een pleidooi voor integratie, zor- gen om dubbele nationaliteit? Dat moet wel

‘elite-racisme’ zijn. Zorgen om terreurdrei- ging? Niets dan een ‘opstoot van xenofobie’”.

Heeft deze doorzichtige poging, om de focus van het debat te verleggen naar het vermeend racisme van de autochtonen, kans op slagen?

Tien jaar geleden misschien wel. Het gebrek aan zin voor proportie vanwege de antiracisti- sche huilebalken is vandaag te manifest. Pro- beer de zwaarwichtige klaagzang over de isla- mofobe marges van het internet maar eens vol te houden terwijl een islamitische illegaal met een machete aan het inhakken is op de gezichten van twee vrouwelijke politieagen- ten in Charleroi. Allahoe akbar!

Vergeet de jacht op Pokemons. Pers en politiek hebben een nieuw spelletje gevonden.

Het heet “zoek de racisten”. Die zijn een stuk zeldzamer dan Pokemons. Maar de belo- ning bij een geslaagde vangst is veel groter: de genoegdoening van het etaleren van je morele superioriteit (het helpt als je gemakkelijk een lijkbiddersgezicht kan opzet- ten, zoals Wim de Vilder) en de kans om de politieke agenda naar je hand te zetten (het helpt als je een gebrek aan gêne hebt, zoals Kristof Calvo).

De onverdroten zoektocht naar racisme

(2)

Actueel

11 augustus 2016

2

Uit de smalle beursstraat

Nieuwe moskeeën: ook in brede Vlaamse Rand

Hoofdzetel:

Hoogstratenplein 1 2800 Mechelen

Geen woorden

maar daden!

Voor een Vlaamse

sociale zekerheid!

Bel gratis 0800 179 75 of surf voor ons kantorennetwerk even naar vnz.be

Word lid van het VNZ

De tijd dat de oprichting van nieuwe moskeeën alleen maar iets was voor de getto- wijken van de steden, ligt al een tijdje achter ons. Ook in de brede Vlaamse Rand begin- nen ze her en der op te duiken. Het is soms verbazend wie allemaal het voortouw neemt in het verzet hiertegen.

Al-Ikhlaas in Zemst

Zo is er de opmerkelijke actie van het gemeentebestuur van Zemst (CD&V/N-VA) tegen een ‘educatief centrum’ en gebedshuis dat de Mechelse stichting ‘Al-Ikhlaas’ wil reali- seren in een pand aan de Tervuursesteenweg in Hofstade. Het appartementsgebouw ligt vlak op de grens met Mechelen. Burgemeester Bart Coopman (CD&V) is van oordeel dat zo’n mos- kee in Mechelen zelf thuis hoort omdat het gros van de bezoekers van daaruit afkomstig is. Bijkomend argument is dat de aanwezig- heid van een moskee leidt tot een aantal ver- plichtingen zoals het detecteren van radicali- sering, iets waarmee een kleinere gemeente als Zemst geen ervaring heeft.

Al in 2013 zorgde het gemeentebestuur voor een opmerkelijke tegenactie: de gemeente- raad maakte gebruik van het voorkooprecht om zelf het pand aan te kopen met het oog op de bouw van vier sociale appartementen. Een zeer slimme zet, die natuurlijk enkel mogelijk is wanneer je als gemeente een eigen woon- beleid voert en zo’n initiatief op een geloof- waardige manier kan kaderen en verantwoor- den. De islamitische eigenaar die het gebouw voor een prikje aan de moskeegemeenschap had willen verkopen, zag zijn project gekaapt

en ging hiertegen in beroep bij de Raad van State. De man ving bot: begin juli aanvaardde de Raad van State de sociale motieven van het gemeentebestuur van Zemst en werd de aan- koop door de gemeente bezegeld. De moskee- vereniging kan dus op haar kin kloppen.

Indonesische salafisten in Sterrebeek

Ook in Zaventem staat het gemeentebestuur van VLD, CD&V en N-VA kritisch tegenover de komst van een nieuwe moskee, met name in het centrum van Sterrebeek. In het voormalige KBC-gebouw aan de Mechelsesteenweg wil men een ‘ontmoetingsruimte’ bouwen voor moslims uit Indonesië. Het zou gaan om de eerste Indonesische moskee van het land. Ster- rebeek is hiervoor een erg vreemde keuze, ver- mits er in deze deelgemeente noch elders in Zaventem veel Indonesiërs wonen. Wel woont de ambassadeur van dat land in Zaventem, en we mogen dus veronderstellen dat die man achter de schermen aan de touwtjes trekt.

Nochtans gaat het niet om een onschul- dige, brave islamitische groep. Het gaat vol- gens Guido Naets (zelf Sterrebekenaar) om aanhangers van de salafistische multinational KPMI, die streeft naar de overheersing van de sharia in de wereld. Deze wordt stevig gefinan-

cierd vanuit Saoedi-Arabië. Guido Naets waar- schuwt dat Sterrebeek dreigt te veranderen in het ‘Klein Molenbeek van de Oostrand’.

In deze Zaventemse deelgemeente waakt sinds een paar decennia de Vlaamsgezinde en pluralistische vereniging ‘Sterrebeek 2000’.

Naets was er ooit nog voorzitter van. Deze ver- eniging kan onmogelijk worden bestempeld als rechts of uiterst rechts, maar heeft wel stevig tegen de komst van de moskee gemobiliseerd.

Argumenten zijn vooral de leefbaarheid van de omgeving en het gebrek aan parkeerplaat- sen. Ook het feit dat de Indonesiërs Sterrebeek voorstellen als een deelgemeente van Brussel en bovendien Franstalige affiches verspreiden voor hun fondsenwerving (tot in Borgerhout toe!) heeft ongetwijfeld een rol gespeeld in het engagement van Sterrebeek 2000. De actie bleek niet zonder gevolg: meer dan 800 inwo- ners van Sterrebeek dienden een bezwaar- schrift in.

Het schepencollege kon dit massale pro- test van de bewoners onmogelijk negeren en bracht op 18 juli een ongunstig advies uit inzake de verbouwingsaanvraag van de Indo- nesiërs. Het baseerde zich hiervoor op het vrij ongeloofwaardige karakter van de bouwaan- vraag, waarin gesteld werd dat de maximale capaciteit zou beperkt blijven tot 45 bezoekers.

Het gebouw is relatief groot, zodat het aan- tal bezoekers veel hoger kan oplopen. Sche- pen van Ruimtelijke Ordening Eric van Rom- puy bracht de beslissing van het college met een uitgebreid persbericht naar buiten. Het is nu afwachten wat het definitieve oordeel zal zijn van de bestendige deputatie van Vlaams- Brabant, maar gezien het krachtige standpunt van het college en het zeer massale protest is de kans klein dat de vergunning er komt.

Arrahman in Halle

Een derde moskee die de afgelopen maanden de aandacht trok, is de vzw Mos- kee Arrahman in Halle. Dat is een bestaande Marokkaanse moskeevereniging in de Halse Sint-Rochuswijk. Deze wil haar huidig gebouw slopen en een heus cultuurcentrum bouwen in islamitische bouwstijl, met een driemaal grotere capaciteit dan vandaag. Het lokale Vlaams Belang had in de buurt 500 pamflet- jes verspreid en daarop werden meer dan hon- derd bezwaarschriften ingediend. De kwes- tie kreeg heel wat aandacht in de lokale pers.

Het schepencollege (CD&V, sp.a, Open Vld) heeft de vergunning begin april geweigerd.

Het is niet principieel gekant tegen het pro- ject, maar baseert zich vooral op stedenbouw- kundige argumenten, met name een gebrek aan parking en toegankelijkheid. Het is inmid- dels de derde keer dat een bouwaanvraag van- wege deze Marokkaanse gemeenschap wordt geweigerd.

Hicret in Strombeek-Bever

Ten slotte zijn er nog de plannen van de Turkse moskeevereniging Hicret in Strom- beek-Bever (Grimbergen). Ook dit is een reeds bestaande gemeenschap die zelfs op de Vlaams-Brabantse lijst staat van mogelijk

te erkennen moskeeën. Momenteel beschikt ze over een smal pand (een voormalig café) in de Strombeekse Villegasstraat, dat dienst doet als gebedshuis en tegelijk ook als Turks cultuurcentrum. De vereniging kocht evenwel een groot handelshuis (zeg maar magazijn) aan de Grimbergsesteenweg, waar ze alleen al op het gelijkvloers over meer dan 250 m² nuttige ruimte kan beschikken. De lokale han- delaars vrezen dan ook dat de parkeerdruk in de straat enorm zal toenemen. Vandaag reeds ligt het aantal parkeerplaatsen in de straat bij- zonder laag. De winkeliers aan de overkant van de moskee vrezen voor hun voortbestaan zodra het cultuurcentrum operationeel is.

Als we Felice Dassetto mogen geloven in zijn wetenschappelijk boek “L’Iris et le crois- sant. Bruxelles et l’Islam au défi de la co-inclu- sion” van de ‘Presses universitaires de Louvain’

(UCL, 2011) behoort de moskeevereniging van Strombeek tot de politiek-religieuze bewe- ging ‘Milli Görüş’. Dit is de tweede grootste Turkse koepel van moskeeverenigingen, na het enorme netwerk van Diyanet (de koepel van de Turkse overheid, die ruim de helft van de Turkse moskeeën groepeert). Milli Görüş is zo mogelijk nog meer militant dan Diyanet en ijvert ervoor dat Turkije zijn islamitische iden- titeit nog veel meer zou benadrukken. De AKP van Erdogan is uit Milli Görüş ontstaan. In De Morgen van 23 januari jl. bestempelde jour- nalist Koen Vidal Milli Görüş als “een conser- vatieve, antiwesterse organisatie.” Toch zou Hicret binnen afzienbare tijd dus in aanmer- king komen voor provinciale subsidies.

Om het handelspand om te vormen tot een cultuurcentrum annex moskee is een bestem- mingswijziging nodig via het schepencollege.

Het Grimbergse college is over de kwestie diep verdeeld en het is nog helemaal niet duidelijk wat de uitkomst wordt van dit verhaal. Niette- min is de vzw Hicret inmiddels begonnen met inrichtingswerken in het gebouw. Zeker na al hetgeen we de voorbije weken te zien kregen van Turkse antidemocratische uitspattingen, zowel in Turkije als bij ons, kunnen we ons de vraag stellen of Vlaanderen nood heeft aan cultuurcentra die in essentie gericht zijn op de afwijzing van onze westerse manier van leven.

BL

Mythes over allochtonen en arbeidsmarkt.

Elke studie toont het opnieuw aan: ondanks de relatief lage groei doet de arbeidsmarkt het goed. Volgens de Nationale Bank van België komen er 41.400 banen bij, een stijging met 0,9 procent. De werkzaamheidsgraad (het aantal werkenden ten opzichte van de beroepsbevolking) blijft wel rond een goede 67 procent hangen omdat er zich een stijging voordoet van het aantal mensen dat zich daadwerkelijk op de arbeids- markt aanbiedt. Onder andere 55-plussers die door de ver- strenging van het brugpensioen niet meer in de inactiviteit kunnen blijven.

Het is dan ook zo dat het aantal 55-plussers dat werkt alleen maar blijft toenemen. Dat is trouwens het geval voor alle zogenaamde kansengroepen (jongeren, laaggeschoolden,…), behalve voor één categorie: de niet-EU-inwoners en Belgen van allochtone afkomst. In die categorie neemt de werkloos- heid niet af. Erger nog, ze stijgt. Terwijl het aantal werklozen in Vlaanderen het voorbije jaar met 3 procent is gedaald nam dat aantal bij de vreemdelingen met 3,2 procent toe. In Wallo- nië was er zelfs een stijging met 6,8 procent. In Brussel daalde het aantal werkloze niet-EU-burgers en allochtonen weliswaar met 1,6 procent, maar de algemene daling van de werkloos-

heid in het gewest bedroeg 5,3 procent.

In het laatste verslag van de Hoge Raad voor de Werkgele- genheid staat te lezen dat de werkzaamheidsgraad van niet- EU-burgers en allochtonen in België 45,2 procent bedraagt. Dat is het tweede zwakste cijfer in Europa. Mensen van vreemde origine raken dus maar niet op de arbeidsmarkt.

Voor organisaties als Unia is de oorzaak duidelijk: discrimi- natie. Bedrijven zouden geen allochtonen willen aannemen.

En ook particulieren willen ze niet, bijvoorbeeld om te poet- sen via dienstencheques. Het is een vaak gehoord verhaal.

Opvallend daarbij is dat vooral de uitzendbureaus in het vizier komen. Al langer dan vandaag is er een strijd aan de gang tus- sen de interim-bedrijven enerzijds en anderzijds Unia (vroe- ger het CGKR). En dat terwijl de uitzendbureaus net één van de beste kanalen zijn om allochtonen aan een baan te helpen.

Nu proberen instellingen als Unia de Vlamingen een schuld- gevoel over racisme aan te praten, daarbij geholpen door kran- ten als De Standaard, waar nog amper een redacteur rondloopt die verstand heeft van de werking van de arbeidsmarkt. Dat verwijt van ‘racisme’ is natuurlijk te gek voor woorden.

Er moet hier, voor eens en altijd, een misterverstand, ja zelfs

een mythe, uit de wereld worden geholpen: discriminatie is niet de eerste oorzaak van de zwakke positie van allochto- nen op de arbeidsmarkt. Onderzoek toont aan dat er andere redenen zijn die veel belangrijker zijn. De eerste is het gebrek aan een netwerk, zeker buiten de eigen gemeenschap, die helpen om aan een job te raken. Tweede reden is het oplei- dingsniveau.

Die laat bij niet-EU-inwoners vaak te wensen over. Dat blijkt nu ook met de vele zogenaamde vluchtelingen in Europa. Het verhaal dat dat hier veel hooggeschoolden tussen zitten die onmiddellijk aan de slag kunnen, klopt langs geen kanten.

Meer nog, bij bepaalde asielzoekers zoals de Afghanen, zitten meer dan 50 procent analfabeten. Derde element is de gebrek- kige talenkennis. Onder andere in Brussel blijft dit een pro- bleem. 90 procent van de werkzoekenden kent geen Neder- lands. Maar ook de gebrekkige kennis van het Frans is meer en meer rampzalig. En dan is er de arbeidsattitude die bij alloch- tonen vaak te wensen overlaat. Tijdig op het werk komen is bij niet-EU-werkzoekenden vaak een probleem, om slechts één voorbeeld te noemen. Pas op de vijfde plaats speelt discrimi- natie een rol. De zwakke positie van de allochtonen en asiel- zoekers op de arbeidsmarkt is dus geen gevolg van het beleid.

Het zou beter zijn dat men in de eigen groep wat meer aan introspectie doet. AngéLique VAnderstrAeten Het aantal jobs stijgt, maar niet voor niet-EU-buitenlanders en allochtonen. In deze tijden waar overal in Vlaan-

deren racisten worden gezien, ligt de uitleg voor de hand: discriminatie maakt dat mensen van allochtone origine moeilijk aan een baan geraken. Dat klopt niet.

(3)

Actueel 11 augustus 2016 3

Eerste zorger voor veiligheid

Mijnheer de fel belaagde,

Jaren geleden – in tempore non suspecto – waren incidenten met messentrekkers onbestaande. Niet omdat er geen messen bestonden of omdat ze niet werden gedra- gen. Messen werden gebruikt waar ze voor dienden: in de keuken, bij het klaren van allerhande klussen, enzovoort. Ja, de scouts en leden van andere jeugdbewegingen droe- gen wel eens dolken en zakmessen die hen dienstig waren bij pionierswerk op kamp, zoals het doorsnijden van sjortouwen, of het schillen van de patatten, of het pellen van ajuinen, of het klieven van kleinhout voor een kampvuur; dat soort dingen. Het villen van een kippetje of een konijntje bijvoorbeeld.

Bij het gebruik ervan kwam nooit men- selijk bloed te pas, tenzij wanneer iemand zijn taak nogal onhandig uitvoerde en in zijn vinger sneed. En diezelfde jeugdige bewe- gers hadden ook bijlen bij op kamp, om hout te hakken, en ook wel machetes, om zich een weg te banen door een schier ondoor- dringbaar struikgewas. Meer werd daar niet mee gedaan, want men gebruikte die dingen enkel waar ze nuttig en dienstig voor waren.

Zelden, zeer uitzonderlijk, werden er bloed- baden mee aangericht omdat er ‘iemand door het lint’ ging of een problematische jeugd had gehad of met zware psycholo- gische problemen kampte. Bij een passio- nele moord werd al eens een keukenmes gebruikt, maar de regel was dat wie een mes droeg of een bijl hanteerde, geacht werd daar gewetensvol en correct mee om te gaan. En 99,99 procent van de bevolking vond dat niet meer dan normaal.

Sinds enkele jaren zijn messentrekkerij en het aanrichten van bloedbaden middels bij- len, knip- en andere messen en machetes schering en inslag geworden in West-Europa.

Het lijkt wel een kwalijke ‘rage’ die overge- waaid is uit Zuid-Europa en van de andere kant van de Middellandse Zee. Het aantal delicten met messen, machetes en bijlen zit

onheilspellend in de lift. Men rekent op deze wijze gewoonweg af met degenen die men niet kan luchten, of die tot een andere gods- dienst, clan of politieke beweging behoren, of die meer geld hebben. Helaas is het niet uitsluitend, maar al te vaak zuiders en uit- heems temperament dat snel overkookt bij vaak banale conflicten en naar vlijmscherpe handwapens grijpt. Al onze wapenwetten ten spijt, is het haast dagelijks nieuws geworden.

Het gebeurt op openbare plaatsen, in kerken, aan politiekantoren, in dancings, in parken, in scholen, in de marge van sportwedstrijden, in winkelcentra, in bussen, trams en treinen, en noem maar op. Het is om moedeloos van te worden. Erger is het als die steek-, snij-, kap- en hakwapens gebruikt worden na of bij het uitroepen van godsdienstige slogans in een andere taal dan van het land waar de feiten gepleegd worden. Dan is het een regelrechte oorlogsdaad van een fanatiek segment van een godsdienst dat uit is op verovering van andermans grondgebied, vol haat tegenover niet- of andersgelovigen. Er zijn in die zin recent talrijke angstaanjagende ‘incidenten’

genoteerd in gans West-Europa. Men raakt de tel er warempel bij kwijt.

Wie als vreemdeling hier verblijft en zich schuldig maakt aan steek- en hakpartijen gericht tegen anderen, moet op een uitvoer- baar en definitief terugkeerticket kunnen rekenen. Er is dus alweer werk aan de win- kel. Gij moet dus toch eens gaan samenzit- ten met uw collega’s van Asiel en Migratie en van Binnenlandse en Buitenlandse Zaken om de zaak ten gronde onder de loep te nemen.

Het moet immers niet nog erger worden.

Meer nog: het is genoeg geweest. En voor alle duidelijkheid: het moeten niet de pad- vinders zijn die moeten geviseerd en gestig- matiseerd worden omdat zij een handig Zwit- sers zakmes, annex schroevendraaier en tandenstoker, aan hun broeksriem dragen.

Briefje aan Charles M.

Het communautaire vuur toch opgepookt?

Barbara Pas van Vlaams Belang, recent door Bart Maddens ‘de koningin van de Vlaams-nationale vragen in het federale parlement’ genoemd, had in mei een schrif- telijke vraag ingediend aan het adres van de eerste minister, waarop zij eerst onlangs een antwoord kreeg. Het was haar immers niet ontgaan dat in de commissie voor Bui- tenlandse Betrekkingen van 17 februari 2016 een aantal vragen waren gesteld over de tweede universele periodieke doorlichting van België door de VN-Mensenrechten- raad. Op zich niets schokkends, ware het niet dat precies in dat kader door een aantal Franstaligen de ratificatie van het Minderhedenverdrag ter sprake werd gebracht...

Gouden Greg

IJverige minister

En dat had haast reflexmatig haar aan- dacht en verbazing gewekt, zeker na het antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken (Didier Reynders). Hij stelde immers dat hij in 2014 een werkgroep heeft opge- richt ten einde te komen tot een definitie van wat een nationale minderheid is. Zo zou het voorbehoud dat België tot nog toe heeft aangehouden, kunnen worden weggewerkt.

Meer zelfs, hij stelde dat hij tijdens de interministeriële conferentie voor Buiten- lands Beleid van 6 juli 2015 dit punt per- soonlijk op de agenda had geplaatst en had voorgesteld de werkzaamheden voort te zetten. En nog: dat hij “zeer snel een verga- dering zal bijeenroepen.” Het alarmlampje ging bij Pas op rood staan.

Minderhedenverdrag?!

Even ter herinnering. De “Europese Raam- overeenkomst ter bescherming van de nati- onale minderheden” kwam medio de jaren negentig tot stand om het hoofd te bieden aan de vele minderhedenkwesties in Oost- Europa. Het was dus allerminst bedoeld om communautaire evenwichten in West-Euro- pese landen op de helling te zetten door bijvoorbeeld de zogenaamde Franstalige minderheid in Vlaanderen onvervreemd- bare rechten te gaan verlenen.

Toch wenden de Franstaligen dit verdrag hardnekkig aan als breekijzer om de facili- teiten uit te breiden én uit te smeren over heel Halle-Vilvoorde en zelfs heel Vlaande- ren. Heel concreet zouden ze zo op basis van dit verdrag in Vlaanderen eigen scholen en culturele instellingen kunnen oprichten, subsidies ontvangen voor hun verenigin- gen, regionale tv-zenders opstarten, en in hun taal worden bediend door de Vlaamse lokale besturen. Stel u voor!

België is tot op heden niet overgegaan tot de bekrachtiging omwille van de volkomen tegenstrijdige interpretaties aan Vlaamse en Franstalige kant. Wel werd overgegaan tot de ondertekening van het verdrag, waardoor de Belgische Staat zich verbindt geen initia- tieven te ondernemen die indruisen tegen de inhoud ervan.

Een ratificatie of bekrachtiging kan geluk- kig nooit zonder de medebekrachtiging van alle Gemeenschappen. En in het huidige Vlaamse regeerakkoord staat uitdrukke- lijk en zeer terecht vermeld: “We ratifice- ren het Minderhedenverdrag niet.” De rati- ficatie wordt dus (voorlopig) geblokkeerd door Vlaanderen.

De stilte verbroken

Zoals gezegd, verbaasde het Barbara Pas ten zeerste dat de zaak opborrelde, zeker omdat zij dacht dat de afspraak binnen deze regering erin bestond om tijdens deze regeerperiode geen communautaire dos- siers op de agenda te plaatsen. Want dit is nu wel echt een erg heet hangijzer dat al jaren voor communautaire onenigheid zorgt tussen Vlamingen en Franstaligen.

Elke vorige regering heeft er al mee gewor- steld. Men kan zich dus afvragen waarom de minister van Buitenlandse Zaken voortgang wil boeken in dit dossier en daar zelfs, tot grote tevredenheid van de Franstalige oppo- sitie, actief voor ijvert.

Barbara Pas hield zich dan ook niet in en wilde van premier Michel weten of Didier Reynders een mandaat van de voltallige federale regering heeft om dit dossier op de politieke agenda te zetten. En ze wilde

vooral te weten komen of hij (Michel) het ermee eens is dat deze regering dit commu- nautaire dossier moet behandelen of dat hij integendeel van oordeel is dat dit tijdens de huidige legislatuur van de politieke agenda moet verdwijnen richting diepvries.

Het antwoord van Michel was kurkdroog verpletterend en ontnuchterend: “In 2002 werd een werkgroep opgericht door de Interministeriële Conferentie Buitenlands Beleid (ICBB) belast met de nadere rege- len te onderzoeken, met betrekking tot de ratificatie van het Verdrag, onder meer de omschrijving van het begrip ‘nationale min- derheid’. De ICBB heeft in tussentijd het mandaat van de werkgroep hernieuwd.

Deze was ook opgenomen in het institu- tioneel akkoord van 2011. Deze werkgroep, samengesteld uit deskundigen en vertegen- woordigers van de regeringen van de fede- rale staat en de deelgebieden, werd onlangs vernieuwd. De werkgroep is voor de eerste keer bijeengekomen op 14 juni 2016.” En de premier liet ook nog weten dat ‘de bijeen- komst overigens op een zeer constructieve wijze doorging’…

Stilte voor de storm?

Over de resultaten van die fameuze werk- groep is evenwel nog niets geweten. Ook vanuit Vlaams-nationale rangen binnen de federale of de Vlaamse regering sijpelde nog niks naar buiten. Het is stil. Akelig stil.

Voor Barbara Pas is het duidelijk dat com- munautaire stilstand alleen voor de Vlamin- gen geldt, terwijl de Franstaligen ijverig ver- der werken aan hun dubbele, verborgen agenda. “Indien de N-VA hier een duim- breed aan toegeeft, opent zij de doos van Pandora”, stelt zij, terwijl zij alvast oproept om die fameuze werkgroep op te doeken.

Die werkgroep is samengesteld met top- juristen: voor de Vlaamse regering zete- len Matthias Storme en Jan Velaers, Marc Uyttendaele en Hugues Dumont voor de regering van het Waalse Gewest/Franse Gemeenschap, Emmanuel Vandenbossche en Sébastien Vandrooghenbroeck voor de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Leo Neycken voor de regering van de Duitstalige Gemeenschap en Christian Behrendt en Jan Wouters (federale rege- ring).

Als partijpolitiek-gekleurden springen in het oog: Matthias Storme, lid van het partij- bestuur van N-VA, Marc Uyttendaele (PS’er en man van Laurette Onkelinx), Emmanuel Vandenbossche (voorzitter van de Vaste Commissie voor Taaltoezicht en Open Vld) en Jan Velaers (te situeren in CD&V-krin- gen).

Het is wachten op wat N-VA gaat doen…

Gaat zij inderdaad mee ook dit kwalijke gevolg van het institutioneel akkoord van 2011 helpen uitvoeren en zo ingaan tegen haar standpunt uit het Vlaams regeerak- koord? Faciliteiten voor Franstaligen in heel Vlaanderen?! Moeilijk te geloven dat de N-VA dat zomaar gaat laten gebeuren.

Het mag, maar men hoeft helemaal geen Vlaams Belanger te zijn om te zeggen dat dit er ver, héél ver over zou zijn. Als men wil dat de communautaire storm weer in alle hevig- heid losbarst, dan zijn alvast de Franstaligen

‘goed bezig’. Voor ons niet gelaten, maar dan moeten àlle dossiers weer open gaan: trans- fers, taalwetgeving, Brussel, Randgemeen- ten, homogene bevoegdheden, de vijf reso- luties, onafhankelijkheid,...

Karlvan Camp

Het grote digitaliseringsproject: stand van zaken

Enkele maanden geleden hebben we een oproep gedaan om ‘t Pallieterke financieel te helpen om alle oude jaargangen van ons blad te laten inscannen. 70 jaar ‘t Pallieterke is een enorme schat aan informatie, maar die blijft nu voor de buitenwereld onbereikbaar. Dat inscan- nen is een immens werk, want we spreken toch over 54.000 bladzijden A3. Bovendien, het betreft kwetsbaar krantenpapier dat gemakkelijk beschadigd geraakt.

Maar inscannen, digitaliseren en archiveren, dat kost handenvol geld. Gelukkig kan ik rekenen op de gulheid van onze lezers: op 1 augustus overschreden we de kaap van 20.000 euro. Daarmee is onze doelstelling gehaald. Mijn welgemeende dank aan u, aan alle lezers die reeds een bijdrage overschreven op onze rekening. Binnenkort starten we met de prak- tische uitwerking van de opdracht en dan hoop ik nog voor het jaareinde u het eindresultaat

te kunnen aanbieden. Karlvan Camp

(4)

Dossier

11 augustus 2016

4

Kettervervolgingen

Filips, koning van Castilië en Aragon, hertog van Brabant, graaf van Vlaanderen, Holland, enzovoort, kopieert consequent de politiek van zijn vader. Karel van Gent is tijdens zijn regering geen zegen voor de Nederlanden. Door onverwachte erfenissen en oorlogen is hij de vorst van een ratjetoe aan staten en landen die niets met elkaar te maken hebben en die hij nauwelijks onder de duim kan houden. Zijn Nederlandse ori- gine is hij vergeten, tenzij hij geld nodig heeft voor zijn dynastieke oorlogen met Frank- rijk die haaks staan op de belangen van de Nederlanden.

Vooral Brabant, Vlaanderen en Henegou- wen zijn het slachtoffer van de vele Franse invasies die eindigen in plunderingen, moor- den en een wankele economie.

De belastingdruk verdubbelt bijna onder Karels regering; te betalen met verbruiks- belastingen die de gewone mensen treffen, want aan de rijken komt hij niet. Die kun- nen hem geld lenen. Karel is een gelovige katholiek en kan niet leven met het idee dat onderdanen er een andere mening op na houden. In Duitsland moet hij als keizer en leenheer toestaan dat de vorsten van de vele Duitse staten zelf kiezen of hun staat(je) luthers wordt of katholiek blijft. Maar in de Nederlanden is hij de “natuurlijke vorst” en in 1523 zet hij al twee augustijnen (een orde waar Luther zelf ooit monnik was) in Antwer- pen op de brandstapel.

Zijn “keizerlijke” inquisitie maakt slacht- offers, al wordt ze in veel gevallen gesa- boteerd door de stedelijke overheden, die hervormden met rust laten als ze berouw tonen. Vooral de wederdopers, vreedzame protestanten “in de wereld maar niet van de wereld” zijn het slachtoffer van zijn inquisi- tie omdat zij steevast weigeren hun geloof te herroepen. Zij vormen 80 procent van de slachtoffers van het bloedplakkaat van 1550 (doodstraf voor iedereen die predikt, een protestant huisvest of een ketters boek of pamflet bezit of verspreidt).

Karel doet troonsafstand ten voordele van zijn enige in Castilië geboren zoon, Filips, die lange tijd niet verwachtte dat hij de Neder- landen zou erven. Filips kent geen Neder- lands of Frans, blijft vier jaar in de Neder- landen en heeft nog grotere financiële problemen dan zijn vader. In 1557 kondigt hij zelfs een staatsbankroet aan, en twee jaar later vertrekt hij definitief hij naar zijn geboorteland om de Turkse dreiging in de Middellandse Zee te stoppen. Bij zijn vertrek is iedereen nog schijnbaar katholiek. Maar eens de vorst weg is, steekt het calvinisme de kop op en dat is minder passief dan de wederdopers.

Het calvinisme in Vlaanderen

Hoeveel calvinisten zijn er in de Nederlan- den? Misschien enkele tienduizenden, maar ze zijn wel uitstekend georganiseerd en bij die gelovigen zijn veel minder arme sloebers.

Ambachtslieden, handelaars en lage edelen vormen de ruggengraat van het calvinisme.

Het is een jonge protestantse stroming in de Nederlanden, want Karel heeft ze in 1540 bijna vernietigd, met als gevolg een uittocht van calvinisten naar Engeland en Duitsland.

Bij zijn vertrek naar Castilië sluit Filips eerst vrede met Frankrijk. Onmiddellijk nemen de calvinisten contact op met hun broeders die in dat land 2.000 gemeenten tellen en al een beperkte godsdienstvrijheid bezitten. Op korte tijd stijgt het aantal calvi- nistische gemeenten.

Vooral in de streek nabij de Franse grens, tussen Ieper en Sint-Omaars. Maar ook in de rest van Vlaanderen, Brabant en Henegou- wen heeft de strenge maar duidelijke leer geleidelijk succes. Predikers reizen rond om de ware leer in privéwoningen te verkondi- gen. Ze zijn niet meer te lijmen met de her- vormingen van het Concilie van Trente (o.a.

betere opleiding van priesters) en vertellen dat de katholieke leer afgoderij is. In Hol- land, Zeeland, Utrecht, Friesland en Gronin-

gen is geen calvinist te bespeuren voor de beeldenstorm.

Maar ook veel katholieken zijn geschokt over de “kettervervolgingen”, al variëren die sterk van stad tot stad. Soms sympathise- ren stadbestuurders met het calvinisme, en ook bij de leden van de schutterij (de gewa- pende burgers) zitten aanhangers, zodat men geen beroep op hen kan doen om rel- letjes te onderdrukken. Oppervlakkig blijft alles rustig, omdat de vrede de economie bevordert, maar in 1563 begint Filips zijn oorlog met zijn gewezen schoonzus konin- gin Elizabeth van Engeland.

Prompt zet die de export van de noodza- kelijke wol voor de Vlaamse en Brabantse textielnijverheid stop. Gevolg: werkloosheid in de grootste stedelijke bedrijfstak wegens een oorlog waar de Nederlanders niets mee te maken hebben. Nauwelijks een jaar later zijn ook Zweden en Denemarken met elkaar in oorlog, waardoor de Sont gesloten wordt.

De Nederlanden kunnen zich niet voeden en wachten tevergeefs op broodgraan uit de Oostzeelanden. Brood, het belangrijkste voedsel, wordt op een paar maanden drie keer duurder. Op de sociale onrust ent zich de politieke en godsdienstige onrust.

“Ce ne sont que des gueux”

De hoogste adel (o.a. Oranje en Egmont) vindt dat die kleine centrale overheid in Brussel te veel noten op haar zang heeft omdat ze probeert de zelfstandigheid van de diverse Nederlandse staten te beknot- ten met beslissingen die alleen door die sta- ten zelf mogen genomen worden (het lijkt vandaag wel een klacht tegenover de EU).

Daarenboven lijden de Nederlanden onder de politiek die Filips als vorst van andere landen voert. En die plakkaten tegen kettervervolgingen mogen best wat minder, want de ketters zijn alleen maar misleid. En nu ze toch bezig zijn, zeggen de hoge ede- len er maar bij dat zij en niet die klerken van Filips het land moeten besturen.

Zoals altijd treuzelt de vorst met een beslissing tot hij een nietszeggend antwoord vindt waar men alle kanten mee op kan.

Inmiddels haakt een goed deel van de lage adel zich aan het wagentje van de groten.

Lokale potentaatjes merken met afgrijzen dat Brussel zich met hun privileges moeit en probeert rechtszaken aan hen te onttrekken.

Dat is een probleem, want boetes in plaat- selijke rechtbanken zijn dikwijls de grootste inkomensbron van deze lokale potentaten.

Vele edellieden voelen zich aangetrokken tot dat calvinisme, al was het maar omdat ze met een verlekkerd oog naar die enorme kerkdomeinen kijken. De lagere edelen spe- len al eeuwen politiecommissaris, onder- zoeksrechter en gemeentebestuurder, naast de tijd die ze eventueel in de legers van de vorst doorbrengen. Zij schuwen geen geweld en ze verenigen zich in een druk- kingsgroep die landvoogdes Margaretha van Parma (halfzus van Filips) de stuipen op het lijf jaagt.

Het eindigt in het bekende smeekschrift dat ze vreedzaam en zwaardloos aanbieden in april 1566. Ze eisen de afschaffing van de ketterplakkaten en vragen een vergadering van de Staten-Generaal over de financiële en religieuze problemen.

Het is de beroemde scéne met een raadsman die Margaretha in het oor fluis- tert: “Ce ne sont que des gueux, Madame.”

“Madame” is niet gerust in de houding van deze “bedelaars”, die feitelijk de eerstelijns ordebewaarders zijn. Ze koopt uitstel, want ze weet dat Filips er weer maanden zal over doen vooraleer te antwoorden. Ze maant de inquisiteurs echter aan zich voorlopig gedeisd te houden.

In een tijd zonder goede communicatie is het gerucht koning. Als een lopend vuurtje gaat het nieuwtje dat de calvinisten open en bloot hun geloof mogen belijden. Overal verschijnen predikers in het openbaar. Op 10 augustus slaat de vlam in de pan in Steen- voorde en begint de beeldenstorm.

Jan neckers

De beeldenstorm: het voorspel (1)

Deze week is het juist 450 jaar geleden dat de beeldenstorm begon. De gevolgen waren dramatisch: een woedende vorst die Alva naar “de landen van herwaarts over”

stuurt en tenslotte de scheiding der Nederlanden.

Iraakse asielzoekers die vrijwillig terugkeren vooral uitgeprocedeerden

Nagenoeg elke asielzoeker die vanuit België naar zijn land wil terugkeren, komt in aanmerking voor vrijwillige terugkeer. De bus- of vliegreis naar hun land is gratis, ze krijgen administratieve begeleiding, een terugkeerpremie en een re-integratiepremie om ter plaatse een nieuw leven op te bouwen. Deze materiële hulp (geen cash geld) krij- gen ze pas na aankomst in het thuisland.

Sinds 1 mei dit jaar krijgen Iraakse asielzoe- kers die vóór 2016 in ons land aankwamen en die voor vrijwillige terugkeer kiezen, een hogere terugkeerpremie. Elke volwassene die naar Irak terugkeert, zal op de luchthaven de ronde som van 500 euro ontvangen (in plaats van 250 euro) en elke begeleide minderjarige een som van 250 euro (in plaats van 125 euro).

Tijdelijke verdubbeling premie

Deze maatregel van staatssecretaris Theo Francken was voorlopig enkel geldig in mei en juni. De bedoeling was het vertrek van de vele Iraakse kandidaten voor vrijwillige terugkeer te vergemakkelijken. Sinds september 2015 zou- den er volgens berichten in de media meer dan 200 Iraakse terugkeerders per maand zijn. Klopt dat wel? En vooral, wie zijn deze terugkeerders?

De cijfers over 2016 zijn uiteraard nog niet gekend. Die van 2015 wel. Vorig jaar keerden 1.023 personen vrijwillig terug naar Irak. Dat is een pak meer dan in 2014 (toen ging het slechts over 58 personen).

Hiervan hebben 1.013 personen een terug- keerpremie gekregen. Bijna iedereen dus. Het budget hiervoor bedroeg minstens 125.000 euro, maar wellicht eerder een kwart miljoen euro (ruim duizend keer 250 of 125 euro). Voor de meerderheid (564 personen) werd ook reïn-

tegratiesteun in Irak voorzien. Een concreet bedrag hierop plakken, is niet mogelijk, wegens gebrek aan informatie. Voer voor een parle- mentaire vraag?

Vooral uitgeprocedeerde asielzoekers

Wie zijn deze Iraakse terugkeerders? Uit een antwoord van staatssecretaris van Asiel en Migratie Theo Francken van 7 juli 2016 in de Kamer blijkt dat de grote meerderheid van die vrijwillige terugkeerders eigenlijk uitgepro- cedeerde asielzoekers zijn. Op basis van cij- fers van de Kamer blijken er in 2015 zo’n 1.023 vrijwillige terugkeerders te zijn geweest. Daar- van zijn er 226 (22,1 procent) waarvan de pro- cedure nog lopende is en 669 (65,4 procent) die uitgeprocedeerd zijn. Daarnaast keerden in 2015 ook 128 (12,5 procent) migranten terug die illegaal op het grondgebied verbleven.

Uit de gegevens van Francken kunnen we afleiden dat een groot deel van de migranten in illegaal verblijf eveneens deze terugkeerpre- mie gekregen hebben.

Het zou rechtvaardiger zijn een hogere pre- mie toe te kennen aan de asielzoekers die nog in een lopende procedure zitten en ervoor kie- zen België vrijwillig te verlaten.

Thierry Debels

Islamitisch advies over erfzaken kost 50 euro

Het was de commerciële zender RTL die begin juli de kat de bel aanbond. In de gemeente Molenbeek hadden de inwoners een vreemd pamflet in de bus gevonden. ‘La loi islamique pour vos biens en Belgique’. (De islamitische wet voor uw bezittingen in België.) Kostprijs: 50 euro voor dat ‘juridisch’ advies.

Op de hoofding van het pamflet staat CJM.

Er is melding van een telefoonnummer en een e-mailadres. Alleen wordt de telefoon niet opgenomen en wordt er niet gereageerd op de elektronische boodschappen. Voor de gemeente Molenbeek is er geen probleem. Der- gelijke pamfletten moeten kunnen. Behalve dat er geen melding wordt gemaakt van de verant- woordelijk uitgever. De boete zal gestuurd wor- den naar het adres in Waterloo.

Van Waterloo naar Molenbeek

Het pamflet gaat uit van het Centre Juridique Musulman (CJM). De bvba (sprl) – geen vzw – werd op 6 mei dit jaar in Charleroi opgericht.

Eerste oprichter is Nadia Farhat. Ze werd op 16 augustus 1973 in Montegnée (provincie Luik) geboren. Zaakvoerdster Farhat woont op het adres van de bvba, Avenue Theys 13 in Water- loo. Tweede oprichtster is Hafça Farhat. Zij werd in Luik op 19 juni 1989 geboren. Ze is getrouwd met Mohamed Azzouz. Beiden wonen in Zel- lik. Wellicht zijn de dames Farhat zussen of familieleden.

De onderneming mag juridisch advies geven

in religieuze zaken. De onderneming mag ook pelgrimreizen organiseren. Het kapitaal van de bvba bedraagt 18.600 euro en is verdeeld in 186 aandelen. Maar er wordt geen melding gemaakt van de inschrijvers op deze aande- len, noch of het kapitaal volstort is. Dat is een vormfout.

Dekmantel?

Dat de bvba uit Waterloo in Molenbeek pamfletten komt bussen, is niet zo vreemd. De doelgroep van de bvba woont immers in de kanaalzone. Of moslims 50 euro zullen beta- len voor advies – dat ze kosteloos bij de imam kunnen inwinnen – is verre van zeker. Boven- dien hebben veel inwoners van Molenbeek de indruk dat het om oplichting gaat. Als de dames bovendien niet thuis geven als de bvba gecon- tacteerd wordt, dan zal de levensduur van de onderneming eerder beperkt zijn. Rest de vraag of de onderneming geen dekmantel is voor een schimmige activiteit. We blijven in elk geval het Staatsblad lezen om het verdere vervolg van de bvba mee te kunnen geven.

Thierry Debels

(5)

Actueel 11 augustus 2016 5

PVDA: worstelen met de kiesdrempel

Het is een goed idee af en toe eens een stapje achteruit te zetten, om alles eens in een wat groter perspectief te bekijken. De zomer leent zich daar goed voor, wanneer het wat minder druk is dan gewoonlijk, en de komkommertijd – voor zover we daar dit jaar van kunnen spreken – ook wat meer ruimte geeft. Daarom brengen we de komende weken een zomerreeks, waarbij we voor elk van de Vlaamse partijen probe- ren te overlopen hoe ze ervoor staan, en wat de grote lijnen voor elk van hen zijn. We laten de partijen van links naar rechts de revue passeren, en vangen dus de reeks aan bij uiterst links, de PVDA.

Electoraal stelt de Partij Van De Arbeid (PVDA, zoals ze zichzelf afkorten, en niet PvdA zoals de Nederlandse zusterpartij van de sp.a) niet veel voor in Vlaanderen. Bij de verkiezin- gen van 2014 haalde de partij in Vlaanderen 2,8 procent, ver onder de kiesdrempel dus.

Het scheelde nochtans niet veel of de partij had naast de twee Waalse vertegenwoordigers Raoul Hedebouw (Luik) en Marco van Hees (Henegouwen) ook een Antwerpenaar naar de Kamer mogen sturen. In de kieskring Ant- werpen haalde de partij immers 4,5 procent, waarmee Peter Mertens vlotjes verkozen zou geweest zijn, ware er niet de kiesdrempel van vijf procent. Ook voor het Vlaams Parlement zou lijsttrekker Jos D’Haese zonder kiesdrem- pel met ruime marge verkozen geweest zijn.

Kiesdrempel

Dat de twee niet verkozen raakten omwille van de kiesdrempel, was voor de twee heren waarschijnlijk niet de enige koude douche op 26 mei 2014, de dag na de verkiezingen. In de opiniepeilingen stond de PVDA er immers veel beter voor, met scores voor heel Vlaanderen van vier à vijf procent. Er werd verwacht dat de partij in Antwerpen wel degelijk de kies- drempel zou halen, en misschien ook in Oost- Vlaanderen een zetel zou kunnen halen. De partij staat niet alleen in Antwerpen - altijd al een rebelse kieskring - relatief sterk, ze heeft

ook een sterke basis in Zelzate. Bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen haalde de partij in die gemeente zelfs meer dan twintig procent!

Heeft de partij potentieel in Vlaanderen? Wij vermoeden van niet. Maar goed, wie had der- tien jaar geleden durven voorspellen dat een partij als de N-VA, toen in een gelijkaardige situatie als de PVDA vandaag, zou uitgroeien tot een partij van meer dan dertig procent?

Toch is er een fundamenteel verschil tussen de PVDA van vandaag en de N-VA van toen:

Vlaanderen is niet communistisch, socialis- tisch, of revolutionair, dus heeft de PVDA de beruchte “grondstroom” tegen. De partij heeft altijd kunnen rekenen op een franje van het kiezerskorps van één à twee procent, en met de juiste kop bovenaan de kieslijsten en even- tueel geholpen door de actualiteit van de dag kan die aanhang best al eens een keertje uit- groeien tot boven de kiesdrempel, maar meer dan dat zal het vermoedelijk toch nooit wor- den. De partij zal dus altijd blijven worstelen met de kiesdrempel, zelfs al mag Peter Mer- tens morgen zijn populariteit en zijn bekend- heid wat opkrikken door een deelname aan De Slimste Mens of iets gelijkaardigs.

Peter Mertens, en wie nog?

Peter Mertens is trouwens zowel een sterkte als een zwakte voor de PVDA. Een sterkte, omdat hij de partij op een duidelijke manier

vertegenwoordigt, en haar daardoor een her- kenbare “kop” geeft. Maar buiten Peter Mer- tens heeft de partij in Vlaanderen eigenlijk geen enkel bekend gezicht. In de aanloop naar de verkiezingen van 2014 mocht de Antwerpse lijsttrekker voor het Vlaams Parlement Jos D’Haese ook een paar keer op televisie, maar vermoedelijk nog het meest van al omwille van zijn bijzonder jeugdige leeftijd (hij was toen amper 21 jaar). Twee jaar later doet zijn naam enkel van ver nog een belletje rinkelen, en dan nog alleen bij de speciaal geïnteresseerden.

Het personeelsgebrek is zelfs zo groot dat de Vlaamse vleugel van de partij meer dan eens leentjebuur moet gaan spelen bij de PTB voor televisiedebatten. Naar buiten toe gaat de partij daar zelfs een beetje prat op, want het past natuurlijk wel perfect in hun strikt uni- tair discours.

Het moet bovendien gezegd worden dat Raoul Hedebouw zich beter in het Nederlands kan uitdrukken dan de gemiddelde federale MR-minister of royale Saxen-Coburger. Maar het blijft toch een zwak punt dat de partij ver- der geen bekende koppen heeft in Vlaande- ren, en het toont misschien aan dat de spoe- ling ook binnen de partijgelederen eerder dun blijft. De vraag blijft daarom: wie komt er na Peter Mertens?

Creatieve onderzeeërs

De studiedienst van de partij is dan wel weer bijzonder goed uitgebouwd, en de partij weet zich via allerlei militanten, die zich dag en nacht inzetten, te vertakken in zowat elke organisa- tie op links. Vraag het maar eens na bij de cen- trales van de ABVV, waar ze op meer dan één plaats last hebben van populaire en driftige délégués die een PVDA-lidkaart op zak hebben, en daar nog graag voor uitkomen ook.

Aan creativiteit voor nieuwe slogans is bij die

studiedienst geen gebrek. De succesrijke naam

“Turteltaks” is afkomstig van de PVDA. De titel

“Hoe durven ze?” van het boek van Peter Mer- tens over de bankencrisis, was een voltref- fer, en het “spontane burgerinitiatief” met de goed bekkende naam “Hart boven hard” werd mede opgezet door EPO-uitgever Hugo Frans- sen. Tegelijkertijd is het voor de partij ietwat tragisch dat de bittere concurrenten sp.a en Groen er vaak in slagen hun ideeën over te nemen of te kapen, of, zoals in het geval van de “Turteltaks”, zelfs met de prijs mogen gaan lopen.

Sympathie bij de media, ma non troppo

In de media kan de partij op veel sympathie rekenen, en er zijn zelfs uitschuivers geweest waarbij bijvoorbeeld Radio 2 en stoemelings een evenement van de PVDA mee sponsorde.

Het is daarom dat Peter Mertens en Raoul Hedebouw zelden of nooit lastiggevallen wor- den met vragen over Noord-Korea. Toch kent de sympathie van de pers voor de PVDA zijn beperkingen. Stemmenwinst voor de PVDA betekent in Vlaanderen onherroepelijk stem- menverlies voor sp.a en/of Groen. Daarom wordt de PVDA in de media weliswaar veel meer geduld dan tegenpool Vlaams Belang, maar niet zoveel dat ze ook werkelijk groot zou kunnen worden, en een bedreiging vormen voor Groen of sp.a. De politieke toestand in Wallonië, waar de PTB de derde grootste partij dreigt te worden vóór cdH en Ecolo, en ernstig aan het electoraat van de PS knabbelt, is voor de meeste Vlaamse journalisten dan ook eer- der een nachtmerrie- dan een droomscenario.

Ook gewaarschuwde journalisten zijn er twee waard, en het verklaart meteen waarom de PVDA sedert 2014 toch weer wat uit de ether

verdween. FvL

Doofpot over Bataclan?

Een lezer maakte ons attent op berichten die in alternatieve media zijn verschenen over de terroristen in Bataclan die gijzelaars zouden hebben gecastreerd, de buik open- gesneden en de ogen uitgestoken. Wij speuren voortdurend het internet af naar berich- ten die we tegen onze linkse en islamitische vijanden zouden kunnen gebruiken, en dat was niet aan onze aandacht ontsnapt.

Maar we wisten in alle eerlijkheid niet wat daarvan waar was. Deze berichten zijn geba- seerd op twee onrechtstreekse getuigenis- sen: één van een politieagent die brakend uit Bataclan naar buiten kwam, volkomen ontred- derd door de verminkingen die hij had gezien, en één van een arts, die een gelijklopende beschrijving van zulke verminkingen (castra- tie, uitgestoken ogen, opengesneden buik) gaf aan een vader, die in het ziekenhuis het lichaam van zijn vermoorde zoon wilde zien.

Onrechtstreekse getuigenissen, maar daarom niet waardeloos.

Twijfelachtige weerleggingen

We hebben ook de weerleggingen gelezen die in de officiële pers zijn verschenen. Men geeft toe dat sommige lichamen in Bataclan gruwelijk verminkt waren, maar men wijst er terecht op dat die wonden ook veroorzaakt kunnen zijn door scherven en spijkers uit bom- gordels. Een patholoog zou natuurlijk het ver- schil zien met opzettelijke toegebrachte won- den, maar een politieman misschien niet. Dat zou de oorzaak kunnen zijn van een onjuist gerucht. Maar het bewijst nog altijd niets over de juistheid of de onjuistheid van die folterbe- richten. De officiële media, Le Monde op kop, geven in essentie vier redenen om die berich- ten als onzin af te doen: de terroristen had- den niet genoeg tijd voor zulke folteringen, het wordt nergens door rapporten of documenten bevestigd, het verscheen alleen in “verdachte”

media, en de overlevenden van Bataclan heb- ben nooit melding gemaakt van zulke gruwelen.

Het tijdsargument is een aantoonbare leugen:

de moslims vielen om twintig voor tien Bataclan binnen en het duurde tot twintig na twaalf (!) voor de antiterreureenheid hen kon uitschake- len. Tijd genoeg voor wreedheden dus. Dat de

“ernstige” media er niets over zegden en dat er geen officiële documenten over zijn is een non- argument. Dat is nu eenmaal eigen aan doofpo- toperaties. De getuigenissen van overlevenden

leken ons het overtuigendste tegenargument en daarom hebben we het voorbije jaar niets over die “ondergrondse” versie van Bataclan geschreven. Tot we via een rechtse webstek een verwijzing vonden naar een getuigenis van een Bataclan-overlevende uit… Le Monde van 15 november 2015, nauwelijks twee dagen na de feiten, toen de media hun leugens nog niet op elkaar hadden afgestemd en de georganiseerde doofpotoperatie nog niet van start was gegaan.

Getuige

Eén van die getuigen is een meisje dat Alice genoemd wordt. Zij zat tijdens de aan- val samen met 25 andere mensen verborgen in een kleine opslagruimte naast de scène, een cagibi in het theaterjargon. Ze hoorde wat zich buiten afspeelde: “Maar aan de andere kant van hun deur, toen de laders leeg waren, ging de slachtpartij verder. ‘We hoorden schreeu- wen, daarna niets meer.’ Alice en haar metge- zellen denken dan dat de aanvallers de gewon- den afmaken ‘misschien met blanke wapens’.

Het waren Franstaligen, preciseerde ze, jon- gens nog, die lachten ‘met een onvolwassen lachje toen ze een man vroegen zijn broek te laten zakken’.” Dixit Le Monde. Inderdaad, strikt genomen liegt Le Monde niet als de krant op 18-07-2016 schrijft dat ‘geen enkele getuige folteringen heeft gezien’. Natuurlijk niet. Ieder- een die het kon zien, is doodgeschoten. Maar dit getuigenis past helemaal niet in de offici- ele versie die Le Monde verdedigt, de versie waarin wordt beweerd dat alle slachtoffers gedood werden door kogels en bomscher- ven. Dit getuigenis sluit echter wel naadloos aan bij de “ondergrondse” versie, waarin de terroristen mensen folterden en castreerden.

Men kon Bataclan niet in de doofpot stoppen, zoals dat met Keulen werd geprobeerd, maar men trachtte wel de scherpste en gruwelijkste gevallen van islamitische wreedheid verbor- gen te houden, om het schokeffect te beper- ken. Bijna met succes dus…

Het voorbeeld van München

Wie denkt dat bij zo’n doofpotoperatie te veel mensen – politiemensen, pathologen, art- sen - betrokken zijn, en dat er toch wel iemand uit de biecht zal klappen, geven we dit ter over- weging. De Israëlische atleten die tijdens de Olympische Spelen van 1972 in München wer- den vermoord door islamitische terroristen van de PLO, waren óók gefolterd. Eén van hen was gecastreerd en minstens één andere had door de mishandelingen talrijke botbreuken opge- lopen. Dat blijkt allemaal uit fotomateriaal van de Duitse justitie.

Alleen de Los Angeles Times maakte daar toen even melding van, Maar geen enkele andere krant of tv-zender nam dat over, en het verdween in de doofpot. Nee, we weten óók niet om welke politieke redenen de Israëli’s dat hebben stilgehouden. Het duurde meer dan veertig jaar, tot 2015 om precies te zijn, voor de gruwelijke waarheid eindelijk bekend werd gemaakt. Als dat mogelijk is, waarom zou een doofpot rond Bataclan dan niet kunnen?

M.L.

De extremisten in het Belgische leger worden nauwlettend in de gaten gehouden!

AutonomiE oPgEHEVEn

Volgens verschillende Oekraïense bronnen heeft de Russische president Vladimir Poetin per decreet een einde gemaakt aan de auto- nome status van de Krim door het schierei- land onderdeel te maken van het Zuidelijke District (Rostov) van de Russische Federatie.

Tot aan de annexatie in maart 2014 was de Krim een autonome republiek in Oekraïne, met een eigen parlement.

De Oekraïense ambassadeur bij de Ver- enigde Naties noemt Poetins besluit ‘’van nul en generlei waarde’’ en ook Refat Tsjoe- barov, de voorzitter van de Mejlis, de verko- zen vertegenwoordiging van de Krim-Tataren die door Rusland werd opgeheven, is falie- kant tegen de stap om de Krim onderdeel te maken van een Russische provincie. ‘’Rus- land wil zo een einde maken aan de etni- sche, historische en culturele diversiteit op de Krim’’, meent hij. Voor de Krim-Tataren werkt de Russische overheid overigens wel aan een ‘federale nationaal-culturele auto- nomie’, voor alle in Rusland levende Krim- Tataren.

Hoe die er concreet moet uitzien, is verre van duidelijk; het decreet daarover zou tegen het einde van het jaar klaar moeten zijn.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De nota sprak de ambitie uit om beleidsneutraliteit te doorbreken door radicale keuzes te maken: “In grote lijnen kan dat leiden tot centralisatie, afschaffen van beleid of

De geur van een eerdere ervaring komt dan terug bijvoorbeeld, of het speciale zinnetje of idee van zoveel jaren geleden dient zich als in een flits wederom aan, alsof zulks net

Dit is echter specialistenwerk waarop we niet zul- len ingaan, want het gÍult ons hier om de vraag: hoe moet degene die het systeem in kwestie kent en erme€ moet werken, hier-

3) Oorzakelijk verband tussen de schending van een resultaats- verbintenis met betrekking tot de medische behandeling en de lichamelijke schade. Bestaan van een oorzakelijk

Het bevat een brede waaier aan rechten die vaak al in andere mensenrechtenverdra- gen voorkwamen, maar die nu voor het eerst met een specifi eke focus op personen met een

Voor sommige instrumenten zijn voldoende alternatieven – zo hoeft een beperkt aantal mondelinge vragen in de meeste gevallen niet te betekenen dat raadsleden niet aan hun

Om dit te bereiken zijn heel veel oefening bedacht, zoals een (lego) assemblage oefening met en zonder (informeel) overleg. Tip 4: De mate van succes betreffende communicatie

18 Deze speciale relatie van de secundaire partij (hier: de ouders) tegenover de primaire partij (hier: Tristan) wordt in het Nederlandse richtinggevende Struikelende