• No results found

Rhinosinusitis, acute infectie

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Rhinosinusitis, acute infectie"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Richtlijnen voor anti-infectieuze behandeling in ziekenhuizen BVIKM 2017

RHINOSINUSITIS:

ACUTE INFECTIE OF ACUTE EXACERBATIE VAN CHRONISCHE INFECTIE

• Klinische aspecten en commentaren

o Meest voorkomende klinische presentatie: persisterende neusloop en/of hoest gedurende > 10 dagen zon-der spontane klinische beterschap.

o Symptomen kunnen 10 weken of langer aanhouden.

o Doet zich het vaakst voor ter hoogte van de maxillaire sinus.

o Recente blootstelling aan antibiotica = blootstelling ≥ 5 dagen gedurende 28 dagen die het begin van de huidige symptomatologie voorafgaan.

o “Watchful waiting” met symptomatische behandeling (antihistaminica, decongestiva): meta-analyses moe-ten artsen (en patiënmoe-ten) geruststellen dat dit volstaat bij bijna alle volwassenen met klachmoe-ten die wijzen op acute rhinosinusitis.

o Ernstige pathologie: koorts ≥ 38.5 °C, zwelling en pijn ter hoogte van het aangezicht, ….

o Risicofactoren voor ernstige complicaties (onderliggende aandoeningen): patiënten met hart-, long-, nier- en leverlijden, neuromusculaire aandoeningen, immuundepressie, mucoviscidose, jonge kinderen die prematuur zijn geboren, ….

o Bij patiënten met acute exacerbaties van chronische (rhino)sinusitis kan endoscopische chirurgie worden overwogen.

o Patiënten met diabetes, acute keto-acidose, neutropenie, onder behandeling met deferoxamine mesilaat, met HIV infectie: mycose mogelijk.

• Betrokken pathogenen o Respiratoire virussen.

o Streptococcus pneumoniae.

o Haemophilus influenzae.

o Moraxella catarrhalis.

o Groep A streptokokken (Streptococcus pyogenes).

o Anaëroben.

o Staphylococcus aureus.

• Empirische anti-infectieuze behandeling o Regimes.

Milde of matige pathologie bij patiënten zonder risicofactoren voor ernstige complicaties. Initiële behandeling: “watchful waiting” (ondersteunende behandeling, geen antibiotica). Follow-up behandeling indien onvoldoende respons op “watchful waiting” na 48 tot 72 uur.

▲ Geen recente blootstelling aan antibiotica: amoxicilline.

▲ Recente blootstelling aan antibiotica.

∆ Amoxicilline-clavulanaat.

∆ Cefuroxime axetil.

Milde of matige pathologie bij patiënten met risicofactoren voor ernstige complicaties (zie hoger), ernstige pathologie.

Initiële behandeling.

▲ Geen recente blootstelling aan antibiotica: amoxicilline.

▲ Recente blootstelling aan antibiotica.

∆ Amoxicilline-clavulanaat.

∆ Cefuroxime axetil.

Follow-up behandeling indien onvoldoende respons op de initiële behandeling na 48 tot 72 uur. ▲ Moxifloxacine. ▲ Ceftriaxone + metronidazole. ▲ Ceftriaxone + ornidazole. o Standaard posologieën. Amoxicilline: 1 g po q8h.

Amoxicilline-clavulanaat: (2 g amoxicilline + 125 mg clavulanaat) po q12h of (875 mg amoxicilline + 125 mg clavulanaat) po q8h. Ceftriaxone: 2 g iv q24h. Cefuroxime axetil: 500 mg po q8h. Metronidazole: 500 mg po q8h. Moxifloxacine: 400 mg po q24h. Ornidazole: 1 g po q24h.

o Totale duur van de adequate (empirische + gedocumenteerde anti-infectieuze) behandeling: gewoonlijk wordt 10 dagen aanbevolen (maar dit is controversieel).

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De ervaringen uit deze periode werden vooral van belang daar zich in de loop der jaren zestig een herhaling leek voor te doen: de overheid beijverde zich de woonwagenbewoners

Voor de Maatschappij voor geschiedenis en oudheidkunde te Gent (1893) werden reeds vanaf 1976 plannen in die richting gemaakt, maar pas in 1990 studeerde Michiel Berckmoes aan

Hij schrijft weliswaar geen biografie van Schilder en eindigt zijn onderzoek met het door de bezetters opgelegde verschijningsverbod van De Reformatie, maar voor een beter begrip

Zeeman hebben aangetoond dat deze these in ieder geval niet opgaat voor alle aspecten van het Nederlandse buitenlandse beleid in de jaren veertig en vijftig.. De politicoloog

In zijn betoog gaat het Wils, ook al verwijst hij regelmatig naar de meer algemeen op natievorming reflecterende literatuur, bovenal om het concrete historische verhaal van de

Zij stelt evenwel dat het in deel IV geschetste beeld van de negentiende eeuw als een periode van vernieuwing voor vrouwen met een cesuur rond 1800 voor Nederland (nog) niet kan

Wie geïnteresseerd is in de geschiedenis van de vrouw en de vrouwenbeweging, vindt hier de hele discussie over de rechtspositie van de gehuwde vrouw in de periode

Voor zijn emeritaat in 1851 zette Pape zich vooral in tot verbetering van de moeilijke positie waarin veel protestanten in de provincie Noord-Brabant waren geraakt.. Zo was hij