• No results found

Het UPO geen UFO meer? Brengt het Uniform Pensioenoverzicht deelnemers duidelijkheid over hun pensioensituatie?

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Het UPO geen UFO meer? Brengt het Uniform Pensioenoverzicht deelnemers duidelijkheid over hun pensioensituatie?"

Copied!
78
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Het UPO geen UFO meer?

Brengt het Uniform Pensioenoverzicht deelnemers duidelijkheid over hun pensioensituatie?

Bachelor in Pensions and Life Assurance Oysterwyck Hogeschool

Februari 2015

Auteur: Ralph Kleingeld

Begeleider: Drs. David M. Wildemans MPLA 2e beoordelaar: Jan M. van Harten MPLA

(2)

Disclaimer

Dit afstudeerwerkstuk is geschreven in het kader van de opleiding Bachelor in Pensions and Life Assurance van Oysterwyck Hogeschool in Tilburg. De hierin weergegeven meningen, conclusies en aanbevelingen komen geheel voor rekening van de auteur die op het moment van schrijven werkzaam was bij Nationale-Nederlanden Levensverzekering Maatschappij N.V. te Rotterdam. De inhoud hoeft niet noodzakelijkerwijs de mening van deze organisatie weer te geven.

Alle getoonde logo’s zijn eigendom van de desbetreffende organisaties.

(3)

Inhoudsopgave

Voorwoord

1 Inleiding ... 1

1.1 Aanleiding ... 1

1.2 Onderzoeksvragen ... 1

1.3 Werkwijze ... 1

2 Wat is een Uniform Pensioenoverzicht (UPO)? ... 3

2.1 Wat is het doel van het UPO? ... 3

2.2 Wie verstuurt een UPO? ... 3

2.3 Wie ontvangt een UPO? ... 3

2.4 Welke informatie staat er op een UPO? ... 4

3 De introductie van het UPO ... 7

3.1 Waarom is het UPO geïntroduceerd? ... 8

3.2 Wie heeft het UPO geïntroduceerd? ... 9

3.3 Wanneer is het UPO geïntroduceerd? ... 10

4 Ontwikkelingen rond de introductie van het UPO ... 11

4.1 Welke initiatieven zijn er rond de introductie van het UPO geweest? ... 11

4.1.1 Pensioenkijker.nl ... 11

4.1.2 Mijnpensioenoverzicht.nl ... 14

4.1.3 Uniformpensioenoverzicht.nl ... 19

4.1.4 Pensioen-apps ... 19

4.2 Wat voegen die initiatieven toe aan het UPO? ... 23

4.3 Wordt het UPO overbodig door deze initiatieven? ... 24

4.4 Wet pensioencommunicatie (2015) ... 25

5 Onderzoek onder (gewezen) deelnemers in een pensioenregeling ... 30

5.1 Wat is de doelgroep voor het onderzoek? ... 31

5.2 Hoe is het onderzoek uitgevoerd? ... 32

5.3 Wat was de response op het onderzoek? ... 32

5.4 Wat zijn de resultaten van het onderzoek? ... 33

5.5 Hoe verhouden zich de resultaten tot die uit andere recente onderzoeken? ... 36

(4)

6 Conclusie ... 39

6.1 Aanbevelingen ... 40

7 Samenvatting ... 42

Literatuurlijst ... 45

Bijlage 1 Afkortingen ... 48

Bijlage 2 Onderzoeksresultaten ... 49

(5)

Voorwoord

Vanaf 1985 ben ik werkzaam bij Nationale-Nederlanden Levensverzekering Maatschappij N.V. (NN). De eerste 15 jaar binnen de functie van Acceptant voor individuele

levensverzekeringen, voor zowel jong markt en hypotheek gerelateerde producten, pensioenverzekeringen onder de Pensioen- en spaarfondsenwet (PSW), lijfrente- en stamrechtverzekeringen. Projectmatig heb ik in deze periode deelgenomen aan de ontwikkeling van pensioen gerelateerde eindproducten zoals pensioenreglementen.

Als Commercieel Accountbeheerder werk ik nu bijna 15 jaar binnen de collectieve

pensioenafdeling. In deze periode ben ik voor zowel Groot Zakelijke klanten (premievolume tussen € 250.000 en ongeveer € 1 miljoen) als klanten in het midden- en kleinbedrijf (MKB) (premievolume kleiner dan € 250.000) namens de pensioenuitvoerder contactpersoon bij het aangaan, verlengen en wijzigen van de pensioenregeling.

Begin 2005 ben ik – naast mijn werkzaamheden voor NN – een bedrijf gestart dat onder andere voor het MKB, non-profit organisaties en kerken grafische producten levert, websites ontwerpt, ontwikkelt en realiseert. Daarnaast adviseer en ondersteun ik ondernemers, non- profit organisaties en kerken op het gebied van het gebruik van social media.

Communicatie heeft altijd mijn warme belangstelling gehad. Zowel de traditioneel zakelijke communicatie als de moderne communicatie via onder andere social media. Bijna iedereen heeft er dagelijks mee te maken. Zowel met positieve als negatieve ervaringen.

Met de geslaagde afronding van de opleiding Certified Pension Advisor Pro (CPA Pro) en de nodige beroepservaring in de pensioenbranche heb ik begin 2013 een goede basis gelegd om een vervolgopleiding te starten. De opleiding tot CPA speelt in op de continue ontwikkeling in de pensioenbranche. Sinds september 2013 volg ik via Oysterwyck Hogeschool in Tilburg de opleiding Bachelor in Pensions and Life Assurance (BPLA). De opleiding BPLA maakt deel uit van een opleidingscontinuüm op het terrein van financiële dienstverlening, in het bijzonder pensioen en levensverzekeringen.

Een woord van dank aan Jasper de Vries, David Wildemans en Lieneke van Rooijen voor de ondersteuning bij het maken van dit afstudeerwerkstuk.

(6)

1 Inleiding

Ook op het gebied van pensioen wordt heel wat gecommuniceerd. De wetgever heeft hier zelfs regels voor opgesteld. Het Uniform Pensioenoverzicht (UPO) valt ook onder deze regelgeving. Nagenoeg iedere werknemer in Nederland krijgt hier mee te maken. Genoeg reden om dit eens wat nader te bekijken.

1.1 Aanleiding

In het kader van de afronding van mijn BPLA opleiding en mijn interesse voor communicatie wil ik in dit afstudeerwerkstuk inzoomen op het communicatiemiddel UPO.

1.2 Onderzoeksvragen

Werkgevers kregen een strengere informatieplicht met de introductie van de nieuwe

Pensioenwet (PW) en gewijzigde Wet verplichte beroepspensioenregeling (Wvb). Zij moeten hun werknemers beter informeren over hun rechten en plichten met betrekking tot pensioen.

Ook pensioenuitvoerders moeten deelnemers aan een pensioenregeling en gepensioneerden duidelijker voorlichten over hun pensioenaanspraken. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het UPO en de startbrief. De voorlichting via het UPO dient in het algemeen minimaal één keer per jaar te gebeuren. Beoogd wordt om het pensioenbewustzijn te vergroten.

In dit afstudeerwerkstuk wil ik antwoord geven op de vraag: Brengt het Uniform Pensioenoverzicht deelnemers duidelijkheid over hun pensioensituatie?

Om dit te beantwoorden dient eerst antwoord gegeven te worden op de deelvragen:

- Wat is het UPO eigenlijk?

- Waarom is het UPO geïntroduceerd?

- Welke ontwikkelingen spelen er rondom het UPO?

- Wat vertelt onderzoek naar het UPO ons?

1.3 Werkwijze

In de navolgende hoofdstukken zet ik uiteen wat een UPO is en welke informatie deze bevat.

Daarbij kijken we ook naar welke partijen belang hebben bij het UPO.

Vervolgens kijken we naar de introductie van het UPO en welke ontwikkelingen er na de introductie plaats hebben gevonden.

Door middel van een eigen onderzoek zal ik (gewezen) deelnemers vragen naar hun beleving bij het UPO in samenhang met hun pensioenbeleving. De uitkomsten hiervan vergelijk ik met eerder gehouden onderzoeken. In een bijlage staat een nadere specificatie van de

onderzoeksresultaten weergegeven.

(7)

In mijn conclusie zal ik antwoord geven op de vraagstelling in dit afstudeerwerkstuk en aanbevelingen doen.

(8)

2 Wat is een Uniform Pensioenoverzicht (UPO)?

Het UPO is een overzicht dat Nederlandse pensioenuitvoerders moeten verstrekken aan deelnemers van de pensioenen die zij beheren. Het UPO is een uitvloeisel van de Pensioenwet1 (PW) en de Wet verplichte beroepspensioenregeling2 (Wvb).

Het UPO wordt doorgaans als een papieren versie verstrekt.

2.1 Wat is het doel van het UPO?

Het UPO moet de (gewezen) deelnemer aan een pensioenregeling inzicht geven in zijn pensioensituatie op een eenvoudige en transparante manier, in wat de uitkering is bij

pensionering of eventueel bij arbeidsongeschiktheid. Daarnaast geeft het UPO inzicht in wat de eventuele partner en/of kinderen ontvangen bij onverhoopt overlijden van de (gewezen) deelnemer.

2.2 Wie verstuurt een UPO?

Uit hoofde van artikel 48 van de Pensioenwet (PW) en artikel 59 van de Wet verplichte beroepspensioenregeling (Wvb) is de pensioenuitvoerder verplicht de deelnemers aan een pensioenregeling tijdig3 een UPO te verstrekken.

De Autoriteit Financiële Markten (AFM) is volgens artikel 4:81 van het Algemene wet bestuursrecht (Awb) bevoegd vast te stellen welke termijn aan ‘tijdig’

verbonden is. Een pensioenuitvoerder voldoet aan de wettelijke verplichting tot tijdige verstrekking van het jaarlijkse UPO indien de deelnemer het UPO uiterlijk aan

het einde van het derde kalenderkwartaal ontvangen heeft. Dus uiterlijk op 30 september van ieder jaar. Deze beleidsregel is na overleg met pensioenuitvoerders, brancheorganisaties en andere belanghebbenden in de pensioensector vastgesteld.

2.3 Wie ontvangt een UPO?

Iedere werknemer die actief deelneemt aan een pensioenregeling krijgt jaarlijks een UPO over het pensioen bij zijn huidige werkgever. Ook werknemers die wegens arbeidsongeschiktheid niet meer of slechts deels werkzaam zijn ontvangen een UPO.

Over de pensioenen bij eerdere dienstverbanden krijgt een gewezen deelnemer eens in de vijf jaar een UPO. Tenminste één keer in de vijf jaar zal de pensioenuitvoerder ook een eventuele

1 http://wetten.overheid.nl/BWBR0020809/geldigheidsdatum_01-02-2015

2 http://wetten.overheid.nl/BWBR0018831/geldigheidsdatum_01-02-2015

3 http://wetten.overheid.nl/BWBR0025835/geldigheidsdatum_01-02-2015

(9)

ex-partner informeren over het opgebouwde partnerpensioen. Met dit overzicht kan de ex- partner een inschatting maken van het inkomen bij overlijden van de (gewezen) deelnemer.

Volgens de Pensioenwet dienen ook pensioengerechtigden (personen die een uitkering ontvangen van een pensioenuitvoerder) jaarlijks een overzicht te ontvangen. Deze is echter niet uniform voorgeschreven en kan bij verschillende pensioenuitvoerders een andere indeling hebben.

Het UPO wordt rechtstreeks door de pensioenuitvoerder aan de (gewezen) deelnemer toegezonden.

2.4 Welke informatie staat er op een UPO?

Het UPO ziet er bij iedere pensioenuitvoerder ongeveer hetzelfde uit. In ieder geval komen dezelfde onderwerpen aan bod, zodat de overzichten goed met elkaar te vergelijken zijn en de bedragen bij elkaar kunnen worden opgeteld.

Het UPO dient – wettelijk gezien – de volgende gegevens te bevatten:

- een opgave van de verworven pensioenaanspraken;

- een opgave van de reglementair te bereiken pensioenaanspraken;

- informatie over toeslagverlening (uitgedrukt in een kwalitatieve en beeldende maatstaf);

- een opgave van de aan het voorafgaande kalenderjaar toe te rekenen waardeaangroei van pensioenaanspraken (de zogenaamde ‘factor A’).

Door de pensioenkoepels, de Pensioenfederatie en het Verbond van Verzekeraars (VvV), zijn UPO-modellen ontwikkeld. Het UPO voor actieve deelnemers is wettelijk verankerd. De andere UPO-modellen zijn als ‘best practice’

te beschouwen. Op de website Uniformpensioenoverzicht.nl zijn alle beschikbare UPO- modellen met toelichtingen en handleidingen beschikbaar voor pensioenfondsen en verzekeraars. De toelichting bij het UPO is grotendeels vorm vrij.

Er wordt in de UPO-modellen onderscheid gemaakt tussen de diverse uitvoeringsovereenkomsten:

- uitkeringsovereenkomst;

- kapitaalovereenkomst;

- premieovereenkomst (met beleggingen);

- inkomensverzekeraars;

- beroepspensioenregeling.

(10)

In de UPO-modellen blijkt ook standaard opgenomen te worden:

- persoonsgegevens van de deelnemer en eventuele partner en/of kinderen;

- basisgegevens waarop het UPO is gebaseerd (salaris, deeltijdpercentage, dienstjaren, enzovoort);

- overzicht sociale zekerheid;

- bijzondere omstandigheden – informatie over bijvoorbeeld - een te lage dekkingsgraad;

- aanwijzingen van De Nederlandsche Bank en/of de Autoriteit Financiële Markten;

- het aanstellen van een bewindvoerder door De Nederlandsche Bank;

- een verlaging van het pensioen.

- diverse verwijzingen naar informatiebronnen (onder andere naar Mijnpensioenoverzicht.nl)

- een toelichting voor de (gewezen) deelnemer.

Voor een goede vergelijking van uitkomsten uit kapitaal- en premieovereenkomsten worden jaarlijks afspraken gemaakt over de te gebruiken voorbeeldrekenrente en voorbeeldrendement (2014: 4% / 2015: 4% = het vergelijkingsrendement uit de Financiële Bijsluiter).

Tot en met het UPO 2012 werd bij premie- en kapitaalovereenkomsten een voorbeeldrekenrente van 4% gehanteerd. Dat percentage was niet meer actueel.

Daarom wordt vanaf 2013 een andere systematiek gehanteerd (Uniformpensioenoverzicht.nl, 2012).

Voor de pensioenindicaties wordt vanaf 2013 uitgegaan van de door De Nederlandsche Bank (DNB) jaarlijks gepubliceerde 25-jaars SWAP-rente van de maand

september van het jaar daarvoor en de geldende overige tarieven. De voorbeeldrekenrente wordt op 1 decimaal afgerond (2013: 2,4% / 2014: 2,8% / 2015: 2,2%).

Pensioenfondsen kunnen voor kapitaal- en premieovereenkomsten een in het reglement gedefinieerde rekenrente hanteren, tenzij de deelnemer volgens de pensioenovereenkomst op de pensioendatum de mogelijkheid krijgt om te kiezen voor een andere pensioenuitvoerder (het zogenaamde ‘shoppen’). Als de pensioenovereenkomst voorziet in de mogelijkheid tot shoppen, dan moet de voorbeeldrekenrente van 2,2% (2015) gebruikt worden.

Bij de voorbeeldkapitalen die op het UPO worden getoond, moet rekening worden gehouden met eventuele Lopende kosten (voorheen Total Expense Ratio). Deze Lopende kosten zijn een maatstaf voor de kosten die een beleggingsfonds in rekening brengt aan zijn

aandeelhouders.

Sommige pensioenuitvoerders verstrekken voor elk soort pensioen een apart UPO.

De (gewezen) deelnemer krijgt een apart overzicht voor het ouderdomspensioen,

nabestaandenpensioen, arbeidsongeschiktheidspensioen etc. Er zijn ook pensioenuitvoerders

(11)

die een geconsolideerde UPO verstrekken. In zo’n overzicht worden de gegevens van meerdere pensioensoorten en/of pensioenverzekeringen gezamenlijk afgedrukt.

Het UPO is bewust beperkt gehouden om de hoeveelheid informatie voor de deelnemer behapbaar te houden. In een toelichting wordt vaak een verdere beschrijving gegeven.

Het UPO bevat bruto bedragen en gaat uit van jaarbedragen.

(12)

3 De introductie van het Uniform Pensioenoverzicht (UPO)

Pensioen is een inkomensverzekering, waarmee een (gezins)inkomen wordt verzekerd voor wanneer dat inkomen wegvalt door ouderdom, arbeidsongeschiktheid of overlijden. In Nederland bestaat het pensioenstelsel – net als in de meeste Europese landen – uit drie

‘pijlers’.

De Algemene Ouderdomswet4 (AOW) vormt de ‘eerste pijler’. Deze wordt opgebouwd uit rechten die men verkrijgt voor elk jaar dat men voorafgaand aan de uiteindelijk geldende AOW-leeftijd in Nederland verblijft. Men hoeft dus niet werkzaam te zijn. Het wordt door de staat geregeld en gefinancierd door middel van een omslagstelsel.

De ‘tweede pijler’ is het aanvullend pensioen (kortweg pensioen genoemd). Het Nederlandse aanvullend pensioen wordt door werknemers tijdens hun werkzame leven opgebouwd. Het pensioen is bedoeld als aanvulling op de AOW-uitkering. Het wordt gefinancierd door een kapitaaldekkingsstelsel. Bij een kapitaaldekkingsstelsel bouwt een werknemer in principe zijn eigen ‘spaarpot’ op, waaruit later het pensioen wordt uitgekeerd. De premie wordt vaak gezamenlijk door werknemer en werkgever betaald.

De ‘derde pijler’ bevat inkomensvoorzieningen die mensen zelf treffen, zoals lijfrenten en levensverzekeringen.

Er is heel veel geld gemoeid met pensioen. Bij elkaar gaat het om een enorm groot vermogen:

alle pensioenuitvoerders bij elkaar beheren rond de EUR 1.007 miljard (eind 2012). Dat is al het geld dat werkgevers en werknemers hebben betaald aan pensioenpremie, vermeerderd met de daarmee gerealiseerde opbrengsten.

De pijlers hebben een verschillend ‘gewicht’. In Nederland zijn de gewichten ongeveer 50%

voor de eerste pijler, 45% voor de tweede pijler en ongeveer 5% voor de derde pijler. Het gewicht van de eerste pijler is een politieke keuze. De grootte van de tweede pijler wordt bepaald door wetgeving, traditie en beleid van de sociale partners.

De doelmatigheid van een pensioensysteem kan worden afgemeten aan de ‘deelnamegraad’

(welk deel van de potentiële deelnemers bouwt pensioen op) en de ‘vervangingsgraad’ (welk deel van het inkomen wordt bij pensionering door het pensioen vervangen). Door de zeer effectieve verplichtstelling ligt de deelnamegraad in Nederland boven de 90%.

De vervangingsgraad is in principe een politieke keuze die uit twee delen bestaat: een

4 http://wetten.overheid.nl/BWBR0002221/geldigheidsdatum_01-02-2015

(13)

gewenste vervangingsgraad (in Nederland 70% voor belasting, wat neerkomt op rond 100%

na belasting) en een maximaal fiscaal gefaciliteerde vervangingsgraad, in Nederland 100%.

De uit 1954 daterende Pensioen- en spaarfondsenwet5 (PSW) was al vaak aangepast. Dit was vooral vanwege maatschappelijke ontwikkelingen. Denk daarbij aan toenemende

arbeidsmobiliteit (het switchen van baan) en de overgang van een kostwinners- naar een tweeverdienersmodel. Met de introductie van de Pensioenwet (PW) in 2007 veranderden de principes van het pensioenstelsel niet. Pensioen was en bleef een secundaire

arbeidsvoorwaarde waarvoor werkgever en werknemers gezamenlijk verantwoordelijk bleven.

Evenals onder de PSW is een pensioenregeling onder de PW niet verplicht. Een verplichting om wél een pensioenregeling aan te bieden staat in het algemeen in collectieve

arbeidsovereenkomsten (CAO's). Als er een pensioenovereenkomst wordt afgesloten, dan staan in de PW de voorwaarden waaraan die pensioenafspraken moeten voldoen. Een belangrijke voorwaarde is dat de pensioenovereenkomst moet worden ondergebracht bij een erkend pensioenfonds of een erkende pensioenverzekeraar (artikel 23 PW).

De Pensioenwet ging op 1 januari 2007 in. Sommige regels waren direct van kracht, andere op een later tijdstip. De gefaseerde invoering was in 2009 helemaal klaar.

Op de naleving van de voorschriften in de PW wordt toezicht gehouden door De Nederlandsche Bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM).

3.1 Waarom is het UPO geïntroduceerd?

Bijna elke werknemer heeft een belang in pensioen. Uit voorgaande blijkt dat de belangen groot zijn. Deze grote financiële belangen zijn bij een selecte groep financiële instellingen ondergebracht.

De PW is ingevoerd omdat de PSW verouderd was. De wetgever wilde meer zekerheid, transparantie en kennisoverdracht rondom pensioen. De meeste werknemers in Nederland bouwden pensioen op, maar hadden geen idee hoe hun pensioen precies in elkaar zat, en waar ze recht op hadden.

Ook wilde de wetgever dat pensioenuitvoerders zorgvuldig met het geld van de

premiebetalers omgingen. Pensioenuitvoerders moeten daarom zorgen voor voldoende

liquiditeit en vanaf de invoering van de PW moeten ze hun verzekerden meer inzicht geven in wat ze doen met het aan hen toevertrouwde geld. De PW geldt voor alle pensioenregelingen tussen werkgevers en werknemers.

5 http://wetten.overheid.nl/BWBR0002089/geldigheidsdatum_01-01-2006

(14)

Werkgevers kregen met de PW een strengere informatieplicht. Zij moesten hun werknemers beter gaan informeren over hun rechten en plichten rondom pensioen. Verder ging de leeftijd waarop een werknemer kan deelnemen aan een pensioenregeling naar beneden. Die leeftijd was 25 jaar en werd verlaagd naar 21 jaar. Een werkgever moet sinds die datum dus alle werknemers vanaf 21 jaar een pensioen aanbieden.

Niet alleen werkgevers moesten hun werknemers beter informeren, ook pensioenuitvoerders moesten verzekerden en gepensioneerden beter gaan voorlichten. Ze moeten de (gewezen) deelnemers duidelijker voorlichten over hun opgebouwde aanspraken. Minimaal één keer per jaar. Werknemers die niet langer pensioen opbouwen in een fonds – zogenoemde ‘slapers’ – moeten één keer in de vijf jaar van informatie worden voorzien.

Ook informatie over het al dan niet aanpassen van de pensioenen aan de inflatie (indexatie) wordt strenger bekeken. Als pensioenuitvoerders pensioenen niet indexeren of hier

voorwaarden aan verbinden, dan moeten zij de (gewezen) deelnemers daar duidelijk over informeren. Is het indexatiebeleid van een pensioenuitvoerder niet duidelijk, dan gaat de toezichthouder ervan uit dat de pensioenen onvoorwaardelijk worden geïndexeerd.

Vroeger had elk pensioenfonds en elke verzekeraar een eigen pensioenoverzicht. Helaas waren die verschillende pensioenoverzichten vaak moeilijk met elkaar te vergelijken. Sinds 1952 verstrekken pensioenfondsen bij ontslag of overstap naar een andere werkgever een overzicht van opgebouwde pensioenrechten. Sinds 1994 verstrekken pensioenfondsen bovendien ieder jaar een pensioenoverzicht.

Het UPO is ontwikkeld omdat het gemiddelde pensioenoverzicht niet duidelijk was voor de deelnemer.

Met het UPO kan de werknemer (als consument) een betere financiële planning maken.

Het UPO maakt verschillende pensioenoverzichten vergelijkbaar en geeft een verbeterd inzicht in de persoonlijke pensioensituatie.

3.2 Wie heeft het UPO geïntroduceerd?

Het UPO is ontstaan op initiatief van de Consumentenbond. Deze organisatie heeft pensioenfondsen en verzekeraars gevraagd om pensioenoverzichten zo op te stellen dat ze

gemakkelijker vergelijkbaar zijn. Dit is mogelijk als de overzichten op dezelfde wijze – uniform – zijn opgezet.

(15)

Vanaf 2003 hebben de drie toenmalige koepelorganisaties van pensioenuitvoerders – het Verbond van Verzekeraars, de Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen en de Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen – de handen ineen geslagen om samen een

UPO te ontwikkelen.

Het UPO is na de introductie verder doorontwikkeld door het Verbond van Verzekeraars (VvV) en de Pensioenfederatie. De Pensioenfederatie is voortgekomen uit een samenwerking van de koepels voor ondernemings- (OPF), beroeps- (UvB) en bedrijfstakpensioenfondsen (VB). Met ingang van 1 januari 2014 zijn deze drie volledig opgegaan in de Pensioenfederatie.

De Pensioenfederatie behartigt namens ongeveer 250 pensioenfondsen de belangen van 5,3 miljoen deelnemers, 3 miljoen gepensioneerden en 8,4 miljoen gewezen deelnemers.

Circa 80% van alle werkenden is aangesloten bij een collectief pensioenfonds. De pensioenfondsen van de Pensioenfederatie beheren samen circa 900 miljard euro.

De Pensioenfederatie ziet het als haar missie de belangen van de Nederlandse

pensioenfondsen optimaal te behartigen en de ontwikkeling van het pensioenstelsel te bevorderen.

3.3 Wanneer is het UPO geïntroduceerd?

Nederlandse pensioenuitvoerders zijn op grond van artikel 38 van de Pensioenwet (PW) sinds 1 januari 2008 verplicht deelnemers jaarlijks een Uniform Pensioenoverzicht te verstrekken (pensioenfondsen). Verzekeraars eerst per 1 januari 2009.

De al bestaande Wet verplichte beroepspensioenregeling (Wvb) sloot daar per 1 januari 2007 op aan (artikel 49 Wvb).

De drie koepelorganisaties van de pensioenuitvoerders spraken destijds af dat alle actieve deelnemers al in 2007 een UPO zouden krijgen. Deze afspraken zijn vastgelegd in een convenant (2005) dat alle partijen ondertekenden in het bijzijn van toenmalig Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Mr. A.J. (Aart Jan) de Geus. Het UPO was in 2007 dus nog geen wettelijke verplichting.

(16)

4 Ontwikkelingen na de introductie van het Uniform Pensioenoverzicht (UPO)

Het UPO wordt doorgaans in een papieren versie verstrekt.

Vanaf 2005 is een Europese verordening6 van kracht op het gebied van onderzoek naar de informatiemaatschappij. Deze verordening stelt gegevensverstrekking over informatie- en communicatietechnologie (ICT) gebruik bij huishoudens en personen verplicht en geeft ook aan over welke onderwerpen informatie in Europees verband verzameld wordt. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) verzamelt deze gegevens aan de hand van het onderzoek ICT-gebruik van huishoudens en personen.

Uit onderzoek (CBS, ICT gebruik van personen naar persoonskenmerken, 2014) blijkt dat het persoonlijk toegang hebben tot internet van 2005 tot 2013 gestegen is van 83% tot 97%.

Ook is in deze periode een toename te zien in het toegang hebben van huishoudens tot breedbandinternet, te weten een stijging van 54% naar 87% (CBS, ICT gebruik van huishoudens naar huishoudkenmerken, 2013). Bovendien steeg in deze periode het

internetgebruik op mobiele telefoons van 12% naar 69% (CBS, ICT gebruik van huishoudens naar huishoudkenmerken, 2013) van alle personen.

Met een toenemend gebruik van internet en de wijze waarop daar gebruik van wordt gemaakt, is het niet verwonderlijk dat ontwikkelingen rondom het UPO digitaal en voornamelijk internet gerelateerd zijn.

4.1 Welke initiatieven zijn er na de introductie van het UPO geweest?

Naast het UPO is er een aantal initiatieven gekomen die op één of andere manier verbonden zijn aan het UPO of de gegevens die daarop staan vermeld.

4.1.1 Pensioenkijker.nl

Eind 2002 heeft het toenmalige Coördinatieorgaan Samenwerkende Ouderenorganisaties

(CSO) van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) een subsidie

verkregen met de bedoeling de transparantie in pensioenregelingen te bevorderen.

Na gesprekken met een groot aantal spelers in het pensioenveld is gezamenlijk de conclusie getrokken dat het noodzakelijk is dat burgers meer pensioenbewust zijn voordat regelingen

6 http://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:52005DC0229&from=NL

(17)

succesvol inzichtelijker kunnen worden gemaakt. Begin 2004 is hiertoe Stichting Pensioenkijker.nl formeel opgericht met bijbehorende gelijknamige website.

De stichting wordt gefinancierd door een jaarlijkse bijdrage van de Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen en het Verbond van Verzekeraars (VvV). Daarnaast wordt de stichting gesteund door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW).

Stichting Pensioenkijker.nl is aangesloten bij CentiQ, wijzer in geldzaken. Deze organisatie verleent op ad hoc basis projectsubsidies aan de stichting.

Het doel van de stichting (Jaarverslag Campagne 2009 Pensioenkijker.nl, 2010) is dat

Nederlanders gaan nadenken over hun pensioen. Bovendien willen ze pensioen begrijpelijker maken. Daarnaast geeft de stichting objectieve informatie over pensioen. Dit doet de stichting onder andere door het organiseren van seminars, pensioenspreekuren en workshops. In 2006 is Pensioenkijker.nl gestart met de ontwikkeling van een brochurelijn. Deze lijn is elk jaar uitgebreid. Een aantal brochures en rapporten werd van 2008 tot 2010 op de website yumpu.com7 digitaal gepubliceerd.

In 2008 lanceerde Pensioenkijker.nl een pensioenplanner die inzicht geeft in het netto pensioen. De pensioenplanner sluit aan bij het UPO die werknemers jaarlijks ontvangen van hun pensioenuitvoerder. Met de gegevens van het UPO kan de pensioenplanner worden ingevuld. De deelnemer krijgt dan een beeld van het netto pensioeninkomen. Ook kan de deelnemer zien wat het effect is bij eerder stoppen met werken of juist langer doorwerken.

Om mensen een beter beeld te geven van hoeveel geld ze nodig hebben bij pensionering, heeft Pensioenkijker.nl in samenwerking met Wijzer in geldzaken in december 2009 haar website uitgebreid met Pensioenbeleving. Pensioenbeleving is verdeeld over 3 hoofdthema’s:

‘Wonen’, ‘Leuke dingen doen’ en ‘Er alleen voor staan’.

In 9 heldere filmpjes vertellen mensen hoe zij hun pensioen hebben geregeld, wat ze goed hebben gedaan of juist anders hadden kunnen doen. Behalve deze filmpjes, kan men van alle geïnterviewde mensen de huishoudboekjes bekijken. Daarmee wordt inzicht gegeven in hoeveel er in een maand wordt uitgegeven en waar aan. Allemaal ter vergelijking van de eigen situatie en gericht op die ene vraag: ‘Hoeveel heb je straks nodig en hoe ga je dat regelen?’ Met het toevoegen van Pensioenbeleving aan de website heeft Pensioenkijker.nl – volgens eigen zeggen – een gehele nieuwe weg ingeslagen om pensioen dichter bij mensen te brengen.

7 http://www.yumpu.com/user/pensioenkijker.nl

(18)

Met regelmaat wordt media-aandacht gezocht via televisie en dagbladen, zoals in

programma’s als Teleac (tot 2010) BNR8 nieuwsradio, Sky radio en Radio 2, en advertorials in Libelle, Margriet, Esta, Marie Claire, Nouveau en de Telegraaf, met wie ook online spreekuren in samenwerking met het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) en de Consumentenbond zijn gehouden.

De gedachte hierachter is pensioen daar onder de aandacht te brengen waar de focus van de burger ligt.

Stichting Pensioenkijker.nl heeft een keer gepoogd om een verhaallijn over pensioen in de tv-soapserie Goede Tijden Slechte Tijden (GTST) te kopen. De makers van de soapserie zagen hier echter niets in.

Via LinkedIn is in 2010 een campagne gestart om met name de Zelfstandige Zonder Personeel (ZZP-er) en de HR9 professional te bereiken. Hierin werd aandacht gevraagd voor de website Pensioenkijker.nl als de

plaats voor onafhankelijke informatie over pensioen. Gedurende de periode van drie maanden werd de zichtbaarheid van Pensioenkijker.nl op de social media vergroot door zeer gerichte LinkedIn-bannering en informatieve berichten aan de doelgroepen. Uit het jaarverslag (2010) van Pensioenkijker.nl blijkt dat het resultaat helaas enigszins teleurstellend was. Op het aan het einde van de campagne gehouden online spreekuur werden weinig vragen gesteld, ondanks dat in een poll 90% van 791 HR-managers (Jaarverslag Campagne 2010

Pensioenkijker.nl, 2011) aan gaf het oneens te zijn met de stelling: ‘De HR-professional hoeft niets te weten over pensioen.’

Op het YouTube kanaal10 van Pensioenkijker.nl is sinds 2009 slechts 1 video geplaatst. Het betreft een interview over de pensioenbeleving van Pensioenkijker.nl voorzitter E. (Elske) ter Veld.

Op de website Pensioenkijker.nl is ook een onderdeel ingericht om werkgevers te informeren over pensioen.

In 2012 waren directeur G. (Gerard) Riemen van de Pensioenfederatie en voorzitter E. (Elske) ter Veld van Pensioenkijker.nl samen van mening dat door het samenbrengen van het beheer van de websites van beide organisaties in één organisatie beter op de behoefte van de

consument kan worden ingespeeld. De website Pensioenkijker.nl is vanaf mei 2012 ondergebracht bij Stichting Pensioenregister.

8 Business Nieuwsradio

9 Human resource

10 www.youtube.com/user/Pensioenkijker

(19)

De website Pensioenkijker.nl wordt op dit moment (februari 2015) vernieuwd en is slechts gedeeltelijk toegankelijk. Doel is dat de bezoeker van de website straks overzichtelijk kan nagaan welke gebeurtenissen invloed hebben op zijn of haar pensioen en wat inmiddels aan pensioen, nabestaandenpensioen en AOW is opgebouwd.

De nieuwe communicatie sluit aan op ‘life events’. Er kan alleen goed worden

gecommuniceerd over pensioenen als de betrokkenen ervoor open staan. Bijvoorbeeld bij gebeurtenissen als verandering van baan, ontslag of echtscheiding. Hiermee wordt een poging gedaan om de mensen geleidelijk aan een automatisme te laten ontwikkelen om op de juiste momenten te denken aan hun pensioen en wat daarmee samenhangt.

De pensioenplanner is nog steeds bereikbaar via de website.

Het gebruik van de website is gratis. Het is als publieke dienstverlening beschikbaar gesteld en de functie is puur informatief en niet adviserend.

De belangstelling voor de website is vanaf de start wisselend geweest.

Bezoekersaantallen:

- 2004 : 181.586 - 2005 : 235.961 - 2006 : 334.440 - 2007 : 430.611 - 2008 : 561.058 - 2009 : 274.614 * - 2010 : 365.008 - 2011 : 604.122 **

- 2013 : 384.225 (bron jaarverslag Stichting Pensioenregister 2013) (bron: achtereenvolgende jaarverslagen van Stichting Pensioenkijker.nl)

* Over de maand januari 2009 zijn geen cijfers bekend en dus niet opgenomen.

** In de maand januari 2011 trad onmiddellijk na de lancering van de website

Mijnpensioenoverzicht.nl een piek op van 171.608 bezoekers, met een lichte nawerking in februari 2011

Uit de jaarverslagen blijkt niet altijd of deze bezoekersaantallen unieke bezoekers betreft of inclusief terugkerende bezoekers is. Bij bezoekersaantallen dient hier onderscheid in gemaakt te worden.

4.1.2 Mijnpensioenoverzicht.nl

Tijdens de parlementaire behandeling van de (nieuwe) Pensioenwet (PW) in 2006, was de Tweede Kamer van mening dat Nederlandse burgers beter inzicht zouden moeten krijgen in het pensioen dat zij kunnen verwachten. Op initiatief van de Kamerleden G.A. (Gerdi)

(20)

Verbeet, Mr. B.M. (Bibi) de Vries en Dr. P.H. (Pieter) Omtzigt is in de PW de verplichting voor pensioenuitvoerders opgenomen om te komen tot een nationaal Pensioenregister.

Het Pensioenregister heeft tot doel de aanspraakgerechtigde op duidelijke en begrijpelijke wijze in de gelegenheid te stellen gegevens over zijn pensioenaanspraken te raadplegen.

Onder pensioenaanspraken worden hier ook de aanspraken op ouderdomspensioen op grond van de Algemene Ouderdomswet (AOW) verstaan.

Artikel 51 van de PW geeft aan dat de pensioensector zelf verantwoordelijk is voor het realiseren van het Pensioenregister. Ook de kosten worden door de pensioensector zelf opgebracht. In 2007 is door de pensioensector gestart met de voorbereidingen voor het Pensioenregister. Op 7 mei 2008 werd de Stichting Pensioenregister opgericht, een initiatief van de Nederlandse pensioensector en de Sociale Verzekeringsbank (SVB).

Detaillering van artikel 51 bleek echter nodig om de rechten en plichten van de pensioenuitvoerders tegenover het Pensioenregister vast te kunnen stellen.

Daarvoor zijn in de loop van 2009 vertegenwoordigers van de Nederlandse pensioensector en de SVB met het

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) aan tafel gegaan. In 2010 kreeg dit zijn beslag. Op basis daarvan stelt de Stichting Pensioenregister de Nederlandse (collectieve) pensioenaanspraken en AOW via de website beschikbaar. De SVB en de pensioenuitvoerders zijn verantwoordelijk voor het aanleveren van juiste en volledige gegevens.

In 2009 was de communicatie van Stichting Pensioenregister met name gericht op pensioenuitvoerders en –administrateurs door middel van maandelijkse nieuwsbrieven, informatie- en themabijeenkomsten. In 2009 behoorde communicatie richting de Nederlandse burgers nog niet tot de aandachtsvelden. Het bestuur was ook in 2010 van mening dat het informeren van burgers pas aan de orde is, zodra de website Mijnpensioenoverzicht.nl daadwerkelijk online zou zijn. Te vroege communicatie zou onjuiste verwachtingen hebben gewekt en onduidelijkheid hebben gecreëerd.

Wel werd gelijktijdig zowel de Consumentenbond als CentiQ (een project dat tot doel heeft de financiële educatie van consumenten te vergroten) betrokken bij communicatie over de website Mijnpensioenoverzicht.nl. Deze samenwerking werd in 2010 voortgezet en kwam onder andere tot uiting in de nauwe afstemming tussen de Consumentenbond en

de Stichting Pensioenregister over mediaberichtgeving rondom de lancering van de website Mijnpensioenoverzicht.nl.

De website Mijnpensioenoverzicht.nl wordt verzorgd door Stichting Pensioenregister en maakt het sinds de lancering op 6 januari 2011 door minister van SZW H.G.J. (Henk) Kamp

(21)

voor elke Nederlandse burger mogelijk om een overzicht te krijgen van zijn/haar opgebouwde AOW-rechten en de door hem/haar opgebouwde en op te bouwen pensioenaanspraken bij pensioenfondsen en pensioenverzekeraars.

De media hebben ruim aandacht besteed aan de lancering. Zowel het NOS11 Journaal en RTL12 Nieuws berichtten met uitgebreide items. Ook alle landelijke dagbladen en vele regionale kranten schreven over de nieuw gelanceerde website Mijnpensioenoverzicht.nl.

Bestuursvoorzitter Francine Giskes heeft op verschillende radiozenders live interviews gegeven. De eerste dagen na de lancering waren er kritische geluiden over de beperkt bereikbaar van de website en het feit dat Nederlanders in het buitenland zonder DigiD geen toegang hebben. Er werd gesuggereerd dat de website nog niet helemaal klaar zou zijn en dat veel pensioengegevens zouden ontbreken. Veel van deze berichten werden op sociale media geuit. Twitter nam een belangrijk deel voor zijn rekening met veel berichten over de

onbereikbaarheid van de website. Er waren ook heel positieve berichten over het nieuwe pensioenplatform dat nu geboden wordt.

Bij de ontwikkeling van het UPO was de gedachte dat de deelnemer UPO’s van de

verschillende pensioenuitvoerders naast elkaar kon leggen. Zo kon een totaalbeeld verkregen worden van het te bereiken ouderdomspensioen bij een ongewijzigde situatie. Met de komst van het Pensioenregister worden de UPO-gegevens bij elkaar gevoegd. De gegevens worden per pensioenuitvoerder gesplitst weergegeven. De deelnemer krijgt zo een compact overzicht van de pensioenen die hij bij diverse pensioenuitvoerders verzekerd heeft, inclusief zijn verzekerde AOW. Het Pensioenregister bevat zowel een feitelijke optelling als een grafische weergave hiervan.

Al in oktober 2011 werd de mogelijkheid toegevoegd om een schatting van het netto pensioeninkomen te bekijken. Tot dat moment toonde de website Mijnpensioenoverzicht.nl alleen brutobedragen. Door het tonen van de schatting van het netto pensioeninkomen krijgen bezoekers beter inzicht in wat ze na hun pensionering werkelijk te besteden hebben.

Tot juli 2012 werden op de website Mijnpensioenoverzicht.nl alleen de bedragen van een AOW-pensioen voor gehuwden getoond. Nadien zijn – indien van toepassing – ook de (hogere) bedragen van een AOW-pensioen voor alleenstaanden beschikbaar.

Vanaf oktober 2012 zijn ook de pensioenbedragen zichtbaar die deelnemers na een

echtscheiding of beëindiging van een geregistreerd partnerschap aan hun ex-partner moeten betalen.

11 Nederlandse Omroep Stichting

12 Radio Télévision Luxembourg

(22)

Het Pensioenregister toont op Mijnpensioenoverzicht.nl alleen de laatste status van de te bereiken en opgebouwde pensioenen. Het Pensioenregister houdt geen historie vast waarin de gebruiker kan terugbladeren naar pensioengegevens van eerdere jaren.

Er worden geen al ingegane aanspraken op pensioen en AOW getoond. Bovendien worden geen inkomensvoorzieningen uit de ‘derde pijler’ getoond.

Het is uitsluitend een digitaal medium. Om toegang te krijgen tot de faciliteiten van de website moet worden ingelogd met DigiD. DigiD staat voor Digitale Identiteit, een

gemeenschappelijk systeem waarmee de overheid op internet de identiteit van een gebruiker (van online diensten) kan verifiëren. Bij veel burgers is het gebruik van DigiD al bekend, omdat de elektronische belastingaangifte ook met DigiD werkt.

Als de DigiD-code bij het inloggen op de website is geaccepteerd, haalt het Pensioenregister bij de

pensioenuitvoerders de gegevens op van de betreffende persoon. Als identificatie wordt het Burgerservicenummer (BSN) gebruikt. Het Pensioenregister slaat geen

pensioengegevens op, maar haalt per keer dat er wordt ingelogd de pensioengegevens op bij de pensioenuitvoerders.

Het Pensioenregister is dus geen databank, maar meer een ondersteunend instrument waarmee gegevens bij de SVB en de betrokken pensioenuitvoerders opgehaald worden.

De website heeft niet primair tot doel om mensen pensioenbewustzijn bij te brengen, maar dat is wel een verwacht neveneffect. Het gebruik van de website is gratis. Het is als publieke dienstverlening beschikbaar gesteld en de functie is puur informatief en niet adviserend of bedoeld voor commerciële activiteiten.

De belangstelling voor de website is vanaf de start duidelijk flink te noemen. Een bezoek is meegeteld als iemand succesvol heeft ingelogd via DigiD, het burgerservicenummer is herkend bij de SVB en de AOW-gegevens zijn opgehaald uit het SVB-systeem.

Bezoekersaantallen:

- 2011 : 3.000.000+ * - 2012 : 2.211.229 - 2013 : 2.608.897

(bron: achtereenvolgende jaarverslagen van Stichting Pensioenregister)

* De communicatiecampagne en persaandacht rond de lancering van de website in 2011 zorgde voor een grote piek (1 miljoen bezoekers) in de eerste twee weken.

(23)

Uit de jaarverslagen blijkt niet of deze bezoekersaantallen unieke bezoekers betreft of

inclusief terugkerende bezoekers is. Bij bezoekersaantallen dient hier onderscheid in gemaakt te worden.

In 2011 vindt 71% van de bezoekers de website Mijnpensioenoverzicht.nl ‘helder’

(Pensioenregister Jaarverslag 2011, 2012). De daaropvolgende jaren was dit 74%

(Pensioenregister Jaarverslag 2012, 2013) respectievelijk 75% (Pensioenregister Jaarverslag 2013, 2015). De ‘eenvoud’ van de website scoort volgens de respectievelijke jaarverslagen bij de bezoekers 73%, 74% en 75%. Er wordt niet in alle jaarverslagen aangegeven om hoeveel respondenten het ging. In 2013 bedroeg het aantal respondenten 503.

Het door pensioenfondsen en -verzekeraars steeds vaker doorverwijzen naar de website Mijnpensioenoverzicht.nl heeft een positieve ontwikkeling in de bezoekersaantallen teweeggebracht.

Het door het bestuur in 2012 genomen besluit om ook een website te laten ontwikkelen voor mobiele apparaten heeft nog niet tot resultaat geleid.

De stichting heeft ook een servicedesk. De servicedesk is het eerste aanspreekpunt voor burgers die via brief, telefoon of e-mail een vraag willen stellen over de werking van de website Mijnpensioenoverzicht.nl. De servicedesk behandelt ook vragen van aangesloten pensioenfondsen die bijvoorbeeld technische problemen hebben met het uitwisselen van pensioengegevens.

Per brief Per e-mail Per telefoon Totaal - 2011 : 959 6.854 11.184 18.997 - 2012 : 594 6.257 9.692 16.543*

- 2013 : 412 5.509 9.103 15.024 (bron: achtereenvolgende jaarverslagen van Stichting Pensioenregister)

* Ruim 10.000 van deze vragen ging over ‘vergeten pensioenen’.

In het jaarverslag 2013 wordt gesteld dat “Mijnpensioenoverzicht.nl zal nog beter in een informatiebehoefte voorzien. Over vijf jaar zijn er veel meer mogelijkheden om interactief met persoonlijke pensioengegevens aan de slag te gaan. Als er iets verandert in je werk of leven, zie je straks wat dat betekent voor je pensioen.” (Pensioenregister Jaarverslag 2013, 2015, bladzijde 3)

(24)

De meeste functionaliteiten in het kader van de uitbreiding zullen deel uitmaken van de volgende ontwikkelingsfase van Mijnpensioenoverzicht.nl (‘plateau 3’). Naar verwachting is de uitbreiding in juni 2016 afgerond (Pensioenregister Jaarverslag 2013, 2015). Vanaf dat moment is de vernieuwde website volledig in bedrijf. Waarschijnlijk zijn enkele

functionaliteiten al voor 1 januari 2015 online beschikbaar. Daarmee loopt

Mijnpensioenoverzicht.nl dus iets vooruit op de wetswijziging die met ingang van 2015 van kracht wordt.

4.1.3 Uniformpensioenoverzicht.nl

De Pensioenfederatie en het Verbond van Verzekeraars (VvV) publiceren sinds 2008 jaarlijks nieuwe UPO-modellen op de website Uniformpensioenoverzicht.nl. Op deze website staan alle beschikbare UPO-modellen met toelichtingen en handleidingen. Naast het UPO voor actieve deelnemers in een pensioenregeling zijn er ook modellen voor eind-deelneming.

In 2012 verscheen het eerste exemplaar voor ex-partners.

Met de website verwachten de Pensioenfederatie en het VvV pensioenfondsen, verzekeraars en pensioenadviseurs van dienst te zijn bij het invullen van hun informatieverplichtingen.

De website is niet bedoeld voor consumenten. Deelnemers aan een pensioenregeling kunnen voor pensioeninformatie en met hun vragen terecht bij hun pensioenuitvoerder (pensioenfonds of verzekeraar) of adviseur. Of natuurlijk de websites

Pensioenkijker.nl of Mijnpensioenoverzicht.nl.

De ontvanger van een UPO kan op de website Uniformpensioenoverzicht.nl wel controleren of zijn UPO voldoet aan de voorschriften. Het UPO voor actieve deelnemers is immers wettelijk verankerd. De andere UPO-modellen dienen als ‘best practice’ te worden beschouwd.

4.1.4 Pensioen-apps

Met de opkomst van steeds geavanceerdere mobiele computers (smartphones en tablets) nam de vraag naar mobiel internet toe. De laptop wordt verdrongen door de smartphone als apparaat voor mobiel internet. Vooral jongeren tot en met 25 jaar gebruiken de smartphone dagelijks om onderweg mobiel te internetten (CBS, Verdere groei mobiel internetgebruik, 2012 en CBS, Jongeren vooral online met smartphone, 2014). Het gebruik van mobiel internet ligt in Nederland ruim boven het Europees gemiddelde (CBS, Mobiel online vooral met de smartphone, 2013).

‘App’ is een afkorting voor mobiele applicatie. Het is een klein programma dat ‘draait’ op een smartphone of tablet. Met zo’n app kunnen eenvoudig extra functies worden toegevoegd aan het mobiele apparaat.

(25)

Apps zijn ontwikkeld om het gebruikers van een mobiel apparaat makkelijker te maken.

Ze worden bijvoorbeeld gebruikt om snel informatie te raadplegen. Inhoudelijk kunnen apps variëren van amusement-, sport-, weer-, navigatie- of nieuwsapplicaties tot toepassingen als internetbankieren. Bedrijven kunnen diensten via een app beschikbaar stellen. De app kan worden ingezet om informatie te verstrekken, de bestaande dienstverlening van het bedrijf te ondersteunen of commerciële leads te creëren.

Apps kunnen gedownload worden in een app-store, een online winkel voor apps die gestart wordt vanaf de telefoon. Elk mobiel besturingssysteem heeft een eigen winkel. De app-stores van besturingssystemen iOS en Android zijn koplopers en beide erg uitgebreid. De Windows Phone Store (apps.microsoft.com) van Windows Phone heeft beduidend minder apps.

Bij Google Play (play.google.com) en Apple's App Store (itunes.apple.com) worden zowel gratis als betaalde apps aangeboden. Doordat het toevoegen van apps aan Google Play voor app-makers heel erg laagdrempelig is, zit er ook veel 'troep' tussen deze apps. Voordat een app in Apple's App Store terecht komt, moet deze eerst worden goedgekeurd. Hierdoor wordt vervuiling van de Store voorkomen.

Diverse pensioenuitvoerders (zowel pensioenfondsen als verzekeraars) hebben inmiddels een eigen pensioen-app voor hun verzekerden beschikbaar, al dan niet met een koppeling naar Mijnpensioenoverzicht.nl. De aangeboden opties zijn divers. Pensioen-apps worden veelal gratis aangeboden.

Omdat in Windows Phone Store slechts 1 pensioen-app te vinden is, volgt hieronder alleen een opsomming van enkele pensioen-apps (februari 2015) in Google Play en Apple's App Store. Het aantal downloads wordt alleen in Google Play goed zichtbaar weergegeven. De schaal van het aantal downloads is ruim (en daarmee onnauwkeurig).

De eerste echte pensioen-app van Nederland werd door RVS Verzekeringen (Rotterdamse Verzekering Sociëteiten) ontwikkeld onder de naam ‘Mijn Pensioen’ (april 2011). Vanuit de pensioen-app kon de gebruiker naar de website Mijnpensioenoverzicht.nl. gaan en daar de actuele pensioengegevens ophalen. De gebruiker hoefde maar weinig gegevens in te vullen om makkelijk inzicht te krijgen in de persoonlijke pensioensituatie en te achterhalen of er mogelijk een pensioentekort was. De gegevens waren uiteraard vertrouwelijk en werden niet aan RVS Verzekeringen doorgestuurd. De pensioen-app bood de mogelijkheid jezelf een mail te sturen of een alarm in te stellen om nog eens te worden herinnerd aan het pensioentekort.

De pensioen-app is niet meer verkrijgbaar.

Eind 2011 lanceerde ook het Verbond van Verzekeraars (VvV) een gratis pensioen-app,

‘Pensioen Wijzer’, gericht op werknemers. De pensioen-app toonde grote overeenkomsten in

(26)

functionaliteit met die van RVS Verzekeringen. De pensioen-app bevat een handige rekentool waarmee snel de huidige pensioenregeling getoetst kan worden. Er is een koppeling aanwezig met de website Mijnpensioenoverzicht.nl.

Het aantal recensies in de app-stores is minimaal. Google Play13 geeft met 10 recensies een score van 3,2 sterren (van de 5). Apple's App Store14 meldt met 5 klantbeoordelingen:

‘We hebben niet genoeg beoordelingen ontvangen om een gemiddelde weer te geven van de huidige versie van dit/deze programma.’

Het aantal downloads in Google Play is ingeschaald op 1.000 – 5.000.

Centraal Beheer Achmea biedt vanaf 1 december 2014 met de ‘Even Pensioen’ app ook het laatste pensioennieuws. Met duidelijke korte filmpjes voor antwoord op pensioenvragen.

Het aantal recensies in de app-stores is minimaal. Google Play15 kent geen recensies. Apple's App Store16 meldt: ‘We hebben niet genoeg beoordelingen ontvangen om een gemiddelde weer te geven van de huidige versie van dit/deze programma.’

Het aantal downloads in Google Play is ingeschaald op 100 – 500.

Bij de door Aegon beschikbaar gestelde pensioen-app wordt na het handmatige invoeren van gegevens het pensioenoverzicht grafisch inzichtelijk. Ook kan de pensioendatum van de gebruiker worden berekend. De ‘Aegon Pensioen App’ is momenteel niet beschikbaar door een upgrade naar ‘Mijn Aegon’.

Het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP), het pensioenfonds voor overheid en onderwijs, biedt sinds medio 2014 in haar pensioen- app de ‘Snelcursus pensioen snappen’. De deelnemer leert in 10 minuten de basisbeginselen van de Algemene Ouderdomswet (AOW), de eigen pensioenregeling, wanneer de deelnemer met pensioen kan

gaan en wat de deelnemer zelf kan regelen voor later. Een interactieve UPO-uitleg geeft extra toelichting bij alle moeilijke begrippen die in het UPO staan. Alle pensioenbegrippen worden ook nog eens apart uitgelegd in een begrippenlijst.

Er zijn een tiental recensies in de app-stores aanwezig. Google Play17 geeft met 26 recensies een score van 2,2 sterren (van de 5). Apple's App Store18 meldt met 25 klantbeoordelingen:

‘We hebben niet genoeg beoordelingen ontvangen om een gemiddelde weer te geven van de huidige versie van dit/deze programma.’

13 https://play.google.com/store/apps/details?id=nl.oberon.vvv.pensioen

14 https://itunes.apple.com/nl/app/pensioen-wijzer/id469088598?mt=8

15 https://play.google.com/store/apps/details?id=nl.achmea.pda.cb

16 https://itunes.apple.com/nl/app/even-pensioen/id939585211?mt=8

17 https://play.google.com/store/apps/details?id=nl.abp.pensioen

18 https://itunes.apple.com/nl/app/abp-pensioen/id630667287?mt=8

(27)

Het aantal downloads in Google Play is ingeschaald op 1.000 – 5.000.

Deelnemers aan een pensioenregeling bij BeFrank kunnen sinds medio 2014 met de ‘Mijn Pensioen’ app na inloggen hun actuele persoonlijke pensioensituatie bekijken. De deelnemer kan volgen wat er met zijn pensioenpremie gebeurt. De pensioenbeleggingen en

koersontwikkelingen kunnen ingezien worden. Met de pensioenplanner kunnen diverse pensioenscenario’s bekeken worden. Verder biedt de pensioen-app pensioen gerelateerd nieuws en opinieartikelen en worden pensioenbegrippen uitgelegd. Er is ook een

introductievideo.

Er zijn enkele recensies in de app-stores aanwezig. Google Play19 geeft met 6 recensies een score van 3,8 sterren (van de 5). Apple's App Store20 meldt met 17 klantbeoordelingen:

‘We hebben niet genoeg beoordelingen ontvangen om een gemiddelde weer te geven van de huidige versie van dit/deze programma.’

Het aantal downloads in Google Play is ingeschaald op 1.000 – 5.000.

De oude 'Kijk op Pensioen' app van Nationale-Nederlanden bood naast een compacte uitleg van lastige pensioenbegrippen ook video's die uitleg gaven over de eigen pensioenregeling.

Als speels onderdeel kon de deelnemer zijn pensioenkennis testen met het Grote Pensioenspel.

Met de pensioen-app konden deelnemers een QR21-code scannen die op het UPO is afgedrukt. De gescande code gaf meerdere mogelijkheden, waaronder ‘Mijn bedragen’. De deelnemer zag in één oogopslag de persoonlijke pensioenaanspraken.

In februari 2014 lanceerde National-Nederlanden de nieuwe pensioen- app ‘Mijn Pensioencoach’. Nieuw in deze pensioen-app is dat alle pensioenregelingen opgeteld kunnen worden en de bedragen netto getoond worden. Ook wordt een poging gedaan om de deelnemer aan het denken te zetten over zijn pensioen door onder andere het effect te laten zien van het langer doorwerken, meer werken of meer sparen voor pensioen. De pensioen-app is ook beschikbaar voor niet-klanten van Nationale-Nederlanden. Er is geen internetverbinding nodig om met de App te werken.

Er zijn enkele recensies in de app-stores aanwezig. Google Play22 geeft met 20 recensies een score van 4,9 sterren (van de 5). Apple's App Store23 meldt met slechts 10 klantbeoordelingen opmerkelijk genoeg een score van 5 sterren (van de 5).

Het aantal downloads in Google Play is ingeschaald op 500 – 1.000.

De genoemde cijfers zijn een momentopname van 17 februari 2015.

19 https://play.google.com/store/apps/details?id=com.itude.mobile.bps.befrank

20 https://itunes.apple.com/nl/app/befrank-mijn-pensioen/id557180313?mt=8

21 Quick Response

22 https://play.google.com/store/apps/details?id=nl.nn.pensioencoach

23 https://itunes.apple.com/nl/app/mijn-pensioencoach-app/id921542340?mt=8

(28)

4.2 Wat voegen die initiatieven toe aan het UPO?

Het UPO bevat bruto bedragen. Het onderzoek voor het rapport ‘Pensioencommunicatie:

behoeften en barrières’(TNS NIPO24, 2012), plaatsgevonden onder deelnemers en pensioengerechtigden, richtte zich onder andere op de gepersonaliseerde, periodieke informatie zoals die wordt verstrekt door het UPO en Mijnpensioenoverzicht.nl. Het onderzoek toont dat het merendeel (85%) van de deelnemers het erover eens is dat een pensioenoverzicht netto maandbedragen zou moeten bevatten. Het prettige aan de

pensioenplanner op Pensioenkijker.nl is, dat deze inzicht geeft in het netto-inkomen. Daarmee heeft de deelnemer een redelijk beeld van wat later op zijn bankrekening wordt bijgeschreven.

Het Pensioenregister toont op de website Mijnpensioenoverzicht.nl een schatting van het netto pensioeninkomen.

In tegenstelling tot het UPO worden bij het Pensioenregister op Mijnpensioenoverzicht.nl geen uitgebreide teksten getoond waarin de diverse pensioenonderdelen worden behandeld.

De focus ligt op de pensioenbedragen. Bovendien zijn de gegevens altijd toegankelijk door gebruik van de internettoepassing. De deelnemer moet daarbij wel de inloggegevens van DigiD voorhanden hebben.

Gezien de grote vlucht die smartphones en tablets de laatste jaren nemen, kunnen pensioen- apps met hun actuele gegevens en actuele nieuwsberichten inspelen op informatievoorziening bij deelnemers aan een pensioenregeling. De diverse pensioen-apps zijn uitermate geschikt om heel bewust of in een ‘verloren moment’ de pensioengegevens online te bekijken.

Het UPO bestaat uit 1 contactmoment per jaar. Het is eenzijdig, van pensioenuitvoerder naar (gewezen) deelnemer. En bovendien op papier. Vanuit een digitale omgeving (internet of app) kan sneller en eenvoudiger contact gezocht worden. Met zowel het Pensioenregister als de pensioenuitvoerder, afhankelijk van de vraagstelling die de (gewezen) deelnemer heeft.

Bovendien kan de informatieverstrekking rondom pensioen via een website of app veel actueler zijn dan de papieren versie van het UPO. En veel ruimer dan de eigen

pensioenregeling van de (gewezen) deelnemer. Denk daarbij aan allerlei koppelingen (hyperlinks) naar andere relevante websites.

In het jaarverslag 2012 van Stichting Pensioenregister wordt een toekomstvisie geschetst.

Met een toename van de onzekerheid onder deelnemers aan bedrijfspensioenen is inzicht in het pensioen urgenter dan ooit tevoren. De Stichting Pensioenregister spreekt uit te willen blijven bijdragen aan dat inzicht door een steeds beter en completer overzicht te bieden van

24 TNS NIPO is één van de oudste marktonderzoekbureaus van Nederland. Sinds 1999 een samenvoeging van Taylor Nelson Sofres (1946) en Nederlands Instituut voor Publieke Opinie (opgericht in 1945).

(29)

persoonlijke pensioengegevens. De basis voor de betrouwbaarheid van de gegevens op de website Mijnpensioenoverzicht.nl is en blijft een complete en foutloze levering van pensioengegevens door de pensioenuitvoerders. Alleen dan kan de website

Mijnpensioenoverzicht.nl ook op langere termijn toegevoegde waarde bieden in het aanbod van pensioencommunicatie. Een al veelbesproken idee is het pensioendashboard, een online platform dat burgers in staat stelt hun financiële planning voor de oude dag in kaart te brengen.

De vraag is of deelnemers er in de praktijk ook daadwerkelijk gebruik van gaan maken. Er is uiteindelijk een groot verschil tussen wat mensen zeggen en wat ze ook daadwerkelijk gaan doen.

4.3 Wordt het UPO overbodig door deze initiatieven?

Het UPO is een ijkpunt over het afgelopen pensioenjaar. We zagen al eerder dat het

Pensioenregister met de website Mijnpensioenoverzicht.nl geen database is. Het bouwt geen historie op. Met het zelf archiveren van de papieren UPO heeft de (gewezen) deelnemer te allen tijde beschikking over de historie van de gegevens op het UPO.

De website Mijnpensioenoverzicht.nl maakte - net als veel andere publieke websites in Nederland - gebruik van de beveiligingscertificaten van DigiNotar. Beveiligingscertificaten zijn er voor om de identiteit van de externe computer te garanderen. Met andere woorden: of er echt een verbinding met de betreffende website tot stand is gekomen. Betrouwbaarheid is een sterk vereiste om de acceptatiegraad te verhogen.

Begin september 2011 werd bekend dat deze certificaten niet meer veilig waren. De beveiligingscertificaten zijn direct vervangen (Jaarverslag 2011 Pensioenregister, 2012).

Ondanks de mededeling van Stichting

Pensioenregister dat op geen enkel moment de vertrouwelijkheid van persoonsgegevens in het geding is geweest, bleek het toch nodig om de website Mijnpensioenoverzicht.nl op 8

september 2011 uit de lucht te halen. Op 5 oktober 2011 was de website weer volledig operationeel en beschikbaar. Momenteel wordt het beveiligingscertificaat van QuoVadis25 gebruikt. PKI26overheid Certificaten zijn ontworpen voor betrouwbare elektronische

communicatie binnen en met de Nederlandse overheid. PKIoverheid biedt een hoge standaard voor beveiligde elektronische overheidsdiensten waarbij gebruik wordt gemaakt van digitale Certificaten.

25 http://www.quovadisglobal.nl

26 Public Key Infrastructure

(30)

De acceptatiegraad voor een exclusief digitale toegang tot de pensioengegevens van een (gewezen) deelnemer hangt voor een belangrijk deel samen met het vertrouwen van de (gewezen) deelnemer in de bescherming van persoonsgegevens. Uit onderzoek blijkt dat het bankieren via internet in de periode van 2005 tot 2013 gestegen is van 58% tot 83% (CBS, ICT gebruik van personen naar persoonskenmerken, 2014). Daaruit spreekt het toenemend vertrouwen van de consument in de betrouwbaarheid van de aansluiting met de externe computer (in dit geval met de bank).

In het jaarverslag 2011 van Stichting Pensioenregister wordt vermeld dat 53% de website Mijnpensioenoverzicht.nl als ‘vertrouwelijk’ betitelt. Het daaropvolgende jaar was dit 54%

(Jaarverslag 2012 Pensioenregister, 2013). Er wordt in de jaarverslagen niet aangegeven om hoeveel respondenten het ging.

Het onderzoek voor het rapport ‘Pensioencommunicatie: behoeften en barrières’ (TNS NIPO, 2012) stelt echter dat deelnemers het liefst aan de hand van folders/brochures en internet geïnformeerd willen worden over pensioenthema’s. Internet heeft weliswaar de meeste voorkeur als het om de hoogte van het pensioen gaat, voor andere onderwerpen hebben folders en brochures de voorkeur. Het lijkt erop dat deelnemers de niet aan veel verandering onderhevige (algemene) informatie liever op papier willen hebben en de persoonlijkere, actuele informatie via internet.

4.4 Wet pensioencommunicatie (2015)

Eind november 2013 werd het wetsvoorstel27 tot wijziging van de Pensioenwet (PW) en de Wet verplichte beroepspensioenregeling (Wvb) in verband met verbetering van de

pensioencommunicatie (Wet pensioencommunicatie) gepubliceerd. Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) startte daarmee een internetconsultatie over het voorontwerp van wet, met als doel de belanghebbenden te informeren en hen de mogelijkheid te geven op de voorgenomen wijzigingen te reageren.

Het Ministerie van SZW wil met nieuwe wetgeving bereiken dat communicatie over pensioen aan (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden zo kan worden vormgegeven dat de (gewezen) deelnemers overzicht en inzicht krijgen in de hoogte van het te verwachten pensioen en de risico’s die daaraan zijn verbonden. Dat overzicht en inzicht ontbreekt.

Het merendeel van de (gewezen) deelnemers is onvoldoende pensioenbewust. Dit bleek uit eerder onderzoek.

Eind 2011 startte daartoe onder leiding van het Ministerie van SWZ de werkgroep

pensioencommunicatie. Deze ging zich bezighouden met een van de projecten ter uitwerking

27 http://www.rijksoverheid.nl/bestanden/documenten-en-publicaties/kamerstukken/2014/09/02/wetsvoorstel- wet-pensioencommunicatie/wetsvoorstel-wet-pensioencommunicatie.pdf

(31)

van het pensioenakkoord. Belangrijke punten in dit pensioenakkoord zijn de aanpassing van de Algemene Ouderdomswet (AOW) en het Witteveenkader aan de stijgende

levensverwachting. Pensioencontracten moeten schokbestendig worden gemaakt voor ontwikkelingen op de financiële markten (rente, inflatie, rendementen). Pensioencontracten moeten zo veel mogelijk volledig en transparant zijn, zodat er geen gat kan ontstaan tussen pensioenambitie en verwachting aan de ene kant en de werkelijke pensioenuitkeringen aan de andere kant. Het pensioenakkoord en zo’n nieuw pensioencontract brengen belangrijke veranderingen met zich mee voor deelnemers en pensioengerechtigden. Hierover moet duidelijk en transparant worden gecommuniceerd.

Voorafgaand aan het wetgevingsproces heeft op initiatief van voormalig Minister H.G.J. (Henk) Kamp eerst uitgebreid onderzoek plaatsgevonden, resulterende in het hiervoor al genoemde rapport ‘Pensioencommunicatie: behoeften en barrières’ (TNS NIPO, 2012). Uit het onderzoek blijkt dat het merendeel van de Nederlandse burgers nog steeds onvoldoende op de hoogte is van zijn inkomenspositie na pensionering,

ondanks de huidige verplichte informatie over pensioenen. Uit de

evaluatie van de informatiebepalingen in de pensioenwetgeving komt naar voren dat de begrijpelijkheid van onder andere het Uniform Pensioenoverzicht (UPO) en de startbrief het grote struikelblok is. Het taalgebruik en de gebruikte terminologie worden als te ingewikkeld ervaren. Bovendien is de hoeveelheid informatie ook te omvangrijk. Resultaat van

pensioencommunicatie zou moeten zijn dat de (gewezen) deelnemer weet hoeveel pensioen hij kan verwachten, welke risico’s er zijn en welke keuzemogelijkheden hij heeft.

In het wetsvoorstel is daarom het perspectief van de (gewezen) deelnemer centraal gesteld.

De informatie moet aansluiten bij de informatiebehoeften en de kenmerken van de (gewezen) deelnemer. Alleen op die manier zal de informatie ook daadwerkelijk door de (gewezen) deelnemer begrepen worden. Ook moeten de (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden openstaan voor pensioeninformatie. Om hier verandering in te brengen is het van belang dat ook het gedrag van de (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden verandert.

Uit het onderzoeksrapport blijkt dat mensen hun gedrag niet uitsluitend veranderen omdat ze de juiste informatie hebben. Dit kan zijn omdat de kennis onvoldoende overtuigend is voor verandering van dat gedrag. De juiste snaar wordt niet geraakt, zowel rationeel als emotioneel.

De kennis van informatie verandert de houding wel, maar het veranderende gedrag wordt verstoord door omgevingsfactoren, zoals woekerpolissen, economische crisis, wantrouwen ten aanzien van financieel adviseurs of de ontoegankelijkheid van informatie.

(32)

Om pensioencommunicatie effectief te laten zijn, is het van groot belang om te weten in hoeverre mensen openstaan voor informatie over pensioenen, welke factoren hierop van invloed zijn en hoe deze factoren kunnen worden beïnvloed.

Vier factoren blijken volgens het rapport hiervoor bepalend te zijn:

- betrokkenheid bij het thema pensioen;

- urgentie van een (goed) pensioen inzien;

- eigen vaardigheid om met de informatie om te gaan;

- beoordeling van de pensioeninformatie.

Het onderzoeksrapport stelt voor de informatie aantrekkelijker, overzichtelijk en duidelijker te maken. Hierdoor zal de informatie vooral begrijpelijker worden, neemt de eigen vaardigheid toe en gaat de (gewezen) deelnemer meer openstaan voor informatie. Zo zou de informatie aantrekkelijker worden gemaakt door meer gebruik te maken van visuele (grafieken) en interactieve informatie in plaats van ingewikkelde teksten met veel vakjargon.

Buiten dat is het van belang dat de pensioensector aansluit bij de informatiebehoeften en kenmerken van de (gewezen) deelnemer. Uiteindelijk gaat het erom dat de (gewezen)

deelnemer wordt voorzien van relevante informatie, in een logische en relevante volgorde en op een relevant moment. Deze informatie moet komen van een hem bekende en betrouwbare afzender.

Naast diverse pensioenuitvoerders gaven belangrijke partijen zoals de Pensioenfederatie28, AFM29, DNB30 en ABP31 aan de consultatiemogelijkheid gehoor en hebben hun zienswijze en mening aan het Ministerie van SWZ geuit32.

Staatssecretaris drs. J. (Jetta) Klijnsma van SZW heeft haar wetsvoorstel voor een nieuwe Wet pensioencommunicatie begin september 2014 naar de Tweede Kamer gestuurd.

Belangrijkste punten in het wetsvoorstel zijn:

- Pensioenuitvoerders mogen straks kiezen of zij hun (gewezen) deelnemers en andere betrokkenen schriftelijk of digitaal willen informeren. Voor digitale

informatieverstrekking is wel instemming van de (gewezen) deelnemer vereist.

( wijziging o.a. Artikel 7 PW en Artikel 60 Wvb)

- De huidige startbrief vervalt. Hiervoor in de plaats komt de verplichting (beknoptere) basisinformatie te verstrekken over de kenmerken van de pensioenregeling en de persoonlijke omstandigheden die de deelnemer tot het nemen van actie kunnen

28 http://www.pensioenfederatie.nl/Document/Nieuws/Reactie_Pensioenfederatie_op_consultatie_ACM.pdf

29 http://www.afm.nl/~/media/Files/pensioen/pensioencommunicatie/consultatiereactie-wetsvoorstel- 16042014.ashx

30 http://www.dnb.nl/binaries/Pensioencommunicatie_tcm46-302467.pdf

31 https://www.abp.nl/images/internetconsultatie%20reactie%20ABP%20brief_tcm160-168087.pdf

32 http://www.internetconsultatie.nl/pensioencommunicatie/reacties

(33)

noodzaken. Informatie over toeslagen wordt ook opgenomen in de basisinformatie.

Hiermee komen de toeslagentabel en toeslagenmatrix te vervallen. De basisinformatie zal op de website van de pensioenuitvoerder te vinden moeten zijn en deelnemers moeten er actief op worden gewezen. (wijziging o.a. Artikel 21 PW en Artikel 48 Wvb)

- Alle periodieke informatie zal worden aangeboden in een Uniform Pensioenoverzicht (UPO). Dit geeft alleen nog een overzicht van de opgebouwde aanspraken en kijkt niet meer vooruit. Het zal ook informatie bevatten over een eventuele vermindering van pensioenaanspraken en -rechten. (wijziging o.a. Artikel 38 t/m 44 PW en Artikel 49 t/m 55 Wvb)

- Het Pensioenregister wordt uitgebreid en zal straks een indicatie moeten geven van het te verwachten pensioen met de bijbehorende koopkracht, risico’s en

handelingsperspectief. Pensioenrisico’s worden persoonlijk gemaakt door drie scenario’s, te weten een optimistisch, pessimistisch en verwacht scenario. (wijziging o.a. Artikel 51 PW en Artikel 62 Wvb)

Na inwerkingtreding van de Wet pensioencommunicatie wordt deze waarschijnlijk gefaseerd ingevoerd. Veel bepalingen moeten nog nader worden ingevuld, en voor het Pensioenregister is bijvoorbeeld gekozen voor een gefaseerde aanpak over een periode van drie jaar na

inwerkingtreding van het wetsvoorstel.

De Wet pensioencommunicatie stelt nieuwe eisen aan het Pensioenregister. De website moet daarom een aantal nieuwe functionaliteiten krijgen. Van groot belang is dat deze makkelijk te begrijpen zijn voor de bezoekers van de site. De Pensioenfederatie stelt in haar beleidsplan 2015 dat in 2014 veel energie gestoken is in de ontwikkeling van een nieuw ontwerp voor de website Mijnpensioenoverzicht.nl. om ook jongere doelgroepen te interesseren. Nieuwe functionaliteiten krijgen hierbinnen een plaats. In de loop van 2015 moet de aangepaste versie van de website Mijnpensioenoverzicht.nl van start gaan.

Een ander belangrijk aspect rond de website Mijnpensioenoverzicht.nl is de samenhang met aan de ene kant het UPO en aan de andere kant de ‘mijn’ omgeving van pensioenuitvoerders.

Er leven bij de pensioenuitvoerders verschillende opvattingen over de toekomst van

Mijnpensioenoverzicht.nl. Een aantal leden van de Pensioenfederatie wil zelf in de lead zijn waar het gaat om digitale pensioencommunicatie met de (gewezen) deelnemer. Een aantal grote pensioenfondsen kiest er bewust voor géén eigen interactieve website te hebben. Deze pensioenfondsen hebben (gewezen) deelnemers met kleine aanspraken, waardoor juist een totaaloverzicht, inclusief AOW, van belang is. Andere hebben geavanceerde interactieve

‘mijn-domeinen’ ontwikkeld, waar de (gewezen) deelnemer veel informatie kan krijgen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

The total concentration of the five measured neonicotinoids was, on average, 1.8 ng/g in posi- tive (i.e., contaminated) samples and reached a maximum of 56 ng/g over all

Beschrijf welk natuurgebied het dichtst bij jou in de buurt ligt, wat voor soort natuur je daar vindt en welke insecten je daar vaak tegenkomt.. Noem twee redenen waarom de

Professionals en vrijwilligers vinden het vaak lastig om geldzorgen en schulden op tafel te krijgen en ze weten niet altijd hoe ze mensen kunnen helpen.. Uit onderzoek van het

Artikel 6: 1939, onder f, sub 2, BW: producten tegen een bepaalde prijs aanbieden maar deze producten vervolgens niet binnen een redelijke termijn leveren;4. Artikel 6: 193c,

Je kunt toch niet met een gerust hart gaan slapen als je weet dat dit door de staat betaald wordt."?. Het sterven

Daarnaast gaan de welstandscriteria onder de Omgevingswet, anders dan onder de huidige wetgeving, alleen over het uiterlijk van een bouwwerk en dus niet meer over de plaatsing.. Onder

‘Hij heeft een lijstje gekregen van te snoeien bomen, kijkt niet naar het bestek, maar gaat snoeien zoals hij denkt dat het goed is.. Als de opdrachtgever dan kritisch naar het

Daarom stellen we in dit hoofdstuk de vraag: in hoeverre vormen de volksvertegenwoordigers en bestuurders van provincies en waterschappen naar hun politieke opvattingen een