• No results found

4 Ontwikkelingen rond de introductie van het UPO

4.4 Wet pensioencommunicatie (2015)

Eind november 2013 werd het wetsvoorstel27 tot wijziging van de Pensioenwet (PW) en de Wet verplichte beroepspensioenregeling (Wvb) in verband met verbetering van de

pensioencommunicatie (Wet pensioencommunicatie) gepubliceerd. Het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) startte daarmee een internetconsultatie over het voorontwerp van wet, met als doel de belanghebbenden te informeren en hen de mogelijkheid te geven op de voorgenomen wijzigingen te reageren.

Het Ministerie van SZW wil met nieuwe wetgeving bereiken dat communicatie over pensioen aan (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden zo kan worden vormgegeven dat de (gewezen) deelnemers overzicht en inzicht krijgen in de hoogte van het te verwachten pensioen en de risico’s die daaraan zijn verbonden. Dat overzicht en inzicht ontbreekt.

Het merendeel van de (gewezen) deelnemers is onvoldoende pensioenbewust. Dit bleek uit eerder onderzoek.

Eind 2011 startte daartoe onder leiding van het Ministerie van SWZ de werkgroep

pensioencommunicatie. Deze ging zich bezighouden met een van de projecten ter uitwerking

27 http://www.rijksoverheid.nl/bestanden/documenten-en-publicaties/kamerstukken/2014/09/02/wetsvoorstel-wet-pensioencommunicatie/wetsvoorstel-wet-pensioencommunicatie.pdf

van het pensioenakkoord. Belangrijke punten in dit pensioenakkoord zijn de aanpassing van de Algemene Ouderdomswet (AOW) en het Witteveenkader aan de stijgende

levensverwachting. Pensioencontracten moeten schokbestendig worden gemaakt voor ontwikkelingen op de financiële markten (rente, inflatie, rendementen). Pensioencontracten moeten zo veel mogelijk volledig en transparant zijn, zodat er geen gat kan ontstaan tussen pensioenambitie en verwachting aan de ene kant en de werkelijke pensioenuitkeringen aan de andere kant. Het pensioenakkoord en zo’n nieuw pensioencontract brengen belangrijke veranderingen met zich mee voor deelnemers en pensioengerechtigden. Hierover moet duidelijk en transparant worden gecommuniceerd.

Voorafgaand aan het wetgevingsproces heeft op initiatief van voormalig Minister H.G.J. (Henk) Kamp eerst uitgebreid onderzoek plaatsgevonden, resulterende in het hiervoor al genoemde rapport ‘Pensioencommunicatie: behoeften en barrières’ (TNS NIPO, 2012). Uit het onderzoek blijkt dat het merendeel van de Nederlandse burgers nog steeds onvoldoende op de hoogte is van zijn inkomenspositie na pensionering,

ondanks de huidige verplichte informatie over pensioenen. Uit de

evaluatie van de informatiebepalingen in de pensioenwetgeving komt naar voren dat de begrijpelijkheid van onder andere het Uniform Pensioenoverzicht (UPO) en de startbrief het grote struikelblok is. Het taalgebruik en de gebruikte terminologie worden als te ingewikkeld ervaren. Bovendien is de hoeveelheid informatie ook te omvangrijk. Resultaat van

pensioencommunicatie zou moeten zijn dat de (gewezen) deelnemer weet hoeveel pensioen hij kan verwachten, welke risico’s er zijn en welke keuzemogelijkheden hij heeft.

In het wetsvoorstel is daarom het perspectief van de (gewezen) deelnemer centraal gesteld.

De informatie moet aansluiten bij de informatiebehoeften en de kenmerken van de (gewezen) deelnemer. Alleen op die manier zal de informatie ook daadwerkelijk door de (gewezen) deelnemer begrepen worden. Ook moeten de (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden openstaan voor pensioeninformatie. Om hier verandering in te brengen is het van belang dat ook het gedrag van de (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden verandert.

Uit het onderzoeksrapport blijkt dat mensen hun gedrag niet uitsluitend veranderen omdat ze de juiste informatie hebben. Dit kan zijn omdat de kennis onvoldoende overtuigend is voor verandering van dat gedrag. De juiste snaar wordt niet geraakt, zowel rationeel als emotioneel.

De kennis van informatie verandert de houding wel, maar het veranderende gedrag wordt verstoord door omgevingsfactoren, zoals woekerpolissen, economische crisis, wantrouwen ten aanzien van financieel adviseurs of de ontoegankelijkheid van informatie.

Om pensioencommunicatie effectief te laten zijn, is het van groot belang om te weten in hoeverre mensen openstaan voor informatie over pensioenen, welke factoren hierop van invloed zijn en hoe deze factoren kunnen worden beïnvloed.

Vier factoren blijken volgens het rapport hiervoor bepalend te zijn:

- betrokkenheid bij het thema pensioen;

- urgentie van een (goed) pensioen inzien;

- eigen vaardigheid om met de informatie om te gaan;

- beoordeling van de pensioeninformatie.

Het onderzoeksrapport stelt voor de informatie aantrekkelijker, overzichtelijk en duidelijker te maken. Hierdoor zal de informatie vooral begrijpelijker worden, neemt de eigen vaardigheid toe en gaat de (gewezen) deelnemer meer openstaan voor informatie. Zo zou de informatie aantrekkelijker worden gemaakt door meer gebruik te maken van visuele (grafieken) en interactieve informatie in plaats van ingewikkelde teksten met veel vakjargon.

Buiten dat is het van belang dat de pensioensector aansluit bij de informatiebehoeften en kenmerken van de (gewezen) deelnemer. Uiteindelijk gaat het erom dat de (gewezen)

deelnemer wordt voorzien van relevante informatie, in een logische en relevante volgorde en op een relevant moment. Deze informatie moet komen van een hem bekende en betrouwbare afzender.

Naast diverse pensioenuitvoerders gaven belangrijke partijen zoals de Pensioenfederatie28, AFM29, DNB30 en ABP31 aan de consultatiemogelijkheid gehoor en hebben hun zienswijze en mening aan het Ministerie van SWZ geuit32.

Staatssecretaris drs. J. (Jetta) Klijnsma van SZW heeft haar wetsvoorstel voor een nieuwe Wet pensioencommunicatie begin september 2014 naar de Tweede Kamer gestuurd.

Belangrijkste punten in het wetsvoorstel zijn:

- Pensioenuitvoerders mogen straks kiezen of zij hun (gewezen) deelnemers en andere betrokkenen schriftelijk of digitaal willen informeren. Voor digitale

informatieverstrekking is wel instemming van de (gewezen) deelnemer vereist.

( wijziging o.a. Artikel 7 PW en Artikel 60 Wvb)

- De huidige startbrief vervalt. Hiervoor in de plaats komt de verplichting (beknoptere) basisinformatie te verstrekken over de kenmerken van de pensioenregeling en de persoonlijke omstandigheden die de deelnemer tot het nemen van actie kunnen

noodzaken. Informatie over toeslagen wordt ook opgenomen in de basisinformatie.

Hiermee komen de toeslagentabel en toeslagenmatrix te vervallen. De basisinformatie zal op de website van de pensioenuitvoerder te vinden moeten zijn en deelnemers moeten er actief op worden gewezen. (wijziging o.a. Artikel 21 PW en Artikel 48 Wvb)

- Alle periodieke informatie zal worden aangeboden in een Uniform Pensioenoverzicht (UPO). Dit geeft alleen nog een overzicht van de opgebouwde aanspraken en kijkt niet meer vooruit. Het zal ook informatie bevatten over een eventuele vermindering van pensioenaanspraken en -rechten. (wijziging o.a. Artikel 38 t/m 44 PW en Artikel 49 t/m 55 Wvb)

- Het Pensioenregister wordt uitgebreid en zal straks een indicatie moeten geven van het te verwachten pensioen met de bijbehorende koopkracht, risico’s en

handelingsperspectief. Pensioenrisico’s worden persoonlijk gemaakt door drie scenario’s, te weten een optimistisch, pessimistisch en verwacht scenario. (wijziging o.a. Artikel 51 PW en Artikel 62 Wvb)

Na inwerkingtreding van de Wet pensioencommunicatie wordt deze waarschijnlijk gefaseerd ingevoerd. Veel bepalingen moeten nog nader worden ingevuld, en voor het Pensioenregister is bijvoorbeeld gekozen voor een gefaseerde aanpak over een periode van drie jaar na

inwerkingtreding van het wetsvoorstel.

De Wet pensioencommunicatie stelt nieuwe eisen aan het Pensioenregister. De website moet daarom een aantal nieuwe functionaliteiten krijgen. Van groot belang is dat deze makkelijk te begrijpen zijn voor de bezoekers van de site. De Pensioenfederatie stelt in haar beleidsplan 2015 dat in 2014 veel energie gestoken is in de ontwikkeling van een nieuw ontwerp voor de website Mijnpensioenoverzicht.nl. om ook jongere doelgroepen te interesseren. Nieuwe functionaliteiten krijgen hierbinnen een plaats. In de loop van 2015 moet de aangepaste versie van de website Mijnpensioenoverzicht.nl van start gaan.

Een ander belangrijk aspect rond de website Mijnpensioenoverzicht.nl is de samenhang met aan de ene kant het UPO en aan de andere kant de ‘mijn’ omgeving van pensioenuitvoerders.

Er leven bij de pensioenuitvoerders verschillende opvattingen over de toekomst van

Mijnpensioenoverzicht.nl. Een aantal leden van de Pensioenfederatie wil zelf in de lead zijn waar het gaat om digitale pensioencommunicatie met de (gewezen) deelnemer. Een aantal grote pensioenfondsen kiest er bewust voor géén eigen interactieve website te hebben. Deze pensioenfondsen hebben (gewezen) deelnemers met kleine aanspraken, waardoor juist een totaaloverzicht, inclusief AOW, van belang is. Andere hebben geavanceerde interactieve

‘mijn-domeinen’ ontwikkeld, waar de (gewezen) deelnemer veel informatie kan krijgen.

Bij de verdere ontwikkeling van het Pensioenregister zal nadrukkelijk rekening moeten worden gehouden met de verschillende opvattingen van de leden, en die van de SVB en het Verbond van Verzekeraars (VvV). Het Pensioenregister is immers een

samenwerkingsverband voor de website Mijnpensioenoverzicht.nl. In het bestuur zitten vertegenwoordigers van de Pensioenfederatie. Er zal dus gezocht moeten worden naar creatieve compromissen.

Pensioen 1-2-333 – een gezamenlijk initiatief van de Pensioenfederatie en het VvV – kan een begrijpelijk, volledig en aantrekkelijk alternatief

zijn voor de papieren startbrief. Met de nieuwe wetgeving is de weg vrij om verder te digitaliseren.

Staatssecretaris drs. J. (Jetta) Klijnsma heeft op 6 februari 2015 inmiddels de tweede nota van wijziging34 bij het wetsvoorstel Pensioencommunicatie naar de Tweede Kamer gestuurd.

Er is dus nog een weg te gaan.

33 http://pensioen123.nl

34 http://www.rijksoverheid.nl/bestanden/documenten-en-publicaties/kamerstukken/2015/02/05/tweede-nota- van-wijziging-bij-het-wetsvoorstel-pensioencommunicatie/tweede-nota-van-wijziging-bij-het-wetsvoorstel-pensioencommunicatie.pdf