• No results found

I.Juridisch kader BESLUIT

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "I.Juridisch kader BESLUIT"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Dienst uitvoering en toezicht Energie

BESLUIT Nummer: 101647/

Betreft: Besluit tot het verlenen van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan kleinverbruikers op grond van artikel 95d, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 aan MKB Energie B.V.

I.

Juridisch kader

1. Op grond van artikel 53, tweede lid, sub e van de Elektriciteitswet 1998 is er met ingang van 1 januari 2002 geen leveringsvergunning (op grond van artikel 54 van de Elektriciteitswet 1998) meer nodig voor het leveren van duurzaam opgewekte elektriciteit.1 Vanaf 1 juli 2004

is geen leveringsvergunning (op grond van 54 Elektriciteitswet 1998) meer nodig voor het leveren van elektriciteit, ongeacht de wijze van opwekking2. Teneinde kleinverbruikers van

(duurzaam opgewekte) elektriciteit bescherming te bieden tegen leveranciers die niet beschikken over de benodigde organisatorische, financiële en technische kwaliteiten voor een goede uitvoering van hun taak, zijn met ingang van 1 januari 2002 de artikelen 95a tot en met 95i van de Elektriciteitswet 1998 in werking getreden.3

2. Op grond van artikel 95a van de Elektriciteitswet 1998 is het verboden om zonder

vergunning elektriciteit te leveren aan kleinverbruikers. Op grond van artikel 95d, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 kan de Minister van Economische Zaken (hierna: MEZ) op aanvraag een vergunning verlenen indien de aanvrager genoegzaam aantoont dat hij beschikt over de benodigde organisatorische, financiële en technische kwaliteiten voor een goede uitvoering van zijn taak en indien hij aantoont dat hij redelijkerwijs in staat kan worden geacht de verplichtingen als opgenomen in paragraaf 1a van hoofdstuk 8 van de Elektriciteitswet 1998 te vervullen.4

3. Artikel 95d, tweede lid, van de Elektriciteitswet 1998 biedt de mogelijkheid om bij Algemene Maatregel van Bestuur nadere regels te stellen met betrekking tot de inhoud van en de procedure voor aanvraag van een vergunning en de criteria voor het verkrijgen van een vergunning. Deze nadere regelgeving is neergelegd in het Besluit vergunning levering

1 Besluit van 11 juni 2001, Stb. 292.

2 Bij Besluit van 8 december 2003, Stb. 540, is de termijn waarbinnen een afnemer wordt beschouwd als beschermde afnemer in de zin van de Gaswet en de Elektriciteitswet 1998 verlengd tot en met 30 juni 2004.

3 Besluit van 23 november 2001, Stb. 577.

(2)

elektriciteit aan kleinverbruikers (hierna: het Besluit) dat op 23 mei 2003 in werking is getreden5. Het Besluit vervangt de Beleidsregel Vergunningen voor Leveranciers van

Elektriciteit aan kleinverbruikers die per 14 juli is ingetrokken6. Het Besluit regelt de inhoud

van en de procedure voor de aanvraag van een vergunning voor de levering van elektriciteit aan kleinverbruikers.

4. De in het Besluit uitgewerkte criteria voor vergunningverlening hebben betrekking op de organisatorische, financiële en technische kwaliteiten die de aanvrager nodig heeft voor een goede uitvoering van zijn taak zoals bedoeld in artikel 95d, eerste lid, van de

Elektriciteitswet 1998. Deze taak betreft het op betrouwbare wijze en tegen redelijke voorwaarden zorg dragen voor de levering van elektriciteit aan kleinverbruikers. Doordat aanvragers moeten voldoen aan de criteria zoals die in het Besluit zijn gesteld, wordt gewaarborgd dat slechts leveranciers op de Nederlandse markt actief zijn die daadwerkelijk een goede uitvoering kunnen geven aan hun taak als bedoeld in artikel 95d, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998.

II.

Procedure

5. Op 14 oktober 2003 ontving de directeur van de Dienst uitvoering en toezicht Energie (hierna: de directeur DTe) van MKB Energie B.V. een brief met kenmerk BJZ-MS-130 waarin voornoemd bedrijf verzoekt om een vergunning voor de levering van elektriciteit aan kleinverbruikers als bedoeld in het Besluit. MKB Energie B.V. is een 100%

dochteronderneming van ENECO Energie Levering B.V.

6. Bij brief van 17 oktober 2003 met kenmerk 101647/2.B465 heeft de directeur DTe bevestigd dat hij de aanvraag voor een leveringsvergunning kleinverbruikers elektriciteit van MKB Energie B.V. heeft ontvangen. In bovenstaande brief van 16 oktober 2003 heeft de directeur DTe aangegeven dat hij besloten heeft toepassing te geven aan de openbare

voorbereidingsprocedure als bedoeld in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb). Tevens heeft hij in het kader van de terinzagelegging verzocht om gemotiveerd aan te geven welke gegevens naar het oordeel van MKB Energie B.V., op grond van artikel 10, eerste lid, sub c, van de Wet openbaarheid bestuur, als vertrouwelijke bedrijfs- of fabricagegegevens beschouwd moeten worden.

7. In verband met de aanvraag heeft de directeur DTe bij e-mail van 23 oktober 2003 MKB Energie B.V. verzocht om de nog ontbrekende gegevens aan te leveren.

Door middel van de brief van 24 november 2003 (zonder kenmerk) heeft MKB Energie B.V. aan de directeur DTe de ontbrekende gegevens ter beschikking gesteld.

5 Besluit van 8 mei 2003, Stb. 207.

(3)

8. Bij e-mail van 12 november heeft MKB Energie B.V. de directeur DTe medegedeeld dat alle toegestuurde stukken ter inzage kunnen worden gelegd.

9. De aanvraag van MKB Energie B.V. heeft voor een periode van vier weken

van 27 november 2003 tot 27 december 2003 bij de DTe ter inzage gelegen. Van deze terinzagelegging is mededeling gedaan in de Staatscourant.7

10. De directeur DTe heeft op 15 december 2003 een brief van MKB Nederland ontvangen met een reactie op de aanvraag van MKB Nederland B.V. MKB Nederland heeft hierin

aangegeven dat de huidige externe profilering van MKB Energie B.V. verwarring, hinder en mogelijke imagoschade veroorzaakt voor MKB Nederland. De verwarring en ergernis over MKB Energie B.V. zijn in hoofdzaak terug te voeren tot de naam van het bedrijf, de huisstijl en de telefonische verkoopmethoden. MKB Nederland meent dan ook in zijn belangen getroffen te zijn door het handelen van MKB Energie B.V. De bezwaren van MKB Nederland zijn bij de hierna volgende beoordeling betrokken.

III.

Beoordeling

11. De directeur DTe beoordeelt de aanvraag van MKB Energie B.V. voor een vergunning voor de levering van elektriciteit aan kleinverbruikers als volgt:

Volledige programmaverantwoordelijkheid

12. MKB Energie B.V. heeft door middel van een overeenkomst aangetoond dat hij de programmaverantwoordelijkheid heeft uitbesteed aan ENECO Energie Infra Utrecht N.V. ENECO Energie Infra Utrecht N.V. is door TenneT B.V. erkend als volledig

programmaverantwoordelijke. De directeur DTe heeft hiervan van TenneT B.V. bevestiging ontvangen. Daarmee voldoet MKB Energie B.V. aan het vereiste van artikel 3, lid 1 sub a juncto artikel 2, lid 2 sub a, van het Besluit.

Jaarrekening of openingsbalans

13. MKB Energie B.V. heeft de jaarrekening over het jaar 2002 van N.V. ENECO ENERGIE UTRECHT overgelegd, welke is voorzien van een verklaring omtrent de getrouwheid, ondertekend door een accountant als bedoeld in artikel 393, eerste lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. In aanvulling daarop is door MKB Energie B.V. de verklaring, als bedoeld in BW 2:403 lid 1 sub f meegezonden.

Daarmee voldoet MKB Energie B.V. aan het vereiste van artikel 2, lid 2 sub b, van het Besluit.

(4)

Verklaring rechtbank

14. MKB Energie B.V. heeft een verklaring van 10 oktober 2003 van de

Arrondissementsrechtbank te Utrecht op basis van de registers, bedoeld in artikel

19 en 222a van de Faillissementswet, overgelegd. Hieruit is gebleken dat MKB Energie B.V. op dat moment niet in staat van faillissement verkeerde en dat aan MKB Energie B.V. op dat moment geen surséance van betaling verleend was.

Daarmee voldoet MKB Energie B.V. aan het vereiste van artikel 3, lid 1 sub c en d juncto artikel 2, lid 2 sub c van het Besluit.

Beschrijving organisatie

15. MKB Energie B.V. heeft een toereikende beschrijving van zijn organisatie overgelegd waaruit blijkt dat MKB Energie B.V. over een goede administratieve organisatie, met inbegrip van de financiële administratie en de controle daarop, beschikt.

Daarmee voldoet MKB Energie B.V. aan het vereiste van artikel 3, lid 1 sub b juncto artikel 2, lid 2 sub d, van het Besluit.

Offerte en overeenkomst

16. MKB Energie B.V. heeft op 24 november 2003 alle door MKB Energie B.V. gehanteerde offertes en overeenkomsten overgelegd. Hieruit is gebleken dat MKB Energie B.V. duidelijke offertes en overeenkomsten hanteert waarin de wijze, waarop de tarieven tot stand zijn gekomen, is aangegeven. Tevens is uit de algemene voorwaarden, behorend bij de overeenkomst gebleken dat MKB Energie B.V. beschikt over een transparante en redelijke betalingsregeling en over een redelijke regeling voor het opzeggen en ontbinden van de overeenkomsten.

Daarmee voldoet MKB Energie B.V. aan het vereiste van artikel 3, lid 2 sub a, b en c juncto artikel 2, lid 2 sub e van het Besluit.

Klachten- en Geschillenregeling

17. MKB Energie B.V. heeft aangetoond dat hij voorziet in een adequate klachten- en geschillenregeling: MKB Energie B.V. is (middels haar moedermaatschappij) lid van de branche organisatie EnergieNed8, en maakt derhalve gebruikt van de geschillenregeling van

de Geschillencommissie Openbare Nutsbedrijven te Den Haag en van de Geschillencommissie Grootverbruikers Elektriciteit9.

8 EnergieNed is een federatie van energiebedrijven in Nederland.

9 Bij de tripartite overeenkomst van 30 december 1984, gesloten tussen de Stichting

Geschillencommissies voor Consumentenzaken, de Consumentenbond en de Vereniging van exploitanten van elektriciteitsbedrijven in Nederland, de Vereniging van exploitanten van

gasbedrijven in Nederland, de Vereniging van exploitanten van stadsverwarming in Nederland en de Vereniging van waterbedrijven in Nederland, is overeengekomen dat de verenigingen er nadrukkelijk naar streven dat de leden gebruik zullen maken van de geschillenregeling van de

(5)

Daarmee voldoet MKB Energie B.V. aan het vereiste van artikel 3 lid 2 sub d juncto artikel 2, lid 2 sub f van het Besluit.

De bezwaren van MKB Nederland

18. Met betrekking tot de door MBK Nederland naar voren gebrachte bezwaren tegen toekenning van een vergunning op grond van artikel 95d Elektriciteitswet 1998 overweegt de directeur DTe als volgt.

Ingevolge artikel 3:4 van de Algemene wet bestuursrecht dient het bestuursorgaan de rechtstreeks bij het besluit betrokken belangen af te wegen, binnen de ruimte die de wet daartoe laat. Het gaat daarbij in de eerste plaats om de algemene belangen die met de betrokken regeling worden beoogd. Met artikel 95d Elektriciteitswet 1998 en het daarop gebaseerde Besluit vergunning levering elektriciteit aan kleinverbruikers is beoogd een vergunningenstelsel in het leven te roepen, waarbij alleen elektriciteit aan kleinverbruikers wordt geleverd door leveranciers die kunnen aantonen dat zij voldoen aan de voor een goede uitvoering van hun taak benodigde organisatorische, financiële en technische kwaliteiten.

19. De bezwaren van MKB Nederland tegen het afgeven van een vergunning op grond van artikel 95d Elektriciteitswet 1998 aan MKB Energie B.V. zijn niet kwalificeerbaar als gericht tegen een van deze kwaliteiten, en zijn dan ook niet terug te voeren tot een van de in het Besluit opgenomen criteria. Gelet op de met het Besluit beoogde belangenbeoordeling kan het belang van MKB Nederland naar de mening van de directeur DTe niet gekwalificeerd worden als een belang dat door de directeur DTe bij zijn belangenafweging betrokken kan worden.

20. De directeur DTe wijst er op dat MKB Nederland tegen ongewenst gebruik van handelsnaam en merk andere rechtsingangen open staan. De zienswijze van MKB Nederland kan er derhalve niet toe leiden dat de directeur DTe om de door MKB Nederland aangedragen bezwaren weigert een vergunning te verlenen aan MKB Energie B.V.

21. Tenslotte wenst de directeur DTe met betrekking tot de door MKB Nederland geuite bezwaren tegen het handelen van MKB Energie B.V. op te merken dat de Nederlandse energiemarkt gebaat is bij duidelijkheid ten aanzien van de herkomst van bedrijven. Voor de kleinverbruikers, aan wie middels het vergunningstelsel van artikel 95d Elektriciteitswet 1998 bescherming geboden wordt, dient het duidelijk te zijn van wie men elektriciteit geleverd krijgt, en aan welk energiebedrijf de leverancier verbonden is, zeker wanneer er

(6)

sprake zou kunnen zijn van mogelijke naamsverwarring zoals in onderhavig geval. De directeur DTe draagt MKB Energie B.V. op voor deze duidelijkheid zorg te dragen middels melding op haar correspondentie, rekeningen en internetsite van het feit dat zij een 100% dochteronderneming is van ENECO Energie Levering B.V.

IV.

Besluit

22. Gelet op artikel 95d, eerste lid van de Elektriciteitwet 1998, het Besluit vergunning levering elektriciteit aan kleinverbruikers en het bovenstaande, besluit de directeur DTe aan MKB Energie B.V. een vergunning als bedoeld in artikel 95d, eerste lid, van de Elektriciteitswet 98 te verlenen voor het leveren van elektriciteit aan kleinverbruikers.

23. De vergunning wordt, gelet op artikel 95e, eerste lid van de Elektriciteitswet 1998, en de overwegingen onder randnummer 21 van dit besluit verleend onder de voorwaarde dat MKB Energie B.V. op haar correspondentie, rekeningen en internetsite vermeld dat zij een 100% dochteronderneming is van ENECO Energie Levering B.V.

24. De vergunning wordt, gelet op artikel 95e, eerste lid van de Elektriciteitswet 1998, verleend onder de voorwaarde dat MKB Energie B.V. wijzigingen ten aanzien van de bij de aanvraag verstrekte gegevens als bedoeld in artikel 2, sub a, d, e en f van het Besluit alsmede wijzigingen ten aanzien van de naam en het adres van MKB Energie B.V. onverwijld aan de directeur DTe doorgeeft.

25. De vergunning wordt, gelet op artikel 95e, eerste lid, en artikel 7, eerste lid, van de

Elektriciteitswet 1998, verleend onder de voorwaarde dat MKB Energie B.V. jaarlijks binnen één maand na vaststelling zijn jaarrekening als bedoeld in artikel 2:361 e.v. Burgerlijk Wetboek aan de directeur DTe toezendt.

26. De vergunning wordt, gelet op artikel 95e, eerste lid, juncto artikel 95b, tweede lid, en artikel 7, eerste lid van de Elektriciteitswet 1998, verleend onder de voorwaarde dat MKB Energie B.V. aan de directeur DTe op diens verzoek de door hem voor dat kwartaal vastgestelde tarieven voor de levering van elektriciteit aan zijn afnemers kenbaar maakt. 27. Indien MKB Energie B.V. niet voldoet aan de bij wet, Besluit vergunning levering

elektriciteit aan kleinverbruikers of bij dit besluit gestelde voorwaarden, of indien MKB Energie B.V. naar het oordeel van de directeur DTe om andere reden niet langer in staat moet worden geacht de vergunde activiteit na te komen kan de directeur DTe conform artikel 95f, eerste lid van de E-wet, de verleende vergunning aan MKB Energie B.V. intrekken.

(7)

29. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na dagtekening ervan.

Datum: 28-01-2004

De Minister van Economische Zaken, namens deze:

ir. G.J.L. Zijl

De directeur van de Dienst uitvoering en toezicht Energie

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

- zal degene die daarom verzoekt voorzien van een aansluiting op het net van de aanvrager dan wel een aanbod zal doen om met gebruikmaking van het desbetreffende net ten behoeve van

Vervolgens dient te worden vastgesteld of het net in de zin van de E-wet niet onder de bagatelbepaling van artikel 15 lid 1 valt.. 2 voor een net met een spanningsniveau van ten

In deze bepaling wordt aangegeven dat er geen netbeheerder hoeft te worden aangewezen voor een net met een spanningsniveau van ten hoogste 0,4 kV en een verbruik van ten hoogste 0,1

De directeur DTe adviseert de Minister van Economische Zaken de aanvrager, Het Marinebedrijf op basis van artikel 15, lid 2, sub c van de E-wet ontheffing voor het aanwijzen van

- zal degene die daarom verzoekt voorzien van een aansluiting op het net van de aanvrager dan wel een aanbod zal doen om met gebruikmaking van het desbetreffende net ten behoeve van

In artikel 2, eerste lid, sub a, van het Besluit mandaat, volmacht en machtiging raad van bestuur van de Nederlandse Mededingingsautoriteit van 1 juli 2005', heeft de Minister van

Op grond van artikel 95d, eerste lid, van de Elektriciteitswet 1998 verleent de Minister van Economische Zaken (hierna: de Minister) op aanvraag een vergunning indien de

NHEC) heeft op 1 maart 2010 bij de directeur van de Directie Regulering Energie & Vervoer van de Nederlandse Mededingingsautoriteit (hierna: Energiekamer) een aanvraag als