Vraag nr. 453 van 31 juli 1997
van de heer DIDIER RAMOUDT
Zandwinning op zee – Vergunningen – Milieu – Visserij
De Vlaamse Vissersbond kloeg onlangs de nefaste gevolgen aan voor de kustvisserij van de zandwin-ning op zee en de aanleg van pijpleidingen. D e zandwinning maakt gebruik van zuigbuizen, die in een straal van tien meter alles opzuigen, met als gevolg dat ook het plankton, de vis en de schaal-dieren verdwijnen. Bij de aanleg van de pijpleidin-gen worden gleuven tot vijfentwintig meter in de zeebodem gezogen, waardoor alle primaire en andere voeding voor de vissen wordt vernietigd. 1. Welke technieken worden momenteel
toege-staan om de zandwinning op zee mogelijk te maken ?
Volgens welke criteria worden deze technieken beoordeeld ?
2. Welke concrete zandwinningswerken vinden plaats aan onze kust ?
Voor welke doeleinden en bestemmingen wordt dit zand gewonnen ?
3. Hoeveel vergunningsaanvragen voor zandwin-ningswerken ontving de bevoegde V l a a m s e administratie ? Hoeveel vergunningen werden afgeleverd ?
Wordt er bij de toekenning van een vergunning voor zandwinningswerken rekening gehouden met de impact op het milieu en de visserij ? Op welke manier en door wie gebeurt dit ?
4. Wordt er rekening gehouden met de vraag van een aantal kustvissers om de zandwinning op zee stop te zetten ?
Zo neen, welke initiatieven heeft de minister genomen om de negatieve gevolgen van de zandwinning op zee voor de kustvisserij in de toekomst tot een strikt minimum te beperken ? N.B. : Een gelijkaardige vraag werd gesteld aan de
heer Theo Ke l c h t e r m a n s, Vlaams minister van Leefmilieu en Tewerkstelling.
Gecoördineerd antwoord
De zandwinning op zee, in het bijzonder op het Belgisch continentaal plat, is een federale bevoegd-h e i d . De concessies worden verleend bij ministe-rieel besluit door de minister van Economische Z a k e n . Het verlenen van de concessies voor de exploratie en de exploitatie van de minerale en niet-levende rijkdommen wordt bepaald door het koninklijk besluit van 7 oktober 1974. De aanvra-gen voor een concessie worden ingediend bij het ministerie van Economische Zaken, bestuur Kwali-teit en Ve i l i g h e i d , dat de adviesaanvragen coördi-neert.
Aan de betrokken afdelingen van de administratie Waterwegen en Zeewezen wordt telkens advies gevraagd in het kader van hun desbetreffende b e v o e g d h e d e n . Deze bevoegdheden omvatten het verzekeren van de veiligheid van de scheepvaart in al zijn aspecten. Het advies betreft vooral de moge-lijke invloed op het scheepvaartverkeer en op het ontwerp en onderhoud van de scheepvaartroutes. Op de concrete vragen van de Vlaamse volksverte-genwoordiger kan het volgende worden geant-woord.
1. De toegestane technieken worden bepaald door de bepalingen van het bovenvermelde konink-lijk besluit, eventueel aangevuld door vereisten, vermeld in de adviezen van de verschillende geraadpleegde diensten, onder meer het Rijks-instituut van de Zeevisserij.
2. Informatie te verkrijgen van de bevoegde minis-ter van Economische Zaken.
3. Het behandelen van vergunningsaanvragen en afleveren van vergunningen is een federale bevoegdheid.
4. Ook hiervoor dient te worden verwezen naar de bevoegde minister van Economische Zaken.