Vraag nr. 17
van 29 oktober 1997
van de heer DIDIER RAMOUDT Zeevisserij – Enquête
Uit de gespecialiseerde pers (Rederscentrale, H e t Vi s s e r i j b l a d ) , maar ook in de gewone pers konden we vernemen dat er nogal wat te doen was en is omtrent een enquête die werd gehouden in visserij-middens in de loop van het jaar 1996. Het betreft een onderzoek naar de mening van de jonge vissers omtrent het beroep en hun situatie daarin. D e enquête en de interpretatie ervan vallen onder de verantwoordelijkheid van de Dienst voor de Zee-visserij en werd medegeorganiseerd door Stella M a r i s, een internationale vereniging van katholie-ke aalmoezeniers.
Er is sprake van twee documenten, het ene bestaande uit de naakte cijfergegevens, met als titel " V r a g e n , cijfergegevens en persoonlijke bedenkin-gen van een enquête gehouden bij de Belgische vissers tussen 16 en 30 jaar", het tweede met als titel "Jongeren van de zee, rapport van een enquê-te bij de Belgische vissers tussen 16 en 30 jaar". Het tweede document betreft een interpretatie van de cijfers die de leden van de Provinciale Commis-sie voor de Zeevisserij onder ogen kregen.
Bij nader onderzoek zou gebleken zijn dat de con-clusies bij het cijfermateriaal op zijn zachtst uitge-drukt een loopje nemen met de waarheid. Te v e n s zou deze enquête bewust uit de pers en de publie-ke belangstelling zijn gehouden en zou er derhalve een valse voorstelling van resultaten zijn geweest. Op die manier is er echter een databank met gege-vens opgestart waarin noch de waterschout, n o c h de Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling en Beroepsopleiding (VDAB) inzage hebben, en zijn plots de enquêteformulieren spoorloos. Bij navraag zegt de bestendige deputatie van We s t - V l a a n d e r e n dat het federale ministerie van Middenstand en Landbouw een dergelijk onderzoek heeft besteld, wat daar wordt tegengesproken.
1. Is de minister op de hoogte van deze enquête ? Heeft ze een officieel karakter ? Klopt de infor-matie die daarover in de pers is verspreid ? 2. Heeft de minister, gezien zijn vroeger reeds
geuite bezorgdheid met betrekking tot de visse-r i j , evisse-r bij zijn fedevisse-rale collega van Landbouw reeds op aangedrongen klaarheid te scheppen in deze zaak ?
3. Bestaan er, in het kader van vroegere verklarin-gen van diverse fracties in het Vlaams Parle-ment omtrent de overheveling van de bevoegd-heid over de visserij naar Vlaanderen bij de vol-gende staatshervorming, en in het kader van het streven naar een degelijk sociaal statuut voor de v i s s e r s, plannen om een dergelijke, maar dan objectieve en professioneel opgevatte enquête te organiseren ? Zo niet, waarom niet ?
Antwoord
1. Deze enquête is gebeurd onder de verantwoor-delijkheid van de federale minister van KMO en Landbouw.
Het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap is op geen enkele wijze betrokken bij deze enquê-te.
2. Het is niet gebruikelijk tussen te komen in een interne aangelegenheid van een andere beleids-instantie.
3. Het overwegen of organiseren van een enquête over materies die niet tot de Vlaamse bevoegd-heid behoren, is voorbarig.