Vraag nr. 60
van 11 januari 2001
van de heer JAN LOONES Vensterslachtoffers – Maatregelen
Natuurminnend Vlaanderen in het algemeen en Vogelbescherming Vlaanderen in het bijzonder blijven zich zorgen maken over het hoge aantal vensterslachtoffers : vogels die zich te pletter vlie-gen tevlie-gen de glazen wanden van hoge gebouwen en tegen ruiten ( Mens en Vogel – Informatieblad voor Studie en Bescherming van Vogels – okt.-nov.-dec. 2000 – nr. 4).
In de natuur sterven vogels zelden van ouderdom. Daarvoor worden ze door te veel gevaren belaagd. Wanneer deze gevaren van natuurlijke aard zijn, i s dit aanvaardbaar. Anders is het wanneer dodelijke ongevallen direct of indirect worden veroorzaakt door toedoen van de mens, zoals de oprichting van hoge gebouwen met ruiten, doorzichtig of spiege-l e n d , met een groot oppervspiege-lak (wat niet betekent dat kleine vensters, zelfs verdeeld in kleine vakjes, ongevaarlijk zijn).
De weerspiegeling van de hemel of de begroeiing in de weerspiegelende of getinte ruiten heeft een verwarrend effect op de vogels. Verder zijn planten die zich vlakbij een raam of een glazen deur bevin-den erg aantrekkelijk voor vogels, die in de groot-ste verwarring tegen de ruit botsen als zij bij het aantrekkelijke groen proberen te komen. Alleen al door het feit dat een ruit doorzichtig is, blijft ze – als een onzichtbare hindernis voor de vogels – een gevaar.
Aangezien er niets te veranderen is aan de vraag naar meer glas in nieuwe bouwwerken, zou toch minstens moeten worden geprobeerd de kans op botsingen zoveel mogelijk te beperken.
In theorie is de enig mogelijke oplossing : de hin-dernis zichtbaar maken voor de vogels. De midde-len daarvoor zijn echter niet altijd haalbaar of es-thetisch verantwoord (vervangen van spiegelglas door doorzichtig of mat glas, plaatsen van een net, parelgordijn of bamboestokjes voor vensters of d e u r e n , . . . ) . Een zeer doeltreffende methode om het aantal botsingen aanzienlijk te verminderen, i s het aanbrengen op de ruiten van zelfklevers met het silhouet van vliegende roofvogels. De functie van de roofvogelsilhouetten is niet zozeer de vo-gels de schrik op het lijf te jagen, dan wel het zicht-baar maken van de ruiten. Men kan ze dus even-zeer versieren met aantrekkelijke afbeeldingen.
Belangrijk is het om de plaatsen die een blijvend gevaar vormen, zoals grote glasoppervlakken, d i e een hindernis zijn op een "verplichte doorgang" van de trekvogels, zo goed mogelijk zichtbaar te maken.
1. Welke maatregelen neemt de minister binnen zijn/haar bevoegdheden ter vermindering van het aantal "vensterslachtoffers" ?
2. Zijn er aanbevelingen gedaan aan de diensten die onder zijn/haar bevoegdheid ressorteren om de nodige stickers aan te brengen op plaatsen die voor de vogels obstakels vormen waartegen ze zich te pletter kunnen vliegen ?
3. Worden ook andere mogelijke acties overwogen met als doel het beschermen van vogels tegen het fenomeen "vensterslachtoffers" ?
4. Worden er ook initiatieven genomen om de be-volking te sensibiliseren voor dit fenomeen ? N.B. Deze vraag werd gesteld aan alle ministers.
Gecoördineerd antwoord
1. Uit de inventarisatie uitgevoerd in het kader van deze vraag blijkt dat het aantal maatregelen ter vermindering van het aantal raamslacht-offers onder vogels beperkt is. Heel wat gebou-wen bevinden zich dan ook in de geürbaniseer-de geürbaniseer-delen van Brussel of geürbaniseer-de provinciehoofdplaat-s e n . Het voorkomen van trekvogelprovinciehoofdplaat-s iprovinciehoofdplaat-s hier niet o n b e s t a a n d e, zoals de foto's in het geciteerde tijdschrift getuigen, maar de concentraties zijn toch heel wat beperkter dan in het buitenge-b i e d , zodat het aantal slachtoffers vermoedelijk veeleer beperkt zal zijn.
roofvogel-profielen op deze deuren aangebracht, met gun-stig resultaat.
Wat het afleveren van bouwvergunningen voor gebouwen van de Vlaamse overheid betreft, wordt momenteel geen rekening gehouden met dit aspect. De verleende bouwvergunning wordt weliswaar afhankelijk gesteld van bepaalde v o o r s c h r i f t e n , doch deze passen uiteraard voor-namelijk in de lokale ruimtelijke context en de architecturale vormgeving. Initiatieven op dit vlak met als doel de bescherming van de vogels, kunnen moeilijk worden verwacht van de minis-ter bevoegd voor Ruimtelijke Ordening.
2. Geen enkele minister van de Vlaamse regering maakt melding van richtlijnen voor het aan-brengen van stickers of roofvogelprofielen. 3. Er worden momenteel geen specifieke acties
ondernomen.
4. Toerisme Vlaanderen zal in een van de volgen-de nummers van het informatieblad volgen-de toeristi-sche bedrijven aansporen om aandacht te schenken aan deze problematiek.
De Vlaamse Huisvestingsmaatschappij is zeker bereid mogelijke (haalbare) maatregelen in ont-werponderrichtingen voor bouw en renovatie op te nemen. Eerst moet dan wel uitsluitsel be-staan over welke types van beglazing te mijden zouden zijn. Via informatieve campagnes naar de socialehuisvestingsmaatschappijen en de so-ciale ontleners toe, kunnen eveneens suggesties worden bezorgd om tot concrete maatregelen over te gaan.