RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEIT VAN
VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE IN 2014 IN DE GEMEENTE
Amstelveen
Plaats : Amstelveen
Gemeentenummer : 0362 Onderzoeksnummer : 279477
Datum onderzoek : 7 oktober 2014
VOORWOORD . . . 5
1 INLEIDING . . . 7
2 VVE IN DE GEMEENTE AMSTELVEEN . . . 9
3 CONCLUSIES. . . 19
INHOUDSOPGAVE
In de periode 2007-2012 heeft de Inspectie van het Onderwijs een landelijke bestandsopname uitgevoerd naar de kwaliteit van voor- en vroegschoolse educatie (vve). Daarna is het signaalgestuurde toezicht op vve in werking getreden.
Het signaalgestuurde toezicht vve begon eind 2013 met het versturen van digitale vragenlijsten naar de 315 middelgrote en kleine gemeenten. Voor de 37 grote gemeenten is er tot en met 2015 een apart monitortraject.
Op basis van een analyse van de digitale vragenlijsten is besloten om in middelgrote en kleine gemeenten waar risico’s ten aanzien van de uitvoering van de wettelijke vve-verplichtingen lijken te bestaan, een onderzoek uit te voeren. Het onderzoek is uitgevoerd in de tweede helft van 2014. Dit rapport beschrijft in hoeverre de gemeente Amstelveen in 2014 voldoet aan de eisen ten aanzien van vve en welke veranderingen hebben plaatsgevonden ten opzichte van de bestandsopname.
De hoofdinspecteur primair onderwijs en speciaal onderwijs, Dr. A. Jonk
VOORWOORD
Dit rapport is het verslag van een onderzoek van de Inspectie van het Onderwijs naar het gemeentelijke beleid ten aanzien van voor- en vroegschoolse educatie (vve) in de gemeente Amstelveen in 2014.
De aanleiding van het onderzoek is het mogelijk bestaan van risico’s ten aanzien van het voldoen aan wettelijke eisen betreffende voor- en vroegschoolse
educatie in deze gemeente.
De basis van het onderzoek is een digitale vragenlijst die de gemeente heeft ingevuld. De inspectie heeft deze vragenlijst geverifieerd aan de hand van de aangeleverde documenten en de toelichting daarop in een gesprek met betrokkenen van de gemeente. Vervolgens heeft de inspectie de eisen met betrekking tot het vve-beleid beoordeeld en de veranderingen ten opzichte van de bestandsopname in beeld gebracht.
Het signaalgestuurde toezicht op de vve-locaties maakt nog geen deel uit van dit onderzoek. De inspectie start na de zomer van 2014 met het signaalgestuurde toezicht op vve op de locaties. De signalen van de GGD zijn leidend om te bepalen welke peuterspeelzalen en kinderdagverblijven met voorschoolse educatie worden bezocht.
Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten:
• Analyse van de beantwoorde digitale vragenlijst in relatie tot de bevindingen tijdens de bestandsopname.
• Analyse van aanvullend opgevraagde informatie in relevante beleidsdocumenten van de gemeente.
• Intern overleg met het team Kinderopvang over GGD-toezicht in de gemeente.
• Een gesprek met de betrokken beleidsambtenaar en vve-coördinator over het vve-beleid van de gemeente.
• Beoordeling van vve-beleid van de gemeente Amstelveen.
INLEIDING 1
Onderzoeksopzet
Als basis voor de beoordeling gelden de beoordelingscriteria toezichtkader voor- en vroegschoolse educatie voor gemeenten, zoals die te vinden zijn op:
www.onderwijsinspectie.nl > onderwijssectoren > voor- en vroegschoolse educatie.
Hoofdstuk 2 geeft een beeld van het vve-beleid op gemeentelijk niveau. Daar wordt ingegaan op de ontwikkeling van de gemeente sinds de bestandsopname (paragraaf 2.1) en op de door de gemeente aangeleverde vve-documenten (paragraaf 2.2). Tenslotte geeft de inspectie in dit hoofdstuk een oordeel over het gemeentelijke vve-beleid (paragraaf 2.3).
Hoofdstuk 3 bevat de conclusies over het vve-beleid in de gemeente Amstelveen.
Toezichtkader
Opbouw rapport
De gemeente Amstelveen heeft een digitale vragenlijst ingevuld. Op basis van de antwoorden heeft de inspectie mogelijke risico’s gesignaleerd ten aanzien van het voldoen aan wettelijke eisen betreffende voor- en vroegschoolse educatie.
De digitale vragenlijst levert informatie over:
• wel of geen afspraken van de gemeente met de schoolbesturen en de houders over de doelgroepdefinitie, toeleiding, doorgaande lijn en resultaatafspraken;
• het bereik;
• de veranderingen bij de aspecten ouderbeleid, integraal vve-programma, externe zorg en interne kwaliteitszorg;
• het aantal vve-locaties en het aantal locaties waar de GGD
tekortkomingen heeft gesignaleerd in het eerste domein (pedagogische praktijk).
De beoordeling van het gemeentelijke beleid is gebaseerd op de digitale vragenlijst, opgevraagde gemeentelijke beleidsdocumenten, eventuele aanvullende informatie en het gesprek met de gemeente (zie paragraaf 2.3).
Bij de beoordeling wordt gewerkt met een vierpuntsschaal:
1. Staat in de kinderschoenen: verbeteringen zijn dringend nodig Deze kwalificatie geeft aan dat echt iets verbeterd dient te worden.
2. Enigszins ontwikkeld: verbeteringen zijn nodig
Deze kwalificatie geeft aan dat het wenselijk is dat iets verbeterd wordt.
3. Voldoende
4. Goed ontwikkeld: een voorbeeld voor anderen
Deze kwalificatie geeft aan dat dit aspect in orde is, en wel op een zodanige manier dat anderen hiervan kunnen leren.
Na de bestandsopname in 2012 concludeerde de inspectie dat de voor- en vroegschoolse educatie in de gemeente Amstelveen zich in de startfase bevond.
De uitvoering moest op veel onderdelen nog vorm krijgen in de praktijk. In 2012 en 2013 vond harmonisatie plaats van gesubsidieerde peuterspeelzalen met kinderdagverblijven.
VVE IN DE GEMEENTE AMSTELVEEN 2
Ontwikkeling van vve in de gemeente Amstelveen sinds de bestandsopname
2.1
In samenspraak met de betrokken instellingen was het doel van deze
harmonisatie het vormgeven van een integrale voorziening voor kinderen van 0-4 jaar.
In 2013 zijn er weinig inhoudelijke ontwikkelingen geweest rond de verdere invulling van vve. Het proces van harmonisatie betekende dat de gemeente per 1 januari 2014 inkoopovereenkomsten heeft gesloten met vijf
kinderopvangaanbieders die alle vve-plaatsen verzorgen. In oktober 2014 heeft één kinderopvangaanbieder de deuren moeten sluiten wegens faillissement. De gemeente heeft de locatie een maand opgehouden waarna een andere
kinderopvangaanbieder in november 2014 een doorstart heeft gemaakt. In de afgesloten contracten zijn, naar voorbeeld van de gemeente Amsterdam, aanvullende kwaliteitseisen vve opgenomen (deel 2, domein 9) waarop de GGD ook inspecteert.
In Amstelveen stromen de kinderen van de kinderopvang uit naar diverse scholen. Met name de doorgaande lijn en de warme overdracht zijn nog ontwikkelpunten.
In september 2013 heeft de gemeente een nieuwe beleidsambtenaar aangesteld die onder andere verantwoordelijk is voor de vormgeving van vve in Amstelveen en Aalsmeer. In januari 2014 is een nieuwe vve-coördinator aangesteld
eveneens voor de gemeenten Amstelveen en Aalsmeer.
Eind 2013 is de gemeentelijke werkgroep LEA van start gegaan waarin de gemeente, de schoolbesturen en de kinderopvangorganisaties vertegenwoordigd zijn. Deze werkgroep overlegt structureel en initieert nieuw beleid. Zo is er per maart 2014 een nieuw Protocol Indicering en Toeleiding in werking getreden met duidelijke criteria.
Resultaatafspraken c.q. monitorafspraken voor vve zijn in concept opgesteld maar nog niet vastgesteld. Verder zijn het vergroten van
de ouderbetrokkenheid, een gemeentebreed registratiesysteem 0-12 jaar en het verhogen van het taalniveau van de pedagogisch medewerkers belangrijke verbeterpunten voor het komende jaar. Uiteindelijk wil de gemeente met de schoolbesturen en de kinderopvangaanbieders komen tot een Convenant vve.
Tot slot heeft Amstelveen een monitor vve laten ontwikkelen waarvoor inmiddels vragenlijsten zijn uitgezet. De eerste rapportage verwacht de gemeente begin 2015.
• Indiceren en toeleiden naar Voor- en Vroegschoolse Educatie en Taal
& opvoedondersteuning, herziene versie maart 2014
• Opzet en uitvoering VVE-monitor in de gemeenten Aalsmeer en Amstelveen, offerte Sardes, mei 2014
• Inkoopovereenkomst 2014 gemeente Amstelveen (concept)
• Inkoopovereenkomst 2014 Gemeente Amstelveen en ons Tweede Thuis
• agenda's en verslagen van de LEA Werkgroep, 2014
• Concept resultaatafspraken Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) Gemeente Amstelveen, 2014
• Concept uitkomsten monitor Amstelveen, november 2014
In deze paragraaf geeft de inspectie haar bevindingen weer over het gemeentelijke vve-beleid. Per domein is beschreven op welke punten de inspectie het gemeentelijk beleid en uitvoering als voldoende (‘3’) beoordeelt, waar nog verbeterpunten worden gezien, zowel zonder (‘2’) als met (‘1’) afspraken en op welke punten de gemeente als een voorbeeld voor anderen gezien wordt (‘4’).
De inspectie baseert haar bevindingen op de uitkomsten van de verificatie van de digitale vragenlijst door middel van documentenanalyse en gesprekken met vertegenwoordigers van de gemeente. Waar de bevindingen van de inspectie afwijken van het beeld uit de digitale vragenlijst van de gemeente wordt dit vermeld en onderbouwd.
Lijst met de vve-documenten die de gemeente Amstelveen heeft aangeleverd
2.2
Het gemeentelijk vve-beleid 2.3
HET GEMEENTELIJK VVE-BELEID 1 2 3 4
•
•
•
•
•
•
•
• 1A1 Definitie doelgroepkind
1A2 Bereik 1A3 Toeleiding
1A4 Ouders
1A5 Integraal vve-programma 1A6 Externe zorg
1A7 Interne kwaliteitszorg van de voor- en vroegscholen 1A8 Doorgaande lijn
De inspectie publiceert jaarlijks ook een oordeel over het toezicht dat door de gemeenten op de kinderopvang en peuterspeelzalen wordt uitgevoerd. Voor meer informatie hierover ziewww.onderwijsinspectie.nl >onderwijssectoren >
Kinderopvang.
Toelichting:
’1’ Verbeterpunten met een afspraak
1a8 Doorgaande lijn
Er zijn binnen de gemeente Amstelveen nog geen afspraken gemaakt en/of vastgelegd met betrekking tot de doorgaande lijn tussen kinderopvang en basisonderwijs. Verder liggen er nog geen afspraken vast over de overdracht van de kindgegevens van de kinderopvang (voorschool) naar de basisschool (vroegschool). Afspraken ontbreken over:
• de warme overdracht
• de afstemming van het pedagogisch-educatief handelen van de voor- en de vroegschool
• de wijze waarop beroepskrachten en leraren op de voor- en vroegscholen met ouders omgaan
• de afstemming van de begeleiding en de zorg voor kinderen in de voor- en vroegscholen.
Binnen de werkgroep LEA is gesproken over de ontwikkeling van een uniform voorblad voor de overdrachtsformulieren (naar het voorbeeld van Amsterdam) van doelgroeppeuters naar de vroegschool. Hierover is nog geen beslissing genomen. Het blijkt lastig te zijn voor de gemeente om inzicht te krijgen in de
HET GEMEENTELIJK VVE-BELEID 1 2 3 4
•
•
• 1A9 Resultaten
1B Vve-coördinatie op gemeentelijk niveau
1C Systematische evaluatie en verbetering van vve op gemeentelijk niveau
DE VVE-CONDITIES 1 2 3 4
•
• 2A GGD-rapport
2B Gemeentelijk subsidiekader
Conform de aanvullende kwaliteitseisen vve van de GGD dienen de
kinderopvangaanbieders dit wel te hanteren. Bovendien dient er voor kinderen die externe zorg of ondersteuning ontvangen altijd een warme overdracht plaats te vinden.
Uit de rapporten van de GGD van 2014 blijkt dat bij de drie onderzochte kinderopvangaanbieders ook daadwerkelijk een warme overdracht plaatsvindt met de basisschool waar zij het meeste mee samenwerken. Echter, de gemeente heeft bovengenoemde zaken niet vastgelegd in documenten.
1a9 Resultaten (art. 167 WPO, lid 1b)
Bij de bestandsopname 2012 concludeerde de inspectie dat op gemeentelijk niveau niet is bepaald wat de resultaten van vve moeten zijn, noch hoe deze resultaten gemeten worden. De afspraak om vóór 1 augustus 2013 op
gemeentelijk niveau ambitieuze en meetbare vve-doelstellingen voor de voor- en vroegscholen te formuleren is de gemeente niet nagekomen.
Inmiddels heeft de werkgroep LEA conceptresultaatafspraken c.q.
monitorafspraken gemaakt voor vve. Deze afspraken zijn nog niet goedgekeurd.
De gemeente geeft aan dat deze afspraken opgenomen worden in de tweede versie van de monitor die in 2014 is uitgezet bij de voor- en vroegscholen met vve. Ook neemt de gemeente deze afspraken op in het af te sluiten VVE- Convenant.
’2’ Verbeterpunten
De gemeente heeft in de digitale vragenlijst aangegeven dat er bij de onderdelen 1a4 Ouders en 1a5 Integraal vve-programma weinig tot geen veranderingen hebben plaatsgevonden. Uit het gesprek dat de inspectie met de gemeente heeft gevoerd, komt deels hetzelfde beeld naar voren. Zo is het vergroten van de ouderbetrokkenheid wel een belangrijk aandachtspunt, maar dit heeft nog niet tot concrete beleidsvoorstellen geleid.
Wat nog ontbreekt is een analyse van de kenmerken van de ouderpopulatie van de doelgroepkinderen, waarop vervolgens het beleid van de gemeente is afgestemd en concrete doelen en verwachte resultaten zijn vastgelegd. Daarom handhaaft de inspectie bij deze indicator het oordeel van de bestandsopname uit 2012.
Bij indicator 1.5 Integraal vve-programma is wel verandering opgetreden waardoor deze indicator als voldoende is beoordeeld.
1a7 Interne kwaliteitszorg
De gemeente heeft een monitor vve laten ontwikkelen om het schooljaar 2013-2014 te evalueren. Belangrijke thema's die in de monitor aan de orde komen zijn:
1. deelname en bereik in de voor- en vroegschoolse fase;
2. indicatie en toeleiding door de GGD naar vve-voorzieningen in Amstelveen;
3. samenwerking voorschool-vroegschool vanuit de voorschoolse fase;
4. scholing en certificering.
Met deze monitor krijgen de partners in vve met name meer zicht op de
deelname aan vve. Echter, op gemeentelijk niveau dient ook aangegeven te zijn wat belangrijk is met betrekking tot de kwaliteit van vve, en hoe deze kwaliteit gemeten én geborgd wordt.
Op dit moment is er nog onvoldoende beleid over hoe de vve-locaties hun eigen kwaliteit met betrekking tot de onderdelen van vve en de resultaten evalueren, verbeteren en vervolgens borgen. Ook zijn er geen afspraken gemaakt over de manier waarop hierover aan de gemeente gerapporteerd wordt. Hier ligt een belangrijk ontwikkelpunt dat zeker een plaats kan krijgen bij de evaluatie van de monitor.
1c Systematische evaluatie en verbetering van vve
De systematische evaluatie van het gemeentelijk vve-beleid met de partners kan nog op verschillende terreinen verbeterd worden. De gemeente heeft recent een monitor uitgezet onder de scholen en de kinderopvangaanbieders met vve.
Begin 2015 brengt de gemeente hierover een rapportage uit. Het is vervolgens zaak om de bevindingen hieruit te verwerken in een meerjarenplan en
tegelijkertijd ontwikkelpunten die niet in de monitor zijn meegenomen, zoals de ouderbetrokkenheid, eveneens een plaats te geven. De monitor vve is een positieve ontwikkeling die nu echter nog te pril is om een voldoende waardering te geven.
‘3’ Voldoende
De gemeente heeft in de digitale vragenlijst aangegeven dat er bij de onderdelen 1a1 Definitie doelgroepkind en 1a6 Externe zorg weinig tot geen veranderingen hebben plaatsgevonden. Uit het gesprek dat de inspectie met de gemeente heeft gevoerd, komt eenzelfde beeld naar voren. Daarom handhaaft de inspectie bij deze indicatoren de voldoende oordelen van de bestandsopname
1a2 Het bereik
In de digitale vragenlijst geeft de gemeente aan dat onbekend is voor hoeveel doelgroeppeuters, uitgaande van het aantal peuters dat op de basisschool een leerlinggewicht kreeg, in oktober 2009 en in oktober 2012 een vve-plaats gecreëerd diende te zijn. Uit de berekening van OCW komt het aantal van 35 in 2009 en 11 in 2012. Deze aantallen zijn gebaseerd op de smalle definitie van doelgroepkind. Amstelveen heeft 73 vve-plaatsen ingekocht op 1 oktober 2012.
Dit aantal ligt dus ruim boven het minimale aantal plaatsen dat in Amstelveen nodig is.
Uitgaande van haar eigen brede definitie van doelgroeppeuter heeft zij echter 133 plaatsen nodig. Hiermee is het bereik in oktober 2012 minder dan 75%.
In 2014 is de procedure rond indicering en toeleiding naar vve herijkt. De vve- coördinator houdt (sinds haar aantreden in januari 2014) bij hoeveel
indiceringen de GGD heeft afgegeven en bij welke kinderopvangaanbieder met vve de kinderen geplaatst zijn of op de wachtlijst staan. Omdat nog niet
duidelijk is hoeveel vve-plaatsen de gemeente in 2014 ingekocht heeft, kan niet berekend worden hoe hoog het percentage bereik in 2014 is.
1a3 Toeleiding
In maart 2014 is de procedure rond indiceren en toeleiden naar vve en taal- en opvoedondersteuning in Amstelveen herzien. Hierdoor heeft de inspectie een positiever oordeel over de toeleiding dan op basis van de antwoorden in de digitale vragenlijst.
De vve-coördinator krijgt per drie maanden van de GGD door welke indiceringen zij hebben afgegeven en op basis van welke criteria. Vervolgens neemt de coördinator contact op met de ouders om na te gaan of zij zich hebben
aangemeld bij een kinderopvangaanbieder. Indien er vragen bij de ouders zijn, kan zij hen ondersteunen. Hierdoor is er zicht op zowel de aanmelding als het non-bereik. De redenen waarom ouders hun kind niet aanmelden (bijvoorbeeld verhuizing of financiële redenen) brengt zij in kaart.
Tot en met september 2014 zijn er 101 doelgroeppeuters geïndiceerd, waarvan 39 in 2013 en 62 in 2014. Van de 62 kinderen heeft de gemeente er 62 in beeld.
Met de ouders van 7 kinderen is gesproken of zij zijn doorverwezen naar een andere instantie, 30 kinderen zijn geplaatst, 4 niet geplaatst omdat zij al bijna 4 jaar zijn, 15 kinderen staan op de wachtlijst omdat zij nog te jong zijn, 2
kinderen zijn inmiddels verhuisd en 4 onbekend. Door het faillissement in oktober 2014 van een kinderopvangaanbieder is er enige ruis opgetreden hetgeen de verklaring is van het aantal onbekend.
1a5 Integraal vve-programma
De gemeente heeft in de inkoopovereenkomsten met de vve-
kinderopvangaanbieders opgenomen dat de vve-locatie hetzelfde programma gebruikt als de basisschool waar de meeste kinderen naar doorstromen. Verder volgen de beroepskrachten de brede ontwikkeling van alle kinderen met een kindvolgsysteem dat aansluit bij het vve-programma. De GGD ziet hierop toe.
De gebruikte programma's voldoen aan artikel 5 van het Besluit Basisvoorwaarden Kwaliteit Voorschoolse Educatie.
2a De gemeente heeft geregeld dat de GGD de basiskwaliteit van de voorscholen beoordeelt
Van de vijf kinderdagverblijven zijn recente GGD-rapporten beschikbaar. In deze rapporten is ook domein 8: de voorschoolse educatie beoordeeld. Uit de
rapporten blijkt dat in de onderzoeken in 2014 enige tekorten met betrekking tot de certificering zijn vastgesteld door de GGD. De gemeente heeft de scholing van pedagogisch medewerkers inmiddels opgepakt. Verder gaat de gemeente Amstelveen investeren in het taalniveau van de pedagogisch medewerkers.
2b Er is een gemeentelijk vve-subsidiekader
De gemeente Amstelveen heeft inkoopovereenkomsten afgesloten met de vve- kinderopvangaanbieders. Deze vve-kinderopvangaanbieders (voorscholen) moeten wel aan bepaalde eisen voldoen om voor een vve-vergoeding
(vergelijkbaar met een subsidie) in aanmerking te komen. Deze eisen zijn de
‘aanvullende kwaliteitseisen VVE’ en zijn als integraal onderdeel opgenomen in de inkoopovereenkomsten met de vve-kinderopvangaanbieders. De gemeente meent dat een aparte verordening niet nodig en wenselijk is daar zij via de inkoopovereenkomsten de kwaliteit van de vve kunnen borgen en laten inspecteren door een externe, deskundige partij (GGD Amsterdam).
‘4’ Voorbeeld voor anderen
1b Vve-coördinatie op gemeentelijk niveau
Ten aanzien van de vve-coördinatie op gemeentelijk niveau is het oordeel van de inspectie positiever dan uit de vragenlijst naar voren komt. Door de
aanstelling van een beleidsmedewerker met vve in zijn portefeuille en een vve- coördinator is de gemeente de regievoerder voor vve in Amstelveen.
Eind 2013 is de gemeentelijke werkgroep LEA, waarin de gemeente, de
schoolbesturen en de kinderopvangaanbieders participeren, op initiatief van de
De bestandsopname vve van 2012 gebruikt de werkgroep als een nul-meting en aan de hand van thema's initieert de werkgroep beleidsvoorstellen.
De vve-coördinator heeft per kwartaal gestructureerd overleg met de
regiomanager van de GGD en de verpleegkundige. Daardoor is de afstemming goed geregeld en heeft de vve-coördinator snel in beeld of er sprake is van problematiek en wat de aard daarvan is. Daarnaast is er twee maal per jaar regionaal vve-overleg. Verder heeft de vve-coördinator regelmatig overleg met de betreffende artsen die indiceren en met externe zorgverleners.
De inspectie concludeert dat de coördinatie het afgelopen jaar goed is opgepakt en inmiddels een structureel karakter heeft.
De inspectie heeft op het niveau van de gemeente het beleid voor de voor- en vroegschoolse educatie in de gemeente Amstelveen beoordeeld. Dit vanwege mogelijke risico’s ten aanzien van de uitvoering van wettelijke eisen betreffende voor- en vroegschoolse educatie.
Conclusies gemeentelijk vve-beleid
De basis van het onderzoek is een digitale vragenlijst die de gemeente heeft ingevuld. Naar aanleiding van de informatie in de vragenlijst zijn risico’s gesignaleerd met betrekking tot een aantal indicatoren.
Aan de hand van de aangeleverde documenten en de toelichting daarop in een gesprek met betrokkenen van de gemeente, blijkt dat er ernstige
tekortkomingen zijn met betrekking tot de warme overdracht van doelgroeppeuters naar de vroegschool en de doorgaande lijn en met de resultaatafspraken. Hierover ligt nog geen beleid vast. Omdat de GGD bij haar onderzoeken op de kinderdagverblijven geen tekortkomingen heeft vastgesteld bij de warme overdracht, lijkt de conclusie gerechtvaardigd dat de gemeente en de partijen die deelnemen aan vve dit onderdeel snel formeel kunnen regelen.
Immers, de kinderopvangaanbieders hebben zich gecommitteerd aan de aanvullende kwaliteitseisen vve zoals de GGD Amsterdam ze hanteert.
De gemeente geeft aan dat er een Convenant vve in voorbereiding is. De werkgroep LEA heeft resultaatafspraken vastgelegd in concept. Bij de
bestandsopname is al afgesproken dat de gemeente en de deelnemende partijen bij vve vóór 1 augustus 2013 afspraken moesten maken over de resultaten van vve. Daarmee is het urgent dat de afspraken nu snel worden geformaliseerd.
Na de aanstelling van de beleidsmedewerker en coördinator vve heeft de gemeente in korte tijd ook vooruitgang geboekt. De toeleiding is verbeterd en de registratie van plaatsing van doelgroeppeuters is nu van voldoende niveau.
De coördinatie van vve is inmiddels goed op gang gekomen en er is regelmatig en gestructureerd overleg tussen alle partijen die betrokken zijn bij vve.
Na een gesprek met de gemeente is bovendien duidelijk geworden dat zij groot belang hecht aan een goed vve-beleid en zeker van zins is hieraan vorm te geven. De knelpunten zijn bekend en op diverse terreinen zijn al acties gaande om de tekortkomingen weg te werken.
CONCLUSIES
3
Verbeterafspraken
De volgende prestatie afspraken zijn gemaakt:
• Doorgaande lijn (1a8)
De bij vve betrokken partijen in Amstelveen leggen vóór 1 augustus 2015 vast hoe de warme overdracht van doelgroepkinderen van het kinderdagverblijf (voorschool) naar de vroegschool is geregeld. Verder maken zij afspraken over de doorgaande lijn in het aanbod, het pedagogisch- en educatief handelen en de ondersteuning van kinderen. Het jaarwerkplan kan in deze omissie voorzien.
• Resultaten (1a9)
De bij vve betrokken partijen in Amstelveen leggen vóór 1 april 2015 concreet en in meetbare termen vast welke resultaten zij aan het eind van de vve-periode (eind groep 2) willen realiseren. Ook hebben ze vastgelegd op welke wijze de opbrengstgegevens aan de gemeente worden aangeleverd.
De inspectie ontvangt deze afspraken uiterlijk 1 augustus 2015.
Verbeterpunten
• Ouders (1a4)
• Interne kwaliteitszorg van de voor- en vroegscholen (1a7)
• Systematische evaluatie en verbetering van vve op gemeentelijk niveau (1c)
Voldoende oordelen
• Definitie doelgroepkind (1a1)
• Bereik (1a2)
• Toeleiding (1a3)
• Integraal vve-programma (1a5)
• Externe zorg (1a6)
• GGD-rapport, inclusief 8eDomein (2a)
• Gemeentelijk subsidiekader (2b)
Voorbeeld voor anderen
• Vve-coördinatie op gemeentelijk niveau (1b)
Vervolgafspraken
Signaalgestuurd toezicht: de inspectie zal begin 2015 opnieuw een vragenlijst sturen naar de middelgrote en kleine gemeenten en een inschatting maken van mogelijke risico’s. Tevens worden daarbij de uitkomsten van eventuele
locatieonderzoeken meegenomen. Op grond van de analyses wordt opnieuw bekeken in welke gemeenten in 2015 een onderzoek plaatsvindt.
