• No results found

Terra TF vwo_correctievoor_h4_IA

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Terra TF vwo_correctievoor_h4_IA"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vwo-examen correctievoorschrift

Klimaatverandering

4

Gebruik waar nodig de atlas.

1 Krijt

1 Krijt was de warmste tijd uit de geologische geschiedenis.

1 punt

2 Bij seafloor-spreading is veel vulkanische activiteit. De stoffen die de vulkanen in de lucht brachten, versterkten het broeikaseffect.

2 punten

3 De bodem van de oceanen bestond uit jong gesteente. De oceanen waren niet zo diep. Daardoor kwam het water erg hoog te staan.

2 punten

4 Dit is niet juist. In het Krijt-tijdperk stonden grote gebieden onder water. De afbeelding in het leerboek Terra geeft een beter beeld.

2 punten

5 Nee. Er waren zeestromen uit warme gebieden die Antarctica konden bereiken.

2 punten

6 De zeeën waren warm en ondiep. Er was heel veel leven in. De resten daarvan (bijvoorbeeld schelpen) hebben later kalkafzettingen gevormd.

2 punten

7 In het Jura-tijdperk (en eerder).

Deze afzettingen liggen onder die van het Krijt. Na ontstaan kon de olie naar hogere lagen migreren en zich daar verzamelen.

2 punten

2 Natuurlijke oorzaken klimaatverandering

8 Als er veel luchtdrukverschil is, betekent dit dat er veel westenwinden naar West-Europa komen. Deze brengen zachte lucht en veel neerslag met zich mee.

Wanneer er weinig luchtdrukverschil is tussen IJsland en de Azoren, brengt dit veel kouder winterweer met zich mee.

2 punten

9a Dit betekent dat er tussen IJsland en de Azoren een kleiner drukverschil is dan normaal.

(2)

b Dit is waarschijnlijk een koude winter geweest. Een klein drukverschil zorgt voor minder sterke westenwinden, dus is de gematigde invloed van zee kleiner.

vraag 9a: 1 punt vraag 9b: 2 punten

10 Het is een terrestrische oorzaak. Het is een proces dat zich op aarde zelf afspeelt. Het gaat niet om invloeden van buitenaf.

2 punten

11 Als de NAO-index toeneemt, krijgt Nederland meer zachte, natte winters. Dat komt door de sterke westenwinden.

2 punten

3 Veranderingen in de atmosfeer 12 Voorbeeld

De zon zendt kortgolvige straling uit. Een deel daarvan bereikt de aarde. Het aardoppervlak absorbeert een gedeelte en kaatst een deel in de vorm van langgolvige straling terug de atmosfeer in. Broeikasgassen nemen een deel van deze straling op. Hierdoor warmt de atmosfeer op.

3 punten

13 Het gat in de ozonlaag bevindt zich in de stratosfeer, waar ozon van nature voorkomt. Ozon die door de mens in de atmosfeer wordt gebracht, komt in de troposfeer, die zich onder de stratosfeer bevindt. Zo helpen we dus niet mee aan het dichten van het ‘gat’ in de ozonlaag.

2 punten

14a De groenvorming door bladeren wordt door ozon afgeremd. b Door de extra hoeveelheid CO2 groeien de planten sneller.

vraag a: 1 punt vraag b: 1 punt

15a Fijne deeltjes, bijvoorbeeld stof en roet.

b In de onderste lagen van de dampkring ademen wij deze deeltjes in.

c In de troposfeer kaatsen ze zonlicht terug en ze zorgen daar voor het ontstaan van extra neerslag.

vraag a: 1 punt vraag b: 1 punt vraag c: 2 punten

4 Meer orkanen

16 Deze orkanen ontstaan alleen als het water een temperatuur van 27° C heeft bereikt. Dat zal vooral in de nazomer en in de herfst zijn.

2 punten

17 De route wordt bepaald door de overheersende wind (en dus door de ligging van hogedrukgebieden en lagedrukgebieden).

18 Een tropische storm is net een schoorsteen die zichzelf opstookt. Hij ontstaat als lagedrukgebied boven midden-Afrika en wordt door de oostpassaat naar de Atlantische Oceaan gedreven. Daar komt hij boven het warme zeewater terecht (27 graden). Die warme en zeer vochtige lucht stijgt en condenseert hoog in de troposfeer door afkoeling met de hoogte. Er ontstaan tropische buien. Bij de condensatie komt warmte vrij waardoor de stijging wordt verhoogd. Daardoor wordt de lage luchtdruk steeds lager (dieper). Rondom een lagedrukgebied wentelt de lucht naar het centrum om het op te vullen. Maar door de steeds lager wordende druk wordt die aantrekkingskracht steeds groter en wordt de wenteling dus ook groter. Door de steeds grotere windkracht verandert de tropische storm in een tropische orkaan. De oostpassaat voert hem

(3)

verder de warme oceaan op en dit zichzelf versterkende proces wordt steeds heviger. Als orkaan komt hij aan de overkant.

19 Als de (onvoorspelbare) richting van de orkaan bij de oostkust van de VS naar NW/N is, kan hij worden opgenomen in de luchtstroming rond het Azoren-hogedrukgebied (een subtropisch maximum) boven de Atlantische Oceaan. Deze stroming is rechtsom vanaf het hogedrukgebied. De orkaan steekt opnieuw de oceaan over, nu richting Europa. De kracht neemt echter af, doordat het zeewater steeds minder warm is. Er komt dus minder warme vochtige lucht omhoog. De stijging vermindert en wordt onderdrukt. Was de orkaan erg zwaar, dan redt hij de oversteek nog wel en komt geleidelijk in de stroming naar het IJsland-minimum. Hij wordt een gewone depressie die de Noordzee oversteekt. Zo krachtig als een tropische orkaan kan hij dus nooit zijn.

5 De klimaatverandering bestrijden

20 Symptoombestrijding betekent dat de hoeveelheid uitgestoten broeikasgassen hetzelfde blijft, maar dat maatregelen ervoor zorgen dat ze minder nadelige gevolgen hebben.

Bij bronbestrijding komen er ook echt minder broeikasgassen in de atmosfeer terecht.

2 punten

21a Twee voorbeelden van symptoombestrijding: 1 nieuwe bossen aanplanten

2 onderzeese opslag van CO2

b Twee voorbeelden van bronbestrijding:

1 de maximumsnelheid op snelwegen verminderen

- gebruik van duurzame energie, waarbij bij de opwekking ervan geen CO2 vrijkomt

vraag a: 2 punten vraag b: 2 punten

22 Eigen mening

2 punten

23a Per persoon in 2000: 8,5 ton

b Voor de hele Nederlandse bevolking is dat 140 miljoen ton. c 140 miljoen rechten

vraag a: 1 punt vraag b: 1 punt vraag c: 1 punt

24 Ook andere uitlaatgassen moeten bestreden worden. Die hoeveelheid wordt omgerekend naar CO2. Dat heet CO2

-equivalent.

1 punt

25 De hoeveelheid broeikasgassen die de mens uitstoot, moet in 2013 8% lager zijn dan in 1990.

1 punt

 China doet niet mee aan het Verdrag van Kyoto. Het land bouwt heel veel fabrieken en heeft geen geld over voor bestrijding van de CO2-uitstoot

 Saoedi-Arabië doet niet mee aan het Verdrag van Kyoto. Het land verdient veel geld aan aardolie. Olie is een van de belangrijkste bronnen van CO2-uitstoot

 Zweden doet wel mee aan het Verdrag van Kyoto. Het land heeft veel natuur. Die heeft te lijden onder de luchtvervuiling.

 De Verenigde Staten doen niet mee aan het Verdrag van Kyoto. Zij vinden wel dat de CO2-uitstoot omlaag

moet, maar ze willen dat bereiken door technologische vernieuwingen.

4 punten

(4)

6 Het IJsseldal

27a Beide schalen zijn ongelijk.

b Op die manier kunnen hoogteverschillen beter zichtbaar worden gemaakt.

2 punten

28 De oudste lagen liggen onder, de jongste lagen liggen boven.

1 punt

29a In de Saale-ijstijd.

b Vanuit het noorden kwam een gletsjer. Die heeft hier een diep dal gevormd. c Diep in de ondergrond zit keileem. Dat lag vroeger onder de gletsjer.

vraag a: 1 punt vraag b: 1 punt vraag c: 2 punten

30a Zand.

b Het is door rivieren naar Nederland gebracht.

vraag a: 1 punt vraag b: 1 punt

31a In de laatste ijstijd (Weichsel).

b Het is door de wind hier naartoe geblazen.

vraag a: 1 punt vraag b: 1 punt

32 Twee van de volgende antwoorden:

 De eemafzettingen bestaan vaak uit klei. Die is afgezet toen rivieren overstroomden.  In de klei zitten resten van schelpen.

 Door pollenonderzoek is vast te stellen welke planten hier toen gegroeid hebben.

2 punten

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De verklaring van geen bezwaar werd voor de overige bouwblokken A, B, en C door de RDMZ en de provincie op respectievelijk 6 en 11 augustus afgegeven.. Op 17 augustus

Een model dat beter past bij de gegevens van 1930 tot 2000 gaat uit van een natuurlijk niveau in de CO 2 -concentratie met daar bovenop een bijdrage van de mens aan de CO

Het zeemans-leven, inhoudende hoe men zich aan boord moet gedragen in de storm, de schafting en het gevecht.. Moolenijzer,

Voor sommige instrumenten zijn voldoende alternatieven – zo hoeft een beperkt aantal mondelinge vragen in de meeste gevallen niet te betekenen dat raadsleden niet aan hun

Deze op (per vrueht- soort) weinig waamemingen gebaseerde opvatting is waardeloos, als wij daarbij alle andere in de literatuur vermelde cijfers be- schouwen, waarbij

[r]

Het realiseren van waterdoelen in projecten van stedelijke vernieuwing kan worden ingeschat als zeer complex, vooral als de waterinbreng moet komen van het waterschap en er bij

indien een harmonisatie zich immers slechts tot de accijnzen zou beperken, worden de landen die het zwaartepunt op de indirecte belastingen leggen, dubbel bevoorbeeld; de