• No results found

Ti-2710

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Ti-2710"

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

2710. Inventaris van de Polderarchieven van Raamsdonk, 1616-1813.

Herkomst:

2700. Inventaris van het archief van het Dorpsbestuur van Raamsdonk, 1317-1813 Zie voor de inleiding eveneens dit archief.

Het betreft Rijbroek of Willemsweg, Oude Polder, Nieuwe Polder, Zuidpolder, Noordpolder, Oostpolder, Kuurenpolder, Nieuwe Buitendijkse Hooipolder, Vier polders, Drie polders en de Goeden Aarts- of Eendrachtspolder.

Eerste deel.

Titels van goederen, enz.

01. 6 juni, 1616.

De ingelanden van de “Rijbroekse polder” sluiten met de rekenkamer van de grafelijkheiddomeinen van Holland, als tegenwoordige bezitster van de Kartuizersgoederen bij Geertruidenberg, een overeenkomst tot bevestiging van een akkoord van 10 juni 1529: partijen benoemen gezworenen voor het beheer, het herstel van de wegen, watergangen enz. (o.a. de Willemsweg).i

N.B. minuut op papier.

02. 16 mei, 1663.

Schepenbrief van Raamsdonk.

Poldermeesters van “de Oude Polder” onder Raamsdonk geven aan Symon Hendricxs van Pelt elf roeden land aan het zuideinde van het polderdijkje in erfcijns, om te betimmeren en te bewonen, mits een goed openbaar voetpad opengelaten word.

N.B. Minuut op papier. Op de rug staat: “Van huys staande op den dijck vanden ouden Polder aant’ Broeck, als nu bewoont werdende bij de wed. Joost vanden Broeck; 1725”.

03. 29 januari, 1727.

Schepenbrief van Raamsdonk:

J.H. de Bont draagt op aan poldermeesters van “den ouden Polder” een stuk land “in de Sint Antoniuspolder als Eendrachtspolder”, ten Zuiden van het erf van de weduwe Joost vanden Broeck enz.

N.B. Uithangend ambachtzegel, in donkergroenen was, zeer beschadigd.

04. 28 maart, 1781.

Schepenbrief van Raamsdonk.

Elisabeth Sints wed. A.A. Zijlmans draagt op ten behoeve van de “Oude Polder” een reep land, tot verbreding van het polderdijkje in die polder.

N.B. Ongezegeld; handtekening van de secretaris.

05. 10 juli 1786.

Schepenbrief van Raamsdonk.

H. Vissers draagt op aan de poldermeester van “den Ouden polder” 25½ roede en 1½ voet erf van zijn akker zaailand “zoo ende gelijk nu afgegraeven is” gelegen in die polder, met enige bepalingen betreffende de door het polderbestuur gegraven sloot, enz.

N.B. Opgedrukte ambachtzegel, onder ruit, enigszins geplet.

06. 10 juli 1786.

Schepenbrief van Raamsdonk.

N.Bossers draagt op aan de poldermeester van den “Ouden Polder” circa negen roeden lands van zijn land in die polder, “zoo en gelijk nu afgegraeven is”, en voorts “op conditie als H. Vissers hiervooren op zijn transport staet uytgedrukt”. NB. Opgedrukt ambachtzegel, onder ruit geplet.

07. 7 oktober 1717.

(2)

N.P. Hagers voor de ene en Lisbet Zijlmans wed. P. Dorrenboom voor de andere helft, dragen op aan dijkgraaf en heemraden van de “Nieuwe Polder” een stuk hooiland in de Werffkampen onder Raamsdonk, genaamd de Klijne Donck. N.B. Uithangend zegel van de schout, in donkergroene was, op een spoor na afgevallen.

08. 14 oktober 1776.

Schepenbrief Raamsdonk.

C. Knaap dreegt op ten behoeve van de “nieuwe Polder” 26 roeden land van zijn perceel hooi- of weiland in de Nieuwen Buitendijkse Hooipolder. te Raamsdonk, met voorbehoud van vrije in- uit- en overweg over het overgedragene naar de Werfkampensestraat.

N.B. Opgedrukte zegel, onder ruit, geplet.

09. 9 april 1716.

Akkoord tussen de ingelanden van de “Zuidpolder” onder Raamsdonk en enige particulieren, over het aanleggen en onderhoud van de kade van die polder.

N.B. Minuut op papier.

10. a. 2 mei 1726.

“Ordre en regelement” waarnaar de ingelanden van de landen gelegen “voor de Berge enden Zuytpolder tot de Melckhave”, zich zullen gedragen en voor al die landen beneden de kade een polder wordt gemaakt te noemen “Noord Polder onder Raamsdonk”.

N.B. Papier met vele handtekeningen. Onmiddellijke gevolgd door:

b. 5 mei 17256.

Approbatie van dat reglement door de Heer van Raamsdonk. N.B. opgedrukt zegel van de ambachtheer, onder ruit geplet. Gevolgd door:

C. 5 mei 1726.

Benoeming voor 4 jaar van een heemraadpenningmeester voor de Noord Polder door de Heer van Raamsdonk. N.B. Handtekening van de Heer.

11. 14 april 1722.

Schepenbrief van Hendrik Luiten Ambacht.

C.A.J. Oomen en P.W. van Sprewel dragen op aan dijkgraaf en heemraden van “den Oostpolder” onder Raamsdonk een stuk land onder Hendrik.Luiten Ambacht, bezwaard o.a. met een cijns van 1 stuiver 8 penningen en den “meybandt” jaarlijks aan de Heer van Hendrik Luiten Ambacht.

N.B. Uithangend zegel.van den richter verdwenen.

12. 17 juni 1722.

Schepenbrief van Hendrik Luiten Ambacht.

W. Geus draagt op aan dijkgraaf en heemraden van de “oostpolder” een stuk land gelegen in de Vijf Hoecken onder Hendrik Luiten Ambacht, bezwaard o.a. met een jaarcijns “Sinte Martensduyt van ider hooft, met vier penn. Meybandt van ider hooft”, enz.

(3)

Tweede deel.

Rekeningen, registers, akten, enz. “Rijsbroeksche- of Willemsweg”.

01. Stukken over een declaratie ten laste van verschillende personen onder Alphen wegens onkosten aan de Willemsweg van

1632 tot 1639 gemaakt waarbij een verzoek aan de schout van Raamsdonk om bekendmaking van een contract in 1582 gesloten door de ingelanden van het Rijsbroek en schout en heemraden met het convent van de Kartuizers “int fransijn geschreven ende ten cantoyre van Raamsdonk berustende”.ii

02. Bestekken vanwege herstellingen, slootuitdiepingen, maken van heulen enz. enz. aan de Rijsbroekse- of Willemsweg, van 1642, 1656, 1658, 1659-1665 en 1700.

03-29. Rekeningen van penningmeesters voor de Rijsbroeksen genaamd Willemsweg, liggende door het Rijsbroek onder ’s Gravemoer, Raamsdonk en Waspik, van de Gravenmoersevaart tot de Berckdijk, afgelegd aan heemraden en ingelanden van het Rijsbroek ten overstaan van schout en schepenen; met bijlagen.

03. 1642 - 1645

04. 1656 – 1658, door A.J. Keij

05. 1659 – 1662, idem

06. 1665 – 1674, door A.J. Keij en J. Adr. Huygen 07. 1675 – 1680, door Aert J. Huygen

08. 1681 – 1686, idem

09. 1687 – 1690, door de erven A.J. Huygen 10. 1691 – 1694, door W.A. van der Veken

11. 1700 – 1701, idem

12. 1707 – 1712, idem

13. 1713 – 1716, idem,

14. 1717 – 1722 (de ontvangst van de omslagen tot 1720, van de landhuren enz. tot 1722), idem.

15. 1721 – 1724, door P.J. van Raemsdonck

16. 1725 – 1728, idem 17. 1729 – 1732, idem 18. 1733 – 1740, idem 19. 1744 – 1750, 20. 1751 – 1754. Door M. Hijmans 21. 1755 – 1758, idem 22. 1759 – 1762, idem 23. 1763 – 1766, idem 24. 1767 – 1770 25. 1771 – 1774, idem 26. 1775 – 1778, idem 27. 1779 – 1782, idem

28. 1783 – 1786, door de wed. M. Hijmans 29. 1791 – 1794, alleen de bijlagen

30. Fragment-geerdenboekje van vóór 1599.

31. Omslagboekje van de Ouden Polder vanwege ongelden aan dijken, zijlen, watergangen en schouwen gedurende één jaar.

1599.

32-34. Manualen van de Ouden polder, voor de inning van de revenuen en inkomsten van de polder en van de omslag per morgen.

32. 1769 en 1770

33. 1775 en 1776

(4)

35. Morgentaal boek opgemaakt volgens de meting van 1 juni 1640.

36. Bestekken van het stenen huisje “in den polder van Raamsdonk op geenszij de Raemsdongse kerck”, juni en april 1640; en een verklaring van 1721 over aardhaling tot herstel van de polderdijk.

37. Verpachtcedulen door poldermeesters van de Ouden polder van het land en de dijken van de Ouden Polder (tweejaarlijks), van 1719 en 1720 tot 1795 en 1796; idem idem van een stukje land in Sint Antonispolder voor 7 jaar, van 1727 tot 1734, enz.

38-39. Rekeningen van de Ouden Polder onder Raamsdonk, afgelegd door de poldermeesters aan schout en schepenen; met bijlagen.

38. Vanwege het leggen van een nieuw stenen huis; door P.J. van Strien en M.J. van de Kade. 39. 1719, vanwege een extra-ordinaire omslag; door P. Knaep en de erven C.A.Clauwers. 40-43. Bijlagen van de poldermeestersrekeningen van de Ouden Polder.

40. 1777 en 1778

41. 1787 en 1788

42. 1803 en 1804

43. 1807 en 1808

Nieuwe Polder.

44. Verbaal van meting en morgentaalboek van de Nieuwe Polder op ’t Veer.

1615.

45. Bestekken vanwege werken aan de dijk van de Nieuwe Polder van 1690 tot 1717.

46. Verpachtcondities van polderland, tweejaarlijks 1665/66 tot 1803/4 en twee verkoopcedulen van schaarhout van 1675/76

en 1754

47. Twee afgeloste obligaties ten laste van de Nieuwe Polder, de ene ten name van Nic. Hagers, de andere van het dorp Raamsdonk.

1717 en 1728.

48-50. Rekeningen van de Nieuwe Polder, afgelegd door de poldermeesters aan schout en schepenen; met bijlagen.

48. Katern bevattende: a. een gezamenlijke rekening over 1693-1644, wegens hun tweejaarlijks beheer, door: P. Mertensse en C. Janssen; S. Janssen en H. Mathijsen; J. Mathijsen en A. Laurenssen; S. Janssen en H. Symonssen; b. rekening over 1645 en 1646, door M. Conincx en H. Dricsen.

49. 1717, vanwege een extra-ordinaire omslag, door A. Mulders en A.C. Knaep. 50. 1719, idem, door P. van Traemsdonq en A. Lankhuysen.

51-58. Bijlagen van rekeningen van de Nieuwe Polder.

51. 1773 en 1774 52. 1775 en 1776 53. 1779 en 1780 54. 1781 en 1782 55. 1791 en 1792 56. 1797 en 1798 57. 1801 en 1802 58. 1807 en 1808 Zuidpolder.

(5)

59. Lijst van kostbare (schatbare) landen onder het peil van de Kadijk om de Zuidpolder gelegen, van 1718, en een bestek wegens verhogen en verzwaren van de Kadijk, van 1712.

60-76. Rekeningen van de (nieuwe) Zuidpolder onder Raamsdonk, afgelegd door poldermeesters aan ingelanden, de latere op het raadhuis van Raamsdonk; alleen no. 76 zonder bijlagen.

60. 1708, door A.C. de Jongh en P.J. Zijlmans.

61 1709 – 1712, idem. 62. 1713 – 1716, door A. de Jongh. 63. 1717, door C. Ketelaer. 64 1720 – 1723, idem. 65. 1724 – 1727, idem. 66. 1728 – 1731, door P. Brouwers. 67. 1732 – 1739, idem. 68. 1736 – 1739, idem. 69. 1740 - 1743, idem. 70. 1748 – 1751, idem. 71. 1752 – 1755, idem. 72. 1760 – 1763, idem. 73. 1764 – 1771, door J. de Leeuw. 74. 1772 – 1775, idem. 75. 1780 – 1784, idem

76. 1792 – 1795, door M.C. van Houten pro J. de Leeuw. Noord Polder.

77. Lijst van landen in de polder, volgens de meting van de landmeter J. Kemp, 1727 en een bestek vanwege verhoging van de kade d.d. 13 april 1782.

78-88. Penningmeesterrekeningen van de Noord Polder onder Raamsdonk, afgelegd aan de Heer van Raamsdonk en ingelanden,

ter rechtkamer van Raamsdonk; met bijlagen. 78. 1726 – 1730, door P. Knaap. 79. 1731 – 1734, door P. Brouwers. 80. 1735 – 1738, door J. Abberdaan. 81. 1739 – 1742, door wed. J. Abberdaan.

82. 1751 – 1756, door W.P. Knaep 84. 1757 – 1764, door J.J. Zijlmans 85. 1762 – 1774, idem. 86. 1774 – 1778, idem. 87. 1779 – 1783, idem. 88. 1784 –1789, door J.P. Dorrenboom. Oostpolder. 89. Manuaal behelzende:

a. aan de voorzijde: Maatboek van de Oostpolder, aangelegd in 1764, waarop de heffingen zijn vermeld tot 1803; waarachter volgen: aantekeningen van ontvangsten en uitgaven over 1764-1794, een resolutie van het Departementaal bestuur d.d. 11 december 1806 en de notulen van een vergadering van poldermeesters en ingelanden van 19 mei 1827. b. aan de keerzijde: maatboek van 1764-1804 en notitie van ontvangsten en uitgaven van 1764-1795, van de Zuidpolder.

90. Een verpachtcedule van polderland van 1795/96 en een conclusie van eis voor dijkgraaf en heemraden tegen A. Sem, notaris en procureur te Dongen, tot afgifte van gelden, charters en papieren van de polder; van c. 1728.

91-121. Rekeningen van de Oostpolder onder Raamsdonk en Hendrik Luiten Ambacht, afgelegd aan de Heer van Raamsdonk en

heemraden en ingelanden ter rechtkamer van Raamsdonk door de penningmeesters: Sem (no. 91-93), P. Brouwer (94-100), J. de Leeuw (110-121); alle met bijlagen.

(6)

92. 1724 en 1725 93. 1726 en 1727 94. 1728 en 1729 95. 1730 en 1731 96. 1732 en 1733 97. 1734 en 1735 98. 1736 en 1737 99. 1740 en 1741 100. 1742 en 1743 101. 1744 en 1745 102. 1746 en 1747 103. 1750 en 1751 104. 1752 en 1753 105. 1754 en 1755 106. 1756 en 1757 107. 1758 en 1759 108. 1760 en 1761 109. 1762 en 1763 110. 1764 en 1765 111. 1766 en 1767 112. 1768 en 2769 113. 1770-1773 114. 1774 en 1775 115. 1776-1779 116. 1780 en 1781 117. 1782 en 1783 118. 1784 en 1785 119. 1786 en 1787 120. 1788 en 1789 121. 1790 en 1791 Kuurepolder.

122. Bestekken wegens uitgraven van een scheisloot, heulen in den dijk ,enz, van 1600 en 1608; verkoopceculen van biezen van 1690/1 en 1696/7.

123. Rekening vanwege het proces van de Kuurenpolder en de Werfkampen contra de grafelijkheid van Holland over de aanwassen en slijken op het stuk van de limietscheiding, 1664-1668; afgelegd aan schout en schepenen van Raamsdonk en de ingelanden van den Kuere-Polder op de Werfkampen, door P. Melsen Brouwer; met kopie en bijlagen.

124. Rekeningen van de gemachtigden van de Kuurenpolder en de Werfkampen, vanwege de verpachtingen van biezenvelden

enz. van 1668 tot 1681, afgelegd aan hoofdingelanden ten overstaan van schepenen door J. Zeylmans en P. Mathijsen; met bijlagen.

125-148. Rekeningen van de Kuur-(Polder) onder Raamsdonk, afgelegd aan commissarissen van de Hollandse domeinraad en ingelanden (later aan de Heer van Raamsdonk, heemraden en ingelanden) ter rechtkamer door de rentmeesters S. van Son (no. 125-140) en J. de Leeuw (no. 141-148);

125. 1716 en 1717 126. 1718 en 1719 127. 1720 en 1721 128. 1722 en 1723 129. 1724 en 1725 130. 1726 en 1727 131. 1728 en 1729 132. 1730 en 1731 133. 1732 en 1733

(7)

134. 1734 en 1735 135. 1736 en 1737 136. 1738 en 1739 137. 1740 en 1741 138. 1742 en 1743 139. 1744 en 1745 140. 1746 en 1747 141. 1754 en 1755 142. 1756 en 1757 143. 1758 en 1759 144. 1760 en 1761 145. 1762 en 1763 146. 1764 en 1765 147. 1766 en 1767 148. 1768 en 1769.iii

N.B. Nieuwe Buitendijkse Hooipolder.

149. Extract uit de rol van Raamsdonk betreffende het proces van de dijkgraaf tegen Aert Corn. De Jongh, brouwer te Raamsdonk, over achterstallig dijkschot;

1712.

150. Verpachtcedulen van landerijen, 1795 en 1796.

151-152. Collecteursrekeningen van de Nieuwe Buitendijkse Hooipolder onder Raamsdonk, afelegd aan schout en schepenen en ingelanden, met bijlagen.

151. 1704 – 1706, door J. Zijlmans 152. 1707 – 1710, door C. Ketelaer

153-156. Poldermeestersrekeningen van de Nieuwe Buitendijkse Hooipolder onder Raamsdonk, afgelegd aan schout en schepenen afgelegd als de voorgaande; met bijlagen.

153. 1707 en 1708, door Jac. Zijlmans en G. van Steenhoven. 154. 1709 en 1710, door F. Otgens en A.J. VGijsberts 155. 1711 en 1712, door P.J. Koninck en M.C. Tijsen 156. 1713 en 1714, door J. Eleman en A. Lanckhuysen.

157. Rekeningen met bijlagen van de Werfkampense landen, 1705/6, afgelegd ten overstaan van schepenen van Raamsdonk

door J. Brouwers, heemraad van de Nieuwe Buitendijkse Hooipolder, aan heemraden en ingelanden.

158-208. Rekeningen van de Nieuwe Buitendijkse Hooipolder, afgelegd aan de commissarissen van de Hollandse domeinraad en heemraden en verdere ingelanden (later aan de heer van Raamsdonk, heemraden en ingelanden), ter rechtkamer, door de penningmeester A. Hoevenaer (no. 158-184), Th. Hoevenaer (no. 185-189), J. van der Hult (no. 190-194), M. Hijmans (no. 195-208); met bijlagen. 158. 1715 159. 1716 160. 1717 161. 1718 162. 1719 163. 1720 164. 1721 165. 1722 166. 1723 167. 1724 168. 1725 169. 1726 170. 1727

(8)

171. 1728 172. 1729 173. 1730 174. 1731 175. 1732 176. 1733 177. 1734 178. 1735 179. 1736 180. 1737 181. 1738 182. 1739 183. 1740 184. 1741 185. 1742 186. 1743 187. 1744 188. 1745 189. 1746 190. 1747 191. 1748 192. 1749 193. 1750 194. 1751 195. 1752 196. 1753 197. 1754 198. 1755 199. 1756 200- 1757 201. 1758 202. 1759 203. 1760 204. 1761 205. 1762 206. 1763 207. 1764 207. 1765

209-238. Rekeningen van de Aanwasseniv achter de nieuwe Buitendijkse Hooipolder, afgelegd aan de Heer van Raamsdonk, heemraden en ingelanden ter rechtkamer van Raamsdonk, door de penningmeesters: A. Hoevenaer (no. 209-220), Th. Hoevenaer (no. 221-225), J. v.d. Hult (no. 226-230), M. Hijmans (no. 231-238); met bijlagen.

209. 1730 210. 1731 211. 1732 212. 1733 213. 1734 214. 1735 215. 1736 216. 1737 217- 1738 218. 1739 219. 1740 220. 1741 221. 1742 222. 1743 223. 1744

(9)

224. 1745 225. 1746 226. 1747 227. 1748 228. 1749 229. 1750 230. 1751 231. 1752 232. 1753 233. 1754 234. 1755 235. 1756 236. 1757 237. 1758 238. 1759

239-241. Penningmeestersrekeningen van de Nieuwe Bekade Aanwassen v

239. 1756/7

240. 1758

241. 1759

242-247. Rekeningen van de Oude en nieuwe Bekade Aanwassen liggende achter de Nieuwe Buitendijkse, Hooipolder, afgelegd als voorgaande door de penningmeester M. Hijmans; met bijlagen.

242. 1760 243. 1761 244. 1762 245. 1763 246. 1764 247. 1765

248-250. Rekeningen van de Nieuw-bekade Aanwassen ten Oosten van de Kilsluis achter de Nieuwe Buitendijkse Hooipolder, afgelegd als de voorgaande door de penningmeester M. Hijmans; met bijlagen.

248. 1764

249. 1764, tweede rekening

240. 1765

251-258. Rekeningen van de Nieuwe-bekade Aanwassen aan de westkant van de Ramsluis “agter de hoeven en Klijndonk of Nieuwe Buitendijkse Hooipolder”, afgelegd als de voorgaande door de penningmeester M. Hijmans; met bijlagen.

251. 1761 252. 1762 253. 1763 254. 1764 255. 1765 256. 1766 257. 1767 258. 1768.

259-288. In perkamenten banden samengebonden afzonderlijke rekeningen met bijlagen van drie tot zes verschillende polderadministraties, jaarlijks ter rechtkamer van Raamsdonk afgelegd aan de dijkgraaf, heemraden en ingelanden door de penningmeester M. Hijmans (no. 259-278), B. holster gekwalificeerd door Anth. Van Dam. (no. 275-284), b. Holster (no. 285-287) en P. Knaap (288).

Nieuwe Buitendijjkse Hooipolder Gecombineerde bekade aanwassen.

Aanwassen ten oosten van Kilsluis.

Aanwassen aan de westkant van de Ramsluis

Kuure-polder Bekade aanwassen de Ram en Leensloot.

(10)

259. 1766) telkens 260. 1767)drie afz. 261. 1768)rekeningen 262.* 1769 263.* 1770 264.* 1771 1770 en 1771 265.* 1772 266.* 1773 1772 en 1773 267.* 1774 268.* 1775 1774 en 1775 269.* 1776 270.* 1777 1776 en 1777 271.* 1778 272.* 1779 1778 en 1779 273.* 1780 1780** 274.* 1781 1780 en 1781 1781** 275.* 1782 276.* 1783 1782 en 1783 277.* 1784 278.* 1785 1784 en 1785 279.* 1786 280.* 1787 1786 en 1787 281.* 1788 282.* 1789 1788 en 1789 283.* 1790 284.* 1791 1790 en 1791 285.* 1792 286.* 1793 1792 en 1793 287.* 1794 1794 288.* 1795

*telkens 4 afz. rekeningen **verder gecombin met die

der gecombin. Aanwassen

289-306. Losse rekeningen van drie, en van 1806 af vier administraties, jaar op jaar bijeengevoegd, met bijlagen; afgelegd door de penningmeester P. Knaap (no. 289 en 290), J. Boeser (no. 291-299), B. Holster (no. 300-306). Bij no. 289 zijn nog bijgevoegd de bijlagen van de rekeningen over 1796 van de Kuurpolder.

Nieuwe Buitendijkse Hooipolder Oude en nieuwe bekade aanwassen.

Aaanwassen ten oosten van de Kilsluis

Aanwassen aan de westkant van de Ramsluis. 289. 1796 1796 290. 1797 1797 1797 291. 1798 1798 1798 292. 1799 1799 1799 293. 1800 1800 1800 294. 1801 1801 1801 295. 1802 1802 296. 1803 1803 1803 297. 1804 1804 1804 298. 1805 1805 1805 299. 1806(alleen bijl.) 1806 1806 1805 en 1806 300. 1807 1807 1807 1807 301. 1808 1808 1808 1808

(11)

302. 1809 1809 1809 1809

303. 1810 1810 1810 1810

304. 1811 1811 1811 1811

305. 1812 1812 1812 1812

306. 1813 1813 1813 1813

Vier polders gecombineerd.

307- Bestekken vanwege schoonmaken van sloten ten behoeve van de Oude, Nieuwe, Kuere- en St. Antonispolder, tweejaarlijks besteed.

1728 – 1789/90.

Drie polders te samen.

308. Memorie van restanten van de omslagen in de Willemspolder onder Oosterhout en Raamsdonk, in de Zuid- en in de Oostpolder, van omstreeks 1730; met een minuutrekest van dijkgraaf en heemraden van de Willemspolder aan de domeinraad van Oranje-Nassau om restitutie van hun reiskosten enz. in rekening te kogen brengen.

Goeden Aarts- of Eendrachtpolder.

309-316. Rekeningen van de Goeden Aarts- of Eendrachtpolder, afgelegd op het raadhuis aan dijkgraaf en heemraden en ingelanden door de penningmeesters-poldermeesters.

309. 1797 en 1798; A. van Raamsdonk en H. van Dongen. 310. 1799 en 1800, J.P.Otjes en P.J. Dorrenboom.

311. 1801 en 1802, idem idem

312. 1803 en 1804, J.P. Otjens.

313. 1805 en 1806, J.P. Otjens en A. van Raamsdonk. 314. 1807 en 1808, P.W. Knaap.

315. 1809 en 1810, idem

(12)

i

Vg. No. 1 van het deel “Rekeningen en akten enz.”

ii

Vg. No. Van de afdeling der titels enz.

iii

Zie het vervolg van deze serie bij no. 264 en volg.

iv

In 1760 gecombineerd met de Nieuwe Aanwassen (zie no. 242).

v

In 1760 gecombineerd met de Oude Aanwassen (zie no. 242).

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

– de brutospaarquote van de huishoudens, die gedefinieerd wordt als de brutobesparing in procenten van het bruto beschikbaar inkomen (gecorrigeerd voor mutaties van

Ziet de koper tijdens deze bedenktijd niet af van de koop, zijn de financiën rond en vormen ook eventuele andere ontbindende voorwaarden geen obstakel meer, dan zal op de

– de brutospaarquote van de huishoudens, die gedefinieerd wordt als de brutobesparing in procenten van het bruto beschikbaar inkomen (gecorrigeerd voor mutaties van

– de brutospaarquote van de huishoudens, die gedefinieerd wordt als de brutobesparing in procenten van het bruto beschikbaar inkomen (gecorrigeerd voor mutaties van

Jaarlijks worden twee ramingen van de jaarrekeningen van de overheid opgesteld, waarvan de resultaten worden gepubliceerd op de website van de Nationale Bank van België. In de

De gedetailleerde nationale jaarrekeningen van België worden opgesteld volgens de definities van het Europees Systeem van Rekeningen (ESR 2010).. De publicatie geeft een commentaar

Deze publicatie bevat de eerste ramingen van het Instituut voor de Nationale Rekeningen (INR) met betrekking tot de voornaamste aggregaten van de nationale rekeningen voor het

Voor de overige variabelen per bedrijfstak (arbeidsvolume van werknemers en zelfstandigen en bruto-investeringen in vaste activa), voor alle transacties uit de rekeningen van