• No results found

De toegankelijkheid van ergotherapie voor Arabisch sprekende cliënten in Amsterdam-West: Promotiemateriaal voor Arabisch sprekende cliënten

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De toegankelijkheid van ergotherapie voor Arabisch sprekende cliënten in Amsterdam-West: Promotiemateriaal voor Arabisch sprekende cliënten"

Copied!
80
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Arabisch sprekende cliënten in

Amsterdam-West

Bachelor Thesis

Juni 2015

Auteurs: Naima Achaaoui, Mariem Ben Yacoub Amrani en Firdaouss Ouaziz Senior adviseur: Ineke Smit

Aantal woorden: 8466

(2)

1

De toegankelijkheid van ergotherapie voor Arabisch sprekende

cliënten in Amsterdam-West 2015

Promotiemateriaal voor Arabisch sprekende cliënten

Projectteam: Naima Achaaoui, Mariem B.Y. Amrani en Firdaouss Ouaziz

In opdracht van: Verpleeghuis Slotervaart Cordaan

Senior adviseur: Ineke Smit

Junior adviseur: Marjon Stomph en Caroline Rijkers

Opdrachtgever: Faouzia El Hajaoui (ergotherapeut)

© 2015 Hogeschool van Amsterdam

(3)

2

Samenvatting

Inleiding

Het verpleeghuis Slotervaart Cordaan is gevestigd in Amsterdam-West. In dit stadsdeel wonen veel Arabischtalige cliënten, die niet of onvoldoende bereikt worden voor ergotherapie, maar daar wel baat bij zouden kunnen hebben. Verpleeghuis Slotervaart wil zich inzetten voor deze doelgroep. Om het cliëntenbestand te vergroten dient er onderzoek gedaan te worden naar een betere manier om deze doelgroep te bereiken voor ergotherapie (Hajaoui el, 2014, persoonlijke communicatie).

In het kader van de opleiding ergotherapie aan de Hogeschool van Amsterdam hebben wij onderzoek uitgevoerd. De vraagstelling was of de bereikbaarheid van Arabisch sprekende cliënten vergroot zou kunnen worden.

Op aanraden van Marjan Stomph hebben wij ervoor gekozen voort te borduren op het afstudee p oje t Gezo d ouder orde et ergotherapie (Brink, Galama en Heide, 2002). Doel

Ons project heeft als doel onbekendheid met ergotherapie weg te nemen bij Arabisch sprekende cliënten in Amsterdam-West. Daa oo zal het p o otie ate iaal uit Gezond ouder worden

et ergotherapie worden herzien. De update zou beter bruikbaar moeten zijn voor

ergotherapeuten in de eerste lijn, waardoor de toegankelijkheid voor ergotherapie vergroot kan worden voor Arabisch sprekende cliënten.

Oriëntatie

In de beginfase van het onderzoek hebben we ons uitgebreid en onafhankelijk georiënteerd op de aanleiding en vraagstelling van het project. We hebben hiervoor gekozen omdat eerdere projecten meer dan tien jaar geleden zijn uitgevoerd. Sindsdien hebben er veel maatschappelijke

ontwikkelingen plaatsgevonden (Hoe is de zorg en ondersteuning per 2015 georganiseerd, 2015). Wij hebben ons georiënteerd op de doelgroep, het promotiemateriaal en de middelen die daarbij

gebruikt kunnen worden. Hierbij is gebruik gemaakt van de aanbevelingen uit voorgaande projecten in overeenstemming met de voorkeuren van verpleeghuis Slotervaart.

Methode

Er is literatuuronderzoek uitgevoerd waarbij zoektermen zijn ingevoerd in de databases PubMed, CINAHL, Science Direct en Proquest Social Science. Artikelen zijn geselecteerd op basis van in- en exclusiecriteria. Relevante artikelen zijn beoordeeld op betrouwbaarheid en validiteit. Peer-review van de artikelen door de projectleden heeft plaats gevonden. Daarnaast is een praktijkonderzoek uitgevoerd door semigestructureerde interviews te houden onder vijf verschillende professionals, één cliënt, een mantelzorger en een initiatiefneemster. Er zijn twee topiclijsten opgesteld, één voor de professionals/initiatiefneemster en één voor de cliënt/mantelzorger. Aan de professionals werden vragen gesteld op het gebied van ervaren problemen en beperkingen, werving van cliënten, kanalen die daarbij gebruikt werden en promotie van de beroepsgroep. Aan de cliënt en mantelzorger werden vragen gesteld over hun visie op gezondheid, afname van diensten in de gezondheidszorg en ervaring met specialistische zorg. De uitkomsten van het praktijk onderzoek zijn gecodeerd en in tabellen verwerkt waarna antwoord gegeven kon worden op de deelvragen en de hoofdvraag. Resultaten

Op basis van de literatuurstudies en het praktijkonderzoek is er promotiemateriaal ontwikkeld dat gebruikt kan worden bij het voorlichten van groepen over ergotherapie. Dit promotiemateriaal bestaat uit verschillende middelen zoals een folder, videofragmenten, een herzien draaiboek en een sociale kaart. Hierdoor is het promotiemateriaal bruikbaar voor een zo groot mogelijke doelgroep.

(4)

3 Conclusie

Ons onderzoek toont aan dat het gebruik van bepaalde communicatiemiddelen effectief zijn gebleken om de doelgroep te bereiken en bekendheid met en toegankelijkheid van ergotherapeutische zorg te vergroten. Het geven van groepsvoorlichting, waarbij gebruik wordt gemaakt van het ontwikkelde promotiemateriaal en het herziene draaiboek, maakt de informatie begrijpelijk en waardevol voor de doelgroep. Implementatie van het promotiemateriaal is het meest effectief als de voorlichting gegeven wordt door een ergotherapeut. Verder blijkt uit het praktijkonderzoek dat maatschappelijke instanties, met grote naamsbekendheid en de doelgroep een vertrouwd gevoel geven, het meest effectief zijn om de doelgroep, Arabisch sprekende cliënten, te kunnen bereiken. Deze instanties staan op de sociale kaart weergegeven.

(5)

4

Voorwoord

In de loop der jaren zijn er veel inspanningen verricht om het zorgaanbod voor migranten te verbeteren en hen beter te informeren over de gezondheidszorg. Echter uit signalen uit het veld blijkt dat de zorgvraag en het zorgaanbod binnen Europa niet goed op elkaar zijn afgestemd (Rechel et al., 2013). Verpleeghuis Slotervaart Cordaan eerstelijns ergotherapie probeert in te spelen op deze maatschappelijke ontwikkeling en heeft in samenwerking met de Hogeschool van Amsterdam het p oje t De toega kelijkheid a e gothe apie oo Arabisch sprekende cliënten 5 i het le e geroepen. In februari 2015 zijn wij, studenten van de Hogeschool van Amsterdam, in opdracht van Ve pleeghuis “lote aa t Co daa et eel e thousias e gesta t et het afstudee p oje t De toegankelijkheid van ergotherapie voor Arabisch sp eke de lië te 5 . Wij he e het promotiemateriaal va Gezo d oude o de et e gothe apie , he zie , geüpdatet e wederom gebruiksklaar gemaakt voor de ergotherapeut die werkzaam is in Verpleeghuis Slotervaart. Het promotiemateriaal van 2002 bestaat uit een draaiboek voor groepsvoorlichting met een bijbehorende wandplaat en een folder. De groepsvoorlichting, waarin de middelen uit het promotiemateriaal worden toegepast, hebben we in de vorm van een pilot twee keer proefgedraaid. Het updaten van het promotiemateriaal en het proefdraaien hiervan ging niet vanzelf. We hebben ontzettend veel tijd en energie besteed aan het samenstellen van een netwerk om het draaien van de pilot mogelijk te maken. Met trots vermelden wij dat dit is gelukt! We hebben een netwerk opgezet en de implementatie van het promotiemateriaal zal op de lange termijn bij goed gebruik van het netwerk, gerealiseerd kunnen worden.

Graag willen wij mw. F. Sabbah, oprichtster van de stichting Nisa for Nisa en mw. A. Oumansouri , vrijwilligster van de stichting Vangnet, bedanken voor hun inzet bij het opzetten van een pilot op korte termijn. Eveneens willen wij onze opdrachtgever, Faouzia el Hajaoui, bedanken voor de inhoudelijke feedback op het ontwikkelde promotiemateriaal. Onze docentbegeleidster, Ineke Smit, willen wij bedanken voor haar positief kritische opmerkingen en betrokkenheid. En natuurlijk familie en vrienden, die met name gedurende de afronding van het project ons onvoorwaardelijk hebben gesteund. We hebben hun zorg enorm gewaardeerd ook al hebben we dit misschien niet altijd laten blijken. Tevens bedanken wij hartelijk onze inspirerende bronnen Marjon Stomph en Caroline Rijkers. Wij kijken terug op twintig weken van intensieve samenwerking waaruit een product en netwerk is ontstaan dat wij met trots presenteren. Wij hopen dat het geüpdatet promotiemateriaal in de toekomst een bijdrage zal kunnen leveren aan een situatie waarin meer Arabisch sprekende cliënten op de hoogte zijn van ergotherapie en meer mensen hiervan gebruik kunnen maken.

Wij wensen u veel leesplezier en de onderstreepte woorden worden in bijlage I verder toegelicht. Amsterdam, juni 2015

Naima Achaaoui Mariem B.Y. Amrani Firdaouss Ouaziz

(6)

5

Inhoudsopgave

1 Inleiding 7 § 1.1 Aanleiding/ probleembeschrijving 7 § 1.2 Doelstelling 7 § 1.3 Vraagstelling en deelvragen 7 § 1.4 Maatschappelijke relevantie 8 2 Oriëntatie 9 § 2.1 Inleiding 9 § 2.2 Oriëntatie op de doelgroep 9 2.2.1 Wat geeft het projectteam een voorsprong op anderen? 9

2.2.2 Bekendheid van Arabisch sprekende cliënten met de Nederlandse gezondheidszorg 9 2.2.3 Bekendheid van Arabisch sprekende cliënten met ergotherapie in Amsterdam-West 9

§ 2.3 Oriëntatie op het promotiemateriaal 10

2.3.1 Definitie Promotiemateriaal 10

2.3.2 Doel Promotiemateriaal 10

§ 2.4 Oriëntatie op de middelen waaruit het promotiemateriaal kan bestaan 11

2.4.1 Oriëntatie op bestaande voorlichtingsmiddelen 10

3 Methode 11 § 3.1 Literatuuronderzoek 11 3.1.1 Zoekstrategie 11 3.1.2 In- en exclusiecriteria 12 3.1.3 Selectieprocedure 12 3.1.4 Beoordeling artikelen 12 § 3.2 Praktijkonderzoek 12 § 3.3 Betrouwbaarheid kwalitatief onderzoek 14

4 Resultaten 15

§ 4.1 Beantwoorden van de deelvragen middels literatuur- en praktijkonderzoek 15

4.1.1 Deelvraag 1 15

4.1.2 Deelvraag 2 16

4.1.3 Deelvraag 3

§4.2 Gemaakte keuzes m.b.t. het updaten van het promotiemateriaal 19

4.2.1 Inleiding en theoretische uitgangspunten waar voorlichting aan moet voldoen 19 4.2.2 Verantwoording van de gemaakte keuzes met betrekking tot het bereiken van de

doelgroep 19 § 4.3 Verantwoording van de gemaakte keuzes met betrekking tot de middelen waaruit het promotiemateriaal bestaat 20

4.3.1 Verantwoording draaiboek 20

4.3.2 Verantwoorden waarom wandplaat vervangen voor filmpjes 21

4.3.3 Verantwoording folder 21

4.3.4 Verantwoording sociale kaart 22

§ 4.4 Pilot 22

5 Discussie en aanbevelingen 23

§ 5.1 Discussie 23

§ 5.2 Sterke kanten en beperkingen 23

(7)

6

6 Conclusie 25

6.1 Aanbevelingen 25

Bijlage 30

Bijlage I Begrippenlijst 31 Bijlage II Opzet interviews 32 Bijalge III Toestemmingsformulier 34 Bijlage IV Uitgewerkt en gelabelde interviews 35 Bijlage V Uitwerking resultaten 73

Bijlage VI Folder 76

(8)

7

1 Inleiding

Voor u ligt het onderzoeksrapport voor het Verpleeghuis Slotervaart eerstelijns ergotherapie. Het o de zoek heeft et ekki g op de uik aa heid a het p o otie ate iaal a Gezo d oude o de et e gothe apie, . Het o de zoek is tot sta d geko e in het kader van het afstudee p oje t De toega kelijkheid a e gothe apie oo A a is h sp eke de lië te 5 . Het projectteam is bij het samenstellen van dit rapport ervan uitgegaan dat de voorlichting gegeven zal worden door de ergotherapeut die werkzaam is in Verpleeghuis Slotervaart.

Bij het opstellen van dit rapport is gebruik gemaakt van kennis verkregen door individueel uitgevoerde literatuurstudies van de projectgroep en kennis en ervaring van Arabischtalige cliënten, mantelzorgers en professionals werkzaam in Amsterdam-West.

§ 1.1 Aanleiding/ probleembeschrijving

De opdracht die aanleiding gaf tot deze bachelor thesis is in overleg met de Hogeschool van Amsterdam, aangedragen door Verpleeghuis Slotervaart.

Verpleeghuis Slotervaart is gevestigd in Amsterdam-West. In dit stadsdeel zijn er veel Arabischtalige cliënten die niet bereikt worden voor de ergotherapie en naar onze mening hierdoor tekort worden gedaan. Verpleeghuis Slotervaart wil haar cliëntenbestand vergroten en wil daarom onderzoek doen naar wat de beste manier is om deze doelgroep te kunnen bereiken voor de ergotherapie. Ook de uitko ste a e aa e eli ge a ee de e afstudee p oje te , zoals Gezo d oude

o de et e gothe apie o e de toega kelijkheid a e gothe apie oor migranten, vormde een doorslaggevende factor voor het uitvoeren van dit project (Brink, Galama en Heide, 2002).

§ 1.2 Doelstelling

Het doel a het p oje t De toega kelijkheid a e gothe apie oo A a is h sp eke de lië te 5 is de o eke dheid en onduidelijkheden bij Arabisch sprekende cliënten in Amsterdam-West over ergotherapie weg te nemen, door het promotiepakket Gezond ouder worden met e gothe apie , te herzien, updaten en weer bruikbaar te maken voor ergotherapeuten werkzaam in de eerste lijn. Hierdoor wordt het mogelijk gemaakt om de toegankelijkheid van de ergotherapeutische zorg voor Arabisch sprekende cliënten te vergroten. Na afloop van het project krijgt de opdrachtgever de volgende producten aangeleverd:

- Een aangepaste folder

- Een draaiboek voor de voorlichting

- Videofragmenten waar ergotherapie verder wordt toegelicht voor Arabisch sprekende cliënten

- Een sociale kaart met adressen van eigen initiatieven en moskeeën

§ 1.3 Vraagstelling en deelvragen

De hoofdvraag van ons project is: Wat is er odig o pro otie ateriaal Gezo d orde et ergotherapie edero ge ruiksklaar te ake oor ergotherapeuten om Arabisch sprekende cliënten te werven?

De hoofdvraag is opgedeeld in drie deelvragen:

 Welke communicatiemiddelen zijn het meest effectief gebleken bij het voorlichten van Arabisch sprekende cliënten over ergotherapie?

 Wat is het eest effe tie e a ie o het p o otie ate iaal het toega kelijk ake a A a is h sp eke de lië te te i ple e te e i A ste da -West?

 Via elke o u i atieka ale ka het p o otie ate iaal het toega kelijk ake a A a is h sp eke de lië te het este geï ple e tee d o de ?

(9)

8

§ 1.4 Maatschappelijke relevantie

De relevantie voor het updaten van het Promotiemateriaal Gezond ouder worden met ergotherapie 2002 voor Arabisch sprekende cliënten, komt voort uit huidige maatschappelijke ontwikkelingen. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek zijn er in Nederland 3.594.744 allochtonen (CBS, 2014). De vraag naar ergotherapie neemt toe en tegelijkertijd wordt de noodzaak om ergotherapie theoretisch te onderbouwen steeds groter (Kinébanian & van de Velde, 2012). Daarnaast verschuift de vraag van zorg in de instelling naar zorg in de eerste lijn (van Bodegom & Désiron, 2012). Maar ondanks deze positieve maatschappelijke ontwikkelingen voor de opdrachtgever, is er een potentieel groot groep Arabisch sprekende cliënten die moeilijk bereikbaar is voor egotherapie (Hajaoui el, persoonelijke communicatie, 28 februari 2015)

De komderende tien jaar zal het aantal niet-westerse allochtone ouderen verdubbelen. Zorgprofessionals hebben onvoldoende kennis van de obstakels die bij interculturele diagnostiek een rol spelen. Zij dienen rekening te houden met taalbarrières, cultuurbarrières, het lage opleidingsniveau en analfabetisme van een aanzienlijk aantal patiënten, maar ook met schaamte en bijzondere zorgverwachtingen van de patiënten en hun familie (Goudsmit, Parlevliet, van Campen & Schmand, 2011). Samenvattend is er voor de ergotherapeuten in Nederland een grote groep potentiële cliënten die niet bereikt wordt. Om deze doelgroep te bereiken is het belangrijk dat ergotherapeuten weten hoe ze met deze doelgroep kunnen communiceren. Daarom is het niet alleen voor de opdrachtgever en de ergotherapie relevant dat dit onderzoek plaatsvindt, maar ook Arabisch sprekende cliënten hebben er veel baat bij als de ergotherapie toegankelijker voor ze wordt gemaakt. Deze doelgroep kampt vaak met klachten die in een vroeg stadium verholpen kunnen worden door het volgen van ergotherapie. Maar omdat ze of niet weten van het bestaan van ergotherapie, of niet goed begrijpen wat ergotherapie voor ze kan betekenen worden deze klachten erger (Hajaoui el, persoonlijke communicatie, 14 april 2015).

(10)

9

2 Oriëntatie

§ 2.1 Inleiding

In de beginfase heeft het projectteam zich georiënteerd op de aanleiding en vraagstelling van het project. Ondanks dat het project een vervolg was in een reeks van projecten heeft het projectteam het nodig gevonden zich uitgebreid onafhankelijk te oriënteren. Hier is voor gekozen omdat de voorgaande projecten meer dan tien jaar geleden zijn uitgevoerd en de afgelopen tien jaar veel maatschappelijke ontwikkelingen hebben plaatsgevonden (Hoe is de zorg en ondersteuning per 2015 georganiseerd, 2015).

Dit deel van het verslag bevat een analyse van de vraagstelling. Er wordt relevante informatie beschreven die nodig is om de vraagstelling te verhelderen. Er wordt een beschrijving gegeven van de doelgroep en een beschrijving van de reden dat het projectteam een voorsprong heeft op anderen omtrent dit onderwerp. Tevens wordt in dit deel een oriëntatie op het promotiemateriaal beschreven en de middelen waaruit het kan bestaan. Hierbij is er gebruik gemaakt van aanbevelingen uit voorgaande projecten in overeenstemming met de voorkeuren van Verpleeghuis Slotervaart.

§ 2.2 Oriëntatie op de doelgroep

2.2.1 Wat geeft het projectteam een voorsprong op anderen?

Het projectteam heeft dezelfde cultuur en kent dezelfde tradities als de doelgroep. Hierdoor kent het de kenmerken van de doelgroep en is het makkelijker om te achterhalen via welke kanalen de doelgroep te bereiken is. Verder is het een belangrijk gegeven dat het projectteam dezelfde taal beheerst als de doelgroep en het communiceren met de doelgroep hierdoor makkelijker verloopt. Ook is het doen van praktijkonderzoek door middel van kwalitatieve gestructureerde interviews betrouwbaarder omdat de cliënten de gelegenheid krijgen zich in hun eigen taal te uitten. Hierdoor is een tolk niet nodig waardoor de communicatie tussen interviewer en de geïnterviewde beter verloopt (Hadziabdic et al., 2014).

2.2.2 Bekendheid van Arabisch sprekende cliënten met de Nederlandse gezondheidszorg Er is geen landelijk onderzoek gedaan naar de bekendheid van Arabisch sprekende cliënten met de Nederlandse gezondheidszorg. Wel is er onderzoek gedaan onder allochtonen, waaruit blijkt dat de bekendheid van Arabisch sprekende cliënten met de Nederlandse gezondheidszorg minimaal is. Daarnaast blijkt dat de zorgvraag en het zorgaanbod niet goed op elkaar zijn afgestemd. Zorgvragers en zorgaanbieders begrijpen elkaar onvoldoende waardoor de geboden zorg niet altijd van goede kwaliteit en effectief is (Kreps, G.L. & Sparks, L. 2008).

2.2.3 Bekendheid van Arabisch sprekende cliënten met ergotherapie in Amsterdam-West Uit het onderzoek blijkt dat het gebruik van meer gespecialiseerde gezondheidszorg minder voorkomt onder allochtone groepen in Nederland, met name onder Turken en Marokkanen (Muijsenbergh, 2008). Verder is er ondanks de positieve maatschappelijke ontwikkelingen een grote groep Arabisch sprekende cliënten die moeilijk te bereiken is voor de ergotherapie (Hajaoui el, persoonlijke communicatie, 18 februari 2015) De bovenstaande gegevens versterken de aanname van het projectteam dat er een onbekendheid over ergotherapie bij de doelgroep bestaat.

(11)

10

§ 2.3 Oriëntatie op het promotiemateriaal

2.3.1 Definitie Promotiemateriaal

Om het eg ip p o otie ate iaal te defi ië e , is e ge uik ge aakt a lite atuu o de zoek, gesprekken met participanten en de visie van het projectteam. Er is gekozen om het begrip p o otie ate iaal als olgt te defi ië e : Ee e za eli g a oo li htingsmateriaal, dat bedoeld is om een bepaalde groep informatie te kunnen verschaffen over een bepaald onderwerp, ter ondersteuning of verduidelijking van een bepaald beleid. De groep aan wie deze informatie gericht is, bestaat altijd uit meerdere personen met verschillende sociaaleconomische achtergronden en met verschillende maten van bekendheid met het onderwerp. In het promotiemateriaal is, om hier op in te spelen, verschillende vormen (visueel, audiovisueel, schriftelijk en mondeling) van voorlichtingsmateriaal aanwezig. Het promotiemateriaal bevat materiaal dat ieder individu in de doelgroep aanspreekt en begrijpelijk is.

2.3.2 Doel Promotiemateriaal

In voorgaande paragraven is er beschreven dat er in voorgaande jaren vele inspanningen zijn verricht om het zorgaanbod voor Arabisch sprekende cliënten te verbeteren. Ook is er beschreven dat de bekendheid van Arabisch sprekende cliënten met de Nederlandse gezondheidszorg echter nog steeds minimaal is. De doelstelling van het promotiemateriaal luidt daarom als olgt: Het doel a het promotiemateriaal is het vergroten van de bekendheid van- en de kennis over ergotherapie bij Arabisch sprekende cliënten in Amsterdam-West, zodat wanneer zij een specifieke ergotherapeutische hulpvraag hebben, adequaat gebruik ku e ake a e gothe apie.

§ 2.4 Oriëntatie op de middelen waaruit het promotiemateriaal kan bestaan

2.4.1 Oriëntatie op bestaande voorlichtingsmiddelen

Nu wij hebben vastgesteld wat promotiemateriaal is en dat dit zal bestaan uit voorlichtingsmateriaal, heeft het projectteam zich georiënteerd op verschillende voorlichtingsmiddelen. Er is literatuur bestudeerd met betrekking tot het geven van voorlichting, het geven van voorlichting aan migranten en specifiek aan Arabisch sprekende cliënten. Eveneens is contact opgenomen met verschillende instanties die ervaring hebben met het geven van voorlichting aan allochtonen.

Ter aanvulling van de literatuurstudies is er gebruik gemaakt van aanbevelingen en bevindingen uit een voorgaand afstudeerproject, begeleid door Marjan Stomph. Aangezien dit project in hetzelfde kade is uitge oe d als het p oje t Gezo d oude o de et E gothe apie , es hou e ij de conclusies van dit project als zeer waardevol. Bij het inventariseren van de voorlichtingsmiddelen is er een onderscheid gemaakt in mondelinge en schriftelijke voorlichting. Verder in het verslag wordt de keuze van voorlichtingsmiddelen onderbouwd aan de hand van literatuur- en praktijkonderzoek.

(12)

11

3 Methode

De vraagstelling is beantwoord op een methodisch en systematisch verantwoorde wijze, op grond van ergotherapeutische kennis, visie en vaardigheden waarover wij beschikken.

Het methodisch en systematisch werken van het projectteam uit zich in zowel de beschrijving van het projectmatig werken gedurende het project alsmede in de opzet en de inhoud van het verslag. Voor de oriëntatie van het promotiemateriaal en de doelgroep is er uitgebreid literatuuronderzoek

e i ht. Ook is e ge uik ge aakt a aa e eli ge uit oo gaa de p oje te Gezo d oude o de et E gothe apie e estaa de oo li hti gs iddele . Daa aast is e p aktijko de zoek uitgevoerd. Hierbij zijn verschillende professionals werkzaam in Amsterdam-West, een Arabisch sprekende cliënt en een mantelzorger geïnterviewd.

§ 3.1 Literatuuronderzoek

3.1.1 Zoekstrategie

Tijdens het zoeken naar de best aansluitende literatuur is er gezocht in de databanken CINAHL, Pubmed, Proquest en ScienceDirect. In CINAHL is gezocht omdat deze databank onder andere beschrijvingen bevat van artikelen uit bijna 2900 tijdschriften die gelezen worden door met name paramedici en verpleegkundigen. In PubMed is gezocht omdat deze databank een groot aanbod artikelen bevat over de gezondheidszorg in het algemeen, en vele opties en zoekmogelijkheden biedt. De informatiespecialiste van de mediatheek gaf ons advies om ook op ScienceDirect en ProQuest te zoeken omdat beide databanken een groot aanbod artikelen bevatten over sociale wetenschappen en gezondheidszorg.

Alle zoektermen die voor het literatuuronderzoek gebruikt zijn, zijn gecombineerd om Medical Subject Headings (MeSH) te creëren. De termen zijn op verschillende manieren met elkaar gecombineerd, zoals met dubbele aanhalingstekens en het zoeken in titel en abstract. Deze zoekactie is meerdere malen herhaald tot er voor elke databank een resultaat uitkwam met titels die een relatie hadden met de vraagstelling. Voor elke databank is een aparte zoekstring geformuleerd, welke door iedere medestudent afzonderlijk is bekeken en gecontroleerd. Dit gebeurde om de kans tot het vinden van het meest aansluitende literatuur te vergroten. De zoekstring is weergegeven in tabel 1.

Databanken Zoekstring

CINAHL (Health care OR social a e AND A a i o u ity s O‘ Immigrants*) AND (promotion material*) AND (information material)

PubMed (Arabic client OR Moroccan immigrants) OR (Moroccan community OR Moroccan immigrant) AND (Healthcare)

ProQuest social sciences Co u i atio AND i ig a ts AND health a e

Science Direct (Foreigners OR Moroccan Immigrants) AND (Healthcare) AND (Approach) (promotion) AND (Decision making)

(13)

12 3.1.2 In- en exclusiecriteria

- Inclusiecriteria: Artikelen in het Engels en Nederlands, artikelen vanaf 2005 tot 2015 en volwassen participanten van Arabische afkomst en/of migranten.

- Exclusiecriteria: Artikelen ouder dan 2005, niet full-tekst artikelen, artikelen die niet over Arabisch sprekende cliënten gaan en/of migranten en artikelen in een andere taal dan Engels en Nederlands.

3.1.3 Selectieprocedure

Voor de selectieprocedure zijn de artikelen geselecteerd op basis van titel, abstract en full-tekst met behulp van de in- en exclusiecriteria. De geïncludeerde artikelen zijn vervolgens gepeer-reviewed door de projectleden. Dit betekent dat de projectleden de artikelen op basis van titel en abstract globaal hebben gelezen en de relevantie ervan hebben aangegeven. De artikelen die geselecteerd werden voor het onderzoek, zijn gezamenlijk besproken waarbij een conclusie getrokken is of het wel of niet geïncludeerd moest worden. Op basis hiervan zijn de definitieve artikelen voor het onderzoek gekozen.

3.1.4 Beoordeling artikelen

Alle artikelen zijn beoordeeld aan de hand van het kwalitatieve McMaster beoordelingsformulier. Met de McMaster formulieren kunnen de belangrijkste bevindingen uit het onderzoek overzichtelijk worden weergegeven (Letts et al 2007). Er worden kritische vragen gesteld en er is voldoende ruimte voor eigen kritische invulling. Het beoordelen van de artikelen is ondersteund door gebruik te maken a het oek Leze e eoo dele a o de zoek pu li aties e E ide e-based practice voor pa a edi i o de a tikele ete te ku e a alyse e (Kuiper et al. 2012), (Dassen et al. 2008).

§ 3.2 Praktijkonderzoek

Het praktijkonderzoek bestaat uit kwalitatieve semigestructureerde interviews waar de focus wordt gelegd op ervaringen, attitude en opinie van zowel cliënten als professionals. Er is in kaart gebracht hoe de professionals en cliënten de toegankelijkheid van ergotherapie ervaren, wat zij onder algemene promotie en ergotherapie verstaan. Het onderzoek heeft in Amsterdam-West plaatsgevonden vanwege het grote aantal bewoners van Arabische origine die daar wonen en werkzaam zijn. Daarnaast is het Verpleeghuis Slotervaart in Amsterdam-West gevestigd.

3.2.1 Ontwikkeling semigestructureerde interviews

Tijdens het opstellen van de interviewvragen is er bewust gekozen om voor zowel cliënten als professionals twee verschillende interviewvragen en topiclijsten op te stellen. In bijlage II treft u de opzet voor de interviews. De reden hiervoor was om verschillende conclusies te kunnen trekken vanuit twee verschillende perspectieven. Daarnaast kijken professionals anders naar het beroep ergotherapie in vergelijking met cliënten. De geïnterviewde professionals zijn deels bekend met het beroep ergotherapie en hierdoor zullen hen uitspraken meer afwijken dan die van de cliënten. In tabel 2 staan de topiclijsten vermeld die gebruikt zijn tijdens het opstellen van de interviewvragen.

Tabel 2: Topiclijsten

3.2.2 Werving participanten

Topiclijsten professionals Topiclijsten cliënt Kanalen en werving patiënten Visie op gezondheid

Ervaring problemen en beperkingen Gebruikte diensten in de gezondheidszorg

(14)

13

Bij het werven van cliënten is er gebruik gemaakt van het cliëntenbestand dat ter beschikking is gesteld door de opdrachtgever. De opdrachtgever heeft cliënten aangereikt die bereid waren om deel te nemen aan het onderzoek. De professionals zijn geworven door ons eigen netwerk in te schakelen en alle participanten zijn eerst gemaild of gebeld om deelname aan het onderzoek te vragen.

3.2.3 Ethische aspecten

Enkele participanten die hun deelname aan het onderzoek hadden bevestigd hebben verdere informatie over het doel en de relevantie van het onderzoek via de mail ontvangen, zodat zij wisten waar ze toestemming aan gaven (Baarda et al., 2014). Het onderzoek was anoniem en de onderzoekers hielden zich aan de Wet bescherming persoonsgegevens (Baarda et al, 2012). Alle participanten hebben toestemming geven voor de deelname aan het onderzoek. In bijlage III treft u de toestemmingsformulier die de participanten hebben ondertekent.

3.2.4 Structureren en analyseren van kwalitatieve data

De data-analyse van het praktijkonderzoek is uitgevoerd door semigestructureerde interviews te houden onder vijf verschillende professionals, één cliënt, één mantelzorger en één initiatiefneemsters. Er zijn twee topiclijsten opgesteld waarvan één voor de professionals en de initiatiefneemsters en één voor cliënt en mantelzorger. Bij de professionals zijn er vragen opgesteld op het gebied van ervaren problemen en beperkingen, kanalen, werving van cliënten en promotie. Bij cliënten en mantelzorger bestonden de vragen uit hun visie op gezondheid, gebruikte diensten binnen de gezondheidszorg en ervaring met specialistische zorg. De kwalitatieve gegevens zijn op de volgende manier gestructureerd en geanalyseerd.

De kwalitatieve gegevens zijn gestructureerd in drie stappen: 1. Ordening

 De acht interviews zijn uitgeschreven en geordend door drie interviewers. De relevante zinnen voor de vraagstelling zijn gemarkeerd.

2. Labeling

 De relevante zinnen zijn gelabeld aan de hand van de vooropgestelde topiclijsten. Door de labeling is de grote hoeveelheid data gereduceerd tot een relatief klein aantal labels. Zie bijlage IV voor de uitgewerkte interviews en labeling.

3. Verbanden vinden

 Op basis van de labels is er gekeken naar de gelijkenissen en samenhang binnen de professionals en binnen de cliënten en mantelzorger.

De kwalitatieve data is geanalyseerd met behulp van de analysemogelijkheid exploratief/verklarend: 1. Exploratief of verklarend

 Bij het analyseren is er gezocht naar verbanden tussen de verschillende labels. Om te kunnen verklaren waarom het beroep ergotherapie niet toegankelijk is voor bepaalde Arabisch sprekende cliënten en niet bekend is onder diverse (para)medici Baa da et al., . Te o de steu i g is het oek Qualitati e esea h ethodes, Colle ti g e edi e, afti g a alysis, o u i ati g I pa t gebruikt bij het uitschrijven (Tracy, 2013). De geanalyseerde data treft u in bijlage V.

(15)

14

§ 3.3 Betrouwbaarheid kwalitatief onderzoek

Bij kwalitatief onderzoek is moeilijk te spreken over betrouwbaarheid maar er wordt wel gesproken over intersubjectiviteit. Om te spreken over intersubjectiviteit is het nodig om vast te stellen dat de interviewers geen invloed hebben op de resultaten (Baarda et al, 2012). Daarvoor is het projectteam zo objectief mogelijk gebleven. De interviewers hebben zich niet laten leiden door eigen ervaringen en/of vooroordelen. Dit is moge duidelijk moeilijk, maar het is essentieel dat de onderzoeksresultaten niet te veel gekleurd zijn door de geïnterviewde. Om dit mogelijk uit te sluiten zullen twee leden van het projectteam de data analyseren door te labellen. De twee labelstructuren worden vervolgens vergeleken en na overleg kunnen het gezamenlijk en betrouwbare resultaten worden benoemd (Baarda et al, 2012).

(16)

15

4 Resultaten

De hoofdvraag van het project is: Wat is er odig o pro otie ateriaal Gezond ouder worden met ergotherapie wederom gebruiksklaar te maken voor ergotherapeuten om Arabisch sprekende cliënten te werven?

Om de hoofdvraag te kunnen beantwoorden zijn er drie individuele literatuuronderzoeken en een praktijkonderzoek gedaan. Hieronder worden de drie deelvragen beantwoord.

§ 4.1 Beantwoorden van de deelvragen middels literatuur- en praktijkonderzoek

4.1.1 Deelvraag 1

 Welke communicatiemiddelen zijn het meest effectief gebleken bij het voorlichten van Arabisch sprekende cliënten over ergotherapie?

Om antwoord te kunnen geven op deze deelvraag is er literatuuronderzoek gedaan naar het gebruik a tolke , folde s e ideo s.

Het gebruik van tolken is wel effectief is in de gezondheidszorg. Voornamelijk professionele tolken vertalen de informatie bijna helemaal correct. Zo wordt de informatie die door de zorgprofessional wordt overgedragen beter begrepen door de cliënten (Butow et al. 2011). Uit het onderzoek van Hadziabdic et al. (2014) blijkt dat patiënten de rol van een tolk als een praktisch communicatiemiddel ervaren. Het gebruik van tolken, vooral professionele tolken, in de gezondheidszorg neemt veel communicatie problemen weg. De professionele tolken interpreteren de informatie beter dan familieleden die de rol van een tolk aannemen (Butow et al. (2011). Het gebruik van tolken kan een handige communicatiemiddel zijn indien er geen andere oplossingen zijn. Toch blijkt uit de literatuur dat de informatie niet honderd procent wordt vertaald en geïnterpreteerd zoals het bedoeld was (Butow et al. 2011).

Sahlan et al. (2008) beweren dat de houding van de patiënten positief veranderde m.b.t. hun gezondheid nadat ze de vertaalde folder lazen en begrepen. Dit onderzoek benadrukt dat het gebruik van folders kan leiden tot betere informatieoverdracht, mits de folder ook mondeling wordt toegelicht.

Tenslotte kan geconcludeerd worden dat het gebruik van schriftelijke communicatiemiddelen met veel pictogrammen effectief is ter ondersteuning bij de voorlichting. Het is echter niet te gebruiken voor het werven van potentiële cliënten in verband met laaggeletterdheid, maar wel ter ondersteuning van de voorlichting. Bij het inzetten van flyers en/of folders dienen er veel pictogrammen aanwezig te zijn ter vervanging van de teksten die moeilijk te lezen zijn door de eerste en tweede generatie allochtonen. Echter wordt de voorkeur gegeven aan korte filmpjes met herkenbare casuïstiek. Dit komt doordat cliënten zich hierin kunnen herkennen. Verder dient er een folder mee te worden gegeven bij het beëindigen van de voorlichting (Sahlan et al., 2008).

4.1.2 Deelvraag 2

 Wat is het eest effe tie e a ie o het p o otie ate iaal het toega kelijk ake a A a is h sp eke de lië te te i ple e te e i A ste da -West?

(17)

16

De bovenstaande deelvraag is aan de hand van een literatuur- en praktijkonderzoek beantwoord. Uit het literatuuronderzoek is gebleken dat promotiemateriaal middels een voorlichting geïmplementeerd kan worden (Wagemakers et al., 2008).Vooral bij deze doelgroep is voorlichting een belangrijk element om het gebruik van ergotherapie te promoten (Wagemakers et al., 2008). De voorlichtingen zijn overigens ook het meest effectief als de voorlichter de juiste vaardigheden en kennis bezit om voorlichtingen te geven (Brotons et al., 2013).Om deze reden is de ergotherapeut de meeste geschikte voorlichter omdat deze het beste het beroep kan uitleggen. Doordat de doelgroep van Arabische komaf is, is cultureel bewustzijn een cruciaal element. De manier van communiceren en interpreteren van de doelgroep kan al variëren. Maar als de voorlichter bewust is van culturele en/of religieuze aspecten staat deze al dichterbij de doelgroep (Pooremamali et al. 2011). Uit het literatuuronderzoek is geen specifieke manier naar voren gekomen om promotiemateriaal te implementeren.

Het praktijkonderzoek heeft veel informatie opgeleverd hoe professionals zichzelf als professional en/of werkplaats promoten in de buurt. De Nederlands-Turkse houder van een fysiotherapiepraktijk, gevestigd in Amsterdam-West, laat weten dat het benaderen van een groot groep het meest effect heeft.

Het heeft zeker ee eer aarde o i for atie te erstreke aa ee grote groep. Wa t ergis je niet, iedereen kan weer thuis vertellen wat hij heeft gehoord. Ik heb na de voorlichting in een moskee

ele lië te o t a ge .

En over dat professionals zelf het beste voorlichtingen kunnen geven:

Ee professio al heeft hoe da ook de eeste ke is o er zij eige erkzaa hede . Als er rage zijn kunnen die meteen correct beantwoord worden en dat komt ook professioneler over. En persoonlijk vind ik het fijn om het ook zelf te doen in verband met de taal. Mijn moedertaal is niet heel sterk aar ik erk el dat de oudere alla g lij zij als zij et je ku e o u i ere .

Kortom, is er geconcludeerd dat het ontwikkelde promotiemateriaal het meest effectief geïmplementeerd kan worden bij eigen initiatieven en moskeeën waar Arabisch sprekende groepen komen. De voorlichtingen dienen gegeven te worden door een ergotherapeut.

4.1.3 Deelvraag 3

 Via elke o u i atieka ale ka het p o otie ate iaal het toega kelijk ake a A a is h sp eke de lië te het este geï ple e tee d o de ?

(18)

17

De bovenstaande deelvraag is beantwoord aan de hand van een praktijkonderzoek dat gehouden is onder professionals en cliënten die woonachtig en/of werkzaam zijn in Amsterdam-West. Het onderzoek bestond uit het afnemen van semigestructureerde interviews bij diverse participanten. Hieronder worden de verschillende mogelijkheden/kanalen om de doelgroep te bereiken beschreven. Onder elke mogelijkheid beschrijft het projectteam om welke instantie of participanten het gaat, wat de instantie voor het project kan betekenen en mogelijke voor- en nadelen bij het benaderen van de instantie of participanten.

Nisa for Nisa

Nisa for Nisa betekent Vrouwen voor Vrouwen en is in 2001 opgericht door Fatima Sabbah. Nisa for Nisa is een instantie aan de Johan Jongkindstraat 97 in Amsterdam-West. In het centrum maar ook op andere plekken in de wijk worden een groot aantal activiteiten voor vrouwen georganiseerd. Voorbeelden van activiteiten die aangeboden worden bij Nisa for Nisa zijn:

 Cursussen, zoals taal- en naailessen

 Sporten voor vrouwen, zoals fietsles en fitness

 Voorlichting, bijvoorbeeld over gezondheid, opvoeding, onderwijs en uitkeringen  Excursies in en buiten Amsterdam

Nisa for Nisa is een zelfstandige en ongebonden organisatie. Deze instantie is mede mogelijk gemaakt door geld uit subsidies, fondsen en particuliere giften (Nisa for Nisa, 2015). Nisa for Nisa heeft expertise in het aanbieden van activiteiten voor Arabisch sprekende vrouwen. Hierdoor heeft deze organisatie een grote naamsbekendheid in Amsterdam-West. Nisa for Nisa kan met de geboden activiteiten een grote groep vrouwen in Amsterdam-West bereiken. Hierdoor kan deze instantie het projectteam van dienst zijn bij het bereiken van de doelgroep. In Amsterdam-West zijn er meerdere van deze instanties die mogelijk benaderd kunnen worden. In de bijlage is er voor de opdrachtgever een sociale kaart toegevoegd waarin deze instanties staan beschreven.

Stichting Vangnet

Stichting Vangnet is een ontmoetingsplaats in Amsterdam-West voor jongeren van onder andere Arabische afkomst. Vangnet is in 2004 'vanzelf ontstaan' in een klein kamertje in een Marokkaanse moskee in Amsterdam-West. De stichting heeft ondertussen een eigen pand in dezelfde buurt, dat door stadsdeel Bos & Lommer wordt gefinancierd (stichting Vangnet, 2015).

Vangnet werd opgericht met het doel een thuis en een nieuwe vorm van zorgverlening te bieden, die aansluit bij de behoefte van Arabische jongeren en hun belevingswereld. De stichting werd opgericht door een Nederlandse moslimvrouw, die door haar aard en aanpak dichtbij de doelgroep staat en wordt ondertussen gerund door jongeren vanuit de doelgroep zelf. Zij doen dit naast hun school en werkzaamheden in solidariteit met hun leeftijd -en lotgenoten. De initiatiefneemster zag al enige tijd de enorme behoefte van Arabische jongeren aan een luisterend oor en aan advies waarbij rekening wordt gehouden met de culturele en religieuze achtergrond van de jongeren. Zoals uit het praktijk onderzoek naar voren is gekomen, speelt mond tot mond reclame een belangrijke rol bij het werven van Arabische cliënten. Hierdoor wordt deze stichting geadviseerd omdat jongeren bij elkaar komen om dagelijkse problemen en belemmeringen te bespreken. Als de voorlichting ook aan de jongeren wordt gegeven kunnen deze hun ouders en eigen netwerk adviseren over ergotherapie.

(19)

18 Kwartiermakers

Sinds 1 januari 2015 is er een nieuwe wet ingegaan, namelijk de participatiewet die door de gemeente uitgevoerd wordt. Hierdoor heeft de gemeente Amsterdam besloten om kwartiermakers in elke stadsdeel in te schakelen om bruggen te bouwen tussen burgers en de Wijkzorg (Gelden de nieuwe regels voor mij?, 2015). Onder de Wijkzorg vallen onder andere professionals. Kwartiermakers richten zich op het implementeren en door ontwikkelen van Wijkzorg in de stadsdelen van Amsterdam. Een kwartiermaker wordt ingezet om iets compleet nieuws voor te bereiden. Hij brengt partijen, personen en potentiële partners samen, inspireert deze en creëert vervolgens iets nieuws. Werkzaamheden van een kwartiermaker zijn bijvoorbeeld:

 Doelen van het project in kaart brengen  Doelgroepen in kaart brengen

 Een strategie ontwikkelen  Personeel aantrekken  Het werk verdelen

De kwartiermaker bedenkt dus hoe een nieuw project vorm moet krijgen. Daarnaast zorgt hij voor de implementatie, als zelfstandige of met samenwerkende organisaties (kwartiermakers Wijkzorg, 2014). Kwartiermakers kunnen een belangrijke schakel zijn bij het verbinden van professionals met elkaar. Het is daarom belangrijk dat ergotherapeuten naamsbekendheid creëren bij de kwartiermakers. Omdat ze hiermee hun netwerk kunnen vergroten en daarmee ook hun cliëntenbestand (Sickinger, persoonlijke communicatie, 13 mei 2015).

Huisartsen en andere professionals

Het projectteam heeft naast zich te oriënteren op de instanties, zich ook georiënteerd op huisartsen en andere professionals in Amsterdam-West. Hierbij is vooral gekeken wat de belemmeringen zijn voor de professionals, waardoor deze doelgroep moeilijk te bereiken is. Uit het praktijk- en literatuuronderzoek komt naar voren dat niet alleen de taalbarrière een rol speelt, maar ook het beeld dat Arabisch sprekende cliënten hebben over de Nederlandse zorg. Arabisch sprekende cliënten hebben meer behoefte aan hiërarchie onder de huisartsen en professionals. Weinig van de Arabisch sprekende cliënten, met name de oudere generatie, onderzoekt voor zichzelf welke diensten voor hen van belang kunnen zijn (Meeuwesen et al., 2006). Arabisch sprekende cliënten willen meestal vooral van de huisarts adviezen en doorverwijzingen krijgen naar welke zorg het beste voor hen is. Hierdoor nemen zij meestal zelf geen initiatief om zelf op zoek te gaan naar passende zorg (Wolffers et al., 2013).

Tenslotte kan geconcludeerd worden dat maatschappelijke instanties waar groepen bij elkaar komen voor activiteiten het meest effectief zijn om Arabisch sprekende cliënten te bereiken. Helaas zijn er geen vergelijkende onderzoeken gedaan om dit te kunnen vergelijken. Echter concludeert ons onderzoek dat het van belang is maatschappelijke instanties zoals stichtingen en moskeeën en te benaderen om de doelgroep voor te lichten over ergotherapie.

(20)

19

§ 4.2 Gemaakte keuzes m.b.t. het updaten van het promotiemateriaal

4.2.1 Inleiding en theoretische uitgangspunten waar voorlichting aan moet voldoen

Op basis van de gedane oriëntatie en onderzoek is er een visie geformuleerd die als uitgangspunt dient bij het maken van keuzes met betrekking tot het bereiken van de doelgroep en ten aanzien van het updaten van het promotiemateriaal.

Volgens het projectteam is de belangrijkste taak met betrekking tot voorlichting aan Arabisch sprekende cliënten hen voor te lichten over de mogelijkheden van ergotherapie, als onderdeel van de Nederlandse gezondheidszorg.

De voorlichting beoogt een beeld van ergotherapie te schetsen waarin duidelijk wordt dat deze discipline gericht is op het uitbreiden van keuzemogelijkheden en het behouden van autonomie1 van de cliënt en het cliëntsysteem. In het kader van gezondheid wordt aandacht gegeven aan het belang van zelfstandig activiteiten ondernemen. Zaken zoals in beweging blijven komen aan de orde. Met de voorlichting wordt beoogd zonder oordeel een discussie te stimuleren waarna de doelgroep zelf hun keuzes maakt en conclusies trekt. Respect voor individuele normen, waarden en keuzes bij de voorlichting acht het projectteam zeer belangrijk.

De mogelijkheden die ergotherapie biedt voor mantelzorgers dienen goed belicht worden. Daarbij mag niet voorbij worden gegaan aan wel of niet cultureel bepaalde normen en waarden die bestaan over het ontvangen van zorg door cliënten en het verlenen van zorg door mantelzorgers of professionele instanties.

In de voorlichting dient in te worden gegaan op de informatiebehoefte van de doelgroep. De voorlichting sluit aan op de aanwezige kennis van de doelgroep over ergotherapie. Een goede inventarisatie aan het begin van de voorlichting is noodzakelijk om de uitgangssituatie van de voorlichting vast te stellen.

Het is belangrijk om de voorlichting proef te draaien, daarom is er een pilot geïnitieerd. De bruikbaarheid van de middelen werden getest en voorzien van feedback.

4.2.2 Verantwoording van de gemaakte keuzes met betrekking tot het bereiken van de doelgroep

Om de doelgroep te bereiken en het promotiemateriaal te updaten heeft het projectteam keuzes gemaakt in het betrekken van verschillende instanties. In deze paragraaf wordt ingegaan op de genomen keuzes en wordt er beschreven waarom wij het belangrijk achten om deze instanties te betrekken bij het bereiken van de doelgroep. Er wordt een onderverdeling gemaakt in de keuzes omtrent het bereiken van de doelgroep en de middelen waaruit het promotiemateriaal bestaat. Bij het maken van afwegingen in het betrekken van instanties, met het doel de doelgroep te bereiken, is met name gekeken naar naamsbekendheid en het vertrouwen van de doelgroep in de instanties.

Nisa for Nisa

De expertise en ervaring van deze instantie zoals beschreven in hoofdstuk twee, is voor het projectteam een belangrijke reden om deze instantie aan te spreken. Nisa for Nisa heeft het voor ons mogelijk gemaakt om in een korte tijdsduur een pilot te kunnen draaien. Nisa for Nisa zag het belang in van het project en heeft ons om deze reden gesteund door de voorlichting aan te laten sluiten bij een activiteitengroep van Nisa for Nisa.

(21)

20 Stichting Vangnet

Zoals uit het praktijk onderzoek naar voren is gekomen, speelt mond tot mond reclame een belangrijke rol bij het werven van Arabische cliënten. Hierdoor wordt deze stichting geadviseerd omdat jongeren en ouderen van Arabische afkomst bij elkaar komen om dagelijkse problemen en belemmeringen te bespreken. Als de voorlichting ook aan de jongeren wordt gegeven kunnen deze hun ouders en eigen netwerk adviseren over ergotherapie.

Kwartiermakers in Amsterdam-West

De kwartiermakers richten zich op het implementeren en door ontwikkelen van Wijkzorg in de stadsdelen van Amsterdam. Zoals eerder is beschreven in hoofdstuk 2, is uit het praktijkonderzoek gebleken dat kwartiermakers een belangrijke schakel kunnen zijn bij het verbinden van professionals met elkaar. Gezien de maatschappelijke ontwikkelingen en het feit dat ergotherapie tegenwoordig direct toegankelijk is, is het daarom belangrijk dat ergotherapeuten naamsbekendheid creëren bij de kwartiermakers. Omdat ze hiermee hun netwerk kunnen vergroten en daarmee ook hun cliëntenbestand (Sickinger, persoonlijke communicatie, 13 mei 2015).

Huisartsen

Gezien de rol van de huisartsen en de problemen zoals beschreven in hoofdstuk 2 vermoedt het projectteam dat huisartsen een belangrijke positie zouden kunnen hebben in het bereiken van de doelgroep en de verwijzing naar ergotherapie. Een van de problemen die naar voren komt in deze beschrijving is de moeilijke bereikbaarheid van de huisarts voor interviews. Het projectteam heeft dit ook zelf ondervonden en ziet op grond van deze ervaring de huisarts niet als een mogelijkheid om te betrekken bij het project. Dit sluiter echter niet uit dat de rol van de huisarts uitermate belangrijk kan zijn in de verwijzing naar ergotherapie.

§ 4.3 Verantwoording van de gemaakte keuzes met betrekking tot de middelen waaruit

het promotiemateriaal bestaat

Er is gekozen om het promotiemateriaal samen te stellen uit verschillende middelen, hiermee wordt bedoeld visuele- en audiovisuele middelen. Dit is van belang om het promotiemateriaal voor een zo g oot ogelijke doelg oep toepas aa te ake e o de i formatie begrijpelijker en aantrekkelijker te maken. De belangrijkste criteria zijn van het promotiemateriaal:

 Het promotiemateriaal houdt rekening met de mogelijkheden en beperkingen van de doelgroep, zoals verschil in scholing en het voorkomen van analfabetisme. Om aan te sluiten bij zowel de mogelijkheden als de beperkingen bestaat het promotiemateriaal uit verschillend materiaal (Bol et al., 2013).

 Het promotiemateriaal bestaat uit verschillende items om kennisoverdracht tot stand te brengen. Daarbij wordt naast gesproken tekst gebruik gemaakt van schriftelijke, visuele en audiovisuele hulpmiddelen (Bol et al., 2013).

4.3.1 Verantwoording draaiboek

Op basis van ons literatuur- en praktijkonderzoek blijkt het geven van mondelinge informatieverspreiding in de vorm van een groepsvoorlichting het meest effectieve manier om de doelgroep te bereiken.

Om tot een voorlichting te kunnen komen is het updaten van de draaiboek dat ontwikkeld is door het o ige p oje ttea Gezo d oude o de et e gothe apie, oodzakelijk. De belangrijkste voorwaarden voor de inhoud van het draaiboek zijn:

 De voorlichting is gestructureerd  De voorlichting is cliëntgericht

(22)

21

 In de voorlichting wordt rekening gehouden met de informatieachterstand met betrekking tot de Nederlandse samenleving die Arabisch sprekende cliënten kunnen hebben (Suurmond

et al., 2005).

Voo de e sie a het d aai oek Toega kelijkheid a e gothe apie oor Arabisch sprekende lië te verwijst het projectteam naar het bijbehorende document.

Bij het updaten van het draaiboek is gebruik gemaakt van verschillende principes van voorlichting. Het geven van een voorlichting is enkel effectief als er vraag naar informatie bestaat bij de doelgroep. Omdat de doelgroep veelal niet bekend zijn met ergotherapie en mede daardoor geen directe informatievraag hebben met betrekking tot het onderwerp ergotherapie, is gekozen voor werkvormen en voorlichtingsmiddelen die de doelgroep moeten stimuleren zich in te leven in reële situaties waarin zij een ergotherapeutisch probleem ervaren.

Er is gekozen voor casuïstiek die herkenbaar is voor de doelgroep. Er is eveneens gelegenheid voor de doelgroep om persoonlijke voorbeelden aan te dragen. Dit maakt de uitleg over ergotherapie levendiger en doet deze aansluiten op de belevingswereld van de doelgroep.

4.3.2 Verantwoorden waarom wandplaat vervangen voor filmpjes

Het p oje t Gezo d oud o de et e gothe apie, heeft ij het oo li hte a de doelg oep gebruik gemaakt van een wandplaat waarop een allochtoon gezin is afgebeeld. Het doel van deze wandplaat was om discussie uit te lokken.

Het blijkt dat gebruikmaken van audiovisueel materiaal, zoals een video of filmpjes, een mogelijkheid is om te gebruiken tijdens de voorlichting (Bol et al., 2013). Het is belangrijk dat de verbeelding van het filmpje discussie opwekt onder de doelgroep. Een filmpje is een geschikt middel om een beeld te schetsen waar mensen zich in kunnen inleven. Beeldmateriaal van een filmpje maakt de voorlichting levendig en wordt gebruikt als aanvulling op overige middelen. Hierdoor is er gekozen om de wandplaat dat gebruikt werd tijdens de voorlichting te vervangen door een filmpje. De belangrijkste voorwaarden waaraan een video volgens het projectteam moet voldoen zijn:

 De video bevat informatie die aansluit bij het voorlichtingsprogramma.

 De video bevat informatie die begrijpelijk is voor de doelgroep, dat wil zeggen minimaal gebruik van vakterminologie.

De video is te volgen voor niet-Nederlandstaligen (Arabisch sprekende volwassenen) (Bol et al., 2013).

Voor de video verwijst het projectteam naar onderstaande URL-link:

https://youtu.be/vpdI5moOyT4

4.3.3 Verantwoording folder

I het oo gaa d afstudee p oje t Gezo d oude o de et e gothe apie, is ee folde ontwikkeld. Deze folder is herzien en kan nu toegevoegd worden aan het promotiemateriaal. Wij zien het schriftelijk voorlichtingsmateriaal als een aanvulling op de voorlichting. De doelgroep kan in de folder de verkregen informatie nogmaals doorlezen.Daarnaast kan de folder een functie hebben in de informatieverspreiding bij bijvoorbeeld familie en kennissen van de doelgroep. Het projectteam heeft er daarom voor gekozen om de folder wel te gebruiken, maar deze eerst aan te passen. Het aanpassen/updaten van de folder wordt gedaan door minder tekst op de folder te plaatsen en de overgebleven tekst te ondersteunen met plaatjes. Hier is voor gekozen in verband met de laaggeletterdheid en het analfabetisme van de doelgroep, waar met name sprake van is bij de oude e ge e atie. Voo de defi itie e e sie, zie de folde E gothe apie oo A a is h sp eke de

(23)

22 4.3.4 Verantwoording sociale kaart

Het projectteam heeft ervoor gekozen om voor de opdrachtgever een sociale kaart op te stellen. In deze sociale kaart worden alle maatschappelijke instanties, die het bereiken van de doelgroep mogelijk maken, opgenomen. Hier is voor gekozen om een overzicht te creëren voor de opdrachtgever van welke instanties en moskeeën er in Amsterdam-West aanwezig zijn. Zo kan het promotiemateriaal dat is geüpdatet ook bij op deze adressen geïmplementeerd worden.

§ 4.4 Pilot

Het doel van de pilot is het beoordelen van de bruikbaarheid van het draaiboek en de voorlichtingsmiddelen. Met bruikbaarheid bedoelt het projectteam of de ergotherapeut aan de hand van het draaiboek in staat is om de voorlichting over ergotherapie te geven aan Arabisch sprekende cliënten, op zodanige wijze dat de voorlichtingsdoelen worden behaald. Daarnaast is de pilot een belangrijk middel om de opdrachtgever te overtuigen en te enthousiasmeren voor het belang van voorlichting over ergotherapie. In bijlage VII treft u samenvatting van de pilot.

(24)

23

5 Discussie en aanbevelingen

§ 5.1 Discussie

Dit onderzoek is uitgevoerd met als doel het toegankelijker maken van ergotherapie onder Arabisch sprekende cliënten in Amsterdam-West. Dit is het eerste onderzoek sinds 2002 dat over promotie, ergotherapie en Arabisch sprekende cliënten gaat.

Dit onderzoek is uitgevoerd in opdracht van een Arabisch sprekende ergotherapeut. Een belangrijke discussiepunt hierbij is of het creëren van de toegankelijkheid van ergotherapie voor Arabisch sprekende cliënten, verantwoord is als het vermoeden leeft dat het werkveld daar nog niet helemaal klaar voor is. Het toenemen van de vraag van Arabisch sprekende cliënten zou de ergotherapeuten die niet van Arabische komaf zijn in het werkveld, bewust moeten maken met het feit dat een interculturele aanpak vereist is met betrekking tot het omgaan met interculturele vraagstukken. Een logisch gevolg daarvan zou kunnen zijn dat ergotherapeuten de noodzaak zien van het zich bekwamen in deze aanpak. Dit is een ontwikkeling die positief bijdraagt aan de interculturalisatie van het beroep.

§ 5.2 Sterke kanten en beperkingen

Een sterke kant aan dit onderzoek is dat dit het eerste project is waarin onderzoek wordt gedaan naar de toegankelijkheid van ergotherapie bij Arabisch sprekende cliënten in Amsterdam-West. Daarnaast wordt het project uitgevoerd door drie studenten van Marokkaanse komaf. Door onze Marokkaanse achtergrond staan wij dichter bij de doelgroep, waardoor er sneller en meer resultaat is verkregen. Verder is door iedere student gebruik gemaakt van diens netwerk, waardoor er een grotere groep en instanties bereikt werd.

Tijdens het uitvoeren van het onderzoek is het projectteam tegen vele beperkingen aangekomen. Zo is het onderwerp van dit onderzoek ondanks de maatschappelijke relevantie weinig tot niet onderzocht waardoor er nauwelijks literatuur hierover terug te vinden is. Daarnaast was het lastig om mannen te benaderen bij het houden van een pilot. De redenen hiervoor zijn uiteenlopend. Zo beschikte geen van de studenten van een netwerk met instanties die zich inzetten voor mannelijke Arabische cliënten. Daarnaast blijkt uit het praktijkonderzoek dat de mannen het liefst voorlichting krijgen van mannelijke professionals dan van vrouwen en andersom. Mutlu (2015) vertelt: Zo e ik

als mannelijke professionals naar een moskee gegaan om daar voorlichting te geven aan mannen o er fysiotherapie. O dat de rou e oeilijk te ereike zij oor ij als a . Naar aanleiding

van dit gesprek is er een bewuste keuze gemaakt om de focus op de vrouwen te leggen en het beschikbare netwerk in te schakelen. Doordat er vrouwelijke instanties zijn benaderd zijn de folders, filmpjes en casuïstiek op vrouwen afgestemd.

Tenslotte ondervonden wij ook een beperking bij het vinden van geschikte literatuur voor het literatuuronderzoek en bachelor thesis. De artikelen waren niet van hoog level of evidence. Het was een zeer moeizaam proces om artikelen te vinden die inhoudelijk aansloten met de maatschappelijke ontwikkelingen die nu gaande zijn binnen de gezondheidszorg in combinatie met deze doelgroep. Uiteindelijk zijn er wel artikelen geïncludeerd die ieder afzonderlijk een gedeelte van de hoofdvraagstelling beantwoorden, maar deze zijn helaas van niet hoogstaande kwaliteit.

§ 5.3 Nader onderzoek

Dit onderzoek bestond uit een klein praktijkonderzoek maar er kan wel geconcludeerd worden dat dit onderzoek een zeer grote meerwaarde heeft gehad bij het promoten van het beroep ergotherapie onder de doelgroep Arabisch sprekende cliënten. Met dit projectteam zijn er goede resultaten geboekt wat betreft het behalen van het onderzoeksdoel. Wij adviseren de Hogeschool van Amsterdam om voort te borduren op dit project. Daarbij is het belangrijk om het onderzoek bij

(25)

24

een groter aantal cliënten en professionals te doen, zowel in Amsterdam-West als in de resterende stadsdelen waar een groot aantal Arabisch sprekende volwassenen wonen.

(26)

25

6 Conclusie

In dit hoofdstuk worden er conclusies geformuleerd op basis van de gestelde vraagstelling: Wat is er odig o p o otie ate iaal Gezond ouder worden met ergotherapie ede o ge uiksklaa te maken voor ergotherapeuten om Arabisch sprekende cliënten te werven?

Het bewijs in de literatuur voor het toegankelijker maken van ergotherapie bij Arabisch sprekende cliënten is summier, maar onderzoek toont aan dat het gebruik van bepaalde communicatiemiddele , te oe e : ideo s e folde s, effe tief is ge leke o de doelg oep te bereiken (Bol et al., 2013). In het onderzoek van Sahlan et al. (2008) wordt beschreven dat de houding van de patiënten positief veranderde m.b.t. hun gezondheid nadat ze de vertaalde folder lazen en begrepen. Dit onderzoek benadrukt dat het gebruik van folders kan leiden tot betere informatieoverdracht, mits de folder ook mondeling wordt toegelicht. Ook blijkt uit het onderzoek van Butow et al. (2011) dat het gebruik van tolken een handig communicatiemiddel kan zijn, indien er geen andere oplossingen zijn.

Het geven van groepsvoorlichting, bestaande uit het ontwikkelde promotiemateriaal en geüpdatet draaiboek, maakt de informatie begrijpelijk en waardevol voor de doelgroep. Ook kan het p o otie ate iaal Het toega kelijk ake a e gothe apie oo A a is h sp eke de lië te het meest effectief geïmplementeerd worden als de voorlichtingen gegeven worden door een professional, in dit geval een ergotherapeut, omdat zij de kennis en vaardigheden bezitten (Brotons et al., 2013).

Verder blijkt uit het praktijkonderzoek dat het bereiken van de doelgroep het beste gedaan kan worden via maatschappelijke organisaties met grote naamsbekendheid die het vertrouwen van de doelgroep hebben.

Het feit dat de doelgroep tijdens de pilot belang toonde in de informatie en aangaven dat de i fo atie oo he uttig as, o t de asis o te ku e stelle dat het p o otie ate iaal wel degelijk bijdraagt aan het vergroten van de toegankelijkheid van ergotherapeutische zorg. Er kan op basis van de gegevens die uit de pilot zijn voortgekomen met zekerheid gesteld worden dat de toegankelijkheid van ergotherapeutische zorg voor de doelgroep vergroot kan worden door groepsvoorlichtingen te geven middels het ontwikkelde promotiemateriaal en via de genoemde instanties in hoofdstuk 4.

6.1 Aanbevelingen

De resultaten van dit onderzoek tonen aan dat de toekomstige en nu werkzame ergotherapeuten een grote taak open hebben staan bij het promoten van het beroep onder de Arabisch sprekende doelgroep. Ergotherapeuten zijn van grote meerwaarde voor volwassenen van Arabische komaf om de zelfstandigheid en participatie in de maatschappij te vergroten. Echter moeten zij eerst bekend zijn met het beroep, en de meerwaarde hiervan kunnen inzien. Om deze redenen worden er onderstaande aanbevelingen gedaan voor zowel de praktijk als de opleiding:

(27)

26

Aanbevelingen voor de praktijk, verpleeghuis Slotervaart:

 Voorlichtingen geven bij kleine instanties waar veel Arabisch sprekende cliënten bijeen komen.

 Herkenbare casuïstiek schetsen bij het voorlichten.  Kennis hebben van cultuur, normen en waarden.  Eigen netwerken inschakelen.

 Op eigen initiatief als ergotherapeut contact opnemen met de kwartiermaker van de eigen wijk.

 Ergotherapeuten zouden zich moeten bekwamen in het behandelen van interculturele vraagstukken.

Aanbevelingen voor de opleiding:

 Mee p oje te et di e siteit iede tijde s i o e e /of e diepi g p og a a s.  Tijdens de lessen van de beroepsvaardigheden casuïstiek aanbieden waarbij de cliënten

laaggeletterd/analfabeet zijn en hierdoor een tolk nodig hebben. Zo worden de toekomstige ergotherapeuten voorbereid en opgeleid bij het behandelen van cliënten die laaggeletterd zijn waarbij een tolk nodig is.

(28)

27

Literatuurlijst

Baarda, B., Hulst, M. Van der., Julsing, M., Fischer, T., Vianen, R. van., & Goede, M. de. (2014). Basisboek methoden en technieken. Kwantitatief praktijkgericht onderzoek op

wetenschappelijk basis. Groningen/Houten: Noordhoff Uitgevers.

Baarda, D.B., Goede, M.P.M. de, Teunissen, J. (2009), Basisboek kwalitatief onderzoek. Noordhoff Uitgevers, Groningen/ Houten

Bodegom, B. van, & Désiron, H. (2012). Maatschappelijke ontwikkelingen en de plaats van de ergotherapie. In M. le Granse, M. van Hartingsveldt & A. Kinébanian (red.), Grondslagen van de

ergotherapie (blz. 97 – 111). Amsterdam: Reed Business

Bol, N., Smets, E. M.A, Rutgers, M., Burgers, J.A., Haes, H. C.J.M. de, Eugéne, L., & Weert, J. C.M. van. (2013). Do videos improve website satisfaction and recall of online cancer –related information in older lung cancer patients? Patient Education and Counseling, vol. 92, pp. 404-412.

Brink, J., Galama,k. & Heide, F. (2002) Ouder worden in eigen omgeving met ergotherapie, PR-pakket

voor Turkse en Marokkaanse toekomstige ouderen en ouderen. Amsterdam: Hogeschool van

Amsterdam, Ergotherapie.

Brotons, C., Lobos, J. M., Royo-Bo do ada, M. A., Mai ues, A., “a tiago, A. de, Castella os, A., … Lizcano, A. (2013). Implementation of Spanish adaptation of the European guidelines on cardiovascular disease prevention in primary care. BMC Family Practice, 203(4), 1-7. Geraadpleegd

van http://www.biomedcentral.com/1471-2296/14/36

Butow, P., Goldstein, D., Bell, M.L., Sze, M., Aldridge, L., Abdo, S., Tanious, M., Dong, S., Iedema, R., Vardy, J., Ashgari, R., Hui, R. & Eisenbruch, M. (2011), Interpretation in consultations with immigrant patients with cancer: how accurate is it? Journal of Clinical Oncology.

Mutlu, C. (2015 mei, 22). Interview fysiotherapeut. (Naima Achaaoui & Firdaouss Ouaziz, interviewers)

Dassen, Th. W. N., Keuning, F.M., Jansen, G.J. & Jansen, W. S. (2010). Lezen en beoordelen van

onderzoekspublicaties. Baarn/Utrecht/Zutphen: Thieme Meulen

Even voorstellen: Kwartiermakers Wijkzorg (2014). Geraadpleegd op 23-03-2015 via:

http://www.amsterdam.nl/gemeente/organisatie/sociaal/onderwijs-jeugd-zorg/zorg-wmo-beleid/wegwijs-wmo/nieuws-wegwijs-wmo-0/even-voorstellen/

Gelden de nieuwe regels voor mij? (2015). Geraadpleegd op 01-06-2015 via:

https://www.amsterdam.nl/werk-inkomen/participatiewet/

Goudsmit, M., Parlevliet, J.L., Campen, J.P.C.M. van. & Schmand, B. (2011). Dementiescreening bij

oudere migranten met Nederlands als tweede taal. Tijdschrift voor Gerontologie en Geriatrie.

Amsterdam: Academisch Medisch Centrum Amsterdam, Universiteit van Amsterdam, Slotervaartziekenhuis

(29)

28

Hadziabdic, E., Albin, B. & Hjelm, K. (2014), Arabic-speaking migrants' attitudes, opinions, preferences and past experiences concerning the use of interpreters in healthcare: a postal cross-sectional survey. BMC research Notes.

Hoe is de zorg en ondersteuning per 2015 georganiseerd? (2015). Geraadpleegd op 29-03-2015 via:

http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/veranderingen-zorg-en ondersteuning/veranderingen-in-de-langdurige-zorg

Kinébanian, A. & Velde, D. van de. (2012). Oorsprong en ontwikkeling van het beroep. In M. le Granse, M. van Hartingsveldt & A. Kinébanian (red.), Grondslagen van de ergotherapie (blz. 33 – 72). Amsterdam: Reed Business

Kreps, G.L. & Sparks, L. (2008), Meeting the health literacy needs of immigrant populations. Patient

education and counseling.

Kuiper, C., Verhoef, J., Cox, K. & Louw de, D. (2013). Evidence-based practice voor paramedici. Den Haag: Boom Lemma.

Letts, L., Wilkins, S., Law, M., Stewart, D., Bosch, J., & Westmorland, M. (2007). Critical Review

Form: Qualitative Studies 2.0. Verkregen op 28 februari 2013 van http://www.srs-mcmaster.ca/Default.aspx?tabid=630

Mariën, H., & Smet, C. de. (2011). Interculturaliteit. Antwerpen, België: ACADEMIC & SCIENTIFIC. Meeuwesen, L., Harmans, J.A.M., Bernsen, R.M.D., & Bruijnzeels, M.A. (2006). Do Dutch doctors communicate differently with immigrant patients than witch Dutch patients? Social Science &

medicine, 63 (2006), 2407-2417.

Muijsenbergh, M. van den (2008) Allochtonen en de Nederlandse gezondheidszorg. Utrecht: NIVEL Mutlu, C. (2015 mei, 22). Interview fysiotherapeut. (Naima Achaaoui & Firdaouss Ouaziz, interviewers)

Nisa for Nisa (2015). Geraadpleegd op 01-05-2015 via: http://nisa4nisa.nl/

Rechel, B., Mladovsky, P., Ingleby, D., Mackenbach, J. P., & McKee, M. (2013). Migration and health in an increasingly diverse Europe. The Lancet, pp. 235-245.

Sahlan, S., Wollny, A., Brockmann, S., Fuchs, A. & Altiner, A. (2008) Reducing unnecessary prescriptions of antibiotics for acute cough: Adaptation of a leaflet aimed at Turkish immigrants in Germany. BMC Family Practice.

Sickinger, P. (2015 mei, 13). Interview met kwartiermaker. (Mariem Ben Yacoub Amrani & Firdaouss Ouaziz, interviewers)

Stichting vangnet, over ons. (2015). Geraadpleegd op 03-05-2015

(30)

29

Suurmond, J., & Seeleman, C. (2005). Shared decision-making in an intercultural context barriers in the interaction between physicians and immigrant patients. Patient Education and Counaeling, 60 (2006), 253-259.

Tracy, S.J. (2013) Qualitative research methods, Collecting evedince, crafting analysis, communicating impact. Blackwell Publishing Ltd.

Wage ake s, A., Co stje s, ‘., Koele , M., Vaa d age , L., ‘iet, H. a t, & Dijkshoo , H. . Participatory approach to promote healthy lifestyles among Turkish and Moroccan women in Amsterdam. IUHPE-Promotion & Education, 15 (4), 17-23.

Wolffers, I., Kwaak, A. van der, & Beelen, N. van. (2013). Culturele diversiteit in de gezondheidszorg. Bussum, Nederland: Coutinho.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het Louis Bolk Instituut is een wetenschappelijk onder zoeks - instituut voor de ontwikkeling van biologische en duurzame landbouw, voeding en gezond - heidszorg.. Uitgangspunt is

The best solution to do this is rise the cards price; museums will make less money with year cards but the sales of the regular cards will rise because more people are willing to

Jullie hebben het plan opgevat om met de groep Nederlandse badmintonspelers in oktober een informeel tegenbezoek te organiseren aan Lausanne.. Het doel is de tijd te besteden

ﺔﻴدﻨﻝوﻬﻝا سرادﻤﻝا ﻲﻓ ﺔﻴﻐﻴزﺎﻤﻷا ﺔﻐﻠﻝا 1 ﺔﻴﻐﻴزﺎﻤﻷا ﺔﻴﻝﺎﺠﻝا نﻤ رﻴﺒﻜ ددﻋ دﺠاوﺘ "ادﻨﻝوﻫ" فرﻌﺘ ﺔﻴﺒرﻐﻤﻝا ﻤﻝا ةرﺠﻬﻝا ﺔﺠﻴﺘﻨ "ﻎﻴزﺎﻤﻸﻝ" ﺔﻔّﺜﻜ ﺔﺒرﺎﻐﻤﻝا وﻫ ﻰﻝإ نﻴﻨﺴ

Naar aanleiding van de reactie van de Turken in Nederland op de gebeurtenissen in Turkije in het laatste jaar is ‘integratie van de Turkse gemeenschap in Nederland’ een

'Zihin Sağlığı Vakfı'nın araştırmasına göre, yararlı yağların, vitamin ve minerallerin eksik alınması ile fast food tarzı beslenme bazı hastalıklara neden

Natuurlijk zijn 'druk' en 'stress' subjectieve begrippen en zeggen peilingen niet alles, maar het is toch opvallend dat scholieren en studenten beiden zeggen hier in toenemende

[r]