• No results found

Anton Corvinus Janse, 28 mei 1940-26 juli 2015, terug naar het licht.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Anton Corvinus Janse, 28 mei 1940-26 juli 2015, terug naar het licht."

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Anton Corvinus Janse, 28 mei 1940 – 26 juli 2015,

terug naar het licht

Arie W. Janssen en Frank P. Wesselingh

Het was 1969, een buitenwijk van Rotterdam, een wegge-stopt museumpje, waar een tijdelijke tentoonstelling met wat fossielen was. Om 10 uur ging de deur open om de stroom bezoekers (wel 4 of 5 per dag) binnen te laten. Voor de deur stond een onbekend persoon, die braaf zijn twee kwartjes stortte om binnen te mogen. We raakten een beet-je in gesprek, want veel anders was er toch niet te doen. En ja, hij wist wel iets van fossielen, een belangstelling van z’n vader geërfd, en ja, een collectie had hij ook, was be-kend met de schelphopen in Den Briel. We kwamen op het onderwerp Zeeland, de Kaloot, Domburg, en het gesprek werd levendiger natuurlijk. Een merkwaardige vent was het, met een taalgebruik waar je van opkeek. Hij woon-de in Alphen aan woon-den Rijn, dat hij ‘Alfie aan woon-de Greppel’ noemde. Dit was toch duidelijk een potentieel WTKG-lid? Anton bleek al sinds 1948 op stap te zijn geweest met zijn vader op zoek naar fossielen. Fietsend vanuit Alphen naar de Zeeuwse stranden. Met name De Kaloot, dat toen nog een wild gebied was met de schorren en slikken van het Sloe er

omheen, werd door Anton vaak bezocht, zoals hij beschreef in het stuk ‘Beelden uit mijn kinderjaren’ (Janse, 2000). Dat Anton WTKG-lid zou moeten worden werd in het ge-sprek nog duidelijker toen hij terloops vertelde dat hij land-meter was. Landland-meter? Dzjiezzzz, een landland-meter! Zou dat niet goed passen bij onze toen net ontluikende plannen om in de omgeving van Tongeren een serie handboringen te gaan maken? Duidelijke zaak: de man is die dag niet ver-trokken zonder formeel WTKG-lid te zijn geworden. Aan dat onderzoek, dat een heel aantal jaren heeft geduurd, heeft hij dan ook inderdaad een enorme en onmisbare on-dersteuning gegeven door een groot aantal boorpunten te waterpassen, wat in een sterk heuvelachtig landschap, zo-als daar bij Tongeren, geen sinecure is. En het was voor een groot deel zijn speciale gevoel voor humor dat ons uiteinde-lijk deed besluiten een nieuwe formatie daar te benoemen met de romeinse naam van Tongeren (Atuatuca Tungro-rum), omdat de naam ‘Tongeren’ al gebruikt was voor een

(2)

andere formatie. Hij voelde zich ook verder bij de werk-groep goed thuis en nam deel aan tal van activiteiten, bracht vrouw en kinders mee, en werd, mede door zijn droge hu-mor, goede vrienden met vele anderen. Mooie herinnerin-gen hebben wij aan ons primitieve verblijf in Kleine Spou-wen (en de kroeg daar) en andere dorpjes in het Limburgse. En elders! Anton waterpaste bijvoorbeeld ook de mon-stername in de kleigroeve te Kruibeke, waar een complete sectie in stukjes van 25 of 50 centimeter werd bemonsterd, met Anton en zijn meetapparatuur op 100 meter afstand, aanwijzingen gevend door een veldtelefoon: ‘acht centi-meter omhoog, twee centicenti-meter omlaag, hou die baak stil, dan krijg je de millimeters ook’. Ook bij het onderzoek in de Achterhoek van Maarten van den Bosch was hij betrok-ken. Anton, met vrouw en drie dochters, was er veelal bij. Anton werd een actief WTKG lid, en wordt in vele, zo niet vrijwel alle vergaderverslagen genoemd, nam deel aan veel tochten in binnen- en buitenland, die hij later deels ook voor de groep organiseerde en/of voorbereidde. Mooie ervarin-gen in Denemarken, bij ‘postmeister Vedsted-Hansen’ in Gram, of met Ingemann Schnettler in noordelijk Jutland, tochten naar het Bekken van Parijs, de Loire, de Aquitaine en noem maar op, waar hij toch zo kon genieten van z’n ‘croissants de beurre’ en de lokale sfeer. Befaamd zijn de tochten (en de verslagen ervan) met de ‘Vier Heren’ (behal-ve Anton waren dat Leonard Vaessen, Wim Groene(behal-veld en Jobs van der Dussen, en toen de laatste om gezondheidsre-denen verstek moest laten gaan vulde Rob van Slageren de vier herengroep aan). Tijdens zulke tochten, gewoonlijk in Frankrijk, werden geologische lokaties bezocht, fossielma-teriaal verzameld en degelijke waarnemingen gedaan. De avonduren, na gedane arbeid, werden dan besteed aan een voortreffelijke maaltijd, door één der heren bereid, en zo waren die tochten van geologisch èn van culinair belang. Later werd die groep de ‘Drie Opa’s en een Heer’ genoemd, want Len Vaessen is nooit opa geworden.

Samen met Arie publiceerde hij in 1972 zijn eerste geo-logische artikeltje in de Mededelingen, ons lijfblad, over een van z’n waarnemingen in Antwerpen. Vele artikeltjes van zijn hand volgden in de loop der jaren, meestal kort en bondig, gewoon: terzake, soms ook getuigend van lo-kale atmosfeer en waardering daarvoor. Zijn zeer persoon-lijk taalgebruik had ook invloed op zijn manier van schrij-ven, en zijn teksten in ‘Afzettingen’ waren erg populair bij de andere WTKG’ers. Zijn humor blijkt wel uit het motto ‘Een verzamelaar heeft zijn slag geslagen. Zo is het, een verzamelaar heeft zijn slag geslagen’, een uitspraak van de befaamde ‘Jansen en Janssen’ uit de Kuifje-albums. die hij toevoegde aan het artikel over Stemerdink, in 1983. Hij had een heldere, objectieve kijk op dingen, en was een nauwkeurig en nuchter waarnemer (niet onverwacht bij een technicus en reserve-officier van de Koninklijke Marine), wat hielp bij zijn determineerwerk van de fossieltjes. Het

is ook terug te zien in zijn voortreffelijk gedocumenteerde collectie in zelfgebouwde ladenkasten. Door de jaren heen bleek Antons liefde voor Oligoceenfauna’s. Aangestoken in Vlaanderen, legde Anton zich toe op het bewerken van fauna’s uit de mijnschacht ‘Sophia Jacoba’, net over de grens bij Erkelenz in Duitsland. Later heeft hij ook Oligo-ceenfauna’s uit Noordzeeboringen bewerkt. Hierdoor ont-wikkelde Anton een enorm bewustzijn voor de continuï-teit en discontinuïcontinuï-teit van fauna’s in de geologische tijd. In de jaren tachtig was Anton geologisch secretaris voor de WTKG. Hij organiseerde de excursies, meestal een stuk of drie per jaar. Vaak betekende dat een voorexcursie naar een gebied, verkennen hoe de ontsluitingen er bij lagen, toestemming verkrijgen van eigenaren, campings regelen. Met de teruggang van het aantal groeves was dit niet al-tijd een gemakkelijke taak, maar Anton heeft zich er goed van gekweten. Voor al zijn inzet is Anton in maart 2007 benoemd tot erelid van de WTKG.

Midden jaren negentig stond in Leiden een grote verhuizing van het geologisch museum op stapel. Op de binnenplaats stond een zeecontainer met daarin vele honderden dozen met nog onbewerkte monsters uit boringen in Zuidwest Neder-land. Deze zogenaamde Deltadienst collectie was al eens eer-der van de oneer-dergang gered door Maarten van den Bosch en Arie Janssen en dreigde nu alsnog te worden afgevoerd. Een plan voor behoud kon niet zonder een geloofwaardig voor-stel om het materiaal ook daadwerkelijk uit te werken. Anton zag dat wel zitten en in 1998 begon hij aan de boring Schelp-hoek, wat later een zeer gelukkige keuze bleek te zijn, gezien de schitterende Plio-Pleistoceen-opeenvolging die er in zit. Anton heeft sindsdien tegen de vijftien van die Deltadienst boringen verwerkt, aangevuld met wat andere boringen uit het gebied. In de wintertijd met microscoop op tafel thuis ploegde hij zak voor zak door en leverde uitgewerkte en getelde resultaten terug. In de loop van de tijd kregen we een steeds beter beeld van de complexiteit van de onder-grond van Zuidwest Nederland. Inmiddels zijn er verschil-lende artikelen verschenen op grond van die boringen en zijn er nog meerdere in voorbereiding. Daarnaast publi-ceerde Anton een serie artikeltjes in de ‘Afzettingen’ on-der de titel ‘Snoepjes uit de delta’, waarin merkwaardige en mooie vondsten aan bod kwamen.

Tenslotte heeft Anton zich altijd vastgebeten in ‘leuke puz-zeltjes’ zoals hij het noemde. Soortjes of groepen van soort-jes waarvan de soortgrenzen of naamgeving niet klopte. Zijn talent om onverstoorbaar door te puzzelen en steeds weer te blijven kijken en argumenten te wegen heeft geleid tot ver-schillende taxonomische bijdragen. Anton droeg ook bij aan de inventarisatie van de strandfossielen, een project dat sinds 1999 loopt. Nog in dit jaar was een stuk over de scheefho-rens (Lacuna’s) en alikruiken (Littorinidea), samen met Pe-ter Moerdijk, de laatste bijdrage van zijn hand (Moerdijk & Janse, 2015).

(3)

Anton was een voortreffelijk wetenschapper. Hij heeft zich laten leiden door zijn nieuwsgierigheid en zich niet laten inperken door gemakkelijke ‘idee fixen’. Steeds weer bleef hij kijken en argumenten verzamelen en afwegen. Het clas-sificeren van verschillende fauna’s op grond van samenstel-ling van soorten en fossilisatiekenmerken van strandsup-pleties en het proberen te herleiden van die fauna’s is een sterk onderbelicht succes geweest. Nog steeds zijn er kwar-taire fauna elementen van onze kust waarvan we de exacte herkomst en context niet begrijpen. Anton waarschuwde ervoor dat de grote Cerastoderma edule forma major mo-gelijk niet uit dezelfde afzettingen komt als de koele

Astar-te borealis. Een waarschuwing van Anton beAstar-tekent in zo’n

geval opletten geblazen!

De enorme waardering voor Anton blijkt niet alleen uit het WTKG erelidmaatschap, maar misschien nog wel meer uit het feit dat misschien wel het allermooiste slakje van onze fossielenfauna naar hem is genoemd; Raphitoma

antonjan-sei Marquet, 1998.

We zijn dankbaar voor onze vriendschap en ervaringen. Voor Arie een vriendschap van 46 jaar: ‘Bij mijn laatste bezoek, eind juli, was hij even nuchter als altijd, hoewel zijn lot getekend was. Liet mij afbeeldingen zien voor een

Acteocina-artikel waar hij aan bezig was. ‘Nou ja, komt

natuurlijk niks meer van…’. Op zo’n moment staat je hart even stil.

Voor Frank sinds de midden jaren 80, toen hij onder de vleugels van Anton en Mar meermaals op buitenlandse excursies mee kon. Op een namiddag na een bezoek aan verschillende ontsluitingen in het noordelijk Bekken van

Parijs reden we een hele vreemde route naar de camping. Op mijn vraag of we goed gingen zei Anton ‘Ik rijd altijd een andere weg terug, dan zie je altijd wat nieuws of an-ders’. Een prachtig levensmotto.

Anton… is terug naar het licht. De Maasvlakte en de Ka-loot zullen hem missen… net als wij allen.

Arie W. Janssen & Frank P. Wesselingh

Naturalis Biodiversity Center, Postbus 9517, 2300 RA Leiden

Cerithiopsis(s.lat.) antonjansei

(4)

Mede door Anton beschreven nieuwe

molluskentaxa, en eponiemen

Onderstaande gegevens werden nog door Anton zelf kort voor zijn overlijden aangeleverd: zorg tot het uiterste!

Nieuwe taxa

Pododesmus (Monia) anitae Janse & Janssen, 1983 Skenea schuermanni Janse & Janssen, 1983

Rissoella (Jeffreysina) hesselinki Janse & Janssen, 1983 Hinia (Hinia) cimbrica voorthuyseni Janse & Janssen, 1983 Babylonella stemerdinki Janse & Janssen, 1983

Daphnella defectiva Janse & Janssen, 1983

Eponiemen

Cerithiopsis (s. lat.) antonjansei Schnetler & Beyer, 1990

(Chattian, Denemarken).

Raphitoma antonjanseni Marquet, 1998 (incorrect,

‘verbe-terd’ tot R. antonjanssei door Marquet & Landau, 2005, ook incorrect, verbeterd tot R. antonjansei door Landau

et al., 2013) (Plioceen, België).

Spisula (Spisula) albertantonorum Marquet, 2005

(Plio-ceen, België).

Creseis antoni Cahuzac & Janssen, 2010 (Rupelien,

Frank-rijk).

R e f e r e n t i e s

Cahuzac, B. & A.W. Janssen, 2010. Eocene to Miocene holo-planktonic Mollusca (Gastropoda) of the Aqutaine Ba-sin southwest France. – Scripta Geologica 141: 55-56. Landau et al., 2013. Systematics and palaeobiogeography of

the gastropods of the middle Miocene (Serravallian) Ka-raman Basin Turkey. – Cainozoic Research 11-13: 3-584. Marquet, R., 1998. De pliocene gastropodenfauna van

Kallo (Oost-Vlaanderen, België). – Publicatie van de Belgische Vereniging voor Paleontologie 17: 181-182. Marquet, R., 2005. The Neogene Bivalvia (Heterodonta

and Anomalodesmata) and Scaphopoda from Kallo and Doel (Oost-Vlaanderen, Belgium). – Paleontos 6: 53-54 Marquet, R., & B. Landau, 2006. The gastropod fauna of

the Luchtbal Sand Member (Lillo Formation, Zanclean, Early Pliocene) of the Antwerp region (Belgium). – Cai-nozoic Research 5 (1-2): 38-39.

Schnetler, K.I., & C. Beyer, 1990. A Late Oligocene (Chat-tian B) molluscan fauna from the coastal cliff at Mogen-strup, North of Skive, Jutland, Denmark. – Contributions to Tertiary and Quaternary Geology 27 (2-3): 56-57.

Antons publicaties

Enkele van zijn publicaties zijn te vinden op de website Natuurtijdschriften:

http://natuurtijdschriften.nl/search?text=&text-join=&text-exclude=&text-prox=&title=&author=Janse&trefwoord = &journal=&year= &year-max=&portal=natuur&smode= advanced

1972 Janse, A.C. & A.W. Janssen. Enkele gegevens over het Anversien (Mioceen) ontsloten tijdens de metro-werken te Antwerpen (België). – Mededelingen van de Werkgroep voor Tertiaire en Kwartaire Geologie 9 (1): 8-10.

1977 Janse, A.C. Antwoord: Schelpenzuiger ‘Marie’. – Cor-respondentieblad van de Nederlandse Malacologische Vereniging 174: 634.

1980 Janse, A.C. Een verkenning in het Oligoceen van de Landes, Z.W. Frankrijk. – Afzettingen WTKG 1 (1): 8–10.

- Janse, A.C. In memoriam [Henk Reuderink]. – Afzet-tingen WTKG 1 (2): 31.

- Bosch, Maarten van den & Anton Janse. Meten in De Vlijt. Topografische opname van het profiel over het kleigroevecomplex ‘De Vlijt’ bij Winterswijk. – Af-zettingen WTKG 1 (4): 84-85.

1981 Janse, Anton, Paasexcursie 1981. – Afzettingen WTKG 2 (3): 54-60.

- Janse, Anton, Waar-te-komen-graven. Zanden van Antwerpen, stortplaats te Ekeren (Antwerpen). – Af-zettingen WTKG 2 (4): 88.

1982 Janse, Anton. Zanden van Berg. Soortenlijst. – Afzet-tingen WTKG 3 (1): 8-11.

- Janse, A.C. Zanden van Antwerpen. – Afzettingen WTKG 3 (4): 74–78.

1983 Janse, Anton. Fossielen van het strand van Domburg. – Afzettingen WTKG 4 (3): 60–64.

- Janse, A.C. & A.W. Janssen. The mollusc fauna of the Stemerdink bed (Miocene, Reinbekian) from outcrops in the Slinge brook at Winterswijk-Brinkheurne (The Netherlands, province of Gelderland). – Mededelin-gen van de Werkgroep voor Tertiaire en Kwartaire Geologie 20 (3): 105–140.

1984 Janse, Anton. Zelf laden maken. – Afzettingen WTKG 5 (1): 14-15.

- Vaessen, Lenard & Anton Janse. Paasexcursie 1984. De Faluns de Touraine. – Afzettingen WTKG 5 (3): 61-74.

Creseis antoni Babylonella stemerdinki Janse &

Janssen, 1983

Pododesmus (Monia) anitae Janse & Janssen, 1983

(5)

1985 Janse, Anton. Mioceen - Stemerdink. Fossielen uit de ontsluiting Stemerdink-weiland. – Afzettingen WTKG 6 (2): 42-44.

- Vaessen, Lenard & Anton Janse. Het Paleogeen rond Parijs. – Afzettingen WTKG 6 (2): 47-68.

1986 Wesselingh, Frank & Anton Janse. Verslag najaars-excursie 10-13 oktober 1986. – Afzettingen WTKG 7 (3/4): 62-66.

1987 Janse, Anton. Het Stampien van Aquitaine (ZW Frank-rijk). – Afzettingen WTKG 8 (2): 35-38.

- Hordijk, Leen & Anton Janse. Mollusken uit het Pleis-toceen van het Waterweggebied. – Afzettingen WTKG 8 (4): 68-74.

- Jansen Anton. Van der Lijnprijs 1987. – Afzettingen WTKG 8 (4): 100.

1990 Janse, Anton. Het mariene Boven-Oligoceen van Noord-West Europa. – Afzettingen WTKG 11 (1): 20-22.

1995 Janse, Anton. Het strand van Domburg. – Afzettingen WTKG 16 (4): 66.

- Janse, Anton. Heist-op-den-Berg 1995. Impressies van een verzamel weekend. – Afzettingen WTKG 16 (4): 69-70.

1999 Janse, A.C. Verse Corbula gibba en Sphaerocardium

paucicostatum van de Maasvlakte.

Correspondentie-blad van de Nederlandse Malacologische Vereniging 311: 128.

- Janse, Anton. Driezitsbank. – Afzettingen WTKG 20 (4): 66.

- Janse, Anton. Tridonta borealis, het begin?. – Afzet-tingen WTKG 20 (4): 67-68.

2000 Janse, Anton. Beelden uit mijn kinderjaren. – Afzet-tingen WTKG 21 (2): 27-28.

- Janse, Anton. 4 Heren Excursie 2000. – Afzettingen WTKG 21 (3): 41-44.

- Janse, Anton. Verzamelen in het Antwerpse. – Afzet-tingen WTKG 21 (3): 44.

- Janse, Anton. Mosseltjes. – Voluta 6 (2): 5-9.

- Janse, Anton. Excursie naar de Kaloot. – Afzettingen

WTKG 21 (4): 62-64.

2001 Janse, Anton. Verslag van de WTKG excursie naar de Bartonien-afzettingen in het Bekken van Parijs. Pa-sen 2001. – Afzettingen WTKG 22 (2): 29.

- Janse, Anton. Langenboom. – Afzettingen WTKG 22 (3): 56.

- Janse, Anton. De Kaloot 2001. – Afzettingen WTKG 22 (4): 66.

- Janse, Anton. De Kauter. – Afzettingen WTKG 22 (4): 67.

2002 Janse, A.C.Verse Corbula gibba en Sphaerocardium

paucicostatum van de Maasvlakte. – Spirula 327:

74-75.

- Janse, Anton. Een verzamelexcursie in Langeboom, 29 en 30 juli 2002. Lang gewacht…. – Afzettingen WTKG 23 (3): 54-55.

- Janse, Anton. Kansas, waar ligt dat?. – Afzettingen WTKG 23 (3): 62-64.

- Hoeksema, D.F. & A.C. Janse. Microgloma pusilla (Jeffreys, 1879) and Notolimea clandestina Salas, 1994 new for the southern North Sea Basin. – Baste-ria 66: 193-196.

- Wesselingh F.P., A.C. Janse & A. Slupik. Kwartaire mollusken uit de Oosterschelde. – Afzettingen WTKG 23 (4): 72-73.

2003 Janse, Anton. In Memoriam Arie Johannes Dogter-om 15 april 1923 - 3 november 2002. – Afzettingen WTKG 24 (1): 5.

- Janse, Anton. Mollusken uit Langenboom, 2. – Afzet-tingen WTKG 24 (1): 6-7.

- Janse, Anton. Oude liefde roest niet: Denemarken. – Afzettingen WTKG 24 (3): 50-51.

- Janse, Anton C., Peter Moerdijk & Tom Meijer. First record of Megayoldia thraciaeformis (Storer, 1838) (Bivalvia) from the Pleistocene of the North Sea Ba-sin. – Cainozoic Research 2 (1-2): 139-142.

2004 Janse, Anton. Tijdsdocument. – Afzettingen WTKG 25 (1): 7-8.

- Janse, Anton. Ça va? 2004. – Afzettingen WTKG 25 (2): 28-31.

- Burger Adr & Anton Janse. Oproep en voorlopige soortenlijst Langenboom. – Afzettingen WTKG 25 (2): 32-33.

- Janse, Anton. Herinnering [Victor de Keijser]. – Af-zettingen WTKG 25 (3): 39.

- Janse, Anton (B.E. Schouwer). Hoogtepunten. – Af-zettingen WTKG 25 (3): 41.

- Janse, A.C. Opmerkelijke vondsten: Carcharodon van de Maasvlakte. – Afzettingen WTKG 25 (3): 48-49. - Janse, Anton. Kerstsfeer. – Afzettingen WTKG 25

(4): 56.

2005 Janse, Anton. Oude bekenden. – Afzettingen WTKG 26 (2): 11-12.

- Janse, A.C. Opmerkelijke vondsten: Carcharodon-2. – Afzettingen WTKG 26 (3): 44-45.

- Janse, Anton. Stratigrafie vanaf de wal: strandsuppleties Goeree Voorne (Zuid-Holland). – Afzettingen WTKG 26 (4): 59-63.

2006 Janse, Anton. Opmerkelijke vondsten. Geen tochtje zonder vrucht. – Afzettingen WTKG 27 (2): 42-43. 2007 Janse, Anton. Rockanje strand. – Afzettingen WTKG

(6)

- Janse, Anton. Snoepjes uit de Delta. Pteromeris

cor-bis (Philippi). – Afzettingen WTKG 28 (1): p. 13.

- Janse, Anton. Herinnering aan Jobs van der Dussen. – Afzettingen WTKG 28 (2): 33.

- Janse, Anton. Snoepjes uit de Delta. ?Goodallia sp. – Afzettingen WTKG 28 (2):36.

- Janse, Anton. Zin en onzin omtrent Astarte goldfussi Hinsch, 1952. – Afzettingen WTKG 28 (2): 42-43. - Janse, Anton. Brielse kalkfabriek. – Brielse Mare,

Me-dedelingen van de Vereniging. Vrienden van het His-torisch Museum 17: 64-72.

- Janse, Anton. Het bodemarchief van zuidwest Neder-land ofwel de Deltaboringen. – Afzettingen WTKG 28 (3): 63-65.

- Janse, Anton. Snoepjes uit de Delta. Acteocina exerta (Deshayes, 1862). – Afzettingen WTKG 28 (3): 66. - Janse, Anton. Snoepjes uit de Delta. Devonia perrieri

(Malard, 1904). – Afzettingen WTKG 28 (4): 86. - Slupik, A.A., F.P. Wesselingh, A.C. Janse & J.W.F.

Reumer. The stratigraphy of the Neogene - Quater-nary succession in the south-west Netherlands from the Schelphoek borehole (42G4-11/42G22). A se-quence-stratigraphic approach. – Netherlands Jour-nal of Geosciences 86: 317-332.

2008 Wijnker, E., T.J. Bor, F.P. Wesselingh, D.K. Munster-man, H. Brinkhuis, A.W. Burger, H.B. Vonhof, K. Post, C. Hoedemakers, A.C. Janse & N. Taverne. Neo-gene stratigraphy of the Langenboom locality (Noord-Brabant, The Netherlands). – Netherlands Journal of Geosciences 87 (2): 165-180.

- Slupik, A.A. & A.C. Janse. The geological record of the Breda Formation in the subsurface of the Island of Noord-Beveland (Province of Zeeland, The Neth-erlands) from the Colijnsplaat borehole (42G24-1): A sequence-stratigraphic approach. – Deinsea 12: 37-52

- Janse, Anton. Snoepjes uit de Delta. Ensis met mine-raalafzetting; ‘Devonia perrieri’ van Zuurland-2 blijkt

Montacuta goudi; Reacties op Acteocina van de

Ka-loot. – Afzettingen WTKG 29 (1): 8-9.

- Janse, Anton. Snoepjes uit de Delta. Vraagstuk. – Af-zettingen WTKG 29 (2): 35.

- Janse, Anton. Europicardium voor de Fossielenatlas?. – Afzettingen WTKG 29 (2): 38-39.

- Janse, Anton. Opmerkelijke vondsten. Bever. – Af-zettingen WTKG 29 (2): 42.

- Janse, Anton. Snoepjes uit de Delta. Nuculana. – Af-zettingen WTKG 29 (3): 59.

- Janse, Anton. Snoepjes uit de Delta. Lucinella juttingae (Spaink, 1965). – Afzettingen WTKG 29 (4): 77-78. 2009 Janse, Anton. Caesar Deerenberg 1935-2008. –

Af-zettingen WTKG 30 (1): 3.

- Janse, Anton. Nachtmerrie van een verzamelaar. – Afzettingen WTKG 30 (2): 50-51.

- Janse, Anton. Pressigny. “C’est qu’on appelle la Douce France”. – Afzettingen WTKG 30 (2): 52-53. - Janse, Anton. Snoepjes uit de Delta. Pyramidellidae.

– Afzettingen WTKG 30 (2): 53.

- Janse, Anton. Opmerkelijke vondsten. Zwarte sneeuw in het Weichselien. – Afzettingen WTKG 30 (3): 70-71.

- Janse, Anton. Snoepjes uit de Delta. Rissoa

curtico-stata. – Afzettingen WTKG 30 (3): 72.

2010 Hoeksema, D.F. & A.C. Janse. An extension of the ge-ographical and stratigraphical distribution of the Eu-ropean marine bivalve Montacuta goudi van Aartsen, 1997 (Bivalvia, Galeommatoidea, Montacutidae). – Basteria 74 (1-3): 63-67.

- Moerdijk, P.W., A.W. Janssen, F.P. Wesselingh, G.A. Peeters, R. Pouwer, F.A.D. van Nieulande, A.C. Jan-se, L. van der Slik, T. Meijer, R. Rijken, G.C. Cadée, D. Hoeksema, G. Doeksen, A. Bastemeijer, H. Strack, M. Vervoenen & J.J. ter Poorten. De fossiele schelpen van de Nederlands kust. Leiden (Nederlands Centrum voor Biodiversiteit Naturalis): 332 p., 576 figs. - Wesselingh, Frank et al. Schelpjes en takken op

mam-moetbeenderen geven inzicht in het Laat-Pleistocene afzettingsmilieu van de Eurogeul. – Cranium (Novem-ber 2010): 29-31.

- Janse, Anton. Maasvlakte 2 wordt rijke fossielenvind-plaats. – Voluta 16 (2): 17 – 19.

- Janse, Anton. Snoepjes uit de Delta. Astarte crenata (Gray, 1823). – Afzettingen WTKG 31 (1): 4. - Janse, Anton. Suppletie Rockanje en Maasvlakte 2. –

Afzettingen WTKG 31 (2): 38-39.

- Janse, Anton. Snoepjes uit de Delta. Parvicardium

pin-nulatum (Conrad, 1831). – Afzettingen WTKG 31 (3):

69.

- Janse, Anton. Opmerkelijke vondsten. Eoceen uit de Noordzee. – Afzettingen WTKG 31 (4): 95-96. - Janse, Anton. Snoepjes uit de Delta. Crenella Brown,

(7)

2011 Janse, A.C. Maasvlakte-2 publiekstrekker. – Afzettin-gen WTKG 32 (2): 41-42.

- Janssen, A.W., M. van den Bosch, A. Burger, A.C. Janse, T. Lindemann, T. Meijer, P.W. Moerdijk, R. Pouwer, L. Vaessen & F.P. Wesselingh. Over ‘tingen’, Afzetting, afzetting en Laagpakket. – Afzet-tingen WTKG 32 (3): 54-61.

- Janse, A.C.: ‘De Kauter’ gerestaureerd. – Afzettingen WTKG 32 (4): 96-97.

2012 Wesselingh, Frank P., Riaan Rijken, Freddy van Nieu-lande, Anton C. Janse & Ronald Pouwer. De fossiele schelpen van de Nederlandse kust II. De Cerithium-achtigen, 2. – Spirula 385: 37-47.

- Janse, Anton. Met de tijd meegaan. – Afzettingen WTKG 33 (1): 16.

- Jong, Bart de, Dieleman, Francien, Kattenwinkel, Lex, Langeveld, Bram & Janse, Anton. Fossiele mui-zenkiesjes verzamelen op stranden. – Cranium (April 2012): 42-44.

- Janse, Anton. Zwerf-fossiel of faunavervuiling?. – Af-zettingen WTKG 33 (2): 46.

- Janse, Anton, Maasvlakte-2. Nieuwe soorten voor dit gebied. – Afzettingen WTKG 33 (3): 68-69.

- Janse, Anton & Anthonie van Peursen. Een KZGW/ NMV/WTKG excursie op het nieuwe Maasvlakte-2 strand, 23 juni 2012. – Afzettingen WTKG 33 (4): 89-92.

2013 Slupik, A.A., F.P. Wesselingh, D.F. Mayhew, A.C. Jan-se, F.E. Dieleman, M. van Strydonk, P. Kiden, A.W. Burger & J.W.F. Reumer. The role of a proto-Schelde River in the genesis of the southwestern Netherlands, inferred from the Quaternary successions and fossils in Moriaanshoofd borehole (Zeeland, The Nether-lands). – Netherlands Journal of Geosciences 92 (1): 69-86, 4 figs.

- Janse, Anton. De Deltadienstboringen - vervolg. – Af-zettingen WTKG 34 (2): 56-57.

- Wesselingh, F.P., A.C. Janse, M. Vervoenen & F.A.D. van Nieulande. New records of giant campanulid gas-tropods (Mollusca) from the southern North Sea Ba-sin: Implications for Eocene and Quaternary palaeo-geography. – Netherlands Journal of Geosciences 92 (2-3): 159-164.

- Rijsdijk,K.F., I.C. Kroon, T. Meijer, S. Passchier, T.A.G.P. van Dijk, F.P.M. Bunnik & A.C. Janse. Re-constructing Quaternary Rhine-Meuse dynamics in the southern North Sea: architecture, seismo-litho-facies associations and malacological biozonation. Journal of Quaternary Science 28 (5): 453-466.

- Peursen, A.D.P. van & A.C. Janse. Een GWZG-NMV-WTKG excursie op het nieuwe Maasvlakte-2 strand, 23 juni 2012. Spirula 395: 167-169.

- Janse, Anton. De 4 Heren Excursies, een fenomeen. Afzettingen WTKG 34 (4): 112-115.

- Janse, Anton. Belgisch Limburg 1971 – 1985. – Af-zettingen WTKG 34 (4): 182-186.

2014 Langeveld, Bram & Anton Janse. Hoe grote eocene glauconietzandstenen op Maasvlakte 2 terechtkomen. – Afzettingen WTKG 35 (2): 62-66.

- Janse, Anton. Opmerkelijke vondsten. Miste, Philine en Diodora. – Afzettingen WTKG 35 (3): 74-75. - Janse, Anton, Suppletie Maasvlakte. Feiten en fictie.

– Voluta 20 (2): 4-10.

- Janse, Anton & Bram Langeveld. De bivalve

Cordi-opsis polytropa (Anderson, 1958) s.l. van

Maasvlak-te 2 en iets over Cordiopsis. – Afzettingen WTKG 35 (4): 101-107.

2015 Mol, Dick, Bram Langeveld, Anton Janse, Walter Lan-gendoen & Joanna Smolarz. Determinatiedag fossiele strandvondsten van Maasvlakte 2 in Futureland: een verslag. – Cranium 32 (1): 49-58.

- Moerdijk, Peter W. & Janse, Anton C. De fossiele schelpen van de Nederlandse kust II(9). Littorinidea. – Spirula 402: 20-24,12 figs.

- Janse, Anton. Een leven met de WTKG. – Afzettin-gen WTKG 36 (3): 51.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Edgar kan met zijn linkeroog naar boven kijken en tegelijkertijd met zijn rechter naar achter of naar beneden.. Daarom is het heel moeilijk om kort bij een breedsmoelkikker te

Hoe ver moet en we nog v erder uitz oeken..

Daarbij ging het niet alleen om kinderen die voor uitzending in aanmerking wilden komen, maar ook voor hen die vanwege hun gezondheidstoestand recht hadden op extra

De ijs-beer is een vrees'lijk dier, Hij leeft op 't ijs, je ziet hem hier, Een man, ge-heel in bont ge-kleed, Staat met zijn ge-weer ge-reed, Want de pels van zulk een beer, Is weer

Voor de KNGU is er gezien het voorgaande alle reden om een onderzoek te laten uitvoeren naar (seksueel) grensoverschrij- dend gedrag in de gymsport in al

Je vraagt het je af na lezing van het werk van de Nederlandse journalist en schrijver Anton de Wit, wiens verzameling columns, Een kleine theologie van gewone dingen, pas uit

Zijn mooie ver- zameling postkaarten van Nijlen, Kessel en Bevel mocht onze toen- malige huisfotograaf René Verhae- gen in goed vertrouwen kopiëren voor De Poemp.. Deze reeks wordt

Deze ‘verlatinge’ is gemotiveerd in een uniek document dat op 26 juli 1581 door de Staten-generaal werd afgekondigd: het Plakkaat van verlatinge.. van Hooff analyseert dit