• No results found

Bevindingen: geslacht

4. Vertegenwoordiging in het functiegebouw en geslacht

2017

In 2017 waren vrouwelijke medewerkers gemiddeld 0,719 (p = 0,000) salarisschalen lager ingeschaald dan hun mannelijke collega’s. Daarbij maakt het geen verschil of ze in de inhuursector werken dan wel bij de gemeente in dienst zijn. Gecontroleerd voor

werkgerelateerde variabelen en andere demografische variabelen (leeftijd, afkomst, klasse) neemt dit effect wat af naar 0,610 (p = 0,000).

2019

Meer dan twee jaar later zijn vrouwelijke medewerkers gemiddeld 0,639 (p = 0,000) schalen lager ingeschaald dan hun mannelijke collega’s. Dit effect stijgt naar 0,691 als we het controleren voor al dan niet in dienst zijn van de gemeente. Gecontroleerd voor

werkgerelateerde variabelen en andere demografische variabelen (leeftijd, afkomst, klasse) neemt dit effect wat af naar 0,614 (p = 0,000). Dat betekent dat de ongelijke behandeling naar geslacht gelijk is gebleven en wel net iets meer dan 0,6 schalen ten nadele van vrouwelijke medewerkers. Als we dat effect vervolgens corrigeren voor de meer uitgebreide variabelen van de 2019 enquête, waaronder relevante werkervaring, aansluiting van opleiding,

aanvullende training en opleiding en taaldeficiënties (2), resteert een effect van -0,559 (p = 0,000) ten nadele van vrouwelijke medewerkers.

Tabel 54: effect van geslacht op salarisschaal, gecontroleerd voor werkgerelateerde en

demografische variabelen, en variabelen die de inschaling van vrouwelijke medewerkers negatief beïnvloeden

Estimate S.E. P

Geslacht Leeftijd -2,378 0,683 ***

Leeftijd Opleidingsniveau -0,011 0,002 ***

Estimate S.E. P

Geslacht In dienst gemeente 0,047 0,020 0,022

Geslacht Voltijds werken -0,664 0,048 ***

Geslacht Ervaren discriminatie eerder en

elders 0,195 0,043 ***

Opleidingsniveau Ervaren discriminatie eerder en

elders -0,098 0,026 ***

Leeftijd Voltijds werken -0,009 0,002 ***

In dienst gemeente Indienstgemeente2 Voltijds

werken 0,367 0,072 ***

Opleidingsniveau Voltijds werken 0,106 0,029 ***

Voltijds werken Aanvangsschaal 1,771 0,091 ***

Leeftijd Aanvangsschaal 0,023 0,007 ***

Voltijds werken Aanvangsschaal 0,474 0,089 ***

Ervaren discriminatie eerder

en elders Aanvangsschaal -0,481 0,106 ***

Geslacht Salarisschaal -0,099 0,109 0,362

In dienste gemeente Salarisschaal 1,150 0,152 ***

Opleidingsniveau Salarisschaal 0,712 0,071 ***

Leeftijd Salarisschaal 0,056 0,005 ***

Aanvangsschaal Salarisschaal 0,478 0,021 ***

Ervaren discriminatie eerder

en elders Salarisschaal -0,305 0,072 ***

Voltijds werken Salarisschaal 0,244 0,065 ***

NFI: 0,995; TLI: 0,993; CFI: 0,999; RMSEA: 0,018; Chi2: 9,261; p van Chi2: 0,234.

Tabellen 54 en 55 laten zien waar die 0,559 salarisschaal ten nadele van vouwen vandaan komt. De drie factoren die daarvoor verantwoordelijk zijn zorgen ervoor dat het effect van geslacht op salarisschaal verdwijnt, want het is niet significant (p = 0,362). Net iets meer dan de helft ervan komt voort uit het feit dat vrouwen meer in deeltijd werken dan mannen. De vraag is of dit een kwestie is van ongelijke behandeling want je kunt beargumenteren dat voor sommige functies het lastig is om in deeltijd te werken en bovendien ligt het voor de hand dat je in deeltijd minder je kwaliteiten kunt laten zien met als gevolg minder kans op bevordering. Net iets meer dan een vijfde komt echter voort uit een factor die duidelijk niet

werkgerelateerd is: ervaren discriminatie eerder en elders op de arbeidsmarkt. Tot slot zien we ook hier weer het effect van een lagere aanvangsschaal, dat verantwoordelijk is voor 28,8 procent van de actuele lagere inschaling voor vrouwen.

Tabel 55: effect van geslacht op salarisschaal, gecontroleerd voor werkgerelateerde en

demografische variabelen, en variabelen die de inschaling van vrouwelijke medewerkers negatief beïnvloeden: rangorde

Rangorde factoren Effect van geslacht op salarisschaal als deze factor uit het model wordt gehaald

Verschil met -0,099 Percentage van de verklaring

1. Minder voltijds werken -0,258 0,159 51,0

2. Lagere aanvangsschaal -0,189 0,090 28,8

3. Meer discriminatie ervaren eerder en elders

-0,162 0,063 20,2

Dat roept ook hier de vraag op waar die ongelijke aanvangsschaal vandaan komt. Als zodanig zijn vrouwen gemiddeld 0,534 (p = 0,003) salarisschaal lager bij de gemeente komen werken dan mannen. Na controle voor duur werkzaamheid voor de gemeente, in dienst van de gemeente, werkgerelateerde en demografische variabelen daalt dit effect naar -0,453 (p = 0,000).

Tabel 56: effect van geslacht op aanvangsschaal, gecorrigeerd door in dienst gemeente, duur

werkzaamheid voor de gemeente, werkgerelateerde en demografische variabelen, en variabelen die dat effect verklaren

Estimate S.E. P

Geslacht Leeftijd -2,378 0,683 ***

Leeftijd Opleiding bij begin -0,020 0,003 ***

Leeftijd Relevante werkervaring 0,170 0,009 ***

Opleiding bij begin Relevante werkervaring 0,322 0,100 0,001 Geslacht Discriminatie ervaren ervoor en elders 0,196 0,043 ***

Leeftijd In dienst gemeente 0,007 0,001 ***

Relevante werkervaring In dienst gemeente 0,008 0,003 0,022 Opleiding bij begin Discriminatie ervaren ervoor en elders -0,058 0,023 0,010

Geslacht In dienst gemeente 0,048 0,020 0,019

Geslacht Voltijds werken -0,664 0,048 ***

Leeftijd Duur werkzaamheid gemeente 0,459 0,025 ***

Leeftijd Voltijds werken -0,009 0,002 ***

In dienst gemeente Duur werkzaamheid gemeente 8,184 0,798 *** Discriminatie ervaren ervoor

en elders Duur werkzaamheid gemeente -0,902 0,376 0,016

In dienst gemeente Voltijds werken 0,380 0,072 ***

Opleiding bij begin Voltijds werken 0,064 0,026 0,012

Geslacht Duur werkzaamheid gemeente 1,637 0,531 0,002

Opleiding bij begin Duur werkzaamheid gemeente -2,520 0,283 ***

Geslacht Aanvangsschaal -0,023 0,142 0,873

Duur werkzaamheid gemeente Aanvangsschaal -0,088 0,008 ***

Leeftijd Aanvangsschaal 0,051 0,008 ***

In dienst gemeente Aanvangsschaal 0,769 0,208 ***

Opleiding bij begin Aanvangsschaal 1,556 0,072 ***

Voltijds werken Aanvangsschaal 0,491 0,084 ***

Discriminatie ervaren ervoor

en elders Aanvangsschaal -0,576 0,092 ***

Relevante werkervaring Aanvangsschaal 0,161 0,022 ***

NFI: 0,994; TLI: 0,997; CFI: 0,999; RMSEA: 0,011; Chi2: 11,289; p van Chi2: 0,335.

Tabellen 56 en 57 laten zien dat dat effect van 0,453 geheel en al verklaard wordt door twee factoren, de invoering ervan in het model maakt het effect van geslacht op aanvangsschaal (-0,023) immers sterk insignificant (p = 0,873). Ook hier zien we het effect dat vrouwen vaker in deeltijd werken en niet alleen daardoor op een lager functieniveau werken, maar ook op een lager niveau komen werken bij de gemeente. Daarnaast vinden we ook hier het negatieve effect van ervaren discriminatie elders op de arbeidsmarkt terug.

Tabel 57: effect van geslacht op aanvangsschaal, gecontroleerd voor werkgerelateerde en

demografische variabelen, en variabelen die de aanvangsschaal van vrouwelijke medewerkers negatief beïnvloeden: rangorde

Rangorde factoren Effect van geslacht op aanvangsschaal als deze factor uit het model wordt gehaald

Verschil met -0,023 Percentage van de verklaring

1. Minder voltijds werken -0,325 0,329 72,3

2. Meer discriminatie ervaren

eerder en elders -0,149 0,126 27,7

Totaal 0,455 100

Opmerkelijk is overigens dat ook wat betreft aanvangsschaal er een duidelijk verschil bestaan tussen degenen die onder het nieuwe beleid zijn aangenomen en degenen die al langer dan twee jaar werkzaam zijn voor de gemeente. Voor de eersten is er geen ongelijkheid in aanvangsschaal meer naar geslacht. Gecorrigeerd voor in dienst van de gemeente, duur werkzaamheden voor de gemeente alsmede werkgerelateerde en demografische variabelen, is het effect van geslacht op aanvangsschaal -0,155 en niet significant (p = 0,571). Bij degenen die al langer dan twee jaar werkzaam zijn, is dit effect -0,550 en duidelijk significant (p = 0,000). Ook op dit punt heeft het nieuwe beleid dus effect.