• No results found

7. De ondernemers

In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de laatste belangrijke actor die betrokken is bij de winkelstraatvereniging Jan Eef. Eerst worden de achtergrondkenmerken van de winkeliers en ondernemers in de straat weergegeven. Vervolgens wordt ingegaan op de houding van de ondernemers ten opzichte van de Jan Evertsenstraat; wat vinden zij van de straat? Daarna volgt de houding van de ondernemers ten opzichte van het project; zijn zij lid van de winkelstraatverenging en waarom? Een samenvatting van de resultaten van de straatenquêtes met de ondernemers zijn weergegeven in de bijlagen.

In totaal zijn er 63 ondernemers in de Jan Evertsenstraat en aan het Mercatorplein ondervraagd. Daarvan hebben 32 ondernemers meegewerkt aan mijn onderzoek. 31 ondernemers verleenden geen medewerking. Een reden hiervoor was dat de respondenten geen tijd hadden. Ten tweede beheersten sommige ondernemers de Nederlandse taal niet voldoende. Ten derde is een genoemde reden dat de eigenaar niet aanwezig was.

7.1 Achtergrondkenmerken ondernemers

Tabel 7.1 Locatie ondernemers 4

Locatie Aantal respondenten Totaal aantal ondernemers

Locatie 1 8 respondenten | 25% 13 ondernemers Locatie 2 15 respondenten | 46,9% 35 ondernemers Locatie 3 9 respondenten | 28,1% 16 ondernemers

Totaal 32 respondenten | 100% 64 ondernemers

Uit de bovenstaande tabel (tabel 7.1) kan het volgende worden opgemaakt: van de 32 ondernemers bevonden 8 ondernemers zich op locatie 1 (vanaf de Admiraal de Ruijterweg tot aan de Molenslootbrug). 15 ondervraagde ondernemers waren gelegen tussen de Molenslootbrug en het Mercatorplein (locatie 2), wat ook grootste deel van het onderzoeksgebied besloeg. In locatie 3, het Mercatorplein, bevonden zich 9 ondernemers. Voor deze verdeling is gekozen, omdat er een duidelijk onderscheid zichtbaar was onder de meningen van de respondenten per locatie.

57

Tabel 7.2 Duur van de winkel of voorziening

Duur Aantal respondenten

Korter dan 5 jaar 14 respondenten | 43,8% 5 tot 10 jaar 1 respondent | 3,1% Langer dan 10 jaar 17 respondenten | 53,1%

Totaal 32 respondenten | 100%

In de bovenstaande tabel (tabel 7.2) is weergegeven hoelang de ondernemers al opereren aan de Jan Evertsenstraat of het Mercatorplein. Hieruit kan worden opgemaakt dat veel ondernemingen er pas kort of heel lang gevestigd zijn, maar 1 respondent zit er 5 tot 10 jaar. 14 respondenten (43,8%) zitten er korter dan 5 jaar en 17 respondenten (53,1%) zitten er langer dan 10 jaar. Er is maar weinig doorstroom van de eerste categorie (korter dan 5 jaar) naar de tweede categorie (5 tot 10 jaar). Enerzijds kan dit betekenen dat het winkelaanbod zich blijft vernieuwen, doordat voorgaande ondernemingen het niet lang hebben volgehouden. Aan de andere kant is de leegstand in de Baarsjes sinds 2010 aanzienlijk verminderd. Het zou dus zo kunnen zijn dat ondernemers in de eerste categorie voornamelijk nieuwe ondernemers zijn die de leegstand hebben vervangen.

Tabel 7.3 Uitstraling van de winkel of voorziening

Doelgroep Aantal respondenten

Uitstraling 1: Allochtonen/ lagere klassen 7 respondenten | 21,9%

Uitstraling 1 + 2 3 respondenten | 9,4%

Uitstraling 2: Oudere bewoners 2 respondenten | 6,2%

Uitstraling 2 + 3 2 respondenten | 6,2%

Uitstraling 3: Middenklasse bewoners/ yuppen 6 respondenten | 18,5%

Uitstraling 4: Verschillende klassen 12 respondenten | 37,5%

Totaal 32 respondenten | 100%

In tabel 7.3 is de doelgroep van de ondernemingen weergegeven. Er is een onderscheid gemaakt tussen gericht op allochtone bewoners of lagere klassen, gericht op oudere bewoners, gericht op de middenklasse en gericht verschillende klassen. Er is gekozen voor deze categorieën, zodat er een onderscheid kan worden gemaakt tussen ondernemingen die bijdragen of het gevolg zijn van commerciële gentrification en ondernemingen die losstaan van gentrification. Volgens Zukin (2009) is er bij commerciële gentrification namelijk een toename van het aantal winkels en voorzieningen gericht op de middenklasse (uitstraling 3) een afname van de traditionele winkels gericht op de oorspronkelijke bewoners (uitstraling 1 en 2) en een lichte toename van het aantal grote en bekende

ketens (uitstraling 4). Categorie 4 bestond voor een groot deel uit bekende winkelketens, zoals Intertoys en Blokker. Maar ook een schoenmaker, een opticien en een sigarenwinkel zijn tot deze categorie gerekend. Dit was ook de grootste groep, namelijk 37,5%. Winkels die gericht zijn op allochtone bewoners of bewoners afkomstig uit lagere klassen, worden vaak winkels gerund door allochtone ondernemers. Een aantal ondernemers sprak slecht Nederlands. Voorbeelden van dit type ondernemingen zijn telefoonwinkels en kledingwinkels. 7 respondenten (21,9%) vielen onder deze groep. De tweede categorie ondernemingen zijn gericht op de oudere bewoners, voorbeelden hiervan zijn M&S mode en een oude Amsterdamse kroeg. 2 respondenten (6,2%) waren gericht op deze doelgroep. Ten slotte waren er ook ondernemers die zich voornamelijk richten op de middenklasse bewoners, bijvoorbeeld een eco kinderkledingwinkel en verschillende koffie- en eettenten. 6 respondenten (18,5) vallen onder deze categorie. 3 respondenten (9,4%) waren een combinatie van doelgroep 2 en 3 en 2 respondenten waren een combinatie van doelgroep 2 en 3 (6,2%).

Tabel 7.4 Verband uitstraling en duur van de onderneming

Uitstraling & Duur

van de

onderneming

Korter dan 5 jaar 5 tot 10 jaar Langer dan 10 jaar Totaal

Uitstraling 1 4 respondenten 0 respondenten 3 respondenten 7 respondenten

Uitstraling 1+2 2 respondenten 0 respondenten 1 respondent 3 respondenten

Uitstraling 2 0 respondenten 0 respondenten 2 respondenten 2 respondenten

Uitstraling 2+3 0 respondenten 0 respondenten 2 respondenten 2 respondenten

Uitstraling 3 6 respondenten 0 respondenten 0 respondenten 6 respondenten

Uitstraling 4 2 respondenten 1 respondent 9 respondenten 12 respondenten

Totaal 14 respondenten 1 respondent 17 respondenten 32 respondenten

Uit tabel 7.4 kan het verband tussen de uitstraling en duur de onderneming worden opgemaakt. Het eerste opvallende resultaat is dat de ondernemingen die zich voornamelijk richten op de middenklasse allemaal korter dan 5 jaar, dus sinds de oprichting van het project, in de straat gevestigd zijn. Dit komt overeen met de interviews die ik heb gehouden met de ondernemers. Veel ondernemers beamen al dat het winkelaanbod is veranderd als gevolg van de toename van het aantal rijkere bewoners in de buurt. De twee ondernemingen die zich op de oudere bewoners richten, bestaan beide langer dan 10 jaar. Een duidelijk merendeel (75%) van de ondernemers die zich richten op bewoners uit verschillende klassen bestaan al 10 jaar of langer. Onder de ondernemers die zich richten op de allochtone en lagere klasse bewoners is geen samenhang zichtbaar tussen de duur van de onderneming en de uitstraling: 4 respondenten hebben zich net gevestigd in de straat en 3 respondenten bestaan al langer dan 10 jaar.

59

7.2 Houding ten opzichte van de Jan Evertsenstraat

Tabel 7.6 Houding ten opzichte van de Jan Evertsenstraat.

Houding ten opzichte van de Jan Evertsenstraat

Positief 18 respondenten | 56,3%

Neutraal / geen mening 4 respondenten | 12,5%

Negatief 10 respondenten | 31,3%

Totaal 32 respondenten | 100%

Van de ondervraagde ondernemers zijn 18 respondenten (56,3%) positief over de straat. Zij vinden de straat mooi, gezellig, levendig en schoon. Zo zegt een ondernemer “Dit is onze straat”. Een andere ondernemer zegt over de straat: “Ik voel mij hier thuis, ik ken iedereen, ik ken de klanten en dat is belangrijk voor een winkel”. 4 respondenten (12,5%) hadden geen duidelijke mening of waren neutraal over de straat. Een reden hiervoor was dat zij nog maar kort aan de straat gevestigd zijn, waardoor ze nog geen duidelijk beeld hebben kunnen vormen. Ten slotte waren 10 respondenten (31,3%) negatief over de Jan Evertsenstraat. Redenen hiervoor zijn het uiterlijk van de straat, de onveiligheid en criminaliteit, het weinig variërende winkelaanbod en het laag aantal bezoekers. Zo zegt een respondent: “Het is een waardeloze straat. Het zou opgeknapt moeten worden, maar er wordt niks gedaan. De winkels lopen steeds slechter, nu ook door de komst van de Albert Heijn”. Ondernemers die negatief zijn over de straat vergelijken de situatie vaak met vroeger. Zij vinden dat de straat achteruit is gegaan in verschillende opzichten, ze missen de markt aan de Jan Evertsenstraat en de kermis aan het Mercatorplein.

7.3 Houding ten opzichte van het project

Tabel 7.7 Lidmaatschap project

Lidmaatschap project

Ja 21 respondenten | 65,6%

Nee 11 respondenten | 34,4%

Totaal 32 respondenten | 100%

Een merendeel, ongeveer twee derde van de respondenten, is lid van de winkelstraatvereniging Jan Eef. Een derde deel van de ondernemers is niet lid. De reden waarom een onderneming wel of niet lid is van de winkelstraatvereniging is vaak onbekend; dit is namelijk het geval bij bijna 37,5% van de ondernemers. Dat de reden van wel of geen lidmaatschap onbekend is, is meestal doordat de respondent niet de eigenaar is. Vier keer wordt gezegd dat de ondernemer lid is, omdat het verplicht

is. 16 keer wordt wel een reden genoemd, waarom de ondernemer wel of niet lid is van de winkelstraatvereniging. Redenen waarom een ondernemer wel lid is, zijn: het is gezellig, om mee te kunnen beslissen, de winkelstraatvereniging is zeer betrokken bij de winkel, nuttig om krachten te bundelen ten goede van de straat en de winkel en het zorgt voor meer klanten en bezoekers. Redenen waarom een ondernemer niet lid is, zijn: er wordt te weinig georganiseerd, je betaalt voor niks, geen binding met de straat en de andere winkels en het wordt niet toegestaan door het hoofdkantoor.

Tabel 7.8 Houding ten opzichte van het project

Houding ten opzichte van het project

Positief 16 respondenten | 50%

Neutraal / geen mening / onbekend 6 respondenten | 18,6%

Negatief 10 respondenten | 31,3%

Totaal 32 respondenten | 100%

Uit de bovenstaande (tabel 7.8) kan worden opgemaakt dat de helft van de respondenten positief is over de winkelstraatvereniging Jan Eef. 6 respondenten (18,6%) zijn neutraal, hebben geen mening of zijn onbekend met de winkelstraatvereniging. Bijna een derde van de respondenten is negatief over de Jan Eef.

Figuur 7.1 Verband houding ten opzichte van het project en de duur van de onderneming.

In het bovenstaande figuur (figuur 7.1) is het verband tussen de duur van de onderneming en de houding ten opzichte van het project weergegeven. Er is een heel licht verband zichtbaar tussen de duur van de onderneming en de houding ten opzichte van het project. Bij zowel ondernemers die korter dan 5 jaar in de Jan Evertsenstraat zijn gevestigd, als de ondernemers die er langer dan 10 jaar

0% 20% 40% 60% 80% 100% 120%

<5 jaar 5-10 jaar >10 jaar