• No results found

Van initiatief tot bestuurlijke rapportage

DEEL II – Twbmt in de praktijk

5.6 Van initiatief tot bestuurlijke rapportage

Enkele geprioriteerde gemeentes, waaronder Den Haag, zijn vooraf benaderd in een consultatieronde van de NCTV. In deze consultatieronde heeft de gemeente Den Haag veel gesproken met de NCTV, wat uiteindelijk heeft geleid tot een wetsvoorstel van de Twbmt waar de gemeente achter stond (Medewerkers directie Veiligheid Den Haag, 2019). Het initiatief voor het inzetten van de Twbmt kan in theorie worden genomen door de AIVD, het OM, het multidisciplinaire lokale casusoverleg of de politie. In praktijk blijkt dat van de zes cases waarin maatregelen zijn opgelegd, het initiatief kwam vanuit het OM, de politie en een enkele keer vanuit de gemeente (WODC, 2019). Het is dus niet het casusoverleg dat gezamenlijk het initiatief neemt, zoals wel ten tijde van de wetsbehandeling werd gedacht, maar afzonderlijke deelnemers van het casusoverleg.

De samenstelling van een casusoverleg kan wisselen naar aanleiding van de te bespreken casus maar bestaat altijd ten minste uit het OM, de politie en de gemeente (Medewerkers directie Veiligheid Den Haag, 2019). Andere lokale en landelijke partijen die deel kunnen uitmaken van het casusoverleg zijn GGZ-instellingen, gemeentelijke jeugdzorg, de Raad voor de Kinderbescherming, Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI), reclassering en in het geval van terugkeerders ook de NCTV (Medewerkers directie Veiligheid Den Haag, 2019). De politie en daarna de gemeente zijn dominant in dit overleg omdat zij over de meeste informatie beschikken (Beleidsmedewerker NCTV 2, 2018; Medewerkers directie Veiligheid Den Haag, 2019). In het casusoverleg wordt de huidige beeldvorming besproken, informatie uitgewisseld, het risico dat van een persoon uitgaat ingeschat en aan de hand daarvan een persoonsgericht pakket met effectieve maatregelen samengesteld. Het gaat hier om maatregelen die zowel door het bestuur als ook door maatschappelijke instellingen kunnen worden getroffen. De frequentie van een casusoverleg verschilt van geval tot geval, maar de tendens is eens in de zes weken. Wanneer er heel acute zorgen zijn dat de betrokkene de gedragsgrenzen overschrijdt, kan dit ook een tijd wekelijks of zelfs dagelijks zijn. Anderzijds kan het casusoverleg ook eens in de drie maanden plaatsvinden als er weinig zorg is over een betrokkene.

In sommige gevallen voldoet intensieve begeleiding niet en moet aan andere maatregelen worden gedacht, zoals een gebiedsverbod, meldplicht of uitreisverbod. Wanneer de wens bestaat om een persoon een of meer maatregelen op te leggen uit de Twbmt, wordt door de politie een bestuurlijke rapportage geschreven. Hierin wordt het geheel aan gedragingen beschreven dat het fundament vormt voor de beoordeling of iemand een bedreiging voor de nationale veiligheid is. Beschreven wordt welke maatregelen uit de Twbmt zouden moeten worden toegepast en welke gedragingen daarmee voorkomen zouden worden. Vier criteria zijn

van belang: 1) noodzakelijkheid, 2) effectiviteit, 3) subsidiariteit en 4) proportionaliteit (Beleidsmedewerker NCTV 2, 2018). De noodzakelijkheid ziet op de bedreiging van de nationale veiligheid: wordt die niet bedreigd, dan hoeft geen maatregel uit de Twbmt te worden opgelegd. Dit lijkt heel logisch, maar in praktijk kan het idee om een maatregel op te leggen al stranden op deze vereiste (Beleidsmedewerker NCTV 2, 2018). Het criterium van effectiviteit houdt in dat de dreiging ook daadwerkelijk te beïnvloeden moet zijn door middel van de beoogde maatregel(s). Hiervoor werd al genoemd dat de maatregels uit de Twbmt alleen opgelegd worden als er geen ander alternatief (meer) is: dit is de subsidiariteit. Tot slot moeten de maatregels proportioneel zijn: de maatregel moet zo beperkt mogelijk gedefinieerd worden als mogelijk is om de dreiging voor de nationale veiligheid weg te nemen. De bestuurlijke rapportage is geen samenwerkingsproduct: het is de verantwoordelijkheid van de lokale partijen, de NCTV kan hooguit vragen om verduidelijking van zaken (Beleidsmedewerker NCTV 2, 2018). Op die manier kan de NCTV goed geïnformeerd een voornemen schrijven. Medewerkers van de directie Veiligheid van de gemeente Den Haag (2019) geven aan dat het nog nooit is voorgekomen dat een verzoek tot een maatregel uit de Twbmt door de NCTV werd afgewezen. De reden hiervan is dat er aan de voorkant al heel veel wordt overlegd met de NCTV, waardoor het bijna onmogelijk is dat de NCTV zich uiteindelijk totaal niet kan vinden in de bestuurlijke rapportage. In §5.8 wordt nader beschreven wat de stappen zijn vanaf het verzenden van de bestuurlijke rapportage naar de NCTV tot de daadwerkelijke oplegging van de maatregel(s).

De reden dat het initiatief tot nu toe vooral door het OM en de politie werd genomen, is de sterke samenhang met strafrechtelijke procedures. Bij de helft van de cases tot nu toe was sprake van een afgelopen detentieperiode en het gebrek aan strafrechtelijke voorwaarden waarmee de betrokkenen in de gaten gehouden zouden kunnen worden (WODC, 2019). Dit zal in de toekomst vaker voorkomen: het merendeel van de ‘terugkeerders’ zat tot nu toe nog in hechtenis waardoor bij deze specifieke groep nog niet veel maatregelen uit de Twbmt hoefden te worden toegepast, maar sommigen van hen zullen in de komende jaren vrij komen (Beleidsmedewerker NCTV 2, 2018). Bij het OM lopen momenteel al verschillende zaken met betrekking tot terugkeerders bij wie waarschijnlijk ook gebruik gemaakt zal gaan worden van een of meer maatregelen uit de Twbmt (Beleidsmedewerker NCTV 2, 2018). Zo kan het voorkomen dat een terugkeerder al voor de rechter is gekomen in een ander land, bijvoorbeeld Turkije, en bij aankomst in Nederland vervolgd wordt door het OM. Het zou kunnen dat de zaak van het OM tegen deze persoon spaak loopt vanwege het ne bis in idem-beginsel (verbod om iemand twee keer voor hetzelfde feit te vervolgen). Om in zo’n geval te voorkomen dat de

betrokkene helemaal vrijuit gaat, worden nu al bij voorbaat voorbereidingen getroffen voor een meldplicht op grond van de Twbmt. Er wordt dan ook wel gezegd dat de maatregelen uit de Twbmt fungeren als vangnet, als plan B (Beleidsmedewerker NCTV 1, 2018). Het voorgaande in beschouwing nemend, is het goed denkbaar dat het initiatief in de toekomst nog vaker vanuit het OM en de politie zal komen.