• No results found

5. Team Spirit

5.2 Het team

We startten het jaar in oktober met zes tutoren en een site director. Na de eerste

introducerende werkdag op een oktober besloot één van de tutoren te stoppen, maar dit ontslag werd meteen opgelost door een andere sollicitant aan te nemen die de volgende dag direct kon beginnen. Zo ontstond een team met zes vrouwen en één man, allen HBO of universitair afgestudeerd en tussen de tweeëntwintig en zevenentwintig jaar oud. De SD had

32 ruime ervaring in verschillende rollen in het primair onderwijs en was halverwege de dertig. Op zondag vier oktober startten we met de Saga training: in drie dagen kregen we de inhoud van een cursus in de Match/Saga methode die in de VS twee weken duurt. Drie intensieve dagen van negen uur ’s ochtend tot vijf uur in de middag waarbij we veel rollenspellen deden om het geleerde in de praktijk te brengen. Deze cursusdagen waren in die zin een goede verplichte kennismaking; we brachten meteen drie dagen fulltime met elkaar door en we waren ‘gedwongen’ om contact te maken. Tijdens de lunch spraken we over meer persoonlijke onderwerpen. De week na de cursus was de SD op vakantie en moesten wij tutoren zelfstandig beginnen met het voorbereiden voor de start van de lessen. In die drie dagen werkten we hard, overlegden we en namen we beslissingen na consensus. In de pauzes tastten we af; wie was de ander nou eigenlijk? Op de derde dag speelden we een

kennismakingsspel waarbij al snel meer persoonlijke verhalen verteld werden. Één van de tutoren zei aan het einde van deze week dat ze het gevoel had dat we elkaar al langer kenden dan een goede week. Dat werd beaamd door de rest, ook door mij. Ik voelde mij op mijn gemak bij deze club mensen.

De kennismakingslessen vonden plaats op donderdag en vrijdag voor de herfstvakantie in de week dat de SD op vakantie was. Dat was spannend; we zouden het zelfstandig moeten doen, zonder op haar terug te kunnen vallen. Er heerste echter een positief gevoel. Door de klik die we met elkaar hadden en de fijne voorbereidingsdagen hadden we er vertrouwen in dat we het samen tot een succes konden maken. Veel tijd om na te praten was er niet, want na de eerste kennismakingsles op de Over de Slinge school moesten we snel door naar de

Beatrix. “Ging best goed toch?”, vroegen we elkaar met een glimlach. Op de Beatrix verliep de les ook op rolletjes. Na de Beatrix hadden we drie kwartier pauze; eindelijk tijd om wat langer te praten over de eerste indrukken. Met zijn zessen liepen we door de wijk, druk pratend over alle leuke eerste reacties van de kinderen. Er heerste een hoop positieve energie en dat werkte aanstekelijk. Alleen de collega die de tweede dag als vervanger van de gestopte tutor werd aangenomen leek wat weg te vallen tussen het enthousiaste gekwetter van de rest. Na de herfstvakantie hadden we alle kennismakingslessen gehad, kwam de SD terug en begonnen we met hetgeen waar we voor aangenomen waren: rekenles geven. Al doende leerden we snel. Het lesvoorbereidingsformulier dat we in eerste instantie gemaakt hadden werkte toch niet zoals we het voor ogen hadden, dus werd het op de agenda gezet tijdens het tutorenoverleg en samen bespraken we hoe het beter kon. Deze pragmatische teamgeest en de drang om te verbeteren zorgde ervoor dat ik nooit het gevoel had in een energie slurpende vergadering vast te zitten.

33 5.2.1 Team Building

Na die eerste weken werd er bewust en onbewust meer en meer een team gesmeed. Met onbewust bedoel ik de informele momenten die simpelweg gebeuren wanneer je collega’s bent. Het contact tijdens de lessen om elkaar te helpen, de momenten tussen de lessen door onderweg naar de volgende school en de langere pauzes die we met elkaar doorbrachten. Op basis van de initiële klik werden die contactmomenten al vrij snel persoonlijker dan

oppervlakkige collegialiteit. We lachten veel samen. Na de kerstvakantie begonnen twee tutoren samen aan Yogales op maandagavond, waardoor de lunchpauze dinsdag tot Yoga- uurtje werd gebombardeerd. Met zijn allen probeerden we de moeilijkste Yoga-oefening na te doen die de twee yoga-beoefenaars de avond daarvoor gedaan hadden. Deze lol tussen de lessen door laadde de figuurlijke batterij weer op om de laatste twee lesuren net zoveel energie in de les te stoppen als in de eerste drie lessen.

Er werd echter niet alleen maar met elkaar gelachen; de goede band en het vele samenzijn zorgde er ook voor dat tutoren hun leed deelden. Bijna elke tutor heeft het afgelopen jaar minstens één keer gehuild in het bijzijn van de anderen. Dat laat zien dat we ons kwetsbaar op durfden te stellen naar de ander.

Daarnaast waren er nog de ‘bewuste’ team building activiteiten. De SD gebruikte haar uitgebreide netwerk om ons het onderwijsveld in Rotterdam te laten zien. Zo gingen we op werkbezoek bij SV Gio (het onderwijsproject van voetbalclub Feyenoord), bij Playing for Succes (de tegenhanger van voetbalclub Excelsior), bij vmbo-school het Rotterdams Vak College de Hef en de politieacademie. Al deze werkbezoeken waren niet allen inspirerend, ze waren ook erg gezellig. Daarnaast gingen we bij een tutor langs die verhuisd was naar een beschikbaar gesteld huis om wat te drinken en werd er door een andere tutor een filmmiddag georganiseerd.

Was het dan alleen maar hosanna? Natuurlijk kenden we sporadisch ook momenten van spanning. We waren allen starters op de arbeidsmarkt en dit was voor ons allemaal de eerste fulltime baan na onze studie. Dit resulteerde er in dat we allemaal moesten wennen aan het werken in een team en moesten leren om professioneel te communiceren. Zo kaartte de SD op zestien november aan dat ze graag wilde zien dat feedback direct aan de persoon gegeven werd om wie het ging, in plaats van dat er (eerst) met anderen over gesproken werd. In mijn veldnotities heb ik ook een aantal momenten staan waarin de sfeer rondom het geven van feedback op mij enigszins aanvallend overkwam. De kracht was echter dat de sfeer veilig

34 genoeg was om daar later op terug te komen en het op te lossen. In maart dreigde het echter fout te gaan.

5.2.2 Periode van spanning

De SD was na januari volop aan het werk met het rondkrijgen van de financiering voor het volgende schooljaar. Ze hield ons regelmatig op de hoogte van de ontwikkelingen op dat gebied; ondanks dat Stichting de Verre Bergen de intentie had uitgesproken om het project meerdere jaren te financieren, wisten we namelijk op dat moment nog niet of ons project na de zomer überhaupt gecontinueerd zou worden. Toen eind februari de kans dat het

gecontinueerd zou worden groter en groter werd, deelde de SD haar visie op volgend jaar. Ze wilde drie assistent-site directors; één voor groep zeven, één voor groep acht en één voor het speciaal onderwijs. Er waren vier tutoren die de ambitie hadden om door te groeien,

waaronder ik. In het volgende functioneringsgesprek werd ik door de SD gevraagd om volgend jaar de functie van assistent SD te vervullen. Later hoorde ik dat twee andere tutoren dezelfde vraag hadden gehad en dat de vierde te horen had gekregen dat de SD haar niet in die rol zag. Achteraf gezien was dit het eerste haarscheurtje in het fundament van dit team.

De tutor die te horen had gekregen dat er voor haar geen rol als assistent SD was weggelegd, vond dat lastig te verwerken. Het kwam wat rauw op haar dak vallen en ze had voor haar gevoel geen goede onderbouwing voor die beslissing gehoord. Wij waren vaak samen als eerste op school dus we spraken er veelvuldig over. Ik begreep haar gevoel, maar ik kon het ook niet wegnemen. Ik raadde haar aan nogmaals met de SD te praten en om

verheldering te vragen omdat ik aanvoelde dat er langzaamaan een kloof ontstond tussen haar en de SD.

Niet lang daarna werd er bekend dat het speciaal onderwijs ook volgend jaar nog niet mee zou doen met het project. Daardoor waren er nog maar twee plekken voor assistent SDs en drie mensen die gevraagd waren om assistent te worden. Vervolgens werd ook de tweede assistent functie geschrapt waardoor er nog maar één overbleef. We hadden naar elkaar uitgesproken dat het geen concurrentiestrijd moest worden. Ik denk ook dat we elkaar oprecht die functie gunden, maar het bijna onvermijdelijke gebeurde toch; de onderlinge sfeer

verslechterde. Ik denk dat we, bewust of onbewust, graag wilden laten zien hoe capabel we waren. Daardoor lag het gedrag van de ander ook onder een vergrootglas: pakt ze die taken op omdat ze het leuk vindt, of is dit een manier om zichzelf te profileren? Deze gevoelens

werden niet uitgesproken en gingen hun eigen leven leiden. Ongemerkt ging ik met minder plezier naar mijn werk. “Ik ben dat reizen zo beu”, verklaarde ik mijn meer en meer lagere

35 energie. Ik betrapte mijzelf er op dat ik af en toe overdag gaapte, iets dat de eerste maanden nooit was voorgekomen. Mijn administratieve taken bleven liggen; aan het eind van de week had ik er simpelweg de energie niet meer voor. Ik sloeg een keer een belronde naar ouders over op vrijdag en ik maakte lesvoorbereidingen te laat. De klad zat er in, en ik ontkende de onderliggende oorzaak.

Op eenendertig maart laste de SD een extra tutorenoverleg in om de kwaliteit van de lessen te bespreken. Ze merkte namelijk dat de lessen niet op het niveau zaten waar ze

hoorden te zijn. Waar kwam dat door? Hadden de onderlinge spanningen daar mee te maken? Het was even stil. Daarna nam een tutor het woord. Ik bleek niet de enige te zijn die last had van de negatief geworden sfeer. Een beladen gesprek volgde waarin iedereen vertelde wat er op zijn/haar hart lag, twijfels uitsprak, verwijten maakte, huilde en toenadering zocht.

Ondanks dat nog niet alle kou uit de lucht was, voelde ik mij na dit gesprek letterlijk tien kilo lichter. De maandag daarop tijdens het tutorenoverleg werd de lucht pas echt geklaard. Ik haalde opgelucht adem. Eindelijk hadden we elkaar in de ogen gekeken en gedaan wat we altijd deden; bespreken wat er niet goed was en het oplossen. Vanaf dat moment was de sfeer weer goed. Ik besloot om verschillende redenen niet te solliciteren voor de functie van assistent, de collega die in eerste instantie niet gevraagd was om te solliciteren kreeg een andere baan en ook de collega die de functie van assistent niet kreeg stroomde na de vakantie door naar een andere functie buiten het project. Vanaf april was de sfeer weer zoals vanouds. We hadden als team ook deze grootste uitdaging tot dan toe bedwongen.