• No results found

Steenafmetingen en basement

In document Oranjerie van Beerschoten (pagina 71-78)

3 Beerschoten en zijn oranjerie

4.4 Kleine vondsten

4.4.1 Steenafmetingen en basement

Voordat de opgraving van de oranjerie begon was er al onderzoek gedaan naar de afmetingen van de stenen. Op Internet werd er een omschrijving gevonden van een langhuisboerderij aan de Broekweg te Langbroek. Daarin stond vermeld dat de inrijpoort uit 1969 dateert en was gemaakt van de stenen afkomstig uit de oranjerie van Beerschoten te de Bilt. De oranjerie is rond 1969 afgebroken en rond dezelfde tijd woonde er een lid van de familie Steengracht op de boerderij. Wat zal verklaren hoe de stenen daar terecht zijn gekomen. Na een bezoek aan de boerderij te hebben gebracht werden de steenafmeting bekend (220x105x40 mm) en tevens de afmetingen van een natuurstenen stuk, dat later een basement van de kolommen bleek te zijn.

Afbeelding 4-23

Basement omgekeerd toegepast bij de inrijpoort aan de Broekweg te Langbroek (maart 2003, afb. eigen coll.)

Afbeelding 4-24

Natuurstenen basement (1965, fragment afb. Dhr. B. Nanning)

Afbeelding 4-25

Meting van de lagenmaat, stenen afkomstig van de oranjerie (maart 2003, afb. eigen coll.)

Dit basement is terug te zien in afb. 4-23 & 4-24 dat als voetstuk van de kolommen heeft gediend. Twee stuks zijn terug gevonden die ze omgekeerd bovenop het metselwerk aan beide zijden van de inrijdpoort hebben bevestigd. De afmetingen zijn 200 x 360 x 670 mm (h x d x b) hiermee werden meteen de afmetingen van de kolommen duidelijk.

Afstudeer scriptie f Dennis Elbersen Oranjerie van Beerschoten Jitse de Hoogh

4.4.2 Natuursteen

Tijdens de opgraving kwamen we een aantal stukken tegen die voor de reconstructie van groot belang konden zijn. Al het natuursteen dat afkomstig was uit de oranjerie is nauwkeurig bestudeerd. Door het meervoudig op foto’s vast te leggen en de stukken op te meten werd het mogelijk om het natuursteen exact na te tekenen in autocad. Met behulp van de digitale foto techniek in combinatie met het tekenprogramma was het mogelijk om de stukken over te trekken waarna deze als puzzelstukken konden worden gebruikt. De natuursteenstukken bevonden zich in de oranjerie. Waar dit natuursteen precies heeft gezeten zal in Hoofdstuk 5 aan de orde komen. Elk stuk is uitgebreid gemaatvoerd en op papier gezet welke te zien zijn in bijlage VIII.

Tekening 4-4

Voorbeeld van een van de uitgetekende natuurstenen stukken in autocad (augustus 2003)

De stukken zijn in aanzicht en doorsnede getekend met daarnaast een foto waarop een rolmaat is te zien waarmee de grote van het natuursteen is vastgelegd. De meeste stukken natuursteen zijn gefrijnd wat tevens op tekening is aangegeven. De breuklijnen van de gebroken stukken zijn precies nagetekend zodat goed te zien is welke in elkaar passen. Elk natuurstenen stuk werd genummerd met een stikker zodat er geen verwarring kon ontstaan. Het zijn er uiteindelijk 25 geworden. Hiervan hebben 7 stuks na enig puzzelwerk tot tekening 4-4 geleidt. Een

waarvan de plaats in de oranjerie meteen duidelijk werd.

Tekening 4-5

Gevonden natuursteen uitgetekende en als puzzelstukken samengevoegd (augustus 2003)

Afstudeer scriptie f Dennis Elbersen Oranjerie van Beerschoten Jitse de Hoogh

De twee grote natuurstenen stukken in tekening 4-4 waren gevonden op de natuursteenbrug van Beerschoten. Omdat deze daar op de kop lagen werd het pas na enige tijd duidelijk dat dit geen onderdelen van de brug waren. Deze twee stukken zijn samen een waterbak geweest waarin

water via een spuwer stroomde.49

Al het natuursteen in bijlage VIII valt onder hardsteen. Onder hardsteen wordt een brede verzameling van grijsblauwe, compacte kalkstenen verstaan die meer dan 300 miljoen jaar geleden (gedurende het Carboon) zijn gevormd. Kenmerken voor de steen zijn de talloze fossielen van schelpen, slakken, koralen en zeelelies die zich als witte doorsneden in de steen aftekenen. Grote groeven van hardsteen bevinden zich nabij Soignies in Henegouwen, in de uitlopers van de Belgische Ardennen. In het verleden is hardsteen in meerdere groeven gewonnen, maar de bekendste waren de groeven bij Soignies en Ecausinnes. De steen kent verschillende soorten aders, waaronder witte en zwarte aders (brandlagen). Vooral de zwarte aders bevatten nogal wat klei en bitumen en deze bepalen deels de kwaliteit van de steen. Wanneer hardsteen wordt aangeslagen, ontwikkelt zich een typisch, zwavelhoudend geurtje uit de bitumineuze laagjes. Vandaar ook de benaming ‘stinkkalk’. Hardsteen is weerbestendig. Het meest gebruikte natuursteen in Nederland en wordt dan ook in vele gebouwen en in plaveisels van straten (stoepbanden en dergelijke) teruggevonden.

Afbeelding 4-26

Hardsteen, monster op ware grootte, gescharreerd (afb. uit Natuursteen in Monumenten)

Hardsteen kan op verschillende manieren bewerkt worden: boucharderen, frijnen, zandstralen, schuren en polijsten en dan nog geolied of in de was worden gezet. Niet al deze bewerkingen kon men vroeger al toepassen. Bepaalde bewerkingen zijn geschikt om traptreden, stoepen of onderdorpels een antislipprofiel te geven. Nat natuursteen wordt al snel glad en is daarom vaak bewerkt om het oppervlak wat ruwer te maken. Het gevonden hardsteen afkomstig van de oranjerie is grotendeels ook bewerkt. De oppervlakken die in zicht kwamen werden gefrijnd.

Afstudeer scriptie f Dennis Elbersen Oranjerie van Beerschoten Jitse de Hoogh

4.4.3 De schelp (stroomgod)

Foto’s verkregen via dhr. Th. J. Wit. Het beeld (schelp) ligt nu gerestaureerd nabij het kasteel Sterkenburg waar er een mal van gemaakt zal worden Het is in eigendom van Jonkheer Steengracht van Oostcapelle. Dit beeld heeft zich op de begane grond van de oranjerie bevonden met daaronder de natuursteenbak waarin het water terecht kwam. Waarschijnlijk werd het regenwater in de dakgoot opgevangen en via de spuwer (schelp) en waterbak afgevoerd naar de gemetselde afvoer.

Afbeelding 4-27

Schelp in de oranjerie (1964, afb. Th. Wit)

Afbeelding 4-28

Schelp gerestaureerd (2003, afb. Th. Wit)

Afbeelding 4-29

Schoonmaken van de schelp (2002, afb. Th. Wit)

Afbeelding 4-30 Afbeelding 4-31

Gegevens van de schelp 1770mm breed, 1150 mm hoog en heeft een grootste diepte van 560 mm van neus tot achterzijde schelp. Hierdoor is het aannemelijk dat er sprake was van een blok

Afstudeer scriptie f Dennis Elbersen Oranjerie van Beerschoten Jitse de Hoogh

maskeron is oorspronkelijk een onderdeel van een cascade de mogelijk in de 18de eeuwse aanleg

van het park was opgesteld. Vermoedelijk een spuwer die water geeft aan een watertrap met onder links en rechts zogehete stroomgoden waarna het water in een vijver stroomt. Afbeelding 5-5, stroomgoden in park Rosendael te Rosendaal. Bij omvormen van het park in landschapsstijl werden zulke elementen als het ware overbodig en vaak in onderdelen elders toegepast zoals op Beerschoten in de oranjerie

De schelp is vervaardigd van Bentheimer zandsteen en is van hoge kwaliteit.

Bentheimer zandsteen (uit de omgeving van Bentheim en Gildehaus in Duitsland) is een geelachtige tot grijswitte steen met een midelmatig grove korrel (diameter circa 0.2 mm). Er bestaat ook een rozerood getinte variëteit van de Bentheimer zandsteen, maar het aantal banken hiervan is beperkt. Soms komen dunne, niet doorgaande niveaus van sliklagen voor. Ook littekens van kleine schelpen (waarbij de kalk van de schelp is opgelost) worden vaak in Bentheimer zandsteen aangetroffen. Vanwege de zuivere samenstelling (het overheersende mineraal is het stabiele, slechts langzaam verwerende kwarts) en de open poriënstructuur (waardoor vocht snel wordt afgestaan) is de steen uitermate weervast. De steen is onder meer verwerkt aan kerken in Oost-Nederland, zoals die te Oldenzaal, Delden, Haaksbergen en

Oostmarsum (12de tot 15de eeuw) en aan zeer veel andere monumenten uit de 16de tot de 18de eeuw

in Nederland.51

Afbeelding 4-32

Bentheimer zandsteen, monster op ware grootte, gezaagd oppervlak (afb. uit Natuursteen in monumeten)

Afbeelding 4-33

Rode zandsteen (rode Wezer of rode Bremer

zandsteen), monster op ware grote, gezaagd oppervlak (afb. uit Natuursteen in monumeten)

Afstudeer scriptie f Dennis Elbersen Oranjerie van Beerschoten Jitse de Hoogh

4.4.4 Kapiteel

In oktober bleek dat de gemeente de Bilt een kapiteel in bezit heeft die afkomstig is van de oranjerie van Beerschoten. Dit kapiteel lag opgeslagen in de kelder van het gemeentehuis Jaghtlust. Na het maken van een afspraak om deze van dichtbij te bekijken is het kapiteel

opgemeten en vastgelegd op enkele foto’s.52 De afmetingen van de onderzijde van het kapiteel dat

aansloot op de kolom luiden: 460 x 230 mm (b x d), de hoogte 460 mm. De gemeente De Bilt wil dit exemplaar eventueel ter beschikking stellen als mal.

Afbeelding 4-34

Voorzijde kapiteel (oktober 2003, afb. eigen coll.)

Afbeelding 4-35

Zijkant kapiteel, een deel is helaas afgebroken

Afbeelding 4-36

Onderkant kapiteel dat aansloot op de kolom

Afbeelding 4-37

Op afb. 4-36 is duidelijk te zien dat het kapiteel schuin is afgesneden, hieruit is te herleiden dat dit deel op een van de 4 hoeken van de oranjerie heeft gezeten. Op het kapiteel is een sierlijk blad te zien, Acanthus(blad) genaamd:

Afstudeer scriptie f Dennis Elbersen Oranjerie van Beerschoten Jitse de Hoogh

Acanthus

Tekening 4-6

Afbeelding van Internet53

De acanthus is een doornachtige plant waarvan de sierlijk krullende bladeren als voorbeeld werden gebruikt voor ornamenten in de bouwkunst, bijv. in het Corinthische kapiteel.

Het kapiteel is vervaardigd van terracotta. Op de Heuvelrug zijn diverse bedrijven op het gebied van keramische industrie gevestigd geweest. Amerongen, Elst en Rhenen beschikte over baksteen- fabrieken, die in de uiterwaarden van de Rijn gelegen waren. Hiervan is het bedrijf in Elst nog actief, overigens de laatste werkende baksteenfabriek in de provincie Utrecht. In Rhenen staat een vervallen overblijfsel in het natuurgebied De Blauwe Kamer.

In Zeist stond sinds 1835 een bedrijf dat terracottaproducten vervaardigde. Zoals veel van de Zeister industrie, was ook deze fabriek gelegen nabij de gebouwen van de Broedergemeente. De terracottafabriek, oorspronkelijk begonnen als een werkplaats waar kachelovens werden gemaakt, werd in 1840 overgenomen door de uit Duitsland afkomstige E.C. Martin, onder wiens leiding het bedrijf een zekere reputatie verwierf. Naast rijk versierde kachels maakte het bedrijf vazen en beeldjes. De fabriek was in 1922 genoodzaakt te sluiten als gevolg van een slechte bedrijfsvoering. Tot enkele jaren geleden, vormden de directievilla aan de Lageweg met een aantal kleinere restanten van het bedrijf de laatste herinneringen aan de Terracottafabriek Martin. In 1996 zijn

deze gebouwen gesloopt.54

Afbeelding 4-38

Het woonhuis van E.C. Martin aan de Lageweg 39-43 te Zeist. Martin had een bedrijf in terracottaproducten. Zijn woonhuisgevel kan men zien als een proeve van zijn kunnen beschouwen, de terracotta-elementen zijn ruimschoots verwerkt.

Afbeelding 4-39

Voordeur woonhuis met in het bovenlicht ‘E.C. Martin’ (december 2003, afb. eigen coll.)

Afstudeer scriptie f Dennis Elbersen Oranjerie van Beerschoten Jitse de Hoogh

Op het terracotta kapiteel dat in bezit is van de gemeente De Bilt zaten resten van een dikke witte verflaag. Hiervan is er een stukje verf ingescand en hebben we deze kleur toegepast in de reconstructie van de oranjerie.

Afbeelding 4-40

stukje verflaag afkomstig van het kapiteel (november 2003, eigen coll.)

De kleur van de kapitelen is veel lichter geweest dan de kleur van de gevel dit is af te leiden van de foto afb. 1-1. Vandaar dat we de kleur van het kapiteel hebben aangepast aan de hand van dit stukje verf. Het kleuronderzoek was gedaan aan de hand van een stukje van het kapiteel welke gevonden was tijdens de opgraving maar hierop bevond zich geen verflaag.

In document Oranjerie van Beerschoten (pagina 71-78)