In dit onderzoek stond de uit Engeland overgewaaide pre-packprocedure, waarbij het gaat om de overname van een failliete onderneming als gevolg van een voorafgaand aan het faillissement voorbereide doorstart, centraal. Voorafgaand aan het faillissement wordt een beoogd curator benoemd die in stilte een doorstart zal voorbereiden, na faillietverklaring kan deze doorstart direct worden uitgevoerd. In de literatuur en door de praktijk is veelvuldig gewezen op de vele voordelen die de pre-pack met zich brengt, zoals de verhoogde kans op een succesvolle doorstart, het voorkomen van chaos, het verkleinen van de kans op waardeverlies en zelfs het vergroten van de kans op behoud van werkgelegenheid. Ondanks al deze voordelen zijn er ook kritische kanttekeningen geplaatst bij de pre-pack, met name vanuit het arbeidsrecht. De pre-pack zou misbruik in de hand werken, vooral doordat de regels betreffende overgang van onderneming niet van toepassing zijn in faillissement. De pre-pack zou op die manier een goedkope en gemakkelijke manier van reorganiseren in de hand werken, waarbij geen rekening wordt gehouden met de arbeidsrechtelijke bescherming van werknemers. Daarbij kwam nog dat de pre-pack geen wettelijke basis had. Van dit laatste is op dit moment geen sprake meer, op 21 juni 2016 is de WCO I immers aangenomen door de Tweede Kamer. Op deze wijze wordt de pre-pack in Nederland gecodificeerd.
De vraag die in dit onderzoek diende te worden beantwoord was of bij de WCO I voldoende rekening is gehouden met de positie van werknemers. De onderzoeksvraag luidde dan ook “Tot welke arbeidsrechtelijke complicaties leidt de Wet Continuïteit Ondernemingen I
en hoe zijn deze op te lossen?”. Aan de hand van vier hoofdstukken is gepoogd een antwoord
te geven op deze vraag. In het navolgende zullen de voornaamste conclusies worden besproken.
Zoals veelvuldig naar voren is gekomen is de pre-pack gebaseerd op de Engelse pre-packaged administration. In Nederland bestond er tot voor kort geen wettelijke regeling voor de pre-pack, het was daarom merkwaardig te noemen dat acht van de elf rechtbanken de pre-pack desondanks toepasten. Op het moment dat de WCO I in werking treedt, zal van deze merkwaardige situatie geen sprake meer zijn. Op basis van de WCO I dient de schuldenaar die de rechtbank verzoekt een beoogd curator te benoemen slechts summierlijk aan te tonen dat de stille-bewindvoering meerwaarde heeft ten opzichte van de reguliere procedure. Of de wetgever bij het opstellen van deze beperkte toets de juiste keuze heeft gemaakt valt te betwijfelen, gezien de in de literatuur veelvuldig gevreesde kans op misbruik.
Vooral vanuit het arbeidsrecht is veel kritiek geuit op de pre-pack. Het faillissement van een werkgever leidt veelal tot afwijking van arbeidsrechtelijke beschermingsregels. Sommige bepalingen vervallen zelfs geheel in faillissement. Deze afwijkingen van het normaal geldende recht zijn geschreven met het oog op de reguliere procedures. De doelstelling van een pre-pack en de wijze waarop deze wordt uitgevoerd leiden met betrekking tot een aantal aspecten tot onwenselijke gevolgen of onduidelijkheden.
De kern van de problematiek zag op de regels van overgang van onderneming,
medezeggenschap en misbruik. Aangezien de pre-pack gericht is op continuïteit van de onderneming en de voorbereiding van de transactie plaatsvindt voorafgaand aan het faillissement wordt door velen betoogd dat de regels betreffende overgang van onderneming, anders dan bij een normaal faillissement, bij een pre-pack wel van toepassing zijn. Dit zou ertoe leiden dat de doorstarter alle werknemers van de failliet moet overnemen. Uiteraard is dit onwenselijk voor de doorstarter. Op dit moment heerst er over dit onderwerp grote onduidelijkheid. Inmiddels zijn er prejudiciële vragen gesteld aan het HvJEU, dus voor nu is het afwachten.
Wat betreft de medezeggenschap is in de literatuur gediscussieerd over de vraag of en
in hoeverre de OR voor en tijdens de stille-bewindvoeringsfase dient te worden betrokken. Recentelijk heeft de OK geoordeeld dat de OR geen medezeggenschapsrechten toekomt in faillissement van de werkgever. Het is onzeker welke invloed deze uitspraak heeft op de recentelijk aangepaste tekst van de WCO I, waaruit blijkt dat de OR of personeelsvertegenwoordiging bij de stille-bewindvoeringsfase moet worden betrokken. De wetgever heeft immers niet toegelicht wat men dient te verstaan onder het ‘betrekken’ van de werknemersvertegenwoordigers. Als we de OK moeten volgen houdt het in ieder geval geen adviesrecht in. De OK heeft echter ruimte gelaten voor uitzonderingen. Onduidelijk is of de pre-packprocedure een dergelijke uitzondering vormt.
Het derde grote kritiekpunt betreft misbruik van faillissementsrecht. Aangezien de pre-
packprocedure de mogelijkheid biedt om in stilte snel een doorstart te bewerkstelligen en de regels van overgang van onderneming tot op heden niet van toepassing zijn in faillissement (ongeacht of er sprake is van een reguliere of pre-packprocedure), is het voor de werkgever erg aantrekkelijk om de pre-pack in te zetten als goedkoop reorganisatiemiddel. Het aanvragen van het eigen faillissement met het hoofdzakelijke doel om de werknemersbescherming te ontlopen wordt beschouwd als misbruik van faillissementsrecht. Volgens velen werkt het aantrekkelijke karakter van een pre-pack misbruik in de hand. Werknemers kunnen zich wel tegen misbruik beschermen, maar het instrumentarium van de werknemer is veelal gebonden aan zeer korte
termijnen. Daarbij komt dat misbruik veelal lastig aan te tonen is, waardoor op de werknemers een zware bewijslast rust.
Kortom, de wet bevat veel leemtes en onduidelijke en/of onredelijke bepalingen als het
gaat om een pre-pack. Gelukkig zijn deze problemen niet onoplosbaar. Er zijn diverse mogelijkheden waarop de bezwaren kunnen worden weggenomen.
Bij het probleem van overgang van onderneming moet men zich realiseren dat het van
toepassing verklaren van de regels van overgang van onderneming niet per definitie tot een betere positie van de werknemer leidt. Integendeel, de werknemer is gebaat bij een snelle doorstart met zoveel mogelijk behoud van werkgelegenheid en juist door de stille- voorbereiding is de kans op een succesvolle doorstart groter. Indien de overname van een failliete onderneming in het kader van een pre-pack kan worden gekwalificeerd als overgang van onderneming zal de pre-packprocedure een stuk minder aantrekkelijk zijn. Het zal lastig worden een koper te vinden, met name omdat deze niet alle werknemers wil overnemen. Dit kan er in het ergste geval toe leiden dat de procedure alsnog in liquidatie eindigt. Echter werkt het niet van toepassing zijn van de Richtlijn misbruik in de hand, daarom is het beter de kans op misbruik te verkleinen dan wel te voorkomen. Indien het risico op misbruik immers wordt weggenomen, zijn werknemers beter af bij een pre-pack dan bij een reguliere doorstart. Zij hebben er dan bovendien juist baat bij als de Richtlijn niet van toepassing is.
Voor het verkleinen van de kans op misbruik bestaan verschillende oplossingen. Ten
eerste dient het verzoek tot benoeming van een beoogd curator te worden onderworpen aan een strengere toets dan artikel 363 Fw op dit moment voorschrijft. Er moet objectief komen vast te staan dat het faillissement zonder stille-bewindvoering hoe dan ook onafwendbaar is. Daarnaast dienen de bevoegdheden van de curator duidelijk te worden vastgelegd. Indien hij merkt dat het faillissement wel afwendbaar is, of het faillissement wordt ingezet voor oneigenlijke doeleinden, dient hij de bevoegdheid te hebben de stille-bewindvoering af te breken. Tot slot dienen werknemers betere mogelijkheden te hebben om zich te verzetten tegen misbruik. Dit kan hetzij door de verzetstermijn te verlengen in het kader van een pre-pack, hetzij een speciale verzetsmogelijkheid te creëren voor pre-packprocedures.
Met betrekking tot het waarborgen van de medezeggenschap meen ik dat de pre-
packprocedure een uitzondering kan vormen op de recente OK uitspraak. Aangezien bij een pre-pack een periode van voorbereiding voorafgaand aan het faillissement plaatsvindt, is er wel degelijk tijd om de OR voor en tijdens dit proces te raadplegen. De huidige tekst van de WCO I stelt als voorwaarde dat de OR moet worden betrokken bij de stille-bewindvoeringsfase, maar deze bepaling mist een nadere invulling. Het is onduidelijk welke rechten de OR dan precies
heeft. In het belang van de rechtszekerheid is het daarom wenselijk deze bepaling te concretiseren en verduidelijken, door de OR bijvoorbeeld een adviesrecht toe te kennen met betrekking tot belangrijke besluiten die genomen worden in het kader van de stille- bewindvoering. In verband met mogelijke vertraging zou een adviesrecht zonder beroepsmogelijkheid op zijn plaats zijn. Op deze wijze wordt niet alleen het bezwaar dat de medezeggenschap niet voldoende wordt gewaarborgd bij een pre-pack weggenomen, ook de kans op misbruik en uitbuiting van werknemers aanzienlijk kleiner door betrokkenheid van de OR.
Door bovenstaande oplossingen is harmonie tussen het arbeids- en insolventierecht wellicht toch mogelijk.
Literatuur- en bronnenlijst
LITERATUUR
Antonis, TvI 2000/1
A. Antonis, ‘De werknemer en faillissement’, Tijdschrift voor Insolventierecht 2000/1. Beke & Wolterman, TvI 2012/31
K. Beke & P. Wolterman, ‘Verslag seminar “De Nederlandse pre-pack - ready for take off?” d.d. 11 april te Amsterdam’, Tijdschrift voor Insolventierecht 2012/31.
Beltzer, FIP 2014/360
R.M. Beltzer, Overgang van onderneming en faillissement: over een blinde vlek bij curatoren en wishful thinking onder arbeidsrechtjuristen, Tijdschrift Financiering, Zekerheden en
Insolventiepraktijk 2014/360.
Beltzer O&F 2015/1
R.M. Beltzer, ‘Continuïteit van ondernemingen en pre-pack – hoe een idee een Europese richtlijn mist’, Onderneming en Financiering 2015/1, p. 32-43
Boot, AR 2013/37
G.C. Boot, ‘Rembrandt, de pre-pack en het faillissementsrecht als uitlaatklep’, ArbeidsRecht 2013/37.
Bouwens, Roozendaal & Bij de Vaate 2016
W.H.A.C.M. Bouwens, W.L. Roozendaal, D.M.A. Bij de Vaate, ‘Werknemers en insolventie. Een rechtsvergelijkende studie naar de rechtspositie van werknemers bij insolventie van de werkgever’, Maart 2016.
Bouwens, Roozendaal & Bij de Vaate, TAP 2016/172
W.H.A.C.M. Bouwens, W.L. Roozendaal, D.M.A. Bij de Vaate, ‘De doorstart in rechtsvergelijkend perspectief’, Tijdschrift voor de Arbeidsrechtpraktijk 2016/172.
Companies House 2016
Companies House, Liquidation and Insolvency, 2016. Bron:
https://www.gov.uk/government/uploads/system/uploads/attachment_data/file/533389/GPO8 _Liquidation_and_Insolvency_v3.12-ver0.3.pdf
Conway 2016
L. Conway, Briefing paper: ‘Pre-pack administrations’, House of Commons library, Number CBP5035, 20 januari 2016.
Bron: http://researchbriefings.files.parliament.uk/documents/SN05035/SN05035.pdf Field Fischer Waterhouse 2011
Field Fischer Waterhouse, ‘An Overview of UK Insolvency Procedures and the Considerations
for Banks with an Insolvent Customer’, 2011.
Goode 2011
R. Goode, Principles of Corporate Insolvency Law, Londen: Sweet & Maxwell 2011. Van der Ham, AR 2014/28
R.J. van der Ham, ‘Liever failliet dan doorgaan met slecht personeel: over het risico van misbruik van de pre-pack’, Arbeidsrecht 2014/28.
Van Hees, OR 2014/79
J.J. van Hees, ‘Stille bewindvoering: pre-packen en wegwezen?’, Ondernemingsrecht 2014/79. Hufman & Zaal, TAO 2014/2
P. Hufman & I. Zaal, ‘Insolventie en arbeid: tijd voor een integrale benadering’, Tijdschrift
voor Arbeid & Onderneming 2014/2.
Hufman & Zaal, AR 2015/34
P. Hufman & I. Zaal, ‘Pre-pack perikelen: tijd voor een update’, Arbeidsrecht 2015/34. Huijgen, T&C BW, commentaar bij art. 3:13 BW
W.G. Huijgen, Tekst & Commentaar Burgerlijk Wetboek, commentaar bij artikel 3:13 BW, bijgewerkt tot 15 februari 2015.
Hummelen, TvI 2015/2
J.M. Hummelen, ‘Het verkoopproces in een pre-packaged activatransactie’, Tijdschrift voor
Insolventierecht 2015/2.
Insolad 2008
Insolad, Jaarboek: Doorstart, Deventer: Kluwer 2008. Linklaters 2009
Linklaters, Brief guide to English Corporate Insolvency Law, 2009.
Bron: http://www.linklaters.com/pdfs/Insights/banking/Guidetoinsolvency.pdf Loesberg, TOP 2013/1
E.Loesberg, ‘Pre-pack in het Nederlandse faillissementsrecht: Heiligt het doel de middelen?’,
Tijdschrift voor de Ondernemingspraktijk 2013/1.
Loesberg, FIP 2014/365
E. Loesberg, ‘De failliete werkgever en zijn werknemers’, Tijdschrift Financiering, Zekerheden
en Insolventiepraktijk 2014/365.
McKenzie-Vass & Verheul, TvI 2015/24
S.C. McKenzie-Vass & E.F. Verheul, ‘Voorverpakte garnalen: ‘Het beste van beide kwaden’,
Tijdschrift voor Insolventierecht 2015/24.
Van der Pijl, AR 2013/38
J. van der Pijl, ‘Opvolgend werkgeverschap na een doorstart – een nieuw begin of toch niet?’,
Arbeidsrecht 2013/38.
Van der Pijl, FIP 2014/364
J. van der Pijl, ‘Misbruik van faillissementsrecht – over gedupeerde werknemers en glad ijs’,
Tijdschrift Financiering, Zekerheden en Insolventiepraktijk 2014/364.
Pinedo & Van Bracht, AR 2016/4
D.B.M. Pinedo en C.C.M. van Bracht, ‘Insolventieontslag onder de Wet Werk en Zekerheid,
PWC Business Recovery Services 2009
PWC Business Recovery Services, ‘Insolvency in brief: A guide to insolvency terminology and
procedure’, 2009, p. 9.
Bron: https://www.pwc.co.uk/assets/pdf/insolvency-in-brief.pdf Sagel, TRA 2015/56
S.F. Sagel, ‘Het ontslag op staande voet en de WWZ (II)’, Tijdschrift Recht en Arbeid 2015/56. Schaink, AR 2013/39
P.R.W. Schaink, ‘Misbruik van Faillissementsrecht: pro’s en contra’s’, Arbeidsrecht 2013/39. Schaink, TvI 2015/16
P.R.W. Schaink, ‘Werknemers en hun failliete werkgever: door de bril van de doorstarter’,
Tijdschrift voor Insolventierecht 2015/16.
SER, NJB 2016/819
Sociaal Economische Raad, Schema medezeggenschap bij faillissement, Nederlands
Juristenblad 2016/819.
Bron: https://www.ser.nl/nl/themas/or-en-medezeggenschap/or-faillissement.aspx Tacoma & Weebers-Vrenken, Vastgoedrecht 2015/5
O. Tacoma & C. Weebers-Vrenken, ‘Het nieuwe wetsvoorstel voor de stille bewindvoerders (pre-pack)’, Vastgoedrecht 2015/5.
The Insolvency Service 2011
The Insolvency Service, ‘Annual Report on the Operation of Statement of Insolvency Practice
16’, January/December 2011.
Bron: https://www.gov.uk/government/publications/statements-of-insolvency-practice- 16-sip-16
Tollenaar, TvI 2011/23
N.W.A. Tollenaar, ‘Failissementsrechters van Nederland: geef ons de pre-pack!’, Tijdschrift
voor Insolventierecht, 2011/23.
Verburg, FIP 2014/361
L.G. Verburg, ‘De doorstart in faillissement en het debiet van ‘662’’, Tijdschrift Financiering,
Zekerheden en Insolventierechtpraktijk 2014/361.
Verburg & Said, TRA 2016/33
F.M. Verburg & S. Said, ‘Misbruik van faillissementsrecht: de rechten van de gedupeerde werknemer centraal gesteld’, Tijdschrift Recht en Arbeid 2016/33.
Verkerk, Windt & Rozendal, TvI 2014/40
R.R. Verkerk, M. Windt en T.L. Rozendal, ‘Prepacks: transparantie en verantwoording achteraf’, Tijdschrift voor Insolventierecht 2014/40.
Vriesendorp 2013
R. D. Vriesendorp, Insolventierecht, Deventer: Kluwer 2013. Van Vugt, FIP 2014/47
M.H.F. van Vugt, ‘De Nederlandse pre-pack: time-out please!’, Tijdschrift Financiering,
Zekerheden en Insolventiepraktijk 2014/147.
Wiering, BTB Magazine 2013/3
Wolffram-van Doorn & Schmieman, TvI 2015/34
A.M. Wolffram-van Doorn & E. Schmieman, ‘De Wet Continuïteit Ondernemingen I: een stevige eerste steen voor de nieuwe reorganisatiepijler’, Tijdschrift voor Insolventierecht 2015/34.
Xie, International Insolvency Review 2012/21
B. Xie, ‘Role of Insolvency Practioners in the UK Pre-pack Administrations: Challenges and Control’, International Insolvency Review 2012/21.
Zaal, AR 2013/40
I. Zaal, ‘Faillissement en doorstart: de positie van de OR en vakbonden’, Arbeidsrecht 2013/40. Zaal, FIP 2014/363
I. Zaal, ‘De rol van de OR bij een pre-pack: tijd voor een wettelijke regeling’, Tijdschrift
Financiering, Zekerheden en Insolventiepraktijk 2014/363.
Van Zanten, AR 2013/47
M.R. van Zanten, ‘Aan het werk met de pre-pack!’, ArbeidsRecht 2013/47. Van Zanten, FIP 2015/269
M.R. van Zanten, ‘De pre-pack, (aan)winst voor de insolventiepraktijk’, Tijdschrift
Financiering, Zekerheden en Insolventiepraktijk 2015/269.
Van Zanten, FIP 2015/311
M.R. van Zanten, ‘De pre-pack, (aan)winst voor de insolventiepraktijk – deel 2’, Tijdschrift
PARLEMENTAIRE STUKKEN
33 695 (Wetgevingsprogramma Herijking Faillissementsrecht)
Kamerstukken II 2012-13, 33 695, nr. 1. Kamerstukken II 2013-14, 33 695, nr. 3. Kamerstukken II 2013-14, 33 695, nr. 5. Kamerstukken II 2014-15, 33 695, nr. 7.
34 218 (Wet Continuïteit Ondernemingen I)
Kamerstukken II 2014-15, 34 218, nr. 1. Kamerstukken II 2014-15, 34 218, nr. 2. Kamerstukken II 2014-15, 34 218, nr. 3.
Externe adviezen Bijlagen 524173 en 524174 bij Kamerstukken II 2014-15, 34 218, nr. 3.
Kamerstukken II 2015-16, 34 218, nr. 9. Kamerstukken II 2015-16, 34 218, nr. A. Kamerstukken II 2015-16, 34 218, nr. 13
33 818 (Wet Werk en Zekerheid)
Kamerstukken II 2013-14, 33 818, nr. 3. Kamerstukken II 2013-14, 33 818, nr. 7
33 988 (Verzamelwet SZW 2015)
JURISPRUDENTIE
Europees Hof van Justitie, 7 februari 1985, C-135/83, ECLI:EU:C:1985:55 (Abels) Vindplaatsen:
EUR-Lex
Hoge Raad 30 oktober 1987, ECLI:NL:HR:1987:AD0033 Vindplaatsen:
NJ 1988/191 met noot Stein RvdW 1987/196
Europees Hof van Justitie, 25 juli 1991, C-362/89, ECLI:EU:C:1991:326 (D’Urso) Vindplaatsen:
EUR-Lex
Europees Hof van Justitie, 7 december 1995, T-472/93, ECLI:EU:T:1995:35 (Spano) Vindplaatsen:
EUR-Lex
Hof ’s-Gravenhage 10 januari 1996, ECLI:NL:GHSGR:1996:AC1243 (Ammerlaan) Vindplaatsen:
JOR 1996/16 met noot Kortmann NJ 1997/75
Hoge Raad 29 juni 2001, ECLI:NL:HR:2001:AB2388 Vindplaatsen:
Rechtspraak.nl
AA 20020260 met noot Vriesendorp TvI 2001 met noot Van der Voet JOR 2001/169
Hoge Raad 28 mei 2004, ECLI:NL:HR:2004:AP0084 Vindplaatsen:
Rechtspraak.nl
JAR 2004/166 met noot Beltzer OR 2004/148 met noot Spanjaard JOR 2004/216
NJ 2006/ 4
Europees Hof van Justitie, 26 mei 2005, C-478/03, ECLI:EU:C:2005:321 (Celtec) Vindplaatsen:
EUR-Lex
Rechtbank 's-Hertogenbosch 22 februari 2005, ECLI:NL:RBSHE:2005:AT4049 Vindplaatsen:
JOR 2005/109 met noot Loesberg
Rechtbank ’s-Hertogenbosch, 22 februari 2011, ECLI:NL:RBSHE:2011:BU8187 Vindplaatsen:
Rechtbank Maastricht, 28 november 2012, ECLI:NL:RBMAA:2012:BY4595 Vindplaatsen:
Rechtspraak.nl
JOR 2013/63 met noot Van Hees
Hoge Raad 11 mei 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV9603 (Wolters/Van Tuinen) Vindplaatsen:
Rechtspraak.nl
JOR 2012/278 met noot Loesberg JAR 2012/150 met noot Beltzer JIN 2012/111 met noot Houweling NJ 2013/171 met noot Verhulp AA 2012/0933 met noot Bouwens NJB 2012/1221
RvdW 2012/725 RAR 2012/109
AR-Updates.nl 2012-0470
Rechtbank Gelderland 11 november 2015, ECLI:NL:RBGEL:2015:7439 Vindplaatsen:
Rechtspraak.nl
JIN 2016/52 met noot Schuurman en Meerman AR-Updates.nl 2015-1206
Prg. 2016/30
Hof ’s-Hertogenbosch 26 maart 2015, ECLI:NL:GHSHE:2015:1079 Vindplaatsen: Rechtspraak.nl AR-Updates.nl 2015-0299 GZR-Updates.nl 2015-0156 INS.nl 2015-0009 INS-Updates.nl 2015-0009
Kantonrechter Almelo 28 juli 2015, ECLI:NL:RBOVE:2015:3589 (Heiploeg) Vindplaatsen:
Rechtspraak.nl
AR-Updates.nl 2015-0705 INS-Updats.nl 2015-0160
JAR 2015/220 met noot Van der Pijl JOR 2015/283 met noot Loesberg JIN 2015/174 met noot Van Aardenne RAR 2015/154
TvPP 2015/5 NTHR 2015/5
Kantonrechter Arnhem 15 januari 2016, ECLI:NL:RBGEL:2016:190 Vindplaatsen:
Rechtspraak.nl
JOR 2016/82 met noot Loesberg JAR 2016/48 met noot De Jong JIN 2016/74 met noot Ettema
AR-Updates.nl 2016-0054 INS-Updates.nl 2016-0069 Prg. 2016/74
Gerechtshof Amsterdam (OK) 26 mei 2016, ECLI:NL:GHAMS:2016:2020 Vindplaatsen:
Rechtspraak.nl
AR-Updates.nl 2016-0555
Oakland v Wellswood (Yorkshire) Ltd UKEAT/0395/08/DM 30 Juli 2009
OTG Ltd v Barke & Ors UKEAT/0320/09/RN 16 Februari 2011
DIGITALE BRONNEN
Stemmingsoverzicht WCO I Te raadplegen via:
https://www.eerstekamer.nl/behandeling/20160621/stemmingsoverzicht_tweede_kamer_6 Company Rescue, Administration – a detailed guide
Te raadplegen via:
http://www.companyrescue.co.uk/company-administration/detailed-administration Faillissementsverslag Heiploeg
Te raadplegen via:
http://www.dorhout.nl/downloads/Verslag_stille_bewindvoering.20140204.PDF Faillissementsverslag De Harendse Smid
Te raadplegen via: http://bgadvocaten.nl/nl/actualiteiten/kantoornieuws/failissementsverslag-%22de-harense- smid%22/ Faillissementsverslag De Schoenenreus Te raadplegen via: https://abenslag.nl/fileadmin/user_upload/Schoenenreus/persbericht_ Schoenenreus.PDF
Faillissementsverslag Marlies Dekkers Te raadplegen via:
http://www.faillissementsdossier.nl/nieuws/7088/marlies-dekkers-maakt-doorstart.aspx Faillissementsverslag Ruwaard van Putten Ziekenhuis
Te raadplegen via: http://dvdw.n/media/112055/f.09.13.531_st._ruwaard_van_puttenziekenhuis_ openbaar_verslag_1.PDF Faillissementsverslag Estro Te raadplegen via: http://www.boekel.com/media/1137967 Insolad, Praktijkregels beoogd curator Te raadplegen via: