• No results found

De overtuiging dat in het belang van de Indische kustvaart zoodra mogelijk geheel behoort te worden aangenomen de in Nederland gevolgde vrijgevige wetgeving op dit

In document •NHMM BIBLIOTHEEK KITLV (pagina 189-200)

punt, leidde dan Ook het Indisch Bestuur tot het doen van daartoe strekkende

voorstel-len aan het opperbestuur, welker gevolg echter tot een volgend jaar behoort.

( 184 )

Tot eene andere wijziging van bestaande bepalingen,' mede van invloed op de vrije ont-wikkeling der vaart, is door den Koning gedurende dit jaar magtiging verleend. Bij art. 12 van het reglement op de zeebrieven en scheepspassen {Staatsblad 1818, n°. 59) was be-paald , dat schippers of gezagvoerders van eenig vaartuig , aan ingezetenen van Neder-landsch Indie toebehoorende, voor hetwelk een zeebrief verkregen is, zich zullen moeten voorzien van een pas, geschreven op een bij ordonnantie (Staatsblad 1817, n°. 50) bepaald zegel, voor elke bijzondere reis door hen te doen.

Sedert de gelijkstelling door de Nederlandsche scheepvaartwetten van de Nederland-sche met de Nederlandsch-IndiNederland-sche Nederland-schepen, werd deze bepaling ook op de eerstgenoemde toegepast. Vreemde schepen echter waren aan deze heffing niet onderworpen, zoodat de last uitsluitend op de Nederlandsche en Nederlandsch-Indische scheepvaart drukte.

De opheffing van dien last kwam derhalve in alle opzigten wenschelijk voor en ge-schiedde , na bekomen magtiging, bij publicatie, opgenomen in het Staatsblad van 1853, n°. 96.

c. S c h e e p s b o u w .

Het aantal particuliere scheepstimmerwerven in 1853 op Java en Madura aanwezig bedroeg in de residentie Batavia negen, alle slechts bestemd voor den aanbouw van inlandsche vaartuigen; in de residentie Rembang twee, waarvan ééne te Dassoon vrij belangrijk is ; en in de residentie Soerabaija drie voor den aanbouw en drie voor r e -paratie van zeevaartuigen.

§ 2. Binnenlandsche handel.

a. O p J a v a e n M a d u r a .

Omtrent dit onderwerp zijn de volgende genoegzaam algemeen gunstige opgaven ge-trokken uit de verslagen der hoofden van gewestelijk bestuur.

BANTAM.

De voornaamste handel van Bantam wordt gedreven tusschen die residentie en Bata-via en de Ommelanden, zoomede met de L.ampongsche districten. Eene levendige vaart van allerlei inlandsche praauwen bestaat er tusschen die plaatsen, en de bedrijvigheid

van den handel is het geheele jaar door zeer druk.

Onder de artikelen van invoer komen hoofdzakelijk voor : gambier, tabak, k a p a s , katoenen , garens en lijnwaden.

De voorwerpen van uitvoer zijn voornamelijk Batamsche aardewerken, areng- of Javasche suiker, rijst, klapper- en katjang-olie, vruchten en eindelijk gomelastiek of kollelet,

van welk laatste alleen voor f 105,000 als uitgevoerd voorkomt, waarvan echter een gedeelte werd aangevoerd uit de Lampongs.

De plaatsen waar het meeste vertier in den handel bestaat zijn T a n a r a , Bantam en Laboean (Tjiringien). Aldaar bestaan Chinesche kampen, waar de handel meest door Chinezen wordt gedreven, die daardoor in eenen welgestelde» toestand verkeeren.

Aan den meer binnenlandschen handel geven de Chinezen in deze residentie zich niet over en weinig worden zij aldaar aangetroffen. De inlandsche producteurs zelven of anders inlandsche opkoopers uit hun midden brengen hunne producten naar de strand-plaatsen en verkoopen of verruilen ze aldaar aan Chinesche of andere vreemde hande-laren , terwijl de Bantammer over het algemeen genoeg vooruit is om dien handel te drijven.

De binnenlandsche handel in lijnwaden en meer andere behoeften , die van buiten moeten worden aangebragt, is ook bijna uitsluitend in handen van inlandsche handelaren, die de koopwaren van de handelaren aan de strandplaatsen weten, te bekomen of ook regel-regt van Batavia aan te schaffen.

Allerwege op de hoofdplaatsen in de residentie en in de nabijheid van voorname kam-pongs, die aan de communicatie-wegen gelegen zijn, bestaan goede en vrij druk bezochte bazaars.

N a het afschaffen der opbrengst van geregtigdheden op de bazaars en warongs, worden overal de bazaars veel drukker dan vroeger bezocht en wordt er veel grootere bedrijvig-heid waargenomen, zonder dat evenwel kan worden bespeurd, dat daardoor de prijzen van de voorwerpen eene merkbare vermindering hebben ondergaan.

( 1 8 5 ) BATAVIA.

I n deze residentie bestaan zestien particuliere bazaars, op welke het vertier groot is.

Door een landeigenaar is liet verzoek gedaan om een bazaar op zijn land te mogen op-ritten. Aan hem is te kennen gegeven, dat het Gouvernement genegen is dit verzoek toe te°staan, wanneer hij zich wil onderwerpen aan eenige hem bekend gemaakte voorwaarden.

BTJITENZORG.

De binnenlandsche handel heeft geene merkbare verandering ondergaan en is op dezelfde hoogte gebleven.

KRAWANG.

De hoofdplaatsen Krawang en Pamanoekan zijn om hare ligging de eenige plaatsen in deze a'fdeeling waar in den handel levendigheid wordt bespeurd. De handel bestaat voor-namelijk in lijnwaden, chitzen, katoenen goederen, gebatikte kleedjes , gambier, ijzeren ijzerwerken, en meer andere artikelen van behoefte.

De te Krawang woonachtig Chinesche handelaren zijn aldaar meester van den handel en vinden er uitsluitend hun bestaan in. De voor de binnenlanden benoodigde artikelen kunnen o-edeeltelijk bij hen worden verkregen, door koop of ook wel door ruilhandel, waartoe rijst, olie, areng-suiker en tabak wordt aangebragt, welke artikelen weder naar Batavia worden afgevoerd.

Te Pamanoekan, alwaar ook Chinezen gehuisvest zijn, komen nu en dan grootepraau-wen van oostelijk gelegen residentien met handels-artikelen, welke dan in de binnen-landen worden gesleten.

In de afdeeling Krawang worden eigenlijke bazaars , waar op vastgestelde dagen allerlei koopwaren en artikelen van behoefte worden uitgestald of verkrijgbaar zijn, niet aange-troffen. De zoogenaamde bazaars bestaan alleen uit zoodanige buurten , waar de gezeten winkeliers of waronghouders verblijf houden en hunne koopwaren uitstallen. Deze buurten worden op de vastgestelde marktdagen alleen verlevendigd door den verkoop van buffels ; andere goederen worden er gedurende die dagen weinig te koop gebragt.

PEEANGER REGENTSCHAPPEN.

De binnenlandsche handel wordt in dit gewest gedreven door Europeanen en Javanen.

De inlanders leggen zich meer en meer toe op den handel.

De invoer bestaat voornamelijk in ijzer, koper, lijnwaden, Javasche sarongs en hoofd-doeken, lakens, zijden stoffen, gambier, witte suiker, Chinesche thee (in geringe hoeveelheid), paarden, gedroogden visch en vischkuit.

De uitvoer bepaalt zich tot rijst, paarden, kapas (katoen), tabak, karbouwenhuiden, houtwerken van ligte soort, olie, aardappelen, kool en andere groenten.

De invoer is afhankelijk van eenen goeden of minderen koffij- of rystoogst. I n het begin van 1853 is getracht den uitvoer van buffelhuiden en horens voor de Europesche markt te bevorderen.

E r bestaan geene eigenlijke marktplaatsen (bazaars), gelijk aan die op Java. Daar-entegen vindt men op de hoofdplaatsen in sommige centraalpunten der districten ge-regeld aaneensluitende rijen van warongs, net gebouwd en meer en meer met pannen gedekt. Deze warongs worden door de eigenaren verhuurd van 1 tot 8 duiten per dag, naar gelang der waarde van de daarin uitgestalde goederen en de bouworde of uitge-strektheid der ingehuurde plaats.

CHEEIBON. ' De binnenlandsche handel is in dit gewest in het algemeen in een zeer bloeijenden staat.

E r zijn 32 marktplaatsen, waar steeds koop- en handelswaren van allerlei aard wor-den uitgestald, en die druk worwor-den bezocht; bovendien zijn in de geheele resiwor-dentie meer dan 3000 groote en kleine warongs, waardoor het verkeer in het klein zeer bevor-derd wordt.

Sedert de afschaffing van de bazaarpacht is de kleinhandel, door de inlandsche bevol-king gedreven, zeer toegenomen.

( 186 )

TAGAL.

Van dit gewest valt niets bijzonders te vermelden.

PEKALONGAN.

De bazaars worden in dit gewest bij voortduring druk bezocht, doch sedert de intrek-king der bazaarpacht worden ook vele waren langs de wegen verkocht, daar de ver-koopers thans niet meer verpligt zijn hunne waren op vaste markten te brengen. Een voldoende voorraad van de eerste levensbehoeften en de gunstige oogst van het rijstgewas hebben veel vertier van producten opgeleverd.

SAMAEANG.

De bïnnenlandsche handel in deze residentie is in het algemeen toegenomen. De marktplaatsen worden druk bezocht en het vertier vermeerdert steeds.

J A P A E A .

Ook in dit gewest is de binnenlandsehe handel vrij levendig. Allerlei soort van aard-en veldvruchtaard-en, indigo, tabak, araard-eng-suiker, garaard-ens aard-enz. wordaard-en als handelsartikelaard-en verkocht en vervoerd.

Van elders worden ingevoerd : padie, rijst, t a b a k , gambier, lijnwaden, olie, aarde-en glaswerk, w a s , ijzer, lood, koper, t i n , rotting aarde-enz.

EEMBANG.

Van deze residentie wordt gezegd, dat de handel op dezelfde hoogte is gebleven als in vorige jaren. De groothandelaren zijn hier de Chinezen, die in alles handelen wat betrekking heeft tot de behoeften van den inlander.

SOEEABAIJA.

De binnenlandsche handel is over het algemeen toegenomen. De marktplaatsen , vooral in de afdeelingen Modjokerto en Soerabaija worden zoo druk bezocht, dat de bazaar-loodsen te klein zijn om alle menschen, die van heinde en verre derwaarts stroomen, te kunnen bevatten; vele koopers en verkoopers zijn dan ook verpligt, hunne handels-zaken ten deele langs de groote wegen af te doen en aldaar hunne koopwaren uit te stallen. Het gevolg daarvan is dat de markten thans veel ruimer en beter van ver-schillende levensbehoeften en andere benoodigdheden voorzien zijn dan vroeger.

PASSOEEOEAN.

De binnenlandsche handel wordt voornamelijk door Chinezen, Maleijers en Arabieren gedreven. De voorwerpen waarin die handel in 1853 heeft bestaan zijn de volgende: rijst, klapper-, djarak- en katjang-olie, indigo, katoen, koffij, tamarinde, kasoemba, katella, 'djagong, oebie, kapok, kadelee, rotting, tabak, peper, a t a p , katjang, stroolappen,

kurkuma, kalk en zwavel.

Sedert de intrekking der bazaarpacht is het vertier en de welvaart onder de bevolking vermeerderd: er bestaat geen voorbeeld dat de markten immer te voren zoo druk zijn bezocht geworden als dit thans het geval is. Tot dusver zijn de prijzen der aldaar ver-kocht wordende artikelen niet gedaald.

BEZOEKIE.

Van dit gewest is niets bijzonders vermeld.

BANJOEWANGIE.

Handel en vertier zijn zeer toegenomen.

De twee in deze afdeeling bestaande bazaars worden druk bezocht.

( 187 )

BAKJOEMAAS.

De handel binnen deze residentie bepaalt zich voornamelijk tot de dagelijkseke levens-behoeften, die op den bazaar worden gebragt, waaronder het zout, dat door de Chinesche en inlandsche handelaren te Tjilatjap voor minderen prijs wordt opgekocht, een belangrijk artikel uitmaakt.

De handel naar buiten bestaat in vee, hoofdzakelijk buffels, dat in groote hoeveel-heid naar de residentie Bagelen en van daar naar Djokjokarta wordt uitgevoerd, en voorts in rijst, tabak voor de inlandsche m a r k t , staartpeper, mangkoedoe (eene verwwortel), areng- suiker en kadjangmatten voor de ïagalsche suikerfabrieken, terwijl van Bagelen zeer veel klapperolie, van Tagal en Pekalongan gedroogde visch en van eerstgenoemde residentie en Soerakarta veel gebatikde kleedjes worden uitgevoerd.

De uitvoer van tabak uit de geheele residentie wordt thans op omstreeks 3600 pikols 's j a a r s , die van staartpeper op 800 pikols (à f 33:40 den pikol) geschat.

De h a n d e l t e Tjilatjap is nog steeds van zeer weinig beteekenis en bepaalt zich voor-namelijk tot den uitvoer van eenige honderden pikols rijst en padie naar Batavia en Soerabaija, die echter ter eerstgemelde plaats, om hare minder goede hoedanigheid (want zij gaat spoedig tot bederf over), minder is gewild, zoo zelfs dat daarop, niettegen-staande de lage inkoopsprijzen, verlies moet zijn geleden.

De bazaars zijn toegenomen, zoowel in getal als in belangrijkheid, ten gevolge der afschaffing van de bazaarpacht en den gunstigen rijstoogst, die den handel in dat product heeft verlevendigd.

BAGELEN*.

De voortbrengselen der onderscheidene in deze residentie bestaande bedrijven en takken van volkswelvaart, voornamelijk de weefsels, klapperolie, Javasche suiker en t a b a k , voeden en verlevendigen den binnenlandsehen handel.

De olie wordt uitgevoerd naar Samarang, Kendal en Banjoemaas ; de Jayasche suiker naar Kadoe, Samarang, Banjoemaas en Tagal ; de gebadikte weefsels naar Kadoe en de Loeriksehe weefsels naar Samarang, Djokjokarta, Soerakarta en Madioen.

De invoerhandel bestaat uit kapas voor de weefsels, als retourvracht van de uitge-voerde olie en suiker; voorts uit Europesche en Chinesche manufacturen, ijzer, aar-dewerk enz.

Door de weinige belemmeringen, die den handel in den weg staan, neemt hij in leven-digheid aanhoudend toe.

KADOE.

De ingezetenen dezer residentie zij niet handeldrijvend van aard; intusschen zijn zij zeer "oed bekend met de waarde van de producten , welke zij door hunnen arbeid van den grond verkrijgen.

De Chinesche bevolking is handeldrijvend en doet omzettingen van verschillende goe-deren , naar gelang der behoefte voor de inlandsche m a r k t , met welke zij goed bekend is.

I n 1853 zijn die omzettingen minder dan vroeger geweest, uit hoofde van den middel-matigen kofflj-oogst.

De handel met den inlander is, volgens het oordeel van den resident, meer eene op-kooping te noemen van producten. De tabak neemt hier eene eerste plaats in.

Het vertier op de 105 in deze residentie bestaande bazaars, hetwelk reeds toenemend was in 1852, is in 1853 niet verminderd : integendeel ten gevolge van de opheffing der bazaarpacht beduidend blijven toenemen.

DJOKJOKARTA.

In deze residentie bestaan 100 groote en kleine marktplaatsen en 442 warongs. De kleinhandel heeft zich aanmerkelijk uitgebreid. Overal langs de wegen is levendig ver-tier , terwijl ook de handel met omliggende residentien zeer toeneemt, dat niet weinig bijdraagt tot gerief en tevredenheid der bevolking en tot meerderen prikkel om te produceren en van alles partij te trekken.

SOEEAKAETA.

In deze residentie bestaat een levendige handel zoo binnen's lands als met de naburige

( 1 8 8 )

residentien. De waterweg, dien de Solo-rivier ttisschen Soerakarta en de residentie Soerabaija oplevert, is daartoe van veel nut.

De marktplaatsen worden overal druk bezoekt en nemen in uitgebreidkeid en de warongs in talrijkkeid toe. De prijzen der eerste levensbekoeften waren zeer laag.

MADIOEN.

De binnenlandscke kandel is meest in banden vanCkinezen; ket debiet aan lijnwaden is gering : de bevolking keeft daaraan weinig bekoefte. De uitvoer bestaat meest in rijst en djarak.

FATJITAtf.

De voornaamste kandel is in kanden der Chinezen, de kouders van kapitalen en voor-raden. De bazaars worden druk bezoekt ; de verkoop van aardvruckten en tweede ge-wassen was er belangrijk.

K E D I R I È .

Tusscken deze en de residentien Soerabaija , Madioen, Passoeroean , Rembang en Soe-rakarta bestaat een vrij levendige kandel, die ziek gedeeltelijk in kanden der Ckinezen bevindt. De artikelen van invoer bestaan u i t : gebatikte kleedjes, inlandscke wapenen van weelde, sieraden, Europescke lijnwaden, bewerkt en onbewerkt ijzer, staal, koperen benoodigdkeden, aarde- en glaswerk, olie, gambier, lederwerk en trassie.

De voornaamste artikelen van uitvoer zijn : rijst, padie , tabak , kapas , ruwe katoen , klappernoten, bamboezen, aardewerk, kemirie, ketella en djarak.

De bazaars kebben ziek door levendigkeid en vertier gekenmerkt en er is nagenoeg alles wat de inlandscke kuiskouding bekoeft te verkrijgen.

Men keeft beproefd ook den openbaren verkoop van vee aan te wakkeren, dock is daarin tot dusverre niet kunnen slagen, daar de inlander aan den koop en verkoop in de dessa's de voorkeur blijft geven.

b. O p d e b u i t e n b e z i t t i n g e n .

De opgaven dienaangaande ontvangen zijn weinige, doch zullen, zoo men hoopt, allengs vollediger worden, en worden daarom, zoo als zij zijn, medegedeeld.

GOUVERNEMENT VAK _ S U M A T E A ' S WESTKUST.

De handelsbeweging van het jaar 1853 keeft die van het vorige jaar overtroffen.

Marktplaatsen zijn in dat gewest voor ket verspreiden van artikelen van levensbehoefte, lijnwaden, kramerijen, zout, soms ook van stofgoud, gouddraad enz. voldoende aanwezig.

De handelsgeest welke onder ket Maleische volk keerscht m a a k t , dat zij in de Padang-sche Boven- en Benedenlanden druk bezocht worden.

De prijzen der levensmiddelen zijn matig in de genoemde landen, duurder in de resi-dentie Tapanoli.

BENKOELEN.

Geene opgaven ontvangen.

LAMPONGSCHE DISTKICTEN.

De bandel is hier weinig anders dan ruilhandel ; de vreemdelingen, die er komen, ruilen de producten van ket land in tegen zout, kaïns, sarongs, lijnwaden, gambier, porselein, aardewerk , pannen, parangs enz.

De producten van het land bestaan hoofdzakelijk in boomwol, trassie, h a r s , gom-elastiek, rotting, vogelnestjes, koffij en peper.

I n de Lampongs vindt men geene bazaars of marktplaatsen ; de eenige plaatsen waar een soortgelijk handelsverkeer bestaat zijn Telok Betong en Mangala, vooral de eerste plaats, als zijnde de zetel van ket bestuur. De winkels aldaar zijn goed voorzien van artikelen van inlandsche weelde en behoeften voor dagelijksch gebruik.

( 189 )

PALEMBANG.

De handel in dit gewest is vrij levendig ; handelsartikelen zijn : rijst, katoen , was , damar (hars), benzoin, getah-pertja, rotting en stofgoud.

De vereenigingspunten van den handel in de binnenlanden zijn Moeara Koepiet, Moe-ara Blitie, Tebing Tingie, L a h a t , MoeMoe-ara E n i m , Batoe-radja-ogan en MoeMoe-ara Doea. De producten der hooger gelegene plaatsen worden gewoonlijk daar verzameld en aan de Palembangsche handelaren verkocht, welke op die plaatsen ook eene verzameling hebben van de artikelen, welke gewoonlijk in de binnenlanden het liefst gewild zijn, als zout, ijzer', lijnwaden enz. De prijzen zijn door de bestaande concurrentie laag.

De handel bezuiden de genoemde plaatsen wordt langs de doessons gedreven.

Op de hoofdplaats bestaan twee marktplaatsen, waar niet alleen allerhande soort van levensmiddelen, maar ook lijnwaden, ijzerwerk, kramerijen enz. worden uitgestald.

BANK A .

De handel is hier van weinig beteekenis en ook niet voor uitbreiding v a t b a a r , uit hoofde van de gesteldheid van den grond, welke, met uitzondering van t i n , geene andere artikelen voor den handel geschikt opbrengt. Alleen de hoofdplaatst Muntok bezit eene markt.

BLITONG.

In dit gewest is weinig handel. Marktplaatsen zijn er niet.

EIODW.

Van dit gewest wordt alleen vermeld dat de handel aanmerkelijk is vooruitgegaan.

WESTER-AFDEELING VAN BORNEO.

Geene opgaven.

Z U I D - EN OOSTER-AFDEELING VAN BORNEO.

Marktplaatsen zijn, met uitzondering van een geringen bazaar te Pleijhain (Tanah-Laut), op 's Gouvernements gebied niet aanwezig.

De prijzen der levensbehoeften zijn middelmatig.

GOUVERNEMENT VAN CELEBES EN ONDERHOORIGHEDEN.

De handel wordt gezegd, over het algemeen te zijn vooruitgegaan. De voornaamste handelsartikelen zijn: gambier, wilde noten, karet, rotting, rijst, koffij , getah-pertja, katjang, agar-agar, paarlemoer, lijnwaden, garen, opium en koperwerken.

MENADO.

Van dit gewest wordt slechts berigt, dat de handel niet groot is en de marktplaatsen weinig bezocht worden.

TERNATE.

De handel was in 1853 flaauw. Te Ternate bestaat een bazaar, waar dagelijks over-vloed van waren te koop gesteld wordt ; het debiet bestaat voornamelijk in levens-middelen.

AMBOINA.

De twee hier bestaande marktplaatsen werden druk bezocht en waren overvloedig van levensmiddelen voorzien. De prijzen waren laag.

BANDA.

De handel is onbeduidend. Marktplaatsen bestaan er niet : alles wordt langs de straten te koop aangeboden.

48

( iso )

TIMOR.

Op Timor is Koepang de eenige marktplaats van belang. Op R o t t i , Savoe en Soemba bestaan zij in het geheel niet. Op de Soloreilanden wordt geregeld op alle s t a n d -plaatsen op vaste dagen markt gehouden. Deze markten worden druk bezocht.

I V . ANDERE TAKKEN VAN N I J V E R H E I D .

Onder het hoofd » Militair beheer" I . § 5 , is gehandeld over de inrigtingen tot het leger betrekkelijk, en in I I § i van hetzelfde hoofd over de inrigtingen betrekkelijk de zee-m a g t , zee-met uitzondering slechts van ééne inrigting, die in het vorig Verslag is verzee-meld onder het hoofd » Voorziening in de materiele behoef ten van het beheer, doch op de nijverheid ïn het algemeen van te grooten invloed i s , om niet eigenaardiger onder dit hoof d te wor-gerangschikt, namelijk: De fabriel voor de marine, het stoomwezen en de nijverheid te ooerabaija.

Deze instelling bleef zich ook in 1853 ontwikkelen en neemt steeds in belangrijkheid toe. Zij heeft in dat j a a r alleen aan ijzer 289 ton van verscheidende soorten verwerkt.

Van hare vordering-werd eene schoone proef gegeven door de vervaardiging in zijn geheel van eenen molen tot bewerking van rietsuiker, en door den spoed waarmede een ander belangrijk werk ten uitvoer werd gebragt, daar namelijk de uit Nederland gezonden deelen voor het oorlogsstoomschip de Admiraal van Kinsbergen in 31/2 maan J tijdszoover werden^ ineengezet, dat men het hol met de raderkasten kon te water laten.

De nieuwe ijzer- en kopergieterijen laten thans weinig meer te wenschen over. Eerst-genoemde had veel en gewigtig werk, vooral in de maanden volgende op den werktijd

De nieuwe ijzer- en kopergieterijen laten thans weinig meer te wenschen over. Eerst-genoemde had veel en gewigtig werk, vooral in de maanden volgende op den werktijd

In document •NHMM BIBLIOTHEEK KITLV (pagina 189-200)