• No results found

2. Corona

2.1. OKAN en afstand: een moeilijke combinatie

Uit de gesprekken met OKAN-leerkrachten, OKAN-coördinatoren en vervolgcoaches bleek al heel snel dat afstandsonderwijs geen eenvoudige opgave is voor anderstalige nieuwkomers. Scholen

56 ervaren hierin heel wat moeilijkheden en bezorgdheden. In wat volgt worden deze moeilijkheden en bezorgheden besproken aan de hand van enkele subthema’s.

“er wordt nu heel hard ingezet op afstandsonderwijs en wat het moeilijkste is met OKAN is eigenlijk afstand. Dus wij zitten heel dicht bij de leerlingen, heel nauw contact en als je het dan gewoon moet loslaten, ja dat was heel erg voor iedereen.” (OKAN-coördinator 1)

“We merken ook dat die bundels en gewoon die opdrachten via de computers, dat ze dat ondertussen zo beu zijn als iets en ze begonnen hoe langer hoe minder oefeningen te maken.” (Vervolgcoach 1)

2.1.1. Onbereikbaarheid van leerlingen

Een eerste bezorgdheid die de participanten ervaren, is dat sommige leerlingen niet te bereiken zijn, ondanks de flexibiliteit en creativiteit van leerkrachten, coördinatoren en vervolgcoaches om contact op te nemen met leerlingen via diverse kanalen. Heel wat participanten geven aan dat leerlingen bereiken a.d.h.v. digitaal onderwijs niet evident is. Veel jongeren uit OKAN beschikken namelijk niet over een eigen computer en/of internet. Als ze al een computer hebben, moeten ze deze vaak delen met het hele gezin. Daarnaast zijn veel OKAN-leerlingen digitaal ongeschoold, waardoor het uitdelen van computers dikwijls geen optie is.

“ja dan merk je dat je na de paasvakantie heel veel leerlingen niet bereikt omdat ze geen deftige laptop of computer hebben, dat ze geen internet hebben omdat ze in Fedasil in het centrum wonen en dat er daar één computer is voor de sterkste leerlingen dus. Ja dat live lesgeven, dat zit er niet in.” (OKAN-

coördinator 3)

De participanten geven aan dat de leerlingen veel meer te bereiken zijn aan de hand van informele media, zoals Facebook, Whatsapp en telefonisch contact, en fysiek contact. Leerlingen bereiken via formele media, zoals Smartschool en Zoom, verloopt veel moeilijker. Eén participant geeft aan via vrienden van leerlingen, contact te zoeken met een onbereikbare jongere. Scholen beslisten al snel om over te schakelen op huiswerk op papier om deze moeilijkheden te overbruggen en op die manier meer leerlingen te bereiken. Eén participant die werkt als vervolgcoach geeft aan dat deze

57 onbereikbaarheid niet enkel een probleem is bij OKAN-leerlingen, maar ook bij ex-OKAN- leerlingen.

“maar er is één jongen waar ik nu al weken niks meer van gehoord heb en ik probeer die dagelijks te bellen, berichten te sturen, Whatsapp, sms,

Smartschool, Gmail en ik krijg nergens antwoord dus ik weet het niet, dat lukt mij niet meer. Eén persoon, ja.” (Vervolgcoach 1)

Verschillende malen werd de Ramadan aangehaald als een beïnvloedende factor in het contact met leerlingen. Jongeren hun bioritme verschilde tijdens deze periode enorm van het schoolse ritme waardoor het moeilijk was voor leerkrachten om enkele leerlingen te bereiken.

“Of bijvoorbeeld die in het begin wel meededen en dan niet meer. De Ramadan zit er ook wel voor iets tussen nu he, dat is heel opmerkelijk…Veel kinderen zijn nu de hele nacht wakker eigenlijk want die eten tussen tien uur ’s avonds en drie uur ’s morgens dus ja in de dag zijn die niet te bereiken eh, ja.” (OKAN-

coördinator 4)

Twee participanten geven aan verrast te zijn door enkele leerlingen die voor de periode van het afstandsonderwijs weinig betrokken waren met school. Tijdens de periode van het afstandsonderwijs waren zij actiever en meer betrokken met school. Daartegenover geeft een andere participant aan dat de leerlingen die niet bereikbaar waren tijdens de lockdown, leerlingen zijn die gewoonlijk weinig betrokken zijn met het schoolse systeem.

“Er zijn leerlingen waar dat je in het begin bijvoorbeeld in de klas minder contact mee had en die nu in één keer wel via videochat ofzo of via Whatsapp wel heel aanwezig zijn inderdaad. En zo leerlingen waar dat je dat niet van verwacht had omdat die eerder terughoudend zijn in de klas” (OKAN-

coördinator 4)

2.1.2. Welbevinden leerlingen

Heel wat bezorgheden van de participanten gaan uit naar het welbevinden van hun leerlingen. Voornamelijk de beperkte sociale contacten van de jongeren tijdens de periode van lockdown worden aangehaald als een bezorgdheid. Enkele participanten geven aan dat de school de enige plaats is voor de anderstalige nieuwkomers om een sociaal netwerk uit te bouwen. Het wegvallen

58 van het schoolse contact wordt hierdoor als een stressfactor ervaren voor de jongeren. Naast het beperkte sociaal contact ervaren de participanten bezorgdheden over het bioritme van de leerlingen. Veel leerlingen leven nu ’s nachts omwille van het wegvallen van het schoolse ritme.

“Omdat zij sowieso al geen netwerk hebben in België of het enige netwerk dat ze hebben is de school dus als dat wegvalt is dat wel groot. In principe is dat voor iedereen wel zo maar ik denk voor hen dat dat wel nog benauwender is omdat ze nu helemaal. Ale ze komen uit een situatie dat ze mensen moeten achterlaten en nu is dat eigenlijk opnieuw zo, hebben ze. Ze hebben wel contact, maar ook alleen via chat dus ik denk dat dat voor hen wel extra zwaar valt.” (OKAN-leerkracht)

2.1.3. Transitie naar regulier onderwijs

OKAN-leerkrachten, OKAN-coördinatoren en vervolgcoaches zijn erg bezorgd om de transitie naar het regulier onderwijs die anderstalige nieuwkomers binnenkort zullen maken. OKAN-scholen organiseren snuffelstages om de jongeren voor te bereiden op de transitie naar het regulier onderwijs. Daarin volgen OKAN-leerlingen één of meerdere weken les in een studierichting in het regulier onderwijs (Van Avermaet et al., 2017). Deze gingen voor de meeste participanten van dit onderzoek door in het tweede semester. Omwille van de lockdown konden deze stages voor veel OKAN-leerlingen niet doorgaan. Echter zijn snuffelstages erg belangrijk voor de jongeren om een gerichte studiekeuze te kunnen maken en al eens kennis te maken met het regulier onderwijs en deze zijn dus cruciaal in de transitie naar het regulier onderwijs.

“Ja de grote vraag gaat zijn “wanneer mogen we terug naar school gaan” en tegen dat we te goei weer naar school gaan, gaan de examens beginnen op de andere scholen dus er is geen enkele school die nog snuffelstages gaat

aanvaarden. Ale sommige scholen hebben al laten weten van “dit jaar geen snuffelstages meer”. In het beste geval kunnen we er nog een paar laten doorgaan in onze eigen school maar dat is dan enkel voor de leerlingen die geïnteresseerd zijn in de richtingen die wij aanbieden eh. Dus dat vind ik eigenlijk het grootste gemis.” (Vervolgcoach 1)

Naast het feit dat snuffelstages voor veel OKAN-leerlingen niet doorgaan, bouwen veel jongeren een taalachterstand op. Waar de school vaak de enige plaats is waar anderstalige nieuwkomers

59 Nederlands spreken, valt deze leerplaats nu weg. Deze taalachterstand komt eveneens de integratie in het regulier onderwijs niet ten goede en hier maken de participanten zich zorgen over.

“Er zijn nu een groot deel van onze leerlingen…zal in september moeten opstarten op een nieuwe school en gaat echt wel misschien een achterstand hebben op vlak van Nederlands, dat die anders veel minder zou hebben gehad. Want het gaat niet alleen over het Nederlands die ze in de les krijgen of

grammatica of andere doelstellingen…het gaat gewoon over ja een groot deel van uw dag met Nederlands bezig zijn. Nederlands praten met de vrienden die je daar hebt, Nederlands praten met de leerkrachten, dat valt volledig weg.”

(OKAN-coördinator 2)