• No results found

De tuniek wordt omschreven als Koptisch daterend tussen de 6e en 7e eeuw na Chr.127 Met Koptisch128 wordt het christendom in Egypte bedoeld.129 Een Koptische periode als zodanig is niet gedefinieerd. Het is meer een culturele dan een historische periode die samen loopt met de Romeinse, Byzantijnse en Islamitische periode. Deze tijdperken werden gebruikt om de Egyptische materiële cultuur te beschrijven daterend uit de periode van de 3e tot het midden van de 7e eeuw.130 Hierdoor is de ontwikkeling van de Koptische decoratie beïnvloed door deze andere stijlen.

6.1. Kunsthistorische context

6.1.1. Decoraties met Sassanidische invloeden

Grafvondsten hebben voorzien in informatie over dagelijks gedragen kleding als ook over de ontwikkeling van de decoraties.131 De datering hangt af van de stijl en niet van de

archeologische context.132 Koptisch textiel staat voornamelijk bekend om zijn decoraties en

kleuren. Soms zijn de decoraties een indicatie voor de datering, omdat externe invloeden zoals Romeins en Grieks terug komen in de decoraties.133 De oorsprong van dit textiel is echter onduidelijk, veel van de objecten werden uit graven geplunderd tijdens al dan niet illegale opgravingen, en werden vaak in stukken geknipt en verhandeld. Er is dus weinig intact bewaard gebleven, waardoor het lastig is om de oorsprong te bepalen.

Decoraties op tunieken zijn ontstaan in de klassieke tijd. De Griekse tuniek was van origine niet gedecoreerd en werd gedragen met een minimum aan accessoires. Later werden de decoraties direct in de tuniek mee-geweven. In de Romeinse tijd werden de decoraties toegepast om de rang van de drager aan te duiden. Naast de ingeweven stukken komen ook opzetstukken voor.

127 Zie de beschrijving aan de hand van de objectregistratie, hoofdstuk 2

128 Het woord ‘Kopt’ komt van het Griekse woord Aigyptos, het Griekse woord voor Egyptenaar in de periode

volgend op de Farao’s. Oorspronkelijk was de term zuiver etnisch. Na de verovering van Egypte door de Arabieren (641 na Chr.) werd het woord door het niet uitspreken van de van de klinkers kpt, wat uiteindelijk werd verbasterd naar Kipt of Qipt, uitgesproken als Kopt waar het woord Koptisch van is afgeleid.

Deze naam gaven de Arabieren voor het aanduiden van het land en zijn bewoners - de inheemse Egyptenaren die woonden in de Nijlvallei ten tijde van hun verovering.

Het woord Kopt refereert naar een nationaliteit, maar is hoofdzakelijk een bijbetekenis in de moderne tijd. Religieus wordt het woord kopt gebruikt voor Christenen die na het concilie van Chalcedon (451) een afwijkende geloofsleer volgden.

129 Van der Vliet, 2009, 280; Thompson, 1971, 1; Atiyya en Adams, 1991, 599; Kybalova, 1967, 11;

Rooijakkers, 2016, 3; Kendrick, 1920-1922c, 1; Rutschowscaya, 1990, 8; De Moor, 1993, 9; Greiner, 2015, 3; Lopes Cardozo en Zijderveld, 1982, 3

130 Rooijakkers, 2016, 3; Mikhail, 2000, 971; Thompson, 1971, 1; Thomas, 2007, 137; Greiner, 2015, 3 131 Fluck en Helmecke, 2014, 237

132 Atiyya en Adams, 1991, 641 133 Thompson, 1971, 2

Deze decoraties, clavi134 en medaillons werden door de Kopten verlengd of vergroot en waren

puur decoratief van aard.135

Langzaamaan werden de tunieken rijkelijker versierd, de decoraties apart geweven en vervolgens op een tuniek genaaid. Met deze verandering nam het gebruik van wol136 toe.137

Vanaf omstreeks de 6de eeuw verschijnen veelkleurige, Byzantijns beïnvloedde

voorstellingen. Vogels en dieren worden steeds meer antithetisch afgebeeld. Verder komen in de iconografie ook verhalen uit het Oude en Nieuwe testament voor. Een juiste interpretatie is echter moeilijk.138

Tegen het eind van de 6e eeuw en aan het begin van de 7e eeuw ontstond er een steeds grotere variatie in het gebruik van decoraties. Apart geweven banden gaan steeds meer

overheersen.139 Deze Byzantijnse periode was in zijn geheel onderhevig aan sterke oosterse invloeden van Sassanidisch Perzië. 140

De op de tuniek aangebrachte banden langs de nek, schouders en armopeningen zijn vergelijkbaar met Sassanidische zijde weefsels.141 Voor de datering van de tuniek zou dit

betekenen dat de tuniek mogelijk gemaakt is aan het eind van de Sassanidische periode. 6.1.2. Mannelijk vs. Vrouwelijk

In de literatuur wordt veelvuldig onderscheid gemaakt tussen tunieken voor mannen en vrouwen op basis van formaat, decoratie en kleur.

Kleurrijke wollen tunieken werden voornamelijk gedragen door vrouwen; mannen droegen tot het einde van de Romeinse periode monochrome tunieken.142

Op basis van lengte zouden mannen voornamelijk half lange tunieken dragen, reikend van de schouders tot net onder de billen. Een tuniek tot de knieën was de maximale lengte. Vrouwen droegen twee tunieken: een korte ondertuniek en een lange overtuniek reikend tot de kuiten of enkels. De ondertuniek had mouwen. De overtuniek was mouwloos, maar was zo breed dat deze over de armen gedrapeerd werd.143 Volgens Rooijakkers droegen vrouwen nooit

uitsluitend korte tunieken (de lengte zou voor vrouwen onfatsoenlijk zijn), maar konden mannen zowel lange als korte tunieken dragen.144 In de Byzantijnse periode komen voorbeelden voor waarin vrouwen tunieken dragen tot net boven de enkel, terwijl mannen afgebeeld werden in kortere tunieken (afb. 43 en 44). Rooijakkers concludeert uit een

onderzoek waarbij verschillende tunieken opgemeten zijn en geplot in een histogram, dat het onwaarschijnlijk is dat vrouwen tunieken droegen korter dan 106 centimeter. Ook kan niet worden uitgesloten dat mannen geen tunieken droegen langer dan 111 centimeter.145

134 banden op tunieken die aan weerskanten van de nekspleet aan borst- en rugzijde afdalen tot op lendenhoogte

of tot aan de zoom

135 Kybalova, 1967, 14; De Jonghe en Granger-Taylor, 1993, 75; Thompson, 1971, 3; Greiner, 2015, 11 136 Wol is makkelijker te verven dan linnen en daarom erg geschikt voor kleurrijke decoraties.

137 Lopes Cardozo en Zijderveld, 1982, 10; Pritchard, 2006, 83; De Fraiture, 1998, 30 138 Lopes Cardozo en Zijderveld, 1982, 21-22

139 Pritchard, 2006, 49; Fluck en Helmecke, 2014, 249

140 De dynastie van de Sassaniden vormde het koningshuis van het Perzische rijk van de 3e tot de 7e eeuw 141 Rooijakkers, Tineke. (c.t.rooijakkers@vu.nl), “Rood wollen tuniek - Allard Pierson museum.” E-mail to:

Renate van Oosterhout (renate.van.oosterhout@live.nl). 19 april 2017; Granger-Taylor, 1993, 18

142 Pritchard, 2006, 49

143 Forrer, 1891a, 15; Vogelsang-Eastwood, 1994, 80; Kybalova, 1967, 34; Lopes Cardozo en Zijderveld, 1982,

9

144 Rooijakkers, Tineke, persoonlijke communicatie, 24 mei 2017; Rooijakkers, 2016, 223 145 Rooijakkers, 2016, 222

Mogelijk dat in latere periodes het onderscheid in lengte van de tuniek bij mannen en vrouwen in zijn geheel verdwenen is.146

Op basis van kleur of lengte is vooralsnog niet met zekerheid te zeggen of de rode Koptische tuniek gedragen werd door een man of door een vrouw.

Afb. 43 Fresco uit de tombe van Theodosia. Afgebeeld vrouwen met tunieken tot de enkels

(Rooijakkers, 2016, 58 - figures)

Afb. 44 Detail van een fresco in de 'imperial chamber'. Afgebeeld mannen met tunieken tot de knieën

(Rooijakkers, 2016, 51 - figures)

6.2. Herkomst van het object

De context is voornamelijk gebaseerd op aannames over wat er bekend is van het object. De te onderzoeken tuniek is verworven door het Allard Pierson Museum van het

Gemeentemuseum, Den Haag. In 1936 kwam een gedeelte uit Forrer ’s collectie via de verzameling van J.C. Krook147 uit Bussum in het Haags Gemeentemuseum terecht.148 Aan het eind van de 19de eeuw hebben verschillende wetenschappers de site van Akhmim

bezocht, zoals Dr. Wladimir de Bock149, Theodor Graf150 en Robert Forrer.

In 1889 deed Dr. Wladimir Bock opgravingen in Akhmim, Aswân en de Fayum voor het Hermitage Museum in St.-Petersburg.151 De Bock bracht als eerste grote hoeveelheden van

het materiaal van Akhmim op de markt.

Later deed Robert Forrer, een Duitse amateur archeoloog, ook opgravingen in de Egyptische regio van Akhmim - Panopolis. Robert Forrer was een van de voornaamste wetenschappers op het gebied van textiel, hij groef op in het al-Hawawis grafveld bij Akhmim.152 Over zijn collectie en opgravingen schreef hij een drietal boeken met zijn bevindingen in Akhmim.153

146 Rooijakkers, 2016, 223

147 Nadere persoonsgegevens onbekend 148 Lopes Cardozo en Zijderveld, 1982, 8

149 Een archeoloog, egyptoloog en Russisch Koptoloog. In 1886 werd hij conservator van middeleeuwse kunst en

de Renaissance in de Hermitage in Sint-Petersburg, waar hij een verzameling van oude Koptische kunst bijeenbracht. Hij was ook curator van het museum van de Russische Archeologische Vereniging.

150 Een Weense handelaar 151 Kendrick, 1920-1922a, 5

152 Forrer, 1891a, 11; Greiner, 2015, 16-17 153 Forrer, 1891a; Forrer, 1891b; Forrer, 1893

6.2.1. Akhmim - Panopolis

De Egyptische stad Akhmim154 dateert uit de dynastieke tijd, toen heette het nog Ipu of Khent-Min (toegewijd aan de Egyptische god Min) volgens de oude Egyptenaren. De stad is gelegen in boven-Egypte155 op de rechter oever van de Nijl, ongeveer 467 kilometer ten zuiden van Cairo en op 225 kilometer afstand van Thebes (afb. 45).

Akhmim is een naam die stamt uit de Faraonische tijd, maar in de Byzantijnse tijd stond Akhmim bekend onder de Griekse naam Khemmis of Panopolis. In Egyptische geschriften wordt de stad Panopolis ook wel Hatkit of Naitnkapes genoemd.156

De stad en het nabij gelegen grafveld, in de lage zanderige heuvels ten oosten van Akhmim, werden aan het eind van de negentiende eeuw opgegraven. 157

Vandaag de dag is Akhmim niet alleen een archeologische site, maar het is ook een centrum voor de productie van modern Egyptisch textiel.158

6.3. Conclusie

De tuniek wordt gedateerd aan het einde van de Sassanidische periode op basis van een vergelijking met Sassanidische zijde weefsels. Dit samen met de aanwezigheid van Indiase luis zou de tuniek ergens rond de 7e eeuw gemaakt kunnen zijn.

De chronologie van Koptisch textiel wordt bepaald aan de hand van iconografie en stilistische vergelijkingen met mozaïeken, schilderingen of beelden, maar deze methodes zijn subjectief. Textiele objecten uit de Koptische tijd kunnen niet één op één vergeleken worden met

objecten uit de Romeinse, Byzantijnse of Islamitische periode. Men heeft een poging gedaan om Koptisch textiel op te delen, te periodiseren. In Egypte kunnen bepaalde kunststromen langer doorlopen, een vast begin en einde van een periode is niet aan te geven. Voor de datering van Koptische kunst is het beste om een ruime datering te geven en geen beperkte periode.

De herkomst van de tuniek is voornamelijk gebaseerd op aannames. In de collectieregistratie staat genoteerd dat het object verworven is uit de collectie van het Gemeentemuseum. Wanneer er verder in de registratie wordt teruggekeken wordt het object geplaatst in de collectie van Robert Forrer. Forrer heeft hoofdzakelijk opgegraven in een grafveld nabij Akhmim. Dit laatste wordt weer ondersteund door de collectieregistratie waar vermoed wordt dat het object uit deze regio afkomstig is. Opgraving van het grafveld draagt bij aan het vermoeden dat het object een lijkwade geweest is.

154 Achmim, Akhmîm, Ackmim, Akhmin en Akmin worden ook gebruikt

155 Beneden Egypte bestaat grofweg uit het gebied ter hoogte van de Nijl Delta. Boven Egypte is de vallei van

de Nijl tussen Aswan en Memphis. Hoewel op landkaarten de Delta boven en het dal beneden wordt

weergegeven, bestaat de Delta uit lager gelegen land ten opzichte van het Nijldal. De termen hebben niets met de conventionele oriëntatie te maken, maar met de geografische gesteldheid van het land. (R. van Walsem, z.d., 116)

156 Atiyya en Adams, 1991, 78; Schrenk, 2006, 7; Forrer, 1891a, 11; Pritchard, 2006, 1; Greiner, 2015, 15 157 Kendrick, 1920-1922a, 9