5 Herpetologisch belang van de poellocaties
5.1 Nieuwe poelen
5.1 Nieuwe poelen
In uitvoering van het poelenplan van Merelbeke werden sinds 2005 al 58 nieuwe poelen aangelegd.
Deze poelen werden aangelegd door het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB), de Gemeente Merelbeke, de Vlaamse Landmaatschappij, Natuurpunt en door particulieren. De meeste nieuwe poelen werden aangelegd in de Makegemse Bossen (op terreinen van het ANB), het Makenbos (op particulieren gronden) en in de vallei van de Boven‐Schelde (op gronden van Natuurpunt). Een selectie van acht nieuwe poelen werd in 2020 opgevolgd.
Figuur 55 toont welke soorten sinds de aanleg in elk van deze acht nieuwe poelen werden vastgesteld.
Hierbij wordt dus niet enkel gekeken naar de resultaten die werden bekomen tijdens de drie bemonsteringen die in 2020 werden uitgevoerd in het kader van de monitoring van het poelenplan van Merelbeke. Een aantal van deze nieuwe poelen werden immers ook al in eerdere jaren opgevolgd.
Ook deze recente data werden mee opgenomen in Figuur 55. Deze Figuur geeft dus een overzicht van alle soorten amfibieën die in elk van deze acht nieuwe poelen sinds de aanleg (en dus niet enkel in 2020) werden vastgesteld.
Figuur 55 Soorten amfibieën vastgesteld in de acht nieuwe poellocaties die in 2020 werden bemonsterd. Voor elk
van deze acht nieuwe poellocaties wordt ook het jaar van aanleg meegegeven (bron: www.waarnemingen.be).
0 1 2 3 4 5
poel 31 (2017)poel 33 (2017)poel 37 (2017)poel 40 (2017)poel 46 (2017)poel 57 (2017)poel 58 (2017)poel 59 (2019)
soorten amfibieën in 8 nieuwe poellocaties (≤2020)
Vuursalamander Alpenwatersalamander Kamsalamander Vinpootsalamander Kleine watersalamander Gewone pad Bruine kikker Bastaardkikker
In vijf van de acht poelen (= 62,5%) werden drie soorten aangetroffen, drie poelen (= 37,5%) waren goed voor vier soorten. Hierbij valt op dat Alpenwatersalamander en Vinpootsalamander zeven van de acht nieuwe poelen intussen hebben gekoloniseerd. Gewone pad werd vastgesteld in vier van de onderzochte poelen, Kleine watersalamander in twee, Bastaardkikker in één. Er werden nog geen Kamsalamanders gevonden. Op zich was dit niet totaal onverwacht. De voorbije jaren werden vooral nieuwe poelen aangelegd in het kerngebied van deze soort, ten westen van de Bosstraat. De acht nieuw aangelegde poelen die in 2020 werden onderzocht, bevinden zich alle ten oosten van de Bosstraat; vijf van de acht bevindt zich zelfs ten oosten van de Hundelgemsesteenweg. De ‘sprong’
over deze beide straten heen wordt de volgende grote uitdaging, waarbij vooral de poelen op de site van de Hogenbos en de nieuwe aangelegde weidepoel ten westen van het Makenbos (= nieuwe poellocatie 33) geschikte locaties lijken.
Hoe het ook zij: acht nieuwe poelen, alle bezet door minstens drie soorten amfibieën, waarvan drie door Vuursalamander, toont aan dat de locaties van de nieuwe poelen goed werden gekozen en de poelen goed werden aangelegd en beheerd. Het toont eveneens aan dat de regio grote herpetologische potenties heeft en dat investeren in natuurinrichtingsmaatregelen voor amfibieën een hoog ecologisch rendement kan halen.
Deze resultaten moeten de beheerders alvast aanmoedigen om nog bijkomende inspanningen te leveren voor een duurzaam beheer van de bestaande poellocaties, de aanleg van nieuwe poellocaties en het maximaal behoud van geschikt landhabitat. Het behoud en versterken van het huidige poelennetwerk is van groot belang.
De acht nieuwe poelen werden in 2020 alle op eenzelfde manier bemonsterd: twee Vermandel‐fuiken werden gedurende één nacht uitgesteld, verspreid over twee bemonsteringsperiodes. In Figuur 56 worden voor Alpenwatersalamander, Kamsalamander, Vinpootsalamander en Kleine watersalamander per soort het maximum aantal volwassen exemplaren weergegeven dat over de twee fuikbemonsteringen van 2020 heen in elk van de acht nieuwe poellocaties werd vastgesteld.
Figuur 56 Maximaal aantal adulte watersalamanders dat per soort in elk van de acht nieuwe poellocaties in 2020 - over beide fuikrondes heen - werd vastgesteld (bron: www.waarnemingen.be).
Hieruit blijkt duidelijk dat Vinpootsalamander niet alleen in zeven van de acht nieuwe poellocaties werd vastgesteld maar bovendien in elk van deze zeven poelen de meest talrijke soort is. De 49
2 2 4
Alpenwatersalamander Kamsalamander Vinpootsalamander Kleine watersalamander
exemplaren (15 ♂♂, 34 ♀♀) die op 17 mei 2020 werden gevangen in nieuwe poellocatie 58 op de site van de Hogenbos zijn indrukwekkend.
Opmerkelijk: Kleine watersalamander doet het slecht: deze ambassadeur van kleine landschapselementen werd slechts aangetroffen in drie nieuwe poelen, met een maximum van vijf exemplaren per poel. Dit bevestigt de ongunstige staat van instandhouding waarin deze soort verkeert.
Hoewel het graven van nieuwe poelen ongetwijfeld een positieve impact heeft, blijft de soort een dalende trend vertonen. Dit blijkt o.a. uit de aantallen die worden geregistreerd tijdens de paddenoverzetacties langsheen de Makkegemstraat. Deze negatieve trend is alarmerend en vraagt om verdere natuurinrichtingsmaatregelen. Voor het kerngebied van de Makegemse Bossen wordt vooral het omzetten van de resterende akkers naar hooilanden als één van de voornaamste beheeringrepen naar voor geschoven. Deze akkers bemoeilijken de migratie van alle amfibiesoorten. Door een mestgift en het gebruik van pesticiden wordt ook de kwaliteit van het oppervlaktewater er negatief beïnvloed.
Dit is vooral het geval wanneer de akkers grenzen aan een poel of een beek. De aanwezigheid van Kleine watersalamanders in twee van de drie onderzochte poelen op de site van de Hogenbos is alvast een opsteker. In de nabije toekomst moet vooral worden ingezet op natuurinrichting in de Driesbeekvallei en de Molenbeekvallei. Mogelijk kan het Rodeland‐project hierbij als hefboom worden gebruikt.
De aanwezigheid van amfibiesoorten en de vastgestelde aantallen adulten zijn belangrijke parameters om de herpetologische waarde van nieuwe poellocaties te bepalen. Het is echter nog belangrijker om te weten of die soorten zich in die nieuwe poelen ook succesvol kunnen voortplanten. Figuur 57 toont aan van welke soorten in elk van de acht nieuwe poelen sinds de aanleg voortplanting (= eisnoeren, kikkerdril, larven) kon worden vastgesteld. Larven van Vinpootsalamander en Kleine watersalamander kunnen in het veld niet met zekerheid van elkaar worden onderscheiden. Voortplanting van één van beide of beide soorten werd enkel weerhouden indien van de ongedetermineerde larven eerder ook al gedetermineerde volwassen exemplaren in deze poel werden vastgesteld. Juveniele exemplaren van Gewone pad en Bruine kikker die aan land werden waargenomen ‐ vaak het vocht opzoekend van de uitdrogende poelbodem ‐ werden niet weerhouden omdat enkel op basis van de aanwezigheid van juvenielen niet met zekerheid kan worden gesteld dat die soorten zich ook effectief in deze poelen hebben voortgeplant (voortplanting kan enkel met zekerheid worden aangetoond op basis van legsels en/of larven).
Figuur 57 Soorten amfibieën waarvan ooit voortplanting werd vastgesteld in de acht nieuwe poellocaties die in 2020
werden bemonsterd (bron: www.waarnemingen.be).
Ook nu weer valt de relatief goede score voor Alpenwatersalamander en Vinpootsalamander op, vooral omdat alle onderzochte nieuwe poellocaties pas in of na 2017 werden aangelegd. In een aantal van deze poelen heeft zich in de relatief korte periode sinds de aanleg nog geen of weinig watervegetatie kunnen vestigen en net de aanwezigheid van waterplanten is een belangrijke voorwaarde voor een succesvolle voortplanting, vooral dan voor watersalamanders die deze waterplanten nodig hebben om er hun eitjes op af te zetten. Voortplanting van watersalamanders in zes van de acht recent aangelegde poelen is dan ook een mooi resultaat.
Meest opvallend (en verheugend) zijn drie nieuwe poellocaties waarin voortplanting van Vuursalamander kon worden aangetoond. Elk van deze poelen bevindt zich in het Makenbos. Deze poelen werden specifiek voor deze soort aangelegd. In dit (geïsoleerd) onderdeel van het complex van de Makegemse Bossen werd in 2017 immers aangetoond dat er nog veel adulte Vuursalamanders aanwezig waren (zie 4.11). Ondanks een grondige bemonstering in 2004 kon in het Makenbos echter nog nooit voortplanting van deze Rode Lijst‐soort worden bewezen. Een screening van het Makenbos leerde dat er slechts weinig geschikte voortplantingslocaties voor Vuursalamander aanwezig waren.
De eigenaar van het Makenbos liet door de gemeente Merelbeke 14 poelen aanleggen: 13 in het bos, 1 in een aangrenzende weide. Bij een eerste controle van 11 van deze 14 poelen, werden larven van Vuursalamander vastgesteld in zeven poellocaties (waaronder poellocaties 31, 37 en 40). Een onverhoopt succes. Hiermee lijkt ook de toekomst van de vuursalamanderpopulatie van het Makenbos verzekerd.
Hoe het ook zij: de resultaten tonen duidelijk aan dat de nieuw gegraven poelen een positieve bijdrage leveren aan het behoud van de bestaande salamanderpopulaties. Hierbij moet wel worden opgemerkt dat er doorgaans nog steeds meer poelen verdwijnen dan er bijkomen en dat nieuwe poelen vaak slechts een (welkome en noodzakelijke) druppel op een hete plaat zijn.
Vuursalamander Alpenwatersalamander Vinpootsalamander Kleine watersalamander Gewone pad Bruine kikker Bastaardkikker