• No results found

In januari 1976 organiseerde de CUT in Parijs een bijeenkomst waar informatie gedeeld werd over de situatie in Chili. Het CKN besloot om geen lid van het comité te sturen omdat ze anders tijd moest besteden aan dit onderwerp op de vergadering. Het CKN was blijkbaar erg druk. Op de vergadering van 7 januari werd daarom besloten om Boris Vildósola naar Parijs te sturen om informatie in te winnen voor het CKN.169

Een maand later riep de CUT het jaar 1976 uit tot het jaar van de economische isolering van de Chileense junta. Dit gebeurde op een persconferentie in Den Haag waarbij de Nederlandse vakcentrales en het CKN ook aanwezig waren.170 Dit streven van de CUT werd in dezelfde maand nog eens onderstreept door de Chileen Orlando Letelier, oud-minister in de UP-regering. In zijn gesprekken met premier Den Uyl, minister Pronk, en leden van het CKN benadrukte hij het belang van een boycot tegen de junta. Letelier steunde de eerste acties van het CKN. Met name de campagne tegen het Nederlandse bedrijf Stevin kon rekenen op zijn enthousiasme. Dit ging om een investering in Chili van ruim 60 miljoen. Via Chileense kranten was het CKN deze investering op het spoor gekomen en besloot hier kenbaarheid aan te geven. Alle publiciteit leidde tot maatschappelijke verontwaardiging en deed de directie van Stevin op 27 augustus 1976 besluiten om de geplande investering in te trekken.171 Nog geen maand later, op 21 september, bracht de Chileense geheime dienst Letelier om het leven in Washington.

169 Notulen van de vergadering van d.d. 7-1-76, Inventarisnummer 1, Archief Chili Komitee Nederland, IISG. 170 Persconferentie 18-2-1976, Inventarisnummer 31, Archief Chili Komitee Nederland, IISG.

42

In maart 1976 beraadden het CKN en het Politiek Komitee van de Chilenen in Nederland zich ook op andere boycots. Namens de Chilenen waren Geraldo Recalde (MIR), Alyandro Naifem (MAPU), Mario Olivas (PR) en Vildósola (CUT) aanwezig en spraken hier over de mogelijkheden van het boycotten van Chileens fruit en het weigeren van het lossen van schepen. De nieuwe informatie uit Parijs leidde tot het organiseren van concrete actiestrategieën.172 Vijftien dagen na deze vergadering omsingelden kleine schepen een Chileens vrachtschip in de Rotterdamse Waalhaven. De vaartuigen waren behangen met anti-Pinochet spandoeken. Veel Chileense ballingen en actievoerders protesteerden hier terwijl de aanwezige havenarbeiders de Granny Smith appels losten. De vervoersfederatie had namelijk geen actie georganiseerd om het fruit niet te lossen. De protesten leverden veel publiciteit op voor de CBN. Prominente Nederlandse politici, waaronder minister Pronk, spraken hun steun uit voor deze acties. In juni 1976 besloot de Europese Commissie tot een invoerverbod van Chileense appels; niet uit solidariteit, maar omdat Chili de invoerquota van appels had overschreden.173 De fruitboycotactie lag daarna stil tot de aankomst van de nieuwe Chileense appeloogst in 1977. Hoewel de activiteiten veel publiciteit opleverden, hadden ze echter weinig invloed op het consumptiegedrag van de Nederlanders.174 In de jaren die volgden zouden Chileense ballingen en Nederlandse activisten geregeld actievoeren tegen de invoer van Chileense appels. Tot een algemene boycot kwam het nooit maar plaatselijke acties leverden successen op waarbij enkele importeurs en winkels het Chileense fruit links lieten liggen. Samen met de actie tegen Stevin was dit een succesvolle, landelijk georganiseerde actie, die in 1976 en 1977 veel publiciteit kreeg.

Een minder succesvolle actie van het CKN was de poging in 1977 om de transport van Chileens koper van Nederland naar Italië te blokkeren. De Italiaanse vakbond had het transport aangekaart bij het CKN en gezamenlijk poogden ze het koper terug naar Rotterdam te sturen. Het koper kwam uiteindelijk toch aan op de plaats van bestemming.175 De voorlichtende functie van de CUT aan de vakcentrales zou een verklaring kunnen zijn voor het feit dat de Italiaanse vakbond op de hoogte was van dit transport. Veel publiciteit werd daarnaast vergaard met een actie tegen de ABN Amro. In 1977 ontdekte het CKN de rol van deze Nederlandse bank bij leningen aan Chili. Nadat het CKN aantoonde dat de ABN krediet verschafte aan de junta, besloot de bank in juli 1981 geen verdere leningen meer te verstrekken aan Chili.176 Volgens Beerends was de actie tegen de ABN

172 Notulen van de vergadering van d.d. 11-3-76, Inventarisnummer 1, Archief Chili Komitee Nederland, IISG. 173 Beerends, Weg met Pinochet, 63.

174 Nederlanders blijven Chileens fruit eten, 2-11-1976, Inventarisnummer 1, Archief Chili Komitee Nederland,

IISG.

175 De lange weg van 150 ton koper, De Groene Amsterdammer, 6-7-1977. 176 Beerends, Weg met Pinochet, 66-68.

43

Amro georganiseerd door drie leden van het CKN, terwijl Christiaens beweert dat het de FNV was die deze activiteiten van de ABN bekend maakte.177

Bij aankomst in Nederland werden de nieuwe Chileense ballingen over het hele land verspreid. De tweede groep vluchtelingen bestond uit personen met verschillende politieke achtergronden. Vanwege hun politieke oriëntatie waren ze in Chili vervolgd. Ze waren dan ook strijdbaar om actie te voeren tegen Pinochet. Al snel namen ze deel aan activiteiten van lokale Chilicomités. In sommige gevallen richtten ze hun eigen comités op. De diversiteit aan politieke achtergronden leverde vaak spanning en conflicten op binnen bestaande comités waarin Chilenen zaten. Vanwege de onderlinge politieke tegenstellingen weigerden Chilenen om zitting te nemen in comités met andersdenkenden waardoor al snel specifieke MIR-comités, PC-comités of PS-comités ontstonden. Door de landelijke verspreiding ontstonden op veel plaatsen nieuwe Chilicomités die vaak door een Chileense familie opgericht werden. In Eindhoven bestond er een MIR-comité en een gematigd comité, in Leiden was er een MIR-comité ontstaan onder leiding van de Chileen Ricardo Rementeria en in Eemsmond vormde er zich een comité om de familie Railaf. Tijdens de boycotjaren groeiden het aantal Chilicomités. In 1979 telde Nederland 45 Chilicomités. Deze groei was te danken aan de succesvolle acties en de komst van nieuwe groepen Chilenen in Nederland, aldus Beerends.178

De toenemende invloed in lokale Chilicomités gaf de Chilenen een belangrijkere positie in de Chili Beweging Nederland. Tijdens vergaderingen van de beweging waren de leden van de UP- coalitie in Nederland en de CUT beter vertegenwoordigd dan in de voorgaande jaren.179 Met name de UP-delegatie liet van zich horen tijdens bijeenkomsten en wilde in mei 1976 zelfs een vergadering van de CBN uitstellen omdat ze ‘eerst nog wilde praten met enkele politieke partijen’.180 Waarover ze nog wilden praten, maakte de delegatie niet bekend. De pas in Nederland gearriveerde Chilenen begonnen direct met het verzet tegen Pinochet, ze organiseerden een actie voor vrijlating van alle politieke gevangenen in Chili. Via het CKN werd deze actie uitgevoerd rondom de voorbereidingen van de herdenking van 11 september in 1976.181

177 Ibidem, 66-67.

Christiaens, ‘The difficult quest for Chilean Allies’, 114.

(De voetnoten van Christiaens roepen vragen op over de juistheid van zijn informatie. Hierdoor lijkt Beerends in het gelijk gesteld te worden.)

178 Beerends, Weg met Pinochet, 74-76.

179 Verslag van de vergadering van de 11 september kommissie 21-7-1976, Inventarisnummer 1, Archief Chili

Komitee Nederland, IISG.

Notulen vergadering Chili Beweging Nederland 5-8-1976, Inventarisnummer 1, Archief Chili Komitee Nederland, IISG.

180 Notulen van de vergadering van de Chilibeweging, 5-8-76, Inventarisnummer 1, Archief Chili Komitee

Nederland, IISG.

181 Brief Hans Langenberg namens het Chili Komitee Nederland, Inventarisnummer 1, Archief Chili Komitee

44

De groei van comités bracht een verandering in de actiestrategie met zich mee. Waar het CKN aandacht besteedde aan economische boycots, daar gaven de lokale Chilicomités meer aandacht aan hulpacties voor het Chileense volk. Deze omslag ging hand in hand met de komst van nieuwe Chileense vluchtelingen. Zij waren op de hoogte van de omstandigheden in Chili en hadden hier hun netwerken, terwijl de eerste groep Chilenen deze vaak kwijt waren geraakt door alle vervolgingen na de coup. De verschillende actiestrategieën kwamen voort uit het feit dat de Chilenen een grote rol speelden in lokale comités en niet in het CKN.

Deze omslag wordt verduidelijkt door enkele initiatieven die vanaf 1977 werden gestart vanuit de CBN. Allereerst organiseerde de Nivon, dat in 1959 ontstond uit het Instituut voor Arbeidersontwikkeling, een adoptieactie. Tijdens deze actie werkte de Chilibeweging nauw samen met het in 1977 opgerichte Salvador Allende Centrum (SAC) in Rotterdam, waar veel Chilenen werkzaam waren. Dit centrum was opgericht om de Chileense cultuur te bevorderen en om een sociëteit te zijn voor alle Chilenen in Nederland.182 Het centrum speelde een belangrijke rol in de adoptieactie door namen van gezinnen in Chili aan te leveren waar de steun naar toe kon gaan.183 Gezinnen van slachtoffers van de junta kregen op deze wijze financiële steun vanuit Nederland. De 150 gulden per maand diende voor primaire levensbehoeften en als morele steun. Op deze manier ondersteunde de CBN al snel elf gezinnen in Chili. De vaste maandelijkse bijdragen werden mogelijk gemaakt door 120 donateurs en opbrengsten van losse activiteiten.184

Hoewel de actie in eerste instantie snel groeide, stagneerde deze eind jaren zeventig. Geld kwam niet altijd aan op de plaats van bestemming, waarschijnlijk door toedoen van de junta die de Chileense bevolking scherp in de gaten hield. Bij deze actie betrokken Chilicomités waren te vinden in Eemsmond, Nijmegen, Rijswijk, Arnhem, Den Haag, Hoorn, Heerlen en Tilburg. Dit waren allemaal plaatsen waar Chilenen een grote rol speelden in de lokale Chilicomités.185 De Nederlandse ambtenarenbond ABCA/KABO richtte daarnaast de Adoptiegroep Chili op om steun te geven aan vakbondsleiders en hun gezinnen in Chili. Boris Vildósola was één van de initiatiefnemers. De actie was een groot succes; ruim 300 gezinnen werden op deze manier onderhouden.186 De Nivon organiseerde tevens een gaarkeukenactie. Het doel was het oprichten en in stand houden van gaarkeukens in Chili, waar de Chileense kinderen één warme maaltijd per dag konden krijgen. Met het oprichten van een landelijk gaarkeukencomité zou dit in goede banen geleid moeten worden.187

182 Beerends, Weg met Pinochet, 80.

183 Notulen Chili werkgroep Wieringen, Inventarisnummer 20, Archief Chili Komitee Nederland, IISG. 184 Nivon werkt voor Chili 1977, Inventarisnummer 20, Archief Chili Komitee Nederland, IISG.

185 Zie notulen van de genoemde comités, Inventarisnummer 20, Archief Chili Komitee Nederland, IISG. 186 Jan de kievid e.a., 40 jaar, 40 verhalen, 164.

45

De comités waarin Chilenen een vooraanstaande rol speelden, organiseerden ook andere hulpacties. Het Chili Komitee Nijmegen was ontstaan nadat Chilenen van het tweede uur zich vestigden in Nijmegen in 1976. Omdat zij zich niet konden vinden in de bestaande Chili-groep die gevormd was door MIR-leden, richtten zij op 3 september 1979 hun eigen comité op en gingen gelijk over tot actie. Na de coup was de vrijheid van meningsuiting en drukpers in Chili opgeheven, waardoor Chileense vakbonden moeite hadden om manifestaties en steunacties te organiseren. Dit kon namelijk niet via de krant of radio. Binnen de wetten van de dictatuur bestond er echter beperkt speelruimte voor de legale aanschaf van een drukpers in Chili. Alleen de bouwbond zou dit mogen maar ontbeerde financiële mogelijkheden. Het Chili Komitee Nijmegen organiseerde daarom een inzamelingsactie voor de aanschaf van een drukpers voor de Nationale Bond van Bouwvakarbeiders in Chili en stuurde dit geld naar de bond toe.188

Het Chilikomitee Rijswijk zette zich ook actief in voor organisaties in Chili. De Chileen Linkojan Zepeda was met de tweede golf Chilenen aangekomen in Nederland en was geplaatst in Rijswijk, waar hij zich actief inzette voor het Chilikomitee. Dankzij zijn netwerk in Chili werd er door het comité in 1979 een stencilinbrand-apparaat naar Santiago gestuurd, die begin 1980 aankwam.189 Hij raakte bevriend met de Nederlander Wiebe van der Wal. Deze vriendschap leidde tot de actieve participatie van Wiebe in het Chilikomitee en in 1980 besloot van der Wal met zijn gezin een bezoek te brengen aan Chili. Ze bezochten enkele adoptiegezinnen en brachten ook geld mee voor voedsel. Van der Wal constateerde dat de Nederlandse steun voor de Chilenen een enorme materiële, maar ook geestelijke opsteker was.190 In maart 1980 sprak mevrouw Letelier met het Chili Komitee Rijswijk tijdens een bezoek aan Nederland. Ze benadrukte in dit gesprek dat groeperingen in Chili dringend behoefte hadden aan elementaire zaken zoals typemachines en telefoons.191 Met het zenden van de drukpers en het stencilinbrand-apparaat gaven de lokale Chilicomités gehoor aan de behoeftes van deze groeperingen.

Lokale initiatieven werden steeds belangrijker. Dit kwam omdat de Chilicomités steeds meer banden kregen met Chilenen in Nederland of in Chili. Dans, muziek en muurschilderingen vervulden tijdens lokale activiteiten, net zoals in de eerste jaren, een belangrijke rol.192 Doordat de samenwerking in de CBN eind jaren zeventig afnam hadden de comités weinig zicht op wat er nou precies allemaal gebeurde binnen de beweging. Dit leidde ertoe dat het CKN in 1982 een vragenlijst stuurde naar alle comités in de CBN. Het CKN concludeerde namelijk dat de samenwerking in de

188 Drukpers voor de Chileense Bond van Bouwvakarbeiders, Inventarisnummer 20, Archief Chili Komitee

Nederland, IISG.

189 Notulen Chili Komitee Rijswijk, Inventarisnummer 20, Archief Chili Komitee Nederland, IISG. 190 Groot Rijswijk, 3 april 1980, pagina 13, Inventarisnummer 20, Archief Chili Komitee Nederland, IISG. 191 Notulen 8-4-1980 Rijswijk Komitee, Inventarisnummer 20, Archief Chili Komitee Nederland, IISG. 192 Beerends, Weg met Pinochet, 82.

46

Chilibeweging slecht was en dat weinig comités nog gezamenlijk aan acties werkten. De vragenlijst die het CKN rondstuurde had als doel om de samenwerking te verbeteren en inzicht te krijgen in het functioneren van deze comités. Uit de 27 ingevulde vragenlijsten bleek dat maar liefst twintig comités rechtstreekse informatie uit Chili ontvingen. De contacten in Chili verschilden per comité, de Chili Groep Leiderdorp stond met Chili in contact via de projecten die ze steunden. Het Chili Komitee Apeldoorn had toegang tot informatie uit Chili via een gastgezin in Nederland en het ABVA/KABO Limburg ontving informatie via brieven van geadopteerde families in Chili.193 De mogelijkheid tot het bieden van directe hulp stimuleerde lokale initiatieven. Desondanks bleef de Chileense oppositie ook voorstander van economische boycots tegen de junta.194 Dit bleek echter lastig te organiseren aangezien er geen goede samenwerking was binnen de CBN.