• No results found

Zoals al eerder genoemd was de verbannen vakbond CUT verplaatst naar Parijs onder de noemer CUT Comité Exterior. De drijvende krachten hierachter waren Louis Figuero (voorzitter), Eduardo Rojas (vicevoorzitter) en Rolando Calderon (secretaris). De CUT onderhield banden met internationale vakbondsorganisaties zoals het Internationaal Verbond van Vrije Vakverenigingen en het Wereldverbond van de Arbeid. Vanuit Parijs verschafte de CUT informatie aan het solidariteitsnetwerk in Europa. Deze informatie had betrekking op mogelijkheden om de junta te isoleren, alsmede informatie over hulpbestemmingen, waarbij de CUT als tussenpersoon zou fungeren. De focus van de CUT lag voornamelijk op nationale vakbonden en internationale organisaties.152

De CUT ontving als lid van het IVVV financiële steun. Met deze middelen werd het kantoor van de CUT in Parijs betaald, alsmede het salaris van twee fulltime medewerkers, drukkosten van het bulletin en de vele reiskosten die de vertegenwoordigers maakten om overal in Europa hun stem te laten horen. Het overige geld werd aangewend voor hulp aan Chileense families, gevangenen en aan het opzetten van ondergrondse verzetsstructuren.153 Het NVV was aangesloten bij het IVVV en doneerde enkele malen geld aan het Chilifonds van het IVVV. De CUT speelde een belangrijke rol voor dit fonds; ze voorzag namelijk in de behoefte aan informatie uit Chili, alsmede aan kanalen om directe hulp aan Chili te kunnen bieden. De CUT was op deze manier in staat om campagnes van het IVVV aan te sturen.154 De steun via internationale organisaties aan Chili werd openlijk besproken met minister Pronk en de Nederlandse vakbonden.155

150 Verklaring Politiek Komitee September 1975, Inventarisnummer 2485, Archief PvdA, IISG.

Zie ook: Brief MIR, Inventarisnummer 2485, Archief PvdA, IISG.

151 Toespraak Den Uyl, Inventarisnummer 2485, Archief PvdA, IISG.

152 Christiaens, Goddeeris en García, ‘A global perspective on the European mobilization for Chile’, 25. 153 Kim Christiaens, ‘The difficult quest for Chilean Allies’ In: Kim Christiaens, Idesbald Goddeeris en Magaly

Rodríquez García, European Solidarity with Chile 1970s-1980s (Frankfurt 2014) 93-123 aldaar 107.

154 Christiaens, ‘The difficult quest for Chilean Allies’, 102-103.

155 CIA/24-9-1974, samenvatting gesprek minister Pronk en de voorzitters van de drie vakbonden, woensdag

38

Het contact tussen de CUT en het WVA verliep moeizamer. Het WVA was in Latijns-Amerika vertegenwoordigd door de Central Latinoamericana de Trabajadores (CLAT). Deze confederatie twijfelde aan de legitimiteit van de verbannen CUT-leiders en zag in hen een frontorganisatie van de Sovjet-Unie, die niet voor de belangen van de christelijke Chileense vakbonden opkwam. De christelijke internationale vakbonden stonden echter niet achter dit standpunt van de CLAT. Zij wilden via het WVA financiële steun geven aan de Chileense vakbond maar wilden niet dat deze steun ten goede zou komen aan de CLAT. Toch moest het WVA tussen de CLAT en de West-Europese vakbonden manoeuvreren. Dit gebeurde niet succesvol en leidde ertoe dat het Chilifonds van het WVA tot aan 1975 nagenoeg leeg bleef.156

Het bestuur van de CUT nam dus een actieve houding aan in het vergaren van solidariteit van de West-Europese vakcentrales. Rojas bezocht het NVV in april 1974 en had een gesprek met enkele leden van de vakcentrale. De inhoud van deze gesprekken werden vervolgens besproken tijdens een vergadering van de Contactcommissie Internationale Zaken (CCIZ).157 In deze commissie bespraken de drie Nederlandse vakcentrales internationale vraagstukken en de te bieden hulp. In augustus bezocht een grotere CUT-delegatie de commissie opnieuw en verschafte de CCIZ nieuwe informatie over Chili.158 Uiteindelijk werd deze informatie ook weer doorgespeeld naar de CBN, aangezien de vakcentrales hier ook deel van uitmaakten.

Naarmate 1974 vorderde werd de CUT actiever. Op 7 en 8 oktober 1974 organiseerde de CUT een Chili-bijeenkomst in Oslo waar IVVV-organisaties uit veel West-Europese landen uitgenodigd waren. Namens het NVV waren P. Jeuken en P.J.C. Tegelaar aanwezig. Tijdens deze bijeenkomst werd de ondersteuning van de CUT in en buiten Chili door het IVVV en aangesloten organisaties besproken. Er werd besloten om een coördinatiecomité IVVV-CUT op te richten, ter ondersteuning van de vakbeweging in Chili. Dit comité kreeg een veelzijdig takenpakket dat erop gericht was om het verzet tegen Pinochet te steunen. Allereerst zou het de mogelijkheden onderzoeken ter vergroting van het financiële kapitaal van de CUT. Daarnaast zou het comité de Chileense politieke gevangenen onder de aandacht blijven brengen in de West-Europese landen. Tot slot zouden financiële instellingen benaderd moeten worden om leningen en kredieten aan Chili stop te zetten. Een week na de Oslo-bijeenkomst besloot de CUT tot de definitieve samenstelling van dit coördinatiecomité, waarin Figuero, Rojas en Calderon een centrale rol innamen. Ook werden er

156 Christiaens, ‘The difficult quest for Chilean Allies’, 105.

157 Notulen 26 april 1974 ten kantore van het NVV, Inventarisnummer 132, NVV Internationale

Aangelegenheden, Archief NVV, IISG.

158 Internationaal Bulletin nr. 37, Inventarisnummer 131, NVV Internationale Aangelegenheden, Archief NVV,

39

vertegenwoordigers van de CUT in diverse West-Europese landen aangewezen.159 In Nederland werd Boris Vildósola Romero de vertegenwoordiger. Hij was één van de eerste zeven ‘’ambassade- Chilenen’’ geweest die eind 1973 in Nederland aankwamen.160 Spoedig na zijn aanstelling trad Vildósola in contact met de Nederlandse vakcentrales.161 Ook was hij af en toe aanwezig bij vergaderingen van de CBN. De vakbonden steunden het werk van de beweging en namen actief deel aan georganiseerde acties van de comités. Zodoende kwam Vildósola als vakbondsvertegenwoordiger ook in aanraking met de solidariteitsbeweging.

De CUT kaartte direct, via correspondentie, of indirect, bij monde van Vildósola, allerlei zaken aan bij de CCIZ. De namen van gevangengenomen vakbondsleiders werden per brief bekend gemaakt aan de commissie, die op haar beurt deze informatie doorspeelde naar minister van der Stoel.162 De CBN werd ook op de hoogte gehouden over de Club van Parijs, die in 1975 weer zou onderhandelen over de Chileense schulden. Ook bracht de CUT informatie over Chili naar buiten in persberichten, die vervolgens werden opgepakt door de Stichting Ontwikkelingssamenwerking Vakbeweging.163 Tevens opperde de CUT mogelijkheden voor economische boycots, aangezien er tot nu toe geen echte druk was uitgeoefend op de junta.164 Na een reis door Chili bevestigde Sicco Mansholt in maart 1975 dat een economische boycot de enige manier was om de junta te raken. Dit idee werd door West-Europese vakbonden overgenomen en was voor het NVV geen vreemde strategie. In de jaren vijftig had het NVV zelf al boycots geopperd, als middel tegen elke oorlogszuchtige natie.165 In mei 1975 deed de SOSV een oproep aan de vervoersbonden om de Chileense fruitschepen in Rotterdam niet te lossen.166 Van echte georganiseerde acties was echter nog geen sprake. Wel werd de Nederlandse investeringsmaatschappij Stevin genoemd binnen de CBN nadat er in de Chileense krant El Mercurio een bericht was verschenen over Nederlandse investeringen in Chili.167 Acties zouden pas rond 1976 georganiseerde vormen aannemen.

De gevluchte Chilenen sprongen zeer bewust om met de aanwezige mogelijkheden voor steun in West-Europa. Hier organiseerden ze zich in nieuwe organisaties zoals Chile Democrático.

159 Internationaal Bulletin nr. 38, Inventarisnummer 131, NVV Internationale Aangelegenheden, Archief NVV,

IISG.

160 De kievid e.a., 40 jaar, 40 verhalen,164.

161 Notulen Contactcommissie Internationale Zaken, Inventarisnummer 131, Archief NVV, IISG. 162 Brief CUT 2-5-1975, Inventarisnummer 193, Commissiearchief NVV 1975, Archief NVV, IISG.

163 Verslag vergadering CCIZ en Arbeidsmarktbeleid 16-4-1975, Inventarisnummer 192, NVV Internationale

Aangelegenheden, Archief NVV, IISG.

164 Notulen 29-5-1975 ten kantore van het CNV, Inventarisnummer 192, NVV Internationale Aangelegenheden,

Archief NVV, IISG.

Zie ook: Verslag van de vergadering van de CCIZ van het Overlegorgaan 19-9-1975, Inventarisnummer 192, NVV Internationale Aangelegenheden, Archief NVV, IISG.

165 Liere, Nick van, Het NVV en de Oost-West tegenstelling: van Koude Oorlog naar ontspanning (Nijmegen

1979) 20.

166 Oproep fruitboycot 15-5-1975, Inventarisnummer 1, Archief Chili Komitee Nederland, IISG. 167 Rapport Huub Oosterhuis namens de CBN, Inventarisnummer 2485, Archief PvdA, IISG.

40

Ook werden bestaande Chileense organisaties voortgezet aan de andere kant van de oceaan zoals de CUT en de coalitiepartijen van Unidad Popular. Via deze organisaties wisten de ballingen de Nederlandse solidariteit met de Chileense linkerzijde te sturen. Door middel van informatieverschaffing leverden de Chilenen een belangrijk aandeel in deze groeiende solidariteitsnetwerken in Nederland. Hun aanwezigheid diende tevens als gezicht voor de CBN, al had de Chilibeweging voor de Chilenen geen prioriteit in de periode 1973-1975. Het belangrijkste was om leden in Chili in veiligheid te krijgen, de verzetsorganisaties op te bouwen en steun te vergaren bij zusterpartijen in het buitenland.168 Dit gebeurde via internationale organisaties zoals de Socialistische Internationale en het IVVV. Op die manier wisten de ballingen de Nederlandse politiek en vakcentrales te bereiken.

168 Verslag gesprek vertegenwoordigers UP met de Nederlandse vakbeweging 24-6-1975, Inventarisnummer

41 4. Veranderende strategieën

De oproep van de CUT, Chile Democrático en van Mansholt om een economische boycot te organiseren tegen de junta werd in 1976 opgepakt door activisten in Nederland. De CBN, de PvdA en de vakcentrales waren het erover eens dat dit een goede actiestrategie was. Zij konden op de steun rekenen van net gearriveerde Chilenen, die vastberaden waren om actie te voeren tegen de junta. Hun komst voorzag de CBN van nieuwe energie. Ook hadden ze invloed op de bestaande Chileense organisaties in West-Europa. Dit hoofdstuk zal ingaan op deze veranderingen en zal de contacten tussen Chileense en Nederlandse organisaties en personen in kaart brengen voor de periode 1976- 1982.