• No results found

3. OPZET & VERANTWOORDING

3.8 ONDERZOEK NAAR CONTROLEGROEP (PAIRED CONTROL STUDY)

4.5.1 LOCATIE EN TYPE ORGANISATIE

In de uitgebreide interventiebeschrijving worden diverse uitvoeringsaspecten besproken. Hier beperken we ons tot:

• Locatie en type organisatie

• Personeel: opleiding en competenties

• Kwaliteitsbewaking

• Randvoorwaarden

4.5.1 LOCATIE EN TYPE ORGANISATIE

De belangrijkste eisen aan de locatie zijn:

• Studenten moeten er behalve kunnen werken en leren ook kunnen wonen.

• Woonbegeleiders, praktijkbegeleiders en orthopedagogen moeten in elkaars nabijheid werken zodat er korte samenwerkingslijnen zijn.

• De locatie moet de studenten een zekere rust en veiligheid bieden; veiligheid die deze jongeren in deze fase van hun leven nodig hebben om zich verder te kunnen ontwikkelen.

• Tegelijkertijd moet de locatie het contact met de buitenwereld in voldoende mate mogelijk maken en bijvoorbeeld bereikbaar zijn met het openbaar vervoer.

Het ontwikkelingstraject wordt aangeboden op het landgoed Parc Spelderholt te Beekbergen. Op dit landgoed zijn zowel de werkomgevingen (Kasteel Spelderholt, Hotel Spelderholt, het Academiegebouw en de omliggende tuinen) als de woonomgevingen gevestigd. Dat stimuleert en vereenvoudigt de samenwerking tussen de woonbegeleiders, praktijkbegeleiders, docenten en orthopedagogen. De huidige locatie biedt de studenten ook de veiligheid die ze nodig hebben om zich te kunnen ontwikkelen. Het landgoed is prachtig gelegen op de Veluwe en straalt rust uit. Op het terrein is sprake van een verkeersveilige situatie, wat maakt dat jongeren die (nog) niet verkeersveilig zijn ook aan het traject kunnen deelnemen. Verder is het voor bepaalde studenten prettig dat ze even naar buiten kunnen wanneer de spanning te veel wordt. De studenten ontmoeten de buitenwereld door het contact met de gasten van het kasteel en het hotel. Gasten brengen ‘de buitenwereld naar binnen’. Gasten hebben daarmee een rol in de ontwikkeling van de studenten. De studenten Dienstverlening lopen daarnaast externe groepsstages. Studenten die meer aankunnen, lopen individueel extern stage. De dichtstbijzijnde plaats is Beekbergen, op 15 minuten lopen. Hier kunnen studenten (basis)boodschappen doen. Vanuit Beekbergen kunnen zij met bussen naar Apeldoorn, waar meer voor hen te beleven is. De wat afgelegen ligging van Parc Spelderholt maakt het al met al wat lastiger voor studenten om in hun vrije tijd even te gaan winkelen, naar de bioscoop te gaan, et cetera.

4.5.2 PERSONEEL

Binnen Academie Spelderholt zijn verschillende professionals betrokken bij de begeleiding van de studenten: woonbegeleiders, praktijkbegeleiders (werkbegeleiders), docenten en orthopedagogen. Daarnaast is er een aannamecoördinator werkzaam, een didactisch medewerker en een aantal teamleiders. Het personeelsverloop is relatief laag. Alle medewerkers beschikken minimaal over een mbo4 diploma. Gestreefd wordt naar een mix van doeners en denkers.

Competenties waar PSH veel waarde aan hecht zijn onder meer: samenwerken, resultaatgerichtheid, innovatief vermogen, stressbestendigheid, overtuigingskracht, eigen initiatief, empathisch vermogen, zelfreflectie, communicatief vermogen en omgevingssensitiviteit. Omdat onder meer de medewerkers van het hotel en het kasteel in hun

werk ook te maken krijgen met de studenten, krijgen alle niet-Academie medewerkers van Parc Spelderholt een training ‘Omgaan met onze studenten’ waarin zij mee genomen worden in de visie van Academie Spelderholt.

Voor de uitvoering van het ontwikkelingstraject wordt naast de reguliere (betaalde) krachten een beroep gedaan op stagiaires uit het regulier beroepsonderwijs. Met hun open en vaak frisse kijk op de positie van mensen met een functiebeperking kunnen zij een belangrijke bijdrage leveren in het aanvullen en uitvoeren van nieuwe ideeën. Andersom kunnen stagiaires de positieve ervaringen met de (groei)mogelijkheden van jongeren met verstandelijke beperkingen en het inzicht in wat kan bijdragen aan groei meenemen naar de organisaties waar ze gaan werken. Inzet is dat het onderdeel wordt van hun beroepshouding.

4.5.3 KWALITEITSBEWAKING

Een belangrijk aspect van kwaliteitsbewaking is de mate waarin de interventie wordt uitgevoerd zoals bedoeld en beschreven. Maatregelen die PSH genomen heeft om deze ‘interventie-trouw’

bij nieuwe en bestaande medewerkers te bevorderen zijn onder meer het beschrijven van de aanpak in missie, visie, procesbeschrijvingen, procedures, gedragscode, etc. en het jaarlijks bespreken daarvan in de teamoverleggen. Ook kent PSH een inwerkprogramma voor nieuwe (potentiële) medewerkers, wat bij kan dragen aan de interventietrouw.

Op het niveau van de individuele student wordt de ontwikkeling van de student regelmatig in het kernteam besproken. Aan dit overleg nemen de persoonlijk woonbegeleider, de praktijkbegeleider en de orthopedagoog deel. In dit overleg bespreken zij de ontwikkeling en het niveau van zelfstandigheid van de student. Verder bespreken zij de leerdoelen voor de komende periode en wordt per leerdoel een plan van aanpak bepaald. Verder zijn er de teamvergaderingen waarbij alle studenten van een specifiek woonhuis besproken worden en waarbij het team van woonbegeleiders, en ook de orthopedagoog en betreffende praktijkbegeleider aanschuiven.

Wanneer de ontwikkeling van een student stagneert wordt in deze overleggen naar een verklaring gezocht: Lijkt de student zijn of haar (deel)plafond bereikt te hebben? Is er iets anders aan de hand? Kan de begeleiding beter of zou bijvoorbeeld een andere samenstelling van de groep helpen? Wanneer duidelijk is wat er aan de hand is en wat nodig is, wordt er actie ondernomen om de situatie te doorbreken. De orthopedagoog heeft hierin een coördinerende rol. De orthopedagogen zijn degenen die over alle kernteams heen signaleren of er sprake is van structurele tekortkomingen of verbeterpunten in de aanpak.

PSH werkt tevens met een incidentregistratiesysteem. Hierin worden (bijna) incidenten geregistreerd alsmede de afhandeling ervan. Per kwartaal wordt beoordeeld of de geregistreerde incidenten aanleiding geven om de aanpak aan te passen. De analyse van de incidenten alsmede de eventuele aanpassingen in het beleid worden gedeeld en besproken met het managementteam van PSH, en verder alle teams en de cliëntenraad.

Bij het laatste evaluatiegesprek worden studenten en ouders actief om feedback gevraagd op het ontwikkelingstraject in brede zin.

4.5.4 RANDVOORWAARDEN

PSH onderscheidt een aantal zaken die voorwaardelijk zijn voor een succesvolle uitvoering van het ontwikkelingstraject, te weten:

Een organisatie die haar medewerkers ‘empowered’

Een krachtgerichte benadering is alleen succesvol in een krachtgerichte organisatie. Een organisatie waarin de professional wordt uitgedaagd om zijn of haar talenten optimaal in te zetten, in nauwe samenwerking met collega’s. Binnen duidelijke kaders is er voor medewerkers van Academie Spelderholt veel ruimte voor eigen initiatief, zelfsturing, eigen inkleuring van de functie. Leidinggevenden leggen veel verantwoordelijkheid bij medewerkers, en stimuleren hen om zelf met voorstellen te komen. Medewerkers hebben veel invloed op de doorontwikkeling van de aanpak. Beleid wordt niet alleen door de leidinggevenden maar ook door medewerkers zelf geschreven.

Wisselwerking Academie & Hotel/Kasteel

De wisselwerking tussen het belang van leren (Academie) en het commerciële belang van het hotel/kasteel. Fouten (mogen) maken is inherent aan leren. Tegelijkertijd mogen de gasten geen last hebben van deze fouten. Dat beide werelden soms botsen, is juist van groot belang: het houdt iedereen scherp: het stimuleert medewerkers van de Academie continu de verbinding te maken met het reguliere, en stimuleert de medewerkers van het hotel/kasteel om de mogelijkheden van deze jongeren te blijven onderzoeken.

Betrokkenheid van ouders

Ouders hebben grote invloed op houding en gedrag van hun kind en kunnen daarmee in positieve en negatieve zin grote invloed uitoefenen op het succes van het ontwikkelingstraject. Ouders moeten het aan willen gaan om hun zoon of dochter (in bepaalde mate) los te laten. Verder vraagt het van ouders de bereidheid om tijd en geld te investeren in hun ontwikkeling: als studenten niet zelfstandig reizen moeten zij vrijdag opgehaald worden en zondag weer weg gebracht worden;

een deel van de studenten moet zelf betalen voor inwoning.21 Ook is het van groot belang dat ouders en PSH op één lijn zitten ten aanzien van de leerdoelen, de begeleidingsstijl en de begeleidingsintensiteit. Dit is niet vanzelfsprekend: Ouders staan er bijvoorbeeld op dat hun kind leert zelfstandig te reizen, terwijl de ervaring van de begeleiders van PSH is dat de student niet in staat is om hulp te vragen. Of: PSH leert studenten taken zelfstandig te doen, maar studenten vallen thuis vaak weer terug in oude patronen, waarbij ouders haast vanzelfsprekend weer gaan overnemen en daarmee eveneens vaak terugvallen in oude patronen. Een goede ouderbetrokkenheid kan ontwikkeld worden door erkenning te geven voor de rol die ouders in het leven van hun kind spelen en de zorgen die zij daarover hebben. Alleen in de dialoog kunnen verschillen worden opgelost en kunnen veranderingen in de rol van ouders duurzaam worden verankerd.

Inclusieve samenleving

PSH heeft de steun van andere partijen. Partijen die de mogelijkheden van deze jongeren zien, en bereid zijn daarin te investeren. Zoals de bereidheid van scholen (vso of pro) om leerlingen en ouders te verwijzen naar PSH, de bereidheid van werkgevers om stageplekken te bieden en de bereidheid van de overheid om te investeren in trajecten zoals van PSH.

21 Bepaalde kosten, waaronder huur en voeding, mogen niet uit het pgb betaald worden, maar mogen wel vanuit een Wajonguitkering betaald worden.