• No results found

H.4 Resultaten en Analyse

4.4 De Kersenbloesem

4.4.1 Beschrijving locatie

Woonlocatie De Kersenbloesem is gericht op mensen met een lichamelijke beperking. De bewoners kunnen bovendien ook een licht verstandelijke beperking hebben. Bij sommige cliënten is dit (nog) niet vastgesteld. In totaal wonen hier ongeveer zestien cliënten en werken er ongev eer twintig begeleiders. Het is een vrij nieuwe locatie, ze bestaat tweeëneenhalf jaar. De werkdagen van begeleiders verschillen. Op een dag zijn er vijf verschillende soorten diensten: de ochtenddienst, de avonddienst, de nachtdienst en twee spitsuren. De ochtenddienst begint om 7 uur en eindigt om kwart over 3. De avonddienst begint om 3 uur en eindigt om kwart over 11. De nachtdienst begint om 11 uur en eindigt om kwart over 7. De spitsuren zijn in de ochtend van 7 tot 11 en in de avond van 6 tot 11. Tijdens de spitsuren zijn meestal minstens drie medewerkers aanwezig, verder meestal twee. De spitsuren zijn de uren waarin cliënten ondersteund worden bij het uit hun bed komen, naar bed gaan, douchen, wassen, aankleden en uitkleden.

“En op dinsdag en donderdag komt er iemand om half zeven, dat is om een cliënt eerder uit bed te helpen, die wil om half 7 uit bed en die moet met zijn tweeën geholpen worden.” (Respondent 9).

Ook is er een cliënt die altijd ergens midden in de nacht wil gaan slapen. Deze cliënt wordt dan niet tussen 6 en 11 uur naar bed geholpen. Tussen de ochtenddienst, avonddienst en nachtdienst is er sprake van een overlap van een kwartier. In deze tijd wordt er tussen medewerkers relevante informatie over cliënten overgedragen. Dit houdt in dat de medewerkers die in de ochtend hebben gewerkt om drie uur aan de medewerkers die in de middag gaan werken, vertellen wat er die ochtend gebeurd is. Er wordt bijvoorbeeld verteld dat een douchestoel is binnengekomen voor een cliënt. Overdrachten vinden ook plaats tussen de middag- en avonddienst, en de avond- en

50 ochtenddienst.

De locatie bestaat uit een hal met aangrenzend een openbare ruimte met keuken. Het kantoor van de medewerkers en teamleider bevindt zich naast de hal. Om de hal binnen te kome n moet men aanbellen of een soort sleutel hebben. In de hal staat een receptie waar elke dag een andere cliënt werkt. Zij ontvangen mensen, nemen de telefoon op en verbinden telefoontjes door. Als men door de hal heen loopt, komt men bij een deur die van binnen opengemaakt kan worden met een grote drukknop. Vervolgens bevindt men zich in een tussengang, met een lift en een deur naar buiten. Via de sleutel kan men daarna een andere deur door om in een grote hal te komen waar alle woningen zich bevinden.

De openbare ruimte is bedoeld voor alle bewoners. Hier kunnen zij gezamenlijk koffie drinken in de ochtend en avond. Ook kan hier gezamenlijk in de avond gegeten worden. Het is standaard dat de cliënten van kwart over vijf tot zes uur in de middag naar de ope nbare ruimte kunnen komen om te eten. Indien nodig worden mensen geholpen met het eten. De begeleiders eten niet gelijk met de cliënten, zij eten van zes tot half zeven. Het is een paar keer voorgekomen dat er gezamenlijk met de cliënten en medewerkers gegeten werd in deze ruimte. Ook worden er in deze ruimte dagbestedingsactiviteiten gehouden, zoals koken of schilderen. Hier doen niet alle cliënten van de woonlocatie aan mee. De cliënten zijn niet allemaal met elkaar bevriend. De één is liever alleen thuis dan in de openbare ruimte. Dit mogen de cliënten zelf bepalen.

Iedere voordeur van een woning heeft een raam. De cliënt kan zelf beslissen of dit raam wel of niet afgeplakt wordt. Iedere woning heeft een deurbel. Op sommige voordeuren van de woningen staat dat de bewoner liever heeft dat men aanbelt of aanklopt: “Ik heb liever dat je klopt, want als je aanbelt spring ik een meter in de lucht”. Een begeleider kan daarentegen ook via de sleutel de woning binnenkomen. Dit willen de cliënten liever niet, omdat zij niet willen dat iemand zomaar hun huis binnengaat. De mate waarin een cliënt hier problemen mee heeft verschilt.

Binnen in de woning is er sprake van een belsysteem. Dit belsysteem houdt in dat iedere medewerker die aan het werk is, een telefoon bij zich heeft waar een cliënt naar kan bellen. Als een cliënt belt, gaan al de telefoons af, die in gebruik zijn door de medewerkers. Cliënten kunnen bellen via een apparaat dat zij bij zich hebben. Als een medewerker opneemt, horen de cliënten hun stem in hun huis door middel van een luidspreker. Deze luidspreker bevindt zich in de muur van iedere woning. Bij zorgvragen of problemen belt de cliënt op de ze manier een medewerker. Op elk moment van de dag kunnen cliënten naar medewerkers bellen. Als één van de medewerkers opneemt, kunnen de andere medewerkers niet horen wat er gezegd wordt. De medewerker die de telefoon niet opneemt, weet niet welke zorgvragen er zijn. Collega’s bellen elkaar vervolgens om te weten waar zij zich bevinden en om af te spreken wie naar welke cliënt gaat.

51 aangegeven hoe laat zij elke dag gaan douchen. Dit schema is in overleg met de cliënt opgesteld. Het is ontstaan, omdat anders de begeleiders te veel zorgvragen tegelijkertijd op een moment krijgen. Eén van de medewerkers van De Kersenbloesem heeft het maken van dit schema op zich genomen. Bij sommige cliënten zijn voor het douchen twee begeleiders nodig. In het schema w ordt hier rekening mee gehouden. Als een cliënt op een ander tijdstip wil douchen, omdat hij/zij bijvoorbeeld die dag wil uitslapen, dan kan diegene in overleg met een andere cliënt de tijden ruilen.

Medewerkers kunnen niet altijd aanwezig zijn in het huis van de cliënt op de tijd aangegeven in het schema. Er is daarom tussen medewerkers en cliënten de afspraak gemaakt dat er een speling is van tien tot vijftien minuten. Er is geen doucheschema voor de avonddienst.

Het telefoonsysteem in De Kersenbloesem kan uitvallen. Het komt regelmatig voor dat er een storing is. Dit kan veel onrust geven bij cliënten, omdat zij bij problemen medewerkers niet of lastig kunnen bereiken. Als dit gebeurt, moeten de cliënten als eerste geïnformeerd worden. Dan is het de vraag welke cliënt als eerste op de hoogte gebracht moet worden. Cliënten worden dan geïnformeerd dat zij de medewerkers via WhatsApp kunnen bereiken. Als het telefoonsysteem eruit ligt, is de afspraak dat cliënten de vaste telefoon van De Kersenbloesem kunnen bellen of

WhatsAppen. Er is echter maar één vaste telefoon. Hierdoor krijgt de medewerker, die de vaste draadloze telefoon bij zich heeft, alle zorgvragen binnen en moet deze doorgeven aan de andere medewerkers die aanwezig zijn. Dit wordt lastig als de medewerker bezig is met een zorgtaak en de telefoon de hele tijd af blijft gaan. Als het telefoonsysteem in de nacht uitvalt wil niet iedere cliënt geïnformeerd (en dus wakker gemaakt) worden. Er is hier een lijst voor opgesteld, waarop bij iedere cliënt staat aangegeven of hij/zij wel of niet geïnformeerd wil worden.

In de grote hal, waar alle woningen aan grenzen, is het erg gehorig. Als een medewerker in deze hal aan het praten is met een collega dan kunnen de bewoners vrijwel het hele gesprek horen. Eén van de afspraken in het huis is daarom dat er zo min mogelijk in deze hal gesproken wordt over privézaken. Als medewerkers in de hal zijn en zij krijgen een telefoontje, dan wordt er geprobeerd om alleen hardop zinnen te zeggen als “wat wil je dat ik doe?”, “ik moet eerst naar Alice” en “over ongeveer tien minuten ben ik bij je”. Cliënten hadden zelf aangegeven dat zij niet wilden dat er over privézaken gesproken werd in de hal.

In de twee jaar tijd is slechts eenmaal een personeelslid van het vaste team vertrokken en vervangen. Verder is het vaste team onveranderd gebleven. In De Kersenbloesem is er wel sprake van veel wisselingen in flexwerkers. Niet elke medewerker heeft de vaardigheden die belangrijk zijn voor het werk op de woonlocatie. Dit gaat om de omgang met cliënten en de verzorgende taken. Uit de flexpool (intern uitzendbureau) van Odion zijn er weinig mensen gespecialiseerd in het verzorgen van mensen met een lichamelijke beperking. Om mensen naar bed te brengen zijn bijvoorbeeld

52 bepaalde tilapparaten nodig. Hier moeten medewerkers kennis over hebben. De flexpool staat voor de LG (Lichamelijk Gehandicapten) zogezegd vaak droog:

“Ja je moet de zorg kunnen leveren. Je kan niet iemand die gisteren begonnen is in de flex vandaag hier volop inzetten. Ze moeten echt eerst ingewerkt worden. Naja dat heb je dan in je eerste dag gezien, met tilliften en dingen, dat is behoorlijk specialistisch. En onze cliënten kunnen heel goed aangeven hoe ze het willen hebben, maar ja op een gegeven moment worden ze het ook wel een keer zat. Wat de cliënten ook hebben aangegeven is dat ze eerst mensen willen zien voordat ze aan hun bed komen. Daarom laten we nu de meeste flexers ‘s avonds inwerken. Maar ja, van de zomer komt er een flexer nieuw en ja die kan alleen met de vroege diensten beginnen. Ja dan ga ik het uitleggen aan de cliënten van joh we hebben het zo afgesproken, want het kon niet anders (…). En het is natuurlijk niet prettig dat een onbekend iemand opeens voor je neus staat en dat jij dan in je blootje in bed ligt. En ze zijn al zo kwetsbaar, dat wil je natuurlijk eigenlijk niet.” (Respondent 8).

Zoals blijkt uit dit tekstfragment, wordt bij het inwerken van flexwerkers de voorkeur gegeven aan avonddiensten. De reden hiervoor is dat een avonddienst begint om drie uur. Een cliënt kan

daardoor eerst kennis maken met een nieuwe medewerker, voordat diegene een cliënt (lichamelijk) gaat verzorgen. Dit is niet het geval in een ochtenddienst, omdat de dag gelijk begint met het wassen of douchen van cliënten. Een cliënt had zelf ook aangegeven dat hij een keer wakker was geworden en er opeens een onbekend iemand aan zijn bed stond: “Ja dan schrik je je rot” (Respondent 20). Teamleiders kunnen overigens wel hun voorkeur aangeven bij de flexpool van Odion, daardoor kunnen er vaste flexmedewerkers op een locatie zijn. Bij De Kersenbloesem is er echter sprake van weinig aanbod waardoor een voorkeur aangeven in de beleving van collega’s weinig zin heeft: “meestal ben ik al blij als er iemand komt” (Respondent 8). Cliënten hebben hier in principe geen inspraak in, ondanks dat zij dit liever niet hebben. De teamleider en de medewerkers kunnen hier zelf ook weinig aan doen. Het is overmacht. Het inwerken van flexwerkers kan echter druk geven bij de medewerkers, omdat zij zowel mensen moeten verzorgen als de werkzaamheden moeten uitleggen aan flexers.

4.4.2 Eigen regie De Kersenbloesem

Op de woonlocatie De Kersenbloesem weten de meeste cliënten goed aan te geven wat zij wel en niet willen. Zij zijn meestal erg mondig. Dit maakt het voor medewerkers makkelijker om de zorg aan te passen aan hun behoeften. Als een cliënt het ergens niet mee eens is, kunnen zij dit meestal goed aangeven. Zo vertelde een cliënt dat als iemand in zijn huis zomaar binnen komt zonder te kloppen of aan te bellen, hij dit gelijk zal zeggen: “Dit druk ik dan gelijk de kop in, ben ik gelijk klaar mee”

53 (Respondent 20). Cliënten krijgen de regie over hun eigen huis door de deurbellen, of door middel van een briefje waarop staat dat er geklopt moet worden. Ook zorgt het gebruik van het

telefoonsysteem voor meer regie. Op deze manier kunnen cliënten medewerkers zelf bellen als dit nodig is. Cliënten mogen bepalen of zij een huisdier willen. Wel wordt er door de begeleiders in overleg met de cliënt gekeken of de cliënt voor een dier kan zorgen. Zo is er een cliënt die vergeet om de waterbak van de kat bij te vullen. De begeleiders houden hier rekening mee.

De cliënten moeten bij zorgvragen rekening houden met de andere bewoners. Bij drukte kan het voorkomen dat cliënten niet op het moment dat zij naar bed willen gaan, daadwerkelijk naar bed kunnen gaan. Dit geldt eveneens voor het ochtendschema. Op de woonlocatie zijn er ook afspraken gemaakt tussen cliënten en begeleiders. Dit zijn een soort huisregels. Deze afspraken gaan

bijvoorbeeld over de gehorigheid in het pand.

Een cliënt van De Kersenbloesem gaf aan dat er niet vaak gezamenlijk gegeten wordt met cliënten en medewerkers. Dit zou zijzelf graag vaker zien. Cliënten kunnen namelijk zelf bepalen of zij in de algemene ruimte willen eten tussen kwart over 5 en 6 uur. De begeleiders eten rond deze tijd niet mee. Een enkele keer is het voorgekomen dat er gezamenlijk gegeten werd, omdat een begeleider bijvoorbeeld patat voor iedereen had gehaald.

“Ik zeg niet dan het moet, maar gewoon gezellig samen eten. Want als we met zijn allen patat gaan eten dan eten we opeens wel samen.” (Respondent 19).

Volgens sommige begeleiders is het gezamenlijk eten niet mogelijk, omdat zij een paar cliënten moeten helpen met het geven van eten. Ook kan het tijdens het eten voorkomen dat zij gebeld worden door een cliënt, die niet aanwezig is in de openbare ruimte. Er is daarentegen de afspraak dat cliënten tijdens de pauze van medewerkers alleen moeten bellen bij een dringende zorgvraag. De cliënt die aangaf vaker gezamenlijk te willen eten, wil echter niet degene zijn die dit steeds moet organiseren. Nu organiseert iemand dit af en toe.

Cliënten kunnen zelf bepalen of zij overdag gaan werken of niet. Veel cliënten kunnen goed omgaan met de computer en branden bijvoorbeeld Cd’tjes of mixen muziek. In hoeverre cliënten werken, wordt niet voor hen bepaald. Volgens een cliënt worden de cliënten dan ook niet geprikkeld om werk te zoeken binnen Odion of daar buiten. Het is niet raar als een cliënt elke dag thuis blijft. Een medewerker gaf aan dat het voor het team daardoor lastiger wordt om overdag alle cliënten met zorgvragen te kunnen helpen. Als steeds meer cliënten overdag thuisblijven en het aantal

medewerkers niet meegroeit, wordt het op een gegeven moment voor de medewerkers lastig om aan cliënten goede zorg te kunnen garanderen.

Bij De Kersenbloesem is er een cliënt die een betaalde baan heeft gehad. Deze cliënt heeft een goede opleiding gehad. Echter, doordat dit bedrijf ging verhuizen, en hijzelf niet mee wilde/kon

54 verhuizen, verloor hij zijn baan. Hij heeft een aantal jaren zelf en met steun vanuit Odibaan (een bedrijf voor cliënten om een (betaalde)baan te vinden die bij iemand past, meer hierover in 4.6.6) een baan gezocht. Zonder succes. Hij heeft bij Odion gesolliciteerd. Dit was een aantal jaren geleden. Hij woonde rond deze tijd al bij een woonlocatie van Odion. Hij heeft hierover geen bericht terug gehad en is vervolgens zelf naar Odion gaan bellen:

“Ik moest zelf gaan bellen om naar mijn sollicitatie te vragen. Ze zeiden toen dat ik

afgewezen was, geen reden, niks. Ja als je dat dan hoort, dan ben je er helemaal klaar mee .” (Respondent 20).

Tegenwoordig werkt deze cliënt niet. De dagbesteding is voor hem echter niet uitdagend genoeg en het zoeken naar een baan heeft hem te veel stress opgeleverd.