• No results found

Gezondheidseffecten van preventie van alcoholmisbruik en afhankelijkheid bij volwassenen en ouderen

Tekstblok 3.1: Kosteneffectiviteitsanalyse zelfhulpcursus met minimale begeleiding ‘In de put, uit de put’

5.5 Preventieve interventies voor alcoholmisbruik en afhankelijkheid voor volwassenen en ouderen

5.5.2 Gezondheidseffecten van preventie van alcoholmisbruik en afhankelijkheid bij volwassenen en ouderen

Anders dan bij studies naar preventie van depressie is effectonderzoek met vermin- dering van de incidentie volgens DSM criteria geen traditie bij alcoholgerelateerde stoornissen. Daarom zijn effecten op afname van incidentie nooit onderzocht voor alcoholmisbruik en -afhankelijkheid.

Van de bovenbeschreven interventies ter voorkoming van alcoholmisbruik en -afhan- kelijkheid bij volwassenen en ouderen zijn er drie in een Nederlandse gerandomi- seerde studie onderzocht: de internetcursus ‘MinderDrinken’, de zelfhulpcursus ‘Hoe minder te drinken’ en de internetinterventie ‘De Drinktest’. We bespreken deze studies om iets te kunnen zeggen over de behaalbare gezondheidswinst van de drie genoem- de interventies. De uitkomstmaat is bij alle drie de studies verandering in risicostatus.

Tabel 5.4: Overzicht van in Nederland beschikbare interventies ter preventie van alcoholmisbruik en -afhankelijkheid bij volwassenen.

Soort inter- ventie a ontwik- kelings- fase b Wetensch. status c Uit-komst-

maat d

Doelgroep

Universeel

Massamediale cam- pagnes (overheid)

Media G * K Nederlandse bevolking of

brede groepen daaruit

selectief

Drankjewel volwassenen

Internet G * K volwassen kinderen van

probleemdrinkers

Geïndiceerd

Drinktest Internet G ** R volwassen alcoholgebruikers

Hoe minder te drinken

Zelfhulp G * R volwassen probleemdrinkers

Minder drinken Internet G ** R volwassen probleemdrinkers

Minder drinken: doe het zelf

Teleac I - K volwassen alcoholgebruikers

Educatieve Maatregel alcohol en verkeer

Groep G niet ef-

fectief

K automobilisten die teveel gedronken hebben Zelhulpprogramma

alcohol

Internet G onbekend K volwassen probleemdrinkers

Behandeling online Internet G onbekend K volwassen probleemdrinkers

Deze maat geeft aan of iemand meer drinkt dan de gangbare richtlijn voor verant- woord alcoholgebruik (Gezondheidsraad, 2005). Dit is voor mannen niet meer dan drie glazen per dag, en voor vrouwen niet meer dan twee. Bovendien zijn er geen dagen (bijvoorbeeld in het weekend) waarin mannen meer dan zes glazen drinken (‘bingen’). Voor vrouwen is dit niet meer dan vier glazen.

Internetcursus ‘MinderDrinken’

De interventie ‘MinderDrinken’ (www.minderdrinken.nl; Riper et al., 2005) is op effec- tiviteit onderzocht in een gerandomiseerd onderzoek onder 261 personen met een verhoogde risicostatus (Riper et al., in voorbereiding). De vraag was hoeveel personen door toedoen van de interventie hun risicostatus verliezen. Deelnemers werden ran- dom toegewezen aan MinderDrinken of aan een informatiebrochure op het internet (‘Wat doet drank met u’; NIGZ, 2000). Tabel 5.5 laat zien dat er statistisch significante effecten zijn op de risicostatus voor alcoholmisbruik of –afhankelijkheid. In de inter- ventiegroep verliest 15% de risicostatus tegen 5% in de controlegroep.

Tabel 5.5: Effectiviteit van de internetcursus ‘MinderDrinken’ op risicostatus na 12 maanden a. Interventiegroep (n=131) Controlegroep (n=130) Behield risicostatus 112 123 Verloor risicostatus 19 7 Risico op de stoornis 0,85 0,95 95% BI Risicoverschil (RV) 0,09 (0,02 ~ 0,16) Relatief risico (RR) 0,90 (0,83 ~ 0,98) NNT 10,0 χ2 = 6,05, p = 0,01

a Risicostatus = iemand drinkt meer dan de gangbare richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik

(Gezondheidsraad, 2005). Gemeten met: ‘Weekly recall, Binge drinken’ (Riper et al., in voorbereiding ). Voor een uitleg van deze tabel zie tekstblok 2.3.

De website is in 11 maanden bezocht door 18.653 unieke personen. Hiervan namen 4.511 personen (24%) actief deel aan de interventie. op jaarbasis correspondeert dit met 4.920 actieve deelnemers. Bij een risicoverschil van 9% gaan onder invloed van de interventie en in vergelijking tot de controlegroep, jaarlijks 443 personen zodanig minder drinken dat zij hun ongunstige risicostatus verliezen.

op basis van deze effectstudie is momenteel ook een kosteneffectiviteitstudie in voor- bereiding. De eerste en voorlopige resultaten daarvan doen vermoeden dat ‘Minder drinken’ een kosteneffectieve interventie is (Smit et al., aangeboden ter publicatie).

Zelfhulpcursus ‘Hoe minder te drinken’

Het boekje ‘Hoe minder te drinken’ (Van Emst, 1996) is op effectiviteit onderzocht in een gerandomiseerd onderzoek onder 175 personen die meer dronken dan de gang-

bare richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik (Kramer & Riper, 2005). Via loting werd bepaald of deelnemers het boekje kregen toegestuurd (interventiegroep) of een infor- matiebrochure ‘Wat doet drank met u’ (NIGZ, 2000; vergelijkingsgroep). Bij de voor- meting dronk men gemiddeld 41,1 glazen per week in de conditie van het boekje en 41,3 in die van de brochure. Na een half jaar dronk men respectievelijk 32,9 glazen in de interventiegroep en 37,6 in de vergelijkingsgroep. In de interventiegroep vermin- derde het alcoholgebruik significant meer (gestandaardiseerde effectgrootte d=0,24). Hoewel het totaal aantal glazen per week sterker verminderde dan bij de controle- groep, leidde dat niet significant vaker tot drinken volgens de richtlijn. Het aantal deelnemers dat zich beperkte tot het maximaal aantal glazen zoals beschreven in de richtlijn voor verantwoord drinken was 12 in de interventiegroep (14%) en 9 in de con- trolegroep (10%). De ‘Numbers-needed-to-be-treated’ was 30 (tabel 5.6).

Tabel 5.6: Effectiviteit van Zelfhulpboekje ‘Hoe minder te drinken’ op risicostatus na 6 maanden a. Interventiegroep (n=88) Controlegroep (n=87) Behield risicostatus 76 78 Verloor risicostatus 12 9 Risico op de stoornis 0,86 0,90 95% BI Risicoverschil (RV) 0,03 (-0,06 ~ 0,13) Relatief risico (RR) 0,96 (0,86 ~ 1,07) NNT 30 χ2 = 0,45, p = 0,50

a Risicostatus = iemand drinkt meer dan de gangbare richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik (Gezond-

heidsraad, 2005). Gemeten met: ‘Weekly recall, Binge drinken’ (Riper et al., in voorbereiding). Voor een uitleg van deze tabel zie tekstblok 2.3.

De tabel laat zien dat de interventie effect heeft op het reduceren van het alcohol- gebruik, maar niet op het beïnvloeden van de risicostatus: het percentage personen dat onder invloed van de interventie het drinkgedrag in overeenstemming brengt met de richtlijn voor verstandig drinken komt niet boven het toeval uit.

Internettest ‘De Drinktest’

De ‘Drinktest’ (Huiberts & Boon, 2003a, 2003b) is in een RCT onderzocht, waarbij de interventie werd vergeleken met een digitale voorlichtingsfolder (Boon & Huiberts, in voorbereiding). De effecten waren positief: een mindering van het aantal drinkdagen en een duidelijker intentie om het alcoholgebruik te minderen. Het percentage over- matige drinkers (drinkt meer dan de richtlijn) daalde na negen maanden 9% meer in de drinktestgroep dan in de vergelijkingsgroep (tabel 5.7).

Tabel 5.7: Effectiviteit van ‘De Drinktest’ op internet op risicostatus na 9 maanden a. Interventiegroep (n=102) Controlegroep (n=89) Behield risicostatus 71 70 Verloor risicostatus 31 19 Risico op de stoornis 0,70 0,79 95% BI Risicoverschil (RV) 0,09 (-0,03 ~ 0,21) Relatief risico (RR) 0,89 (0,75 ~ 1,05) NNT 11 χ2 = 2,01, p = 0,15

a Risicostatus = iemand drinkt meer dan de gangbare richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik (Gezond-

heidsraad, 2005). Gemeten met: ‘Weekly recall, Binge drinken’ (Riper et al., in voorbereiding). Voor een uitleg van deze tabel zie, tekstblok 2.3.

Deze resultaten, voor mannen en vrouwen samen, zijn niet significant. Echter, bij de groep vrouwen nam de risicostatus wél significant af in de interventiegroep (tabel

5.8). Dit effect is ook klinisch relevant. Het gaat hierbij om grote aantallen vrouwen: in

2003 namen 24.625 vrouwen actief deel aan de drinktest. Afgaand op de beschikbare onderzoeksgegevens (persoonlijke communicatie A. Huiberts, NIGZ) ging hiervan 20% hun drankgebruik zo aanpassen dat ze onder de normatieve grens voor verstandig drinken kwamen. Dat zijn per jaar bijna 5.000 vrouwen die baat hebben gehad van de interventie.

Tabel 5.8: Effectiviteit van ‘De Drinktest’ op internet op risicostatus van de vrouwelijke deelnemers na 9 maanden a. Interventiegroep (n=46) Controlegroep (n=46) Behield risicostatus 29 38 Verloor risicostatus 17 8 Risico op de stoornis 0,63 0,83 95% BI Risicoverschil (RV) 0,20 (0,02 ~ 0,37) Relatief risico (RR) 0,76 (0,59 ~ 0,99) NNT 5,1 χ2 = 4,45, p = 0,03

a Risicostatus = iemand drinkt meer dan de gangbare richtlijn voor verantwoord alcoholgebruik (Gezond-

heidsraad, 2005). Gemeten met: ‘Weekly recall, Binge drinken’ (Riper et al., in voorbereiding ). Voor een uitleg van deze tabel zie tekstblok 2.3.

Het aantal mannen dat de site bezoekt is omvangrijker. In 2003 waren er ruim 63.000 mannen die de test volledig uitvoerden. In potentie kan bij zo’n groep veel gezond- heidswinst behaald worden, maar het onderzoek laat bij mannen zulke effecten niet zien. Dit vraagt om verdere aanpassing van de site, of het advies (vooral aan mannen)

om ook een kijkje te nemen op de site van MinderDrinken.nl, omdat daar een intensie- vere interventie wordt aangeboden. Er is een nieuwe gerandomiseerde studie gestart die op zulke vragen antwoord kan geven. De uitkomsten van dat onderzoek moeten echter afgewacht worden.

Te behalen gezondheidswinst op bevolkingsniveau

Alle bovengenoemde geïndiceerde preventieve interventies ter preventie van alcohol- misbruik en -afhankelijkheid zijn geëvalueerd op het terugdringen van de risicostatus, dat wil zeggen of mensen minder gaan drinken dan de gangbare richtlijn voor ver- antwoord alcoholgebruik (Gezondheidsraad, 2005). Voor deze risicostatus worden in de studie van Van Dijck & Knibbe (2005) weliswaar prevalentiecijfers voor Nederland genoemd, maar helaas niet de incidentiecijfers die we voor de doorrekening naar be- volkingsniveau nodig hebben.

5.6 samenvatting en conclusies preventie van

Outline

GERELATEERDE DOCUMENTEN