• No results found

Gewenste natuurlijke structuur .1 Visie

Borgloon wil de natuurlijke rijkdom van de beekvalleien behouden en versterken. Een evenwaardige tweede pijler van de gewenste natuurlijke structuur betreft het herstel van de kleine landschapselementen en van andere natuurlijke entiteiten; hoofdbedoeling is hierbij natuurlijke verbindingselementen te creëren. Zo is o.a. op het Fruitspoor en de Romeinse Kassei de functie als fietsroute of wandelpad ondergeschikt aan de eventuele aanwezige natuurwaarde.

Het behoud en de versterking van de diverse beekvalleien wordt tot een hoofdthema in het beleid inzake natuurontwikkeling. Op plaatsen waar de breedte van de beekvallei geen natuurontwikkeling toelaat wordt meer ruimte voorzien. Zacht recreatief medegebruik kan in de valleien ontwikkeld worden. Andere activiteiten worden zoveel als mogelijk uit de valleien geweerd. Aan de landbouw worden randvoorwaarden opgelegd.

Het draagvlak voor het behoud, het herstel en de ontwikkeling van kleine landschapselementen, zoals holle wegen, houtkanten en hoogstamboomgaarden, ... wordt verhoogd. Hierdoor ontstaan meer initiatieven die fijnmazige verbindingen van natuurgebieden vormen. Het aanduiden van nieuwe ruimte voor groot- en/of kleinschalige natuurontwikkeling blijft noodzakelijk. Een samenwerking tussen gemeentebestuur,

natuurverenigingen en de landbouwsector en andere gebruikers van de open ruimte wordt nagestreefd om de ontwikkelingskansen van de natuurwaarden te verzekeren..

Een droge natuurverbinding51 van het Manshovenbos over het centrum van Borgloon naar de Vilsterbeekvallei verbindt grotere eenheden natuur. De natte gebieden in het landschap zullen als natte natuurwaarden hersteld of ontwikkeld worden. Zo zullen o.a. brongebieden uitsluitend als natte natuurwaarden benaderd worden.

Kleinschalige alternatieve waterzuivering verbetert de waterkwaliteit en biedt mogelijkheden tot het gericht versterken van natuurwaarden.

3.4.2 Gewenste ruimtelijke structuur

In Borgloon zijn volgende gebieden als habitatrichtlijn gebied beschermd (Europees niveau:

o Manshovenbos aansluitend op het kasteelpark van Heks (Heers), o de wijde omgeving van de Bollenberg ten zuiden van Borgloon, o de bronhellingen van de Vilsterbeekvallei,

o een drassig gebied tussen Kerniel en Gors-Opleeuw en de omgeving van het Bellevuebos.

• Te Borgloon werden delen van de Mombeekvallei ter hoogte van Jesseren en Bommershoven, en het Bellevuebos als VEN-gebied geselecteerd (Vlaams niveau).

• Te Borgloon zijn geen droge of natte natuurverbindingen geselecteerd door de Provincie.

51 Een natuurverbinding of een natuurverbindingsgebied is een aaneengesloten gebied:waar de natuurfunctie ondergeschikt is aan de andere functies, waar andere functies (doorgaans landbouw, bosbouw, ...) als hoofdgebruiker voorkomen en de natuur als nevengebruiker; waar de biologische waarde bepaald wordt door de aanwezigheid van kleine landschapselementen; waar de biologische waarde kan toenemen door de ontwikkeling van kleine landschapselementen; dat een verbinding realiseert tussen grote eenheden natuur en grote eenheden natuur in ontwikkeling, en verwevingsgebieden.

2233683057 GRS Borgloon – gecoördineerde versie 44

• Een lokale natuurverbinding wordt geselecteerd die het bos- en parkcomplex van het kasteel van Heks met de valleien van de Vilsterbeek en de Herk (Wellen). Het Manshovenbos, het kleinschalig landschap van de Bollenberg, het habitatgebied ten westen van Grootloon, de vallei van de Motbeek, de steile bronhellingen van deze beek en de bronhellingen van de Vilsterbeek zijn hier deel van.

• Al de bijbeken van de Herk en van de Mombeek worden door de gemeente beschouwd als dragers van de natuurlijke structuur op gemeentelijk niveau. Zij verbinden de andere waardevolle en/of structurerende gebieden met elkaar.Volgende beekvalleien zijn geselecteerd als natte natuurdrager op gemeentelijk niveau:

Golmeerzouwbeek; Sassenbroekbeek; Rullingerbeek;

Kleine Herk of Herkbeek; Motbeek; Vilsterbeek;

Marmelbeek; Sint-Annabeek.

Volgende bestaande structuren in de gemeente worden geselecteerd als droge natuurdrager:

o Het Fruitspoor van de grens met Sint-Truiden tot de grens met Tongeren;

o De Romeinse Kassei, van de grens met Sint-Truiden tot aan de grens met Tongeren.

• Hendrieken als landschapsbegraafplaats

De gemeente wenst volgende motivatie mee te geven (in het informatief deel werd een locatie-onderzoek gedaan):

Concreet zijn er twee mogelijke locaties voor deze parkbegraafplaats:

o Puthofveld, ten westen van de Tramstraat, in woonuitbreidingsgebied;

o Te Hendrieken, net ten zuiden van het kruispunt van de N79 met de Lambertusstraat.

Het locatieonderzoek uit het informatief deel wijst uit dat de locatie in Puthofveld zekere bodemkundige risico’s inhoudt. De ondergrond is hier zeer onstabiel geworden na de realisatie van de Westelijke Omleidingsweg tussen de N79 en Tivoli. Tevens is hier een hoge grondwaterstand aanwezig52. Dit zijn zeer negatieve factoren bij de beoordeling van deze locatie.

De locatie te Hendrieken heeft een stabiele ondergrond van doorlaatbare leem, en de grondwatertafel ligt laag genoeg om in aanmerking te kunnen komen voor de vestiging van een begraafplaats. Tevens bezit deze locatie een hoge graad van realisatiemogelijkheid (inbezitstelling gronden via ruilverkaveling).

Vanuit de stelling dat de ondergrond van een begraafplaats moet voldoen aan zekere criteria, en vanuit de optiek dat de problematiek vrij dringend is voor een aantal deelgemeenten, wordt geopteerd voor de locatie te Hendrieken.

• Specifieke selecties:

o Behoud kleine landschapselementen o Behoud hoogstamboomgaarden o Behoud dagzomende flora en fauna

• Ruimte voor water

52 Het vooronderzoek bij de mogelijke locatie van een nieuwe begraafplaats omvat altijd een onderzoek naar de grondwaterstand en de doorlaatbaarheid van de bodem, om snelle ontbindingsprocessen te verzekeren.

Zogenaamde “waterzieke gronden” worden als onhygiënisch beschouwd. Een lage grondwaterstand is derhalve essentieel om een begraafplaats in te kunnen richten.

2233683057 GRS Borgloon – gecoördineerde versie 45 Op kaart wordt een aanzet gegeven tot verdere studie over mogelijke nieuwe locaties.

De voorgestelde locatiekeuze is gebaseerd op het aantal, het reliëf, de bodem en de directe aansluiting van het KWZI op een beekvallei.

De zoekzones betreffen deelgemeenten van Borgloon, met uitzondering van Tereycken dat een historisch gehucht betreft. Voor Hoepertingen is een alternatief voorzien voor het waterzuiveringsstation van Aquafin, gepland in de Herkvallei.

tabel 4: overzicht zoekzones voor KWZI-inplantingen nummer

op kaart

Deelgemeente met aantal inwoners

detailomschrijving Aard van de installatie Beekvallei

K1 Rijkel 759 woonkern + 2 boerderijen nieuwe KWZI Golmeerzouwbeek

K2 Tereycken

ca. 150

gehucht nieuwe KWZI Spaasbeek (Wellen)

K3 Gotem 285 nieuwe KWZI Herkebeek

K4 Voort 172 nieuwe KWZI Herkebeek

K5 Hendrieken

194 aansluiting op K4 Motbeek-Herkebeek

K6 Kuttekoven

K10 Haren 400 aansluiting op bestaand rietveld (+ recreatie) Mombeek

K11 Bommershoven

Aquafin aan LOOZA Nieuwe KWZI

Herk-Golmeerzouwbeek

Bron: eigen onderzoek iris consulting en gegevens VLM kaart 13: gewenste natuurlijke structuur

3.4.3 Ontwikkelingsperspectieven

Habitatrichtlijngebieden en VEN-gebieden

Visie van de gemeente – suggesties aan de Vlaamse overheid

De gemeente wenst de recreatieve doelstellingen van de gemeente te verenigen met de bescherming van deze gebieden.

De gemeente wenst betrokken te worden in de opmaak van de gewestelijke RUP’s. De gemeente wil in de omgeving van de VEN gebieden en de erkende natuurreservaten meer ruimte creëren voor natuurontwikkeling en natuurverbindingen.

2233683057 GRS Borgloon – gecoördineerde versie 46 In het kader van de partiële herziening van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan werd een voortoets passende beoordeling overgemaakt aan ANB. Op basis daarvan concludeert het Agentschap voor Natuur en Bos in een pre-advies van 27 maart 2014 het volgende: “Het Agentschap voor Natuur en Bos kan op basis van de huidige informatie waarover het Agentschap beschikt zich akkoord verklaren met het besluit dat er voor de herziening van het GRS Borgloon geen passende beoordeling noodzakelijk is. ….” (zie ook ID: §2.2.5.1)

Zowel het advies als de nota op basis waarvan dit advies werd geformuleerd wordt in bijlage aan het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan toegevoegd.

Lokale natuurverbinding

De natuurverbinding wordt opgebouwd als een geheel van natuur-rijke stapstenen met indien mogelijk tussenin lijnvormige verbindingen.

De gemeente zal deze droge natuurverbinding selecteren in de bindende bepalingen.

Visie van de gemeente – suggesties aan de Provinciale overheid

Omwille van het bovenlokale karakter van de droge natuurverbinding Heks-Vilsterbeelvallei is de gemeente voorstander dat de provincie deze natuurverbinding selecteert als een natuurverbinding van bovenlokaal of provinciaal belang in de volgende herziening van het RSPL.

Op deze manier kan de provincie mee instaan voor de afbakening en de conceptmatige uitwerking van deze natuurverbinding.

De gemeente is nochtans voorstander om deze natuurverbinding in een gemeentelijk RUP uit te werken.

Natte en droge natuurdragers

De verbindingsfunctie wordt versterkt door het aanplanten van beekbegeleidende beplanting, het inrichten van natuurlijke oevers en natte plekken, het terug meanderen van de beek, ....

De gemeente voert een actief grond- en aankoopbeleid en stelt beheersovereenkomsten op om deze doelstellingen te realiseren.

Het Fruitspoor en Romeinse Kassei worden eveneens opgenomen als lokale natuurverbinding.

Deze twee structuren verbinden het valleiennetwerk op kleinschalige wijze en zorgen voor een ecologisch netwerk met aanvaardbare maasbreedte doorheen de ganse gemeente.

De Stad Sint-Truiden is momenteel bezig met de opmaak van twee gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen:

• Het RUP “Groene Waarden”;

• Het RUP “Water en Valleien”

De buurgemeenten worden in het planningsproces betrokken via de stuurgroep van deze RUP’s. De stad Borgloon zal hier overleg plegen met de stad Sint-Truiden,vooral wat betreft de ruimte voor water bij eventuele overstromingsproblemen en bij grensoverschrijdende waardevolle elementen zoals beekvalleien en lokale openruimte- of natuurverbindingen. De vallei van de Herk in Hoepertingen is hier een aandachtspunt.

Specifieke selecties

Volgende ontwikkelingsperspectieven worden meegegeven:

• Kleine landschapselementen: een raster dat verenigt en verbindt

Het beleid is gericht op een versterking van de kleine landschapselementen.

Landbouwers kunnen door beheersovereenkomsten ingeschakeld worden in het beheer. Bestaande steunmaatregelen (voor de aanleg van poelen en hagen) worden behouden en uitgebreid.

2233683057 GRS Borgloon – gecoördineerde versie 47 Specifieke aandacht wordt besteed aan de taludtoppen van holle wegen en aan het herstellen van holle wegen, graften en haagaanplantingen.

• Hoogstamboomgaarden: rijke natuurplekken op het raster

De hoogstamboomgaarden zijn als ecotoop en landschapsbeeld waardevol. Het ruimtelijk beleid is gericht op het behoud en versterken van deze boomgaarden.

Omheen nederzettingen wordt het beleidsprincipe van de “hoogstamgordel”

geconcretiseerd. Grootloon geldt als voorbeeld. De ecologische rijkdom wordt behouden door gericht beheer. De hoogstamboomgaarden vervullen hier de rol van lokale natuurelementen op microschaal.

• Behoud van kalkgebonden flora en fauna

De aanwezigheid van een dagzomende kalklaag in het reliëf van Borgloon zorgt voor een unieke plantenrijkdom op die plekken.

Het beleid zal deze biotoop gericht inventariseren en vervolgens door enkele eenvoudige maatregelen beschermen tegen teloorgang. Het scheuren van deze weilanden bv. moet verhinderd worden, net als het onaangepast laten begrazen. Dit flora-element wordt tevens als onderdeel van de grotere natuurlijke structuur in het netwerk geplaatst. Gedacht wordt aan de gerichte aanleg van hagen en houtkanten ter verbinding en verweving van deze graslanden met de overige elementen van de natuurlijke structuur.

Landschapsbegraafplaats

Een nieuwe begraafplaats voor Borgloon wordt ingericht als een multifunctionele ruimte: een rustplaats voor de overledenen, gecombineerd met een bezinningsplek voor de levenden. Het concept is hier eerder een park, waarin mensen begraven worden.

Zeer belangrijk is dat de begraafplaats moet aansluiten bij de kern van Borgloon. De begraafplaats vormt best de overgang van het centrum (de bebouwde ruimte) naar de omliggende open ruimte. De kadering in een groter geheel is ruimtelijk ook belangrijk.

Als landschappelijke verrijking kan de begraafplaats ook een belangrijke rol krijgen. Streekeigen landschapsvormen kunnen gebruikt worden bij de aanleg van deze begraafplaats. Het reeds vermelde park kan (gedeeltelijk) het uitzicht krijgen van een hoogstamboomgaard.

De locatie te Hendrieken sluit zuidelijk aan bij de kern van Borgloon, maar ligt niettemin in de open ruimte van één van de meest waardevolle landschappelijke deelruimten van de gemeente. Bij de aanleg van de begraafplaats zullen deze randvoorwaarden richtinggevend zijn:

• Bij de aanleg zal gebruik gemaakt worden van landschapseigen typologieën, zoals hoogstamboomgaarden, hagen en houtkanten, juist om een maximale verweving te bekomen met het reeds aanwezige landschap;

• Een zuinig ruimtegebruik staat voorop; hiervoor is in de eerste plaats een beleid inzake promotie van wisseling van graven en crematie nodig, en in de tweede plaats een aantal duidelijke concepten inzake begraving, inrichting en functies voor deze begraafplaats.

Ruimte voor water

Enkel Borgloon-centrum en de straten net ten zuiden van de N79-Omleidingsweg (gehucht Nerem) zijn op een waterzuiveringsstation aangesloten. Hoepertingen wordt aangesloten op een zuiveringsstation in de vallei van de Herk-Golmeerzouwbeek (project Aquafin).

2233683057 GRS Borgloon – gecoördineerde versie 48 Het huishoudelijk afvalwater van de kleinere dorpskernen wordt voor het overgrote deel wel verzameld, maar daarna ongezuiverd in de beken geloosd. Het is wenselijk dat er ruimte beschikbaar is voor de aanleg van kleinschalige waterzuiveringsinstallaties53.

De kernen dienen beveiligd te worden tegen overstroming en run-off

Het gevaar van run-off en overstroming van bepaalde kleine kernen bij hevige neerslag wordt beperkt door de aanleg van wachtbekkens en retentievoorzieningen. De initiatieven van de VLM worden gesteund.

Grensoverschrijdende beveiliging (ten behoeve van de kern van Wellen) wordt bekomen door de creatie van enkele retentiebekkens op de Herk, ter hoogte van Hoepertingen en de Meersbeemden54. Wachtbekkens en bufferbekkens kunnen de natuurwaarden sterk laten stijgen (fauna en flora, structuur en ecologie van het valleigebied). De waardetoename is afhankelijk van de inrichting en het beheer (extensieve begrazing van dijken). Men streeft naar grotere aaneengesloten eenheden van bepaalde natuurdoeltypen (moerassen, alluviale bossen). De KWZI’s kunnen een substantiële bijdrage leveren aan het kwantitatief en kwalitatief verhogen van de natte biotopen in de natuurlijke structuur.

De gewenste natuurlijke structuur varieert naargelang de deelruimten:

• In de centrale deelruimte worden droge natuurverbindingen voorgesteld naast landschapsherstel. Plaatselijk kunnen woonlinten worden doorgeknipt of tuinen functioneren als ecologische stapstenen. Er is ruimte voor bovengrondse KWZI’s.

• De westelijke deelruimte (Rijkel, Hoepertingen) wordt vooral gekenmerkt door landbouw. In deze omgeving kunnen natte KLE’s (poelen, moerassen) de ecologische en de agrarische structuur verrijken. Er is ruimte voor ondergrondse KWZI’s zodat de landbouwstructuur niet wordt verstoord.

• In de oostelijke deelruimte van Borgloon (Gors-Opleeuw, Jesseren, Kerniel) wordt vooral de verweving van landbouw en natuur voorop gesteld. Er is ruimte voor het bovengronds enten van KWZI’s op en in de beekvalleien. Zo ontstaat eveneens een ecologische bijdrage aan de natte milieus in de gemeente.

De bestaande wachtbekkens versterken op beperkte manier de natuurrijkdom in de gemeente. Rond sommige wachtbekkens werden reeds groenstroken of wildakkers aangelegd waarbij vooral bosvogels baat hebben55.

Het aspect milieu wordt gekenmerkt door het waterzuiveringsproces zelf. Naarmate het ambitieniveau kan de aanpak worden onderverdeeld in eerlijk water (acceptabele kwaliteit), heerlijk water (voldoende kwaliteit) en begeerlijk water (goede kwaliteit). Er zijn binnen de gemeente heel wat potenties aanwezig voor de aanleg van bijkomende zuiveringsvelden en natte biotopen. Te meer door de aanwezigheid van heel wat natuurlijk waardevolle natte gebieden.

De inrichting van KWZI’s heeft als doel de verbetering van de waterkwaliteit. Bij voorkeur worden deze natuurlijke KWZI’s geïntegreerd in de omgeving. Het gaat hier dan over percollatieveldjes, moerassen of

53 Het Vlaams Gewest vertaalde de Europese Richtlijn inzake stedelijk afvalwater (Kaderrichtlijn 91/271) in het VLAREM en werkte een programma uit. De bevoegdheid om KWZI' s aan te leggen tussen 500 en 2.000 IE ligt vanaf 2002 bij de gemeenten. Volgens de VMM zal pas aan de Richtlijn voldaan zijn na uitvoering van het investeringsprogramma 2007.

54 De Meersbeemden ten zuiden van Berlingen kan ontwikkeld worden tot bijkomend wachtbekken. Ten noorden van de spoorwegberm kan via een debietmeter een stuw op de Herk sluiten wanneer ten zuiden van de berm de wateraanvoer vanuit de Herk en de Herkebeek toeneemt. De berm functioneert tevens als natuurlijke dijk. Bij hevige neerslag kan een nieuw wachtbekken (huidig natuurgebied ‘Meersbeemden’, ca. 15 ha) ten noorden van de berm bijkomend overtollig water opvangen. De steile oostelijke dijk van de Herk functioneert dan als waterkering, samen met enkele aan te leggen dijkjes ten westen en ten noorden van dit gebied.

55 Contact VLM, mei 2003.

2233683057 GRS Borgloon – gecoördineerde versie 49 rietvelden. Een ander principe is op lange termijn de ontdubbeling van een gemengd naar een gescheiden rioleringsnetwerk56

De principes worden gerealiseerd op het niveau van 4 functies:

KWZI’s hebben in eerste instantie een milieuhygiënische functie;

KWZI’s versterken ook de landschappelijke structuur van de gemeente;

ze versterken tevens de natuurlijke structuur door de versterking van de ecologisch natte infrastructuur;

daarnaast kunnen ze als rustplaats en informatieplek ook een recreatieve functie vervullen.

Er mogen geen nieuwe industriële ontwikkelingen (bedrijventerreinen, KMO’s) worden ontwikkeld binnen de afbakening van het mogelijk overstromingsgevoelig gebied in de vallei van de Vilsterbeek/Kleine Herk omdat de verloren berging niet kan gecompenseerd worden, het risico op schade aan de gebouwen of constructies te groot is en schade aan het watersysteem niet kan hersteld worden, ook niet op lange termijn. Nieuwe en toekomstige bedrijventerreinen moeten zich volledig vestigen buiten de contourlijnen van een mogelijk/effectief overstromingsgevoelig gebied.

Voor het aansnijden van nieuwe woongebieden, zorgcentra, het ontwikkelen van nieuwe bedrijventerreinen en/of de uitbreiding van bestaande bedrijventerreinen op grondgebied Borgloon moeten er in de toekomstige RUP’s zones voorzien worden bestemd voor de globale of collectieve buffering van het hemelwater van zowel individuele verharding als het openbaar domein en dit van zowel de nieuwe als de bestaande toestand, los van de toepassing van de stedenbouwkundige verordening hemelwater en van eventuele hemelwaterputten voor hergebruik. Bij het uitvoeren van bergingsmaatregelen wordt voor nieuwe structuren steeds gekozen voor open waterstructuren zoals buffergrachten of bufferbekkens aan de oppervlakte.

Deze ruimte moet dienen voor de compensatie van de verharde oppervlakte van de wegenis en de percelen. In de leemstreek kan niet worden gerekend op infiltratie van hemelwater, het uitloopdebiet moet dus worden gerealiseerd door vertraagde afvoer. De terugkeerperiode van de overloop moet minimaal 20 jaar bedragen, het uitloopdebiet mag maximaal 20 l/s/ha verharde oppervlakte bedragen.

3.4.4 Acties en maatregelen

• Opmaken van een beheersplan voor de hoogstamboomgaarden;

• Opmaak structuurschets droge natuurverbinding vanuit het principe van de “natuurlijke stapstenen”; verweving met de bebouwde omgeving en met de agrarische structuur is richtinggevend.

• Opmaak actieplan kalkrijke graslanden, in samenwerking met de VLM.

• Opmaak actieplan natuurversterking beekvalleien; samenwerking met de VLM is hier essentieel, een gestructureerd overleg over deze problematiek met dit bestuur is gewenst.

• Onderzoek naar de mogelijkheden van agrarisch natuur- en landschapsbeheer;

samenwerking en overleg met het Regionaal Landschap Haspengouw is hier essentieel.

56Elke kubieke meter regenwater die van een riool wordt afgekoppeld, is in het voordeel van het algemeen belang. Dit zowel op ecologisch, economisch als maatschappelijk vlak. De rechtstreeks uitgespaarde kosten (collecteren, zuivering, wachtbekkens, waterschade, etc) als de onrechtstreekse besparingen (betere waterkwaliteit, aanvullen van de grondwaterlagen, verminderd overstromingsrisico, etc) kunnen zo ingezet worden om maximaal af te koppelen.

De huidige subsidieregeling en de bestaande samenwerkingsovereenkomst voorzien voldoende mogelijkheden.

Veel gemeenten zijn reeds gestart met het opzetten van vernieuwende riolerings- en zuiveringsprojecten. De gemeenten kunnen een visie en een masterplan ontwikkelen voor de collectering en zuivering van s afvalwaters.

Het inrichten van KWZI’s is dus financieel veelal erg competitief.

2233683057 GRS Borgloon – gecoördineerde versie 50

• Opmaken van een gerichte studie naar KWZI: locatie, omvang installaties, inpassing in natuurlijke structuur, enz. De gemeente zal de VLM, Aquafin en de natuurverenigingen in een gestructureerd overleg betrekken.

2233683057 GRS Borgloon – gecoördineerde versie 51

3.5 Gewenste verkeers- en vervoersstructuur