• No results found

4. Methodologisch kader

4.1.1 Gebruikte databronnen

Om invulling te geven aan de meervoudige case study zijn semigestructureerde interviews afgenomen. De keuze voor semigestructureerde interviews vindt haar oorsprong in het feit dat een semigestructureerd interview de geïnterviewde de ruimte biedt om uitgebreide en gedetailleerde beschrijvingen van verschijnselen te geven. Aan de andere kant biedt een semigestructureerd interview een zeker houvast waardoor het gesprek niet alle

richtingen op schiet maar de rode draad, uitgestippeld door de onderzoeker, wordt gevolgd.

Het is vervolgens aan de onderzoekers om de beschrijvingen te interpreteren en te analyseren. Dit kenmerk is geschikt voor onderzoek waarin het doel is om een beter begrip van bepaalde betekenissen en percepties te krijgen (DiCicco-Bloom & Crabtree, 2006) en komt overeen met het eerdergenoemde onderzoeksdoel van deze scriptie.

Het houden van semigestructureerde interviews heeft naast bovenstaand voordeel ook een aantal nadelen waar rekening mee moet worden gehouden. Zo bestaat (1) de kans dat de geïnterviewde onderhevig is aan een bepaalde bias door bijvoorbeeld in geval van deze studie de rol binnen het initiatief die diegene heeft, (2) is het houden en uitwerken van semigestructureerde interviews tijdsintensief, (3) zijn de resultaten bij voorbaat moeilijk te generaliseren en (4) dient de interviewer dan wel getraind te zijn of geoefend te hebben met het houden van interviews (Boyce & Neale, 2006).

Het eerste nadeel dat wordt genoemd wordt deels weggenomen door het kenmerk dat in dit onderzoek minimaal twee mensen zijn geïnterviewd die, indien mogelijk, op verschillende wijze zijn betrokken bij het

bewonersinitiatief. Het gaat hier om respondenten die een leidende, voorzittende of sturende rol hebben binnen het bewonersinitiatief maar ook om respondenten met een meer uitvoerende taak of ‘gewoon’ lange tijd lid of deelnemer zijn van een initiatief. Verdere verantwoording voor de keuze van respondenten volgt in het onderdeel doelgroep. Het tweede nadeel wordt op de koop toegenomen evenals nadeel drie wat niet betekent dat er niet alles aan gedaan is om de mate van generalisatie zo hoog mogelijk te houden. Hoofdzakelijk is dit gebeurd door een zo breed mogelijk palet aan initiatieven te onderzoeken. Aan het vierde nadeel wordt deels

tegemoetgekomen door het feit dat er is geoefend met het houden van interviews door de onderzoeker al betekent dit niet dat oefening het genoemde risico volledig uitsluit.

Op basis van een keuze voor een aantal democratische waarden en principes is een interviewguide samengesteld die is gebruikt tijdens de interviews. De verantwoording voor de keuze voor deze specifieke democratische waarden en principes volgt later in dit methodologisch kader. Voor nu is het belangrijk om te beseffen dat de interviewguide de basis heeft gevormd voor de semigestructureerde interviews. Alle interviews op één na zijn individueel gehouden. De keuze om de interviews individueel af te nemen komt voort uit de overtuiging en de constatering gedurende het afnemen van de interviews, dat wanneer er individueel geïnterviewd wordt,

respondenten zich niet bezwaard voelen door de aanwezigheid van anderen om bepaalde antwoorden of reacties te geven op mogelijk gevoelige vragen. Nadeel van deze manier van interviewen is dat de desbetreffende respondent wel in staat is antwoorden te geven die niet of maar gedeeltelijk stroken met de waarheid en de praktijk. Zeker wat betreft de eigen rol. Echter, door het interviewen van meerdere personen per initiatief is getracht deze zwakte te ondervangen.

Het semigestructureerde interview is zogezegd de voornaamste databron toegepast in deze studie. Daarbij moet wel gezegd worden dat enkele rapporten zijn gebruikt ter ondersteuning voor die initiatieven waar rapporten of publicaties voorradig waren. Deze zijn enkel en alleen gebruikt ter voorbereiding van het interview en bij de analyse om, indien mogelijk, achtergrondinformatie op te zoeken en verheldering te bieden waar dit nodig was. Wanneer zowel interviews als de geraadpleegde rapporten of publicaties geen uitsluitsel gaven over een onduidelijkheid is er voor gekozen om nogmaals contact te zoeken met de respondenten. Dit contact was telefonisch van aard of er is gebruik gemaakt van e-mail vanuit praktische overwegingen.

4.1.1.1 Doelgroep

De respondenten die hebben meegewerkt aan dit onderzoek hebben allemaal voldaan aan één belangrijke voorwaarde: ze moesten in staat zijn om, door hun ervaring met het initiatief of door het bekleden van een specifieke rol of functie, kennis te delen van hoe men met elkaar omging binnen het onderzochte initiatief. Hiermee wordt bedoeld dat de respondenten onder meer moesten kunnen uitleggen op wat voor wijze de zeggenschap binnen een initiatief was verdeeld en waarom men dat op die wijze had georganiseerd. Ook het kunnen uitleggen van impliciet of expliciet aanwezige regels en procedures en hoe en waarom men tot deze regels en procedures is gekomen valt onder de voorwaarde die is gehanteerd om respondenten te selecteren. Uit de groep potentiële respondenten is vervolgens de keuze gemaakt om minimaal twee personen per initiatief te interviewen. Dit om te het reeds genoemde risico te voorkomen dat één persoon in staat is een heel ander beeld te schetsen dan de praktijk en het risico om tegen een bepaalde bias aan te lopen. Er is zoals reeds beschreven, bewust gekozen om uiteenlopende rollen en functies te selecteren. Dit betekent dat er, indien mogelijk, respondenten zijn gekozen die een leidende of kartrekkende rol bekleden binnen het initiatief maar ook mensen die geen leidende rol maar een meer uitvoerende rol hebben. Deze laatste groep was in alle gevallen op de hoogte van de aanwezige regels en procedures en hun ontstaansgeschiedenis doordat ze al (jaren)lange ervaring hadden met het initiatief als lid of deelnemer.

Hoewel niet leidend is er ook geprobeerd enige diversiteit in geslacht en leeftijd aan te brengen onder de respondenten binnen één initiatief. Dit was niet mogelijk bij kleinere initiatieven maar bij de grotere initiatieven is het wel gelukt om de gewenste diversiteit aan te brengen.

In onderstaande tabel zijn de respondenten met hun code weergegeven zoals gebruikt in dit onderzoek. De bijbehorende code is gebaseerd op een chronologische volgorde; persoon A en B behoren tot het initiatief dat als eerste is geïnterviewd en personen X en Y zijn van het initiatief dat als laatste is geïnterviewd. Er is voor gekozen om de codes per initiatief dicht bij elkaar te houden waardoor persoon A en B tot één initiatief behoren evenals de personen G en H en ga zo maar door.

Tabel 1: Respondenten

Bewonersinitiatief: Rol:

Persoon A Klooster&Buren

Persoon die deel uitmaakt van het uitvoerende team binnen Dorpencoöperatie Klooster&Buren

Persoon B Klooster&Buren

Persoon woonachtig inmiddels in ’t Olde Heem (voormalige zorginstelling), lid van de coöperatie en vanaf een vroeg stadium betrokken bij het initiatief

Klooster&Buren. Persoon G

Ecodorp Boekel

Heeft een sturende rol binnen het initiatief Ecodorp Boekel en maakt daarnaast deel uit van de groep poortwachters.

Persoon H

Ecodorp Boekel

Heeft een sturende rol binnen het initiatief Ecodorp Boekel en maakt daarnaast deel uit van de groep poortwachters.

Persoon K Dorpscoöperatie Steingood

Heeft een sturende en leidende rol binnen Dorpscoöperatie Steingood.

Persoon L Dorpscoöperatie Steingood

Is een lid van de Dorpscoöperatie Steingood en is daarnaast reeds geruime tijd betrokken bij meerdere initiatieven van de Dorpscoöperatie Steingood, ook voor de fusie met het dorpsoverleg Beringe.

Persoon M Dorpscoöperatie Steingood

Is een lid van de Dorpscoöperatie Steingood en is daarnaast reeds geruime tijd betrokken bij meerdere initiatieven van de Dorpscoöperatie Steingood, ook voor de fusie met het dorpsoverleg Beringe.

Persoon R

Dorpsforum Ysselsteyn

Heeft een sturende rol binnen Dorpsforum Ysselsteyn.

Persoon S

Dorpsforum Ysselsteyn

Heeft een sturende rol binnen Dorpsforum Ysselsteyn.

Persoon X

Vereniging Duurzaam Soesterkwartier

Had tot voor kort een sturende functie binnen Vereniging Duurzaam Soesterkwartier en was vanaf een vroeg stadium betrokken bij het initiatief.

Persoon Y

Vereniging Duurzaam Soesterkwartier

4.1.1.2. Onderzochte cases

In het onderzoek zijn de volgende cases onderzocht: Dorpencoöperatie Klooster&Buren, Ecodorp Boekel, Dorpscoöperatie Steingood, Dorpsforum Ysselsteyn en Vereniging Duurzaam Soesterkwartier. Deze cases voldoen allen aan de volgende criteria: ze zijn bottom-up ontstaan, men streeft binnen het initiatief een bepaald maatschappelijk en gemeenschappelijk doel na en er is sprake van een bepaalde mate van organisatie doordat er meerdere personen bij het initiatief zijn betrokken.

De selectie van deze cases is gedaan op basis van een aantal motieven. Ten eerste is er geprobeerd variëteit aan te brengen in de mate van organisatie. Concreet betekent dit dat er actief is gezocht naar bewonersinitiatieven die een hoge mate van organisatie hebben en bewonersinitiatieven die je zou kunnen scharen onder het begrip ‘een informele groep’. In dit onderzoek is het Dorpsforum Ysselsteyn een voorbeeld van een initiatief dat je kunt bestempelen als zeer georganiseerd en gestructureerd. De mensen van Vereniging Duurzaam Soesterkwartier, juridisch gezien een vereniging, hebben er bewust voor gekozen om veel meer een ‘beweging’ te zijn wat en zijn daardoor in mindere mate georganiseerd.

Naast diversiteit op het gebied van mate van organisatie is er ook geprobeerd te kijken om zowel dorpen als wijken te vertegenwoordigen. Ook hier is Vereniging Duurzaam Soesterkwartier, afkomstig uit Amersfoort, een uiterste omdat het als enige een ‘wijkinitiatief’ is en geografisch gezien in de Randstad valt. De overige cases zijn allemaal afkomstig uit gebieden die niet kunnen worden bestempeld als stedelijk. Het zijn daarom dan ook, in de strikte zin van het woord, dorpsinitiatieven.

De laatste noemenswaardige variabele waarop is geselecteerd is de leeftijd van het initiatief. Hoewel Dorpscoöperatie Steingood al een tijdje bestaat is er door het samengaan met de dorpsraad nog geen jaar geleden, in feite een doorstart gemaakt. Dorpencoöperatie Klooster&Buren waar door de tijd ook verschillende evidente veranderingen hebben plaatsgevonden heeft echter een kern die al meer dan tien jaar bezig is als bewonersinitiatief.

Nu duidelijk is waarom welke cases zijn geselecteerd en welke respondenten zijn geïnterviewd is goed te gaan naar het onderwerp van dit onderzoek: de democratische bewonerstaal. Het is tijd om de democratische waarden, als ze zo worden bestempeld door bewoners, te operationaliseren.

4.1.1.3 Alternatieve bronnen

Naast de interviews zijn er ook nog alternatieve bronnen in de vorm van documenten, audiovisuele informatie, onderzoeken en evaluaties gebruikt om waar mogelijk ook andere perspectieven aangaande het

bewonersinitiatief mee te nemen. In onderstaande tabel is per casus te zien welke alternatieve bronnen dit zijn geweest.

Tabel 2: Lijst gebruikte alternatieve bronnen

Bewonersinitiatief: Bronnen:

Klooster&Buren - Uitzending van omroep Human in de serie ‘We doen het zelf wel’. Aflevering: Kloosterburen – Van krimpdorp naar AA-locatie te zien op:

https://www.npo.nl/we-doen-het-zelf-wel/11-03-2017/VPWON_1273599 - Een onderzoek/rapport van Aalvanger & Breman (2013) naar SintJan

Kloosterburen over de lessen en ervaringen van dit bewonersinitiatief. Ecodorp Boekel - Uitzending van omroep Human in de serie ‘We doen het zelf wel’.

Aflevering: Bouwen in Boekel: https://www.npo.nl/we-doen-het-zelf-

wel/12-02-2017/VPWON_1260592

Dorpscoöperatie

Steingood

- Informatie over Beringe in Zelfsturing 3.0 uitgegeven door de gemeente Peel en Maas (2017) naar aanleiding van ‘15 jaar

gemeenschapsontwikkeling door Zelfsturing in de gemeente Peel en Maas’. Dorpsforum Ysselsteyn - Presentatie en gesprekken met bewoners van het initiatief tijdens de

leerkringbijeenkomst van dorps- & wijkdemocratie op 28 juni.

- http://www.dorpsraadysselsteyn.nl/ en de daarop aanwezige documenten.

Vereniging Duurzaam Soesterkwartier

- De site http://www.duurzaamsoesterkwartier.nl/ en de daarop aanwezige documenten hebben als alternatieve databron gefunctioneerd.

- Een informatiefolder en presentatie van Vereniging Duurzaam Soesterkwartier.