• No results found

Familie en gezin

In document Seriebrandstichters | Yvette Schoenmakers (pagina 100-104)

In tien van de zeventien dossiers is de huidige relatie met de familie- en gezins- leden als goed te typeren. In de meeste gevallen worden de ouder(s)/verzor- ger(s) in dit verband genoemd.

Ook met broers en/of zussen, zwager of oom kunnen de brandstichters naar eigen zeggen goed opschieten. De frequentie en het intensiteit van het contact kunnen daarbij variëren van elkaar af en toe zien tot diepgaand contact.

Politiekunde 48| Seriebrandstichters

100

De relatie van G. met zijn ouders is goed. Hij eet er meerdere keren per week. Over het feit dat zijn ouders voor hem zorgen na zijn zelfmoord- poging, zegt hij: ‘Er was weer iemand die liet zien dat er om mij gegeven werd. Aandacht en liefde. Dit was voor mij heel belangrijk. Kleine dingen betekenen nu veel voor mij.’

In de overige zeven gevallen is het contact als matig of slecht te typeren. Met matig wordt bijvoorbeeld bedoeld dat de brandstichters op jonge leeftijd nog wel veel conflicten hebben met een broer of zus, maar dat die in de loop der tijd zijn afgenomen. Eén brandstichter heeft alleen contact met zijn broer en een ander wil helemaal geen contact met de familie.

De slechte relaties met de gezinsleden zijn grotendeels terug te voeren op de problematische gezinssituatie waarin de brandstichters zijn opgegroeid, zoals in het voorgaande beschreven.

Partners

In de twintig bestudeerde persoonsdossiers is eveneens informatie beschikbaar over de relaties van de brandstichters. Het antwoord op de vraag hoe de (seksu- ele) relaties van de brandstichters verlopen, laat een wisselend beeld zien, waar- bij de gemankeerde relaties of juist het ontbreken van een relatie de boventoon voeren. Bij een kwart van de brandstichters is sprake van een standvastige rela- tie. Ze wonen samen met een partner en een enkeling heeft kinderen.

‘Ik heb met mijn zus meer contact dan met mijn broer, want zij woont in de buurt.’ Met haar praat hij over familiekwesties. Over het overlijden van zijn vader, maar ook over werk en financiële kwesties, zoals zijn gokver- slaving. Met zijn zwager vist hij regelmatig. ‘Mijn zwager is na het overlij- den van mijn vader een grote steun geweest.’

C. heeft weinig contact met zijn familie. Hij geeft aan hier geen behoefte aan te hebben. Hij heeft geen zin om op verjaardagen ‘vrolijk te zitten we - zen’ en komt vanwege een depressie het liefst zijn eigen woning niet uit.

De overige driekwart van de brandstichters heeft nog geen relatie gehad – wat mogelijk te verklaren is door hun jeugdige leeftijd – of heeft juist verschillende (kortdurende) relaties gehad. De brandstichters die geen relatie hebben, willen dat wel, maar het lukt niet. Daarbij wordt genoemd dat ze een negatief zelf- beeld hebben en/of geen geschikte partner kunnen vinden.

Van degenen die wel een of meerdere relaties hebben gehad, zijn deze om ver- schillende redenen beëindigd. In de verhalen zien we bijvoorbeeld dat drugs- gebruik van de brandstichters hierin een rol speelt of het feit dat ze geweldda- dig waren in de relatie. Ook psychische problemen worden in verband gebracht met het mislukken van relaties. Op de een of andere manier lukt het hun niet om een langdurige en stabiele relatie te behouden.

Politiekunde 48| Seriebrandstichters

102

In 2003 ontmoet B. zijn vriendin. Ze krijgen snel verkering en hebben seksueel contact. Hij gedraagt zich bij haar ouders fatsoenlijk, want er zijn daar meer regels dan thuis. Ze zien elkaar vaak en spreken elkaar dagelijks. In de weekenden slapen ze veel samen en doordeweeks zien ze elkaar ook. B. zegt veel van haar te houden. Volgens haar ouders is hij erg claimend, wordt hij boos als hij haar niet kan bereiken en gaat zij nauwe- lijks meer met vriendinnen om. Ten tijde van de brandstichtingen heb- ben zij drie jaar een relatie.

A. heeft op de basisschool een vriendinnetje gehad, maar daarna niet meer. Daar heeft hij ook geen behoefte aan. Hij heeft nog geen seksueel contact gehad met meisjes en dit relateert hij met name aan zijn forse postuur. A. begint te stotteren als er een meisje naar hem toekomt, omdat hij niet weet wat hij moet zeggen. Hij schaamt zich voor zijn forse pos- tuur en zit onder meer daarom op de sportschool (een andere reden is dat hij de training van de brandweer wil halen). Hij wil graag een vriendin en is gefrustreerd over het feit dat hij er geen kan krijgen.

5.4 School en omgang met schoolgenoten

In deze paragraaf komt de opleiding van de brandstichters aan de orde. Als eer- ste beschrijven we de opleidingsniveaus en daarna de problemen die de brand- stichters ervaren of veroorzaken tijdens hun schoolperiode.

Opleidingen

Over het opleidingsniveau van de brandstichters is het volgende bekend. 14 van de 21 brandstichters hebben regulier basisonderwijs gevolgd. De overige zeven hebben op speciale onderwijsvormen gezeten (lom, zmlk, zmok).

De brandstichters zijn na het reguliere basisonderwijs meestal naar het vmbo (voorheen mavo of lts) gegaan. Een paar volgen een vso-opleiding. Op twee na halen de brandstichters een diploma. Vier van de negentien brandstich- ters die de vooropleiding afronden, halen daarna ook nog een havo- of mbo- diploma. Twee brandstichters volgen in de periode dat de brandstichtingen spelen een hbo-opleiding en vijf een mbo-opleiding.

G. krijgt verkering en gaat kort erna samenwonen. De relatie is niet zon- der problemen. Zijn vriendin vertelt: ‘Ik wilde veel meer dingen samen doen, samen praten over van alles, maar G. ontweek dat. Hij verstijfde helemaal als ik hem aanraakte. We leefden als broer en zus.’ G. bevestigt dat. Later in de relatie wordt er tijdens een ruzie over en weer geslagen. G. zegt dat hij onder invloed van alcohol eerder ook al een paar keer zijn vriendin heeft geslagen. De vriendin beëindigt de relatie.

B. heeft op het moment van de brandstichtingen geen relatie. Hij zegt zelf dat hij hier niet klaar voor is. B. geeft aan dat zijn familie en zijn buurvrouw met haar kinderen belangrijk voor hem zijn. Met zijn buur- vrouw heeft hij geen relatie. In het verleden heeft hij lange relaties gehad. Een relatie van drie jaar en een relatie van twee jaar. Daarnaast heeft B. met diverse vrouwen losse contacten gehad. De relaties gaan uit omdat zowel B. als zijn vriendinnen geen werk hebben: ze zitten de hele dag thuis en raken op elkaar uitgekeken.

In document Seriebrandstichters | Yvette Schoenmakers (pagina 100-104)