• No results found

3. Bestemming onbekend

3.1 Expansie van het Werelderfgoed

‘Het is één van de grootste infrastructurele projecten ooit uitgevoerd in Nederland en de ingenieuze hydrologische systemen van beide linies liepen naadloos in elkaar over.’0 Zo luidt de onderbouwing voor het nomineren van de Nieuwe Hollandse Waterlinie als extensie van de Stelling van Amsterdam. Jaarlijks mag elk land twee sites laten beoordelen door ICOMOS/UNESCO om op de

Werelderfgoedlijst te komen. In het geval van de Nieuwe Hollandse Waterlinie is gekozen voor extensie in plaats van een geheel nieuwe plaats op de lijst. De kans dat twee vergelijkbare erfgoederen op de lijst verschijnen is namelijk minimaal. Het nominatiedossier erkent dat de

‘universele waarden’ van de Nieuwe Hollandse Waterlinie vrijwel gelijk zijn aan die van de Stelling van Amsterdam. Waarom wordt de waterlinie dan überhaupt genomineerd? De kracht van de twee linies samen schuilt in het aanvullende karakter. Er zijn vijf bouwfases van Nederlandse moderne

fortenbouw. De twee linies samen maken deze vijf fases zichtbaar. De Nieuwe Hollandse Waterlinie geldt zodoende als toevoeging op het gebied van de historische ontwikkelingsgeschiedenis van vestingtechnieken. In die zin lopen de linies naadloos in elkaar over.0 De twee linies gelden samen als sluitstuk van de Nederlandse vestingbouw. Historisch gezien is de Stelling van Amsterdam dan ook een extensie van de Nieuwe Hollandse Waterlinie en niet andersom.

0 Provincie Noord-Holland, Uitvoeringsprogramma Stelling van Amsterdam 2009-2013, 10.

0 Projectgroep Werelderfgoednominatie Nieuwe Hollandse Waterlinie, Werelderfgoed: Stelling van Amsterdam

met uitbreiding Nieuwe Hollandse Waterlinie, 7.

Tijdlijn bouwfases Nieuwe Hollandse Waterlinie en Stelling van Amsterdam0

Met de verankering in de Rijkspolitiek en door een breder draagvlak voor erfgoed, raakte de Nieuwe Hollandse Waterlinie ook beschermd. Het idee groeide vervolgens dat de twee linies niet los van elkaar te zien zijn. De waarde van ensembles en landschappen nam toe in het Nederlandse bewustzijn. Dit is op te maken uit het feit dat de Nieuwe Hollandse Waterlinie in aanmerking komt bij UNESCO als ‘cultural landscape’, terwijl de Stelling als ‘cultural site’ was genomineerd.0 En dat, terwijl de linie op dezelfde criteria als de Stelling is geselecteerd voor de voorlopige Werelderfgoedlijst.0 De Waterlinie werd eveneens in z’n geheel in 2009 tot Rijksmonument verklaard door Plasterk,

toenmalig minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.0 Hoewel de Stelling inmiddels wat stappen verder qua behoud is, zien we een soortgelijke verandering bij de Nieuwe Hollandse

Waterlinie in de afgelopen tien jaar op het gebied van beheer. ‘Momenteel bevindt de NHW zich in de fase waarbij het Rijk zich steeds meer terugtrekt en de provincies het stokje overnemen; het

transitieproces. Door de crisis zijn er minder overheidsmiddelen beschikbaar voor het uitvoeren van de ambities. Door deze ontwikkelingen wordt er nu een volgende stap gezet.’0 Een actievere houding wordt gezocht door de verschillende provincies die gemoeid zijn met de Waterlinie. Maatschappelijke ontwikkelingen hebben dit veroorzaakt. ‘Vanwege de financiële veranderingen, de onbekendheid met werelderfgoederen en de transitie is het van belang het draagvlak een nieuwe impuls te geven.’0 Aldus de nominatiecommissie.

De uiteindelijke beoogde aanwijzing staat pas gepland voor 2018, maar de aanloop er naar toe is ook van betekenis voor de Stelling van Amsterdam. In 2006 werd een uitvoeringsprogramma opgesteld voor het geografische overlapgebied van beide stellingen, de zogenaamde Vechtstreek- Noord. Dit gebied is het ‘scharnierpunt’ van beide verdedigingslinies. Provincie Noord-Holland is bestuurlijk trekker van de Enveloppe Vechtstreek-Noord. De samenwerking van beide linies in het gebied is gestart op initiatief van het Rijk. Waar de landelijke overheid eerst het projectbureau

0 Ibidem, 7. 0 Ibidem, 8. 0 Ibidem, 12.

0 Provincie Noord-Holland, Uitvoeringsprogramma Nieuwe Hollandse Waterlinie/ Stelling van Amsterdam in de

Vechtstreek Noord 2011-2014 (Haarlem 2011) 11.

0 Ibidem, 30. 0 Idem.

Nieuwe Hollandse Waterlinie voor honderd procent financieel steunde, trok deze zich laatste jaren steeds meer terug. De beleidsvisie Erfgoed en Ruimte bleef wel van kracht, waardoor ook de Nieuwe Hollandse Waterlinie door de nominatie voor Werelderfgoed op steun van het Rijk kan rekenen. Op die manier wordt het overlapgebied ook versterkt. De inzet van het Rijk en de overige vier provincies voor de Nieuwe Hollandse Waterlinie, komen uiteindelijk ook de Stelling van Amsterdam ten goede. Niet alleen financieel gezien, maar ook op het gebied van expertise en kennisuitwisseling.0 De dubbelfunctie van de forten in de Vechtstreek werpt haar vruchten af. Er is in dit gebied veel gebeurd de afgelopen jaren. Er zijn recreatief toeristische arrangementen gerealiseerd in Muiden, Weesp, Naarden en Bussum; het museum Muizenfort in Muiden werd ontwikkeld; het fietsveer van

Nigtevecht werd opgeknapt en fort Pampus werd gerestaureerd in 2011, waar vervolgens het eerste bezoekerscentrum van de Stelling werd geopend, genaamd Pampus Xperience. Fort bij Uitermeer kreeg een nieuwe functie als restaurant. Daarnaast zijn meerdere recreatieve fiets- en wandelroutes verbeterd en er zijn plannen voor restauraties van onder andere Westbatterij Muiden, de realisatie van een fietsbrug over het Amsterdam-Rijnkanaal en de consolidering en het beter zichtbaar maken van Fort Hinderdam.0 De samenvoeging van beide linies heeft dus niet geleid tot de bevriezing waarvoor Provincie Noord-Holland vreesde in 1995/1996. Er lijkt de afgelopen jaren juist intensiever beheer uit voortgekomen te zijn.

De samenwerking tussen de Werelderfgoederen wordt steeds vaker opgezocht. In september 2013 werd het Werelderfgoed Podium geopend in De Bazel in Amsterdam. Hier is onder andere een permanente tentoonstelling over de Nederlandse werelderfgoederen te bezoeken met objecten die in relatie staan met de sites. (zie afbeelding 8) Het podium dient vooral ter voorziening van informatie en communicatie. Zo vinden er regelmatig lezingen en andere activiteiten plaats.0 Op deze manier is er een fysiek vaste plek waar de (vertegenwoordigers van) Nederlandse UNESCO-sites elkaar kunnen ontmoeten. Hier vond bijvoorbeeld eind 2014 de officiële bekendmaking plaats van het tiende Werelderfgoed van Nederland, de Van Nellefabriek in Rotterdam.0 Het is echter de vraag welk publiek wordt bereikt met de opstelling. In een hoek van de entreehal van het Stadsarchief Amsterdam trekt het niet gauw de aandacht. Bezoekers aan het archief of tentoonstellingen zijn waarschijnlijk snel geneigd er langs te lopen. Daarnaast is de opstelling minimaal: Voor elk Nederlands Werelderfgoed is er slechts één object met een korte uitleg. Hier zou dus zeker meer mee kunnen worden gedaan. Een tentoonstelling in de tijdelijke expositieruime is wat dat betreft de overweging waard. Hiervoor zou Werelderfgoed Grachtengordel Amsterdam als uitgangspunt kunnen dienen, waardoor de

0 Provincie Noord-Holland, Uitvoeringsprogramma Stelling van Amsterdam 2014-2016, 23. 0 Idem.

0 Website Werelderfgoedpodium; beschikbaar op: http://www.werelderfgoed.nl/podium/#center, 25-11-2014. 0 Website Werelderfgoedpodium; beschikbaar op: http://www.werelderfgoed.nl/podium/#vannelle,

tentoonstelling relevant wordt voor zowel het Werelderfgoedpodium als voor het Amsterdamse stadsarchief.

De Werelderfgoedstatus kan de bekendheid van het ensemble vergroten. UNESCO is een gerespecteerde instantie, die voor veel mensen als een soort keurmerk geldt. Het is een ‘machtig promotie-instrument.’0 Zo onderkende ook Ashworth. Het ‘keurmerk’ biedt echter geen garantie. Dat is gebleken uit het publieksonderzoek gehouden door het RCE, waarover in de inleiding van dit onderzoek geschreven is. Verderop in dit hoofdstuk zal blijken dat die waarden ook door beperkingen van het erfgoed worden beïnvloed. De universele cultuurhistorische betekenis blijkt niet voor

iedereen even belangrijk te zijn.