• No results found

Hoofdstuk 3 Overheidsbeleid

3.3 Evaluatie beleid

Doelstelling en budget

Als eerste valt op dat in het geval van het anti-rokenbeleid er een doelstelling opgesteld is die controleerbaar is door het maximale percentage rokers dat de overheid zichzelf gesteld heeft. De doelstelling om het aantal jongeren en volwassenen die overgewicht of obesitas hebben terug te dringen wordt niet door cijfers afgebakend. Hierdoor is het moeilijk het analyseren of de overheid de gestelde doelstellingen gehaald heeft of niet.

Hiernaast zijn de budgetten die beschikbaar zijn voor de terugdringing van het aantal rokers en het aantal Nederlanders met overgewicht en obesitas ondoorzichtig. Door deze ondoorzichtigheid is het niet mogelijk een kosten-batenanalyse uit te voeren om het resultaat van de interventies naar waarde te schatten. Aangezien de middelen voor de diverse interventies uit de budgetten van meerdere ministeries worden onttrokken en hiervan de

verdelingen onbekend zijn is het ook niet mogelijk om per interventie de kosten te analyseren.

Prijsbeleid

De Nederlandse overheid ziet het verhogen van prijzen als een van de doeltreffende middelen om ongezond gedrag te ontmoedigen. De gedachte hierachter is dat door bijvoorbeeld de tabaksprijzen te verhogen de producten zo duur worden gemaakt dat voornamelijk jongeren en mensen met een laag inkomen ontmoedigd worden deze producten te consumeren (Joossens 2004). Maar prijsverhogingen blijken alleen effectief te zijn in combinatie met andere interventie methoden. De afweging die gemaakt moet worden is of de invoering van een prijsverhoging (fat-tax) op vet en calorierijk voedsel in combinatie met andere interventies op lange termijn een positiever effect oplevert dan wanneer gekozen wordt voor het verstrekken van een subsidie voor de consumptie van gezond voedsel. Om bovenstaande na te gaan zijn de volgende hypotheses opgesteld:

H1: Jongeren consumeren minder vette en calorierijke voedingsmiddelen wanneer de prijzen hiervan stijgen.

H2: Jongeren consumeren minder ongezonde voedingsmiddelen wanneer een prijsverhoging samengaat met een op jongeren gerichte interventie.

Reclameverbod

De overheid wil volwassenen en jongeren via massamediale campagnes bewegen om te stoppen met roken, gezonder te eten en meer te bewegen. Voornamelijk wordt hiervoor gebruik gemaakt van televisiereclame. Dit terwijl de overheid de invloed van reclames wil beperken en daarom als een van de methoden om roken tegen te gaan een algemeen reclameverbod voor tabaksmiddelen ingesteld. Uit onderzoek blijkt dat een reclameverbod alleen niet het gewenste effect bereikt maar in een pakket van maatregelen effectief kan zijn. Door diverse maatregelen ineens in te voeren is het effect van een reclameverbod moeilijk afzonderlijk aan te tonen.

Toch heeft de overheid in juni 2005 besloten alle reclame gericht op jongeren tot 12 jaar rond en tijdens de programmering van het jeugdblok Z@ppelin te verbieden. Echter op de jeugdzenders Z@p, Jetix en Nickelodeon mogen reclames gericht op jongeren nog

uitgezonden worden. Bovendien kijken jongeren ook programma’s uit de programmering voor volwassen. Hierdoor worden ze alsnog blootgesteld aan reclameboodschappen waarvoor ze op Z@ppelin afgeschermd worden (zie hoofdstuk 4).

Inactiviteit

Eén van de belangrijkste oorzaken van overgewicht is de inactiviteit van de Nederlanders. De overheid spoort jongeren door campagnes aan om meer te bewegen. De tegenstrijdigheid in deze visie is dat de overheid hiernaast minder investeert in de aanleg en het onderhoud van speeltuinen en recreatiemogelijkheden zoals ramps en skateparken. Bovendien worden door de bezuinigingen in het onderwijs op veel scholen het schoolzwemmen en/of de gymlessen geschrapt. Ook de mogelijk om na schooltijd op een schoolplein te spelen wordt beperkt omdat veel scholen ervoor kiezen om schoolpleinen uit angst voor vandalisme en hangjongeren af te sluiten.

Door deze maatregelen is het voor jongeren, voornamelijk in steden, moeilijk een veilige plaats te vinden. De steden worden steeds drukker, auto's nemen steeds meer ruimte in en de ruimte die overblijft, wordt steeds kleiner; vooral voor kinderen om te spelen (3VO 2005). Interventies

Veel verschillende instanties zijn betrokken bij de interventies gericht op overgewicht en roken. Hierdoor is het voor Nederlanders ondoorzichtig welke organisatie belast is met welke taken. Bovendien zijn sommige interventies niet beschikbaar voor iedereen. Door verschillende factoren die drempelverhogend werken zoals de frequentie in het aanbod van cursussen, de bekendheid die een cursus heeft, of een huisarts een verwijzing geeft en of er kosten aan verbonden zijn.

Interventies die via scholen aangeboden worden is er één van de ongeveer 1500 aanbiedingen die scholen per jaar aangeboden krijgen (Duijvestijn, Van Steensel, Verveen en Boschma 2003). Om het aantal preventieprogramma's op scholen te beperken zou men moeten streven naar het aanbieden van een geïntegreerde aanpak (Paulussen 2002). Door deze aanpak kan in een kortere tijd meerdere risicogedragingen van jongeren bespreekbaar maken en handvaten bieden om dit gedrag te beperken of tegen te gaan. Bovendien is het belangrijk de sleutelfiguren uit de omgeving van jongeren hierin te betrekken. Om bijvoorbeeld roken bij jongeren te ontmoedigen worden o.a schoolgezondheidsbeleid,

jongerenparticipatie, ouderondersteuning, docententraining ingezet in combinatie met wet- en regelgeving. Bij een geïntegreerde aanpak richten interventies zich enerzijds op het bevorderen van gezond gedrag en anderzijds op verbetering van de leefomgeving.

In het huidige beleid van de overheid wordt voor de aanpak van roken en overgewicht onder jongeren veelvuldig gebruik gemaakt van scholen. Bovendien is ook de invloed van leeftijdgenoten in de interventies meegenomen. Aangezien leeftijdsgenoten een belangrijk referentiekader voor jongeren vormen spelen peer-projecten hier goed op in (zie ook hoofdstuk 5). Uit het anti-rokenprogramma is gebleken dat jongeren de reclames met elkaar bespreken en elkaar positief beïnvloeden. Of dit ook het geval is met de reclames rond de promotie van gezonde voeding is niet bekend.