• No results found

„Bij aanneming van werk kan men overeenkomen, dat de aanne-mer alleen arbeid verrichten of wel dat hij ook de stof leveren zal".

10e. Artikel 1005 wordt gelezen :

, Ingeval de aannemer de stof moet leveren, en het werk, op welke wijze ook, vergaat alvorens het geleverd is, komt het verlies voor zijne rekening, ten ware de aanbesteder nalatig zij geweest om het werk te ontvangen".

He. Artikel 1606 wordt gelezen :

„Indien de aannemer alleen arbeid moet verrichten en het werk vergaat, is hij slechts voor zijne schuld aansprakelijk".

12e. Artikel 1607 wordt gelezen :

,Indien het werk, 'in het geval bij het voorgaand artikel ver-meld, buiten eenig plichtverzuim van den aannemer is verloren ge-gaan, voordat de levering geschied is en zonder dat de aanbesteder nalatig is geweest om het werk op te nemen en goed te keuren, heeft de aannemer geene aanspraak op den bedongen prijs, ten ware de zaak door een gebrek in de stof zelve verloren ware gegaan".

"13e. In artikel 1608 wordt het woord .,werkman" vervangen door het woord „aannemer".

14e. In artikel 1610 wordt het woord „dagloonen" vervangen door het woord „arbeidsloonen"

15e, Artikel 1612, eerste lid, wordt gelezen :

.,Aanneming van werk houdt op door den dood van den aan-nemer".

In liet tweede lid van artikel 1612 wordt het woord „eigenaar"

vervangen door het woord .,aanbesteder".

16e. In artikel 1616 wordt het woord „eigenaar" vervangen door het woord „aanbesteder".

17e. Met eerste lid van artikel 1903 wordt gelezen:

„Dezelfde regelen lijden insgelijks uitzondering in twistgedingen betrekkelijk tot eene arbeidsovereenkomst en voorts in alle de ge-gevallen, waarin het uit den aard dor zaak niet mogelijk is geweest zich een schriftelijk bewijs Ie verschaffen".

89 18e. Artikel 1914 wordt gelezen :

„Nochtans zullen bloed- en aanverwanten, mitsgaders arbeiders in dienst van partijen, in twistgedingen betrekkelijk tot den bur-gerlijken staat der partijen of tot eene arbeidsovereenkomst, als zoodanig noch onbekwaam zijn, noch kunnen gewraakt worden".

19e. In artikel !968 worden de woorden : „die van arbeiders en handwerkslieden wegens bun loon" vervangen door de woorden:

„die van arbeiders, wier in geld vastgesteld loon telkens na kortere tijdruimte dan een kwartaal moet worden betaald, wegens de be-taling van hun loon. alsmede van het bedrag der verbooging van dat loon ingevolge artikel 1602^/".

20e. In artikel 1969 worden de woorden: „die der dienstboden"

vervangen door de woorden : „die van arbeiders met uitzondering van degenen, bedoeld bij artikel 1968, wegens de betaling van hun loon, alsmede van bet bedrag der verhooging van dat loon inge-volge artikel \ffl2q".

Artikel II.

Het Reglement op de Burgerlijke Rechtsvordering ondergaat de navolgende aanvullingen :

Ie. Aan artikel 888 wordt een derde lid toegevoegd, luidende:

„Wanneer eenige rechterlijke beslissing wordt verzocht betrek-kelijk tot eene arbeidsovereenkomst, kan het daartoe strekkende

verzoekschrift op ongezegeld papier ingediend worden en zal de beschikking vrij van zegel zijn en vrij van alle kosten worden uitgereikt".

2e. Tusschen de artikelen 890 en 891 wordt een nieuw lid, arti-kel 890«., ingevoegd, luidende:

„Mij, die in rechten optreedt in een geding, betrekkelijk tot een arbeidsovereenkomst, wordt, indien hij het bewijs van onvermogen overlegt, bij artikel 875 vermeld, geacht van den rechter vergun-ning te hebben verkregen om kosteloos ie procedeeren.

Deze bepaling geldt niet len aanzien van dengene. die zijne reeds vroeger afgewezen vordering andermaal aanhangig maakt".

Artikel III.

Artikel I HH/ van liet Reglement op de rechterlijke organisatie en het beleid der Justitie in Nederlandsch-Indië wordt gelezen:

90

„De residentierechters nemen in eersten aanleg mede kennis van alle vorderingen betrekkelijk tot een arbeidsovereenkomst of tot een collectieve arbeidsovereenkomst als bedoeld bij artikel löOl'VL van het Burgerlijk Wetboek, onverschillig over welke waarde zij loopen en ongeacht den landaard van de partijen".

Artikel IV.

De Faillissementsverordening ondergaat de volgende wijzigingen en aanvulling :

Ie. In artikel 20, 2e. wordt tusschen de woorden „gefail-leerde" en „gedurende" het volgende ingelascht:

„of zijne echtgenoote ingevolge ee.ne krachtens artikel 1(301/

van het Burgerlijk Wetboek aangegane arbeidsovereenkomst".

'2e. Artikel 39 wordt gelezen:

„Arbeiders, in dienst van den gefailleerde, kunnen de dienstbe-trekking opzeggen en bun kan wederkeerig door de weeskamer de dienstbetrekking opgezegd worden, met inachtneming van de over-eengekomen of wettelijke termijnen, met dien verstande echter, dat in elk geval de dienstbetrekking kan worden geëindigd door opzeg-ging met een termijn van zes weken. Van den dag der faillietver-klaring af is het loon boedelschuld".

3e. Artikel 232, 5e. wordt gelezen :

„van het loon van arbeiders; van liet bedrag der verhooging van dat loon ingevolge artikel 1602g van het Burgerlijk. Wetboek ; van het bedrag der uitgaven, door den arbeider voor den werkgever gedaan; en van het bedrag der schadevergoeding door den werkge-ver aan den arbeider bij het einde der dienstbetrekking krachtens

artikel 1603\ van het Burgerlijk Wetboek verschuldigd".

* Artikel V.

O v e r g a n g s b e p a l i n g e n.

A. De rechten en verplichtingen, voortspruitende uit de arbeids-overeenkomsten, welke van kracht zijn op het tijdstip van liet in werking treden van dit besluit, worden, te rekenen van dat tijdstip, doch alleen voor het vervolg, geregeld naar de bepalingen van dit besluit.

B. Minderjarigen, alsdan werkzaam krachtens eene door hun-nen wettelijken vertegenwoordiger te hunhun-nen behoeve gesloten ar-beidsovereenkomst, worden geacht zelven de arbeidsovereenkomst

91

ingevolge eene door den wettelijke).) vertegenwoordiger verleende machtiging te hebben aangegaan: bepalingen daarbij door de)) wettelijken vertegenwoordiger gemaakt, worden beschouwd als voor-waarden, waaronder de machtiging is verleend.

Indien minderjarigen op gemeld tijdstip als arbeiders werkzaam zijn, zonder dat hun wettelijke vertegenwoordiger eene arbeidsover-eenkomst te hunnen behoeve gesloten heeft, wordt de termijn, ge-noemd in artikel 1601/;, geacht op voormeld tijdstip aan te vangen.

Artikel VI.

S lo t b e p a l i n g en.

A. De bepalingen van Artikel J van dit besluit zijn, zoolang bij ordonnantie niet anders is bepaald, niet van toepassing voor de Chineezen. bedoeld in de ordonnanties van 29 Maart 1917 (Staats-blad No. 129) en van 9 December 1924 (Staats(Staats-blad No. 557).

Zoolang niet bij ordonnantie het tegendeel is bepaald, blijven de voor de Europeanen bij dit besluit afgeschafte artikelen 1601, 1602 en 1603 van het Burgerlijk. "Wetboek voor Nederlandsch-Indië voor de Inlanders en de Vreemde Oosterlingen van kracht.

B. De Assistentenregeling voor Sumatra's Oostkust, Atjeb en Tapanoeli, zooals die is of nog zal worden gewijzigd, blijft van kracht.

Artikel Vil.

De Gouverneur-Generaal wordt gemachtigd om de reglementen op het rechtswezen in de gewesten buiten Java en Madoera te wij-zigen in den geest van Artikel III van dit besluit.

Artikel VIII.

Dit besluit treedt in werking op een door den Gouverneur-Generaal te bepalen tijdstip.

Onze Minister van Koloniën is belast met de uitvoering van dit besluit, waarvan afschrift zal worden gezonden aan den Raad van State.

ORDONNANTIE tot vaststelling der voorwaarden, waaraan de fond-sen bedoeld in het tweede lid van artikel 1601s van het Burgerlijk Wetboek, moeten voldoen. (Be-sluit van den G. G. van 20 Augustus 1920 No. 25;

ind. Stb. 1926, No. 377).

Artikel 1.

Aan de voorwaarden, bedoeld bij het tweede lid van artikel 1601 s van het Burgerlijk 'Wetboek, wordt voldaan dooi' een fonds, welks reo'lement bepalingen bevat, voldoende aan de voorschriften der ar-tikelen 2 tot en met 'M dezer ordonnantie.

Artikel 2.

(1) Het fonds moet worden beheerd door een bestuur, waarin een of meer der deelnemende arbeiders mede zitting hebben. Wan-neer het beheer van het fonds buiten Nederlandsch-Indië wordt gevoerd, kunnen in plaats van dezen een of meer der gewezen deel-gerechtigde arbeiders in het bestuur worden opgenomen.

(2) Arbeiders of gewezen arbeiders, die niet door of met uit-drukkelijke instemming van de meerderheid der aan het fonds deel-nemende arbeiders in het bestuur zijn benoemd, worden daaruit verwijderd indien zulk een meerderheid het verzoek daartoe doet.

Artikel 3.

De beschikbare gelden van het fonds zullen niet anders mogen worden belegd dan in vaste goederen, in schuldvorderingen, vol-doende door persoonlijke of zakelijke zekerheid gedekt, in pand-brieven of in andere effecten, daartoe bij het reglement in het algemeen aangewezen. Niet meer dan in totaal 1/5 deel dier gelden zal mogen worden belegd in schuldvorderingen op den werkgever of aandeelen in de vennootschap-werkgeefster.

Artikel 4.

De bezittingen van het fonds moeten afgescheiden blijven van het vermogen des werkgevers, ook al worden zij door dezen be-waard. Hij mag niet zonder medewerking van ten minste één der in het bestuur zitting hebbende arbeiders of gewezen arbeiders daarover kunnen beschikken.

94 Artikel 5.

(1) De arbeider, die gedurende ten minste één jaar heeft deelgenomen aan een fonds tot periodieke uitkeering of uitkeering in eens op zekeren leeftijd, ontvangt bij beëindiging van de dienstbetrekking vóór dien leeftijd eene vergoeding niet minder bedragende dan tiet totaal van de door hem gedane stortingen, of behoudt eene aanspraak op uitkeering, zij het ook op verander-den voet, een en ander volgens de regelen bij het reglement vast te stellen, met dien verstande dat het reglement slechts het één of het ander behoeft toe te kennen.

(2) Bij behoud van de aanspraak op uitkeering, als bedoeld in het eerste lid, wordt den arbeider een bewijs daarvan uitgereikt, waarop het bedrag is vermeld, dat, op grond van zijne deelneming aan bet fonds, aan hem op zekeren leeftijd zal worden uitgekeerd.

Artikel 6.

De bepalingen, die het reglement ingevolge deze ordonnantie moet bevatten, kunnen niet worden gewijzigd zonder dat de deel-nemende arbeiders in de gelegenheid zijn gesteld nopens de voor-genomen wijziging desgewenscht van hun gevoelen te doen blijken.

Artikel 7.

ledere handeling en ieder besluit van het bestuur, alsmede ieder besluit van eene vergadering van leden van of deelgerechtigden in zulk een fonds, strijdig met eene wettige bepaling van het reglement, is nietig.

Artikel 8.

Aan iederen deelnemenden arbeider wordt bij zijne indienst-treding of bij het inwerkingtreden van een nieuw of wijziging van een bestaand reglement een volledig exemplaar van het reglement of van de wijziging uitgereikt.

Artikel 9.

Overigens moet het reglement bepalingen bevatten, met in-achtneming van bovenstaande artikelen, omtrent :

a. de bestemming van het fonds ;

b. de wijze van beheer van het fonds en van de bestrijding dei-kosten van dat beheer ;

95

c. de wijze van belegging der bezittingen van bet fonds alsmede de plaats, waar die bezittingen zullen worden bewaard ;

d. de door ieder der deelnemende arbeiders te storten bijdrage ; e. de aanspraken, welke de deelneming geeft:

f. de gevolgen, die het eindigen zijner dienstbetrekking voor den deelnemenden arbeider ten opzichte van het fonds oplevert ; g. de wijze, waarop de deelnemende arbeiders in de gevallen,

bedoeld bij artikel 2, tweede lid, en artikel 0, van hun gevoelen kunnen doen blijken ;

//. de wijze, waarop het reglement kan worden veranderd ;

i. de bestemming der bezittingen van het fonds bij eene eventueele liquidatie daarvan ;

/. de wijze, waarop geschillen, uit de toepassing van het reglement voortspruitende, zullen worden beslist :

k. de wijze, waarop jaarlijks een overzicht van den stand van het fonds ter kennis tier deelnemende arbeiders wordt gebracht.

Artikel 10.

Behoort het fonds bij eene vereeniging, zooals bedoeld bij het Koninklijk besluit van '28 Maart 1870 No. 2 (Indisch Staatsblad No. 64), dan moet het desniettemin afzonderlijk worden beheerd, volgens een afzonderlijk reglement, hetwelk geene bepalingen mag bevatten, strij-dende met de statuten der vereeniging.

Artikel 11.

Is eenzelfde fonds of eenzelfde vereeniging, waarbij het fonds behoort, verbonden aan meer dan ééne onderneming, dan vinden de bepalingen van artikel 4 dezer ordonnantie ten aanzien van ieder dier ondernemingen overeenkomstige toepassing.

Artikel 12.

(I) Mede voldoen aan de voorwaarden, bedoeld bij het tweede lid van artikel 1601 s van het Burgerlijk Wetboek fondsen, welke beoooen het bij derden verzekeren van pensioenen of van kapitaals-uitkeeringen of het instandhouden van verzekeringen bij derden op het leven van een arbeider, wanneer in het reglement op die fondsen is bepaald, dat de met de inkomsten van den arbeider te verrekenen of door den werkgever verplicht gestelde premies of stortingen in haar geheel worden aangewend voor het instandhouden dier verze-keringen, dat de rechten uit de polissen voortspruitende tijdens

96

de dienstbetrekking nimmer door liet fonds zutlen kunnen worden uitgeoefend zonder medewerking' van den arbeider en dat na beëin-diging van de dienstbetrekking die reebten uitsluitend uitgeoefend zullen kunnen worden .door den verzekerden arbeider.

(2) De artikelen 2, 6, 7, 8 en 9 vinden ten aanzien van dit reglement overeenkomstige toepassing.

Artikel 13.

Door den Gouverneur-Generaal kan in bijzondere gevallen wan-neer Hij van oordeel is dat de rechten der deelnemende arbeiders voldoende zijn gewaarborgd, van een of meer der bepalingen van de artikelen 2 en volgende dispensatie worden verleend.

Artikel 14.

Hoor het Hoofd van bet Kantoor van Arbeid kan ten behoeve van de reeds bestaande fondsen voor een tijdsverloop van ten hoog-ste vijf jaren na het in werkingtreden van deze ordonnantie uithoog-stel worden verleend voor liet aanbrengen van een of meer van de door deze ordonnantie noodig geworden reglementswijzigingen Gedurende dat tijdsverloop worden die fondsen alsdan ook zonder die regle-mentswijzigingen geacht op die punten aan de voorwaarden, bedoeld bij het tweede lid van artikel '1601 s van het Burgerlijk Wetboek, te voldoen.

Artikel 15.

Deze ordonnantie treedt in werking met ingang van hetzelfde tijdstip als het Koninklijk besluit van 12 Juni 1926 No. 33 (Indisch Staatsblad No. 335).

REGISTER.

N. T. B. W! Inleiding Ar ft. bldz.

A.

Aangiften bij den Burgerlijken Stand.

Doorbetaling loon bij 1602c 37 Aanneming van werk • • 1601, 1601b, c

Aansprakelijkheid v/d werkgever voor

schade en ongevallen 1602w 43

Aanstellingsbrieven. Karakter van . . . 20

Aanvullend recht i 7

Adviezen v. werkgevers- en

werknemers-organisaties ** (noot) alcoholhoudende drank als loon . . • 1601 p

Appèl 6 0

Arbeid. Aard van den op te dragen . . 25 Arbeid op Zondagen; vrije dagen . . . 1602 v 44

Arbeider. Beteekems van **

Arbeider. Verplichtingen van den . . . 1603 t/m 1603d 25

Arbeidsovereenkomst. Collectieve . . . 160In 56 Arbeidsovereenkomst door minderjarigen

aangegaan. Ontbinding door den

rech-ter van 1 6 0 3 m> n 5 4

Arbeidsovereenkomst. Elementen der . . 1601a 23 Arbeidsovereenkomst en overmacht . . 1602c, d 34

Arbeidsovereenkomst in Indië. De . . 8 Arbeidsovereenkomsten tusschen

echtge-nooten löOli 18 Arbeidsovereenkomst voor bepaalden tijd

aangegaan 1603e, f Arbeidsovereenkomst voor onbepaalden

tijd aangegaan 1603g, h, i 47 Arbeidsovereenkomst. Vordering

betrek-keiijk tot een F,7

Arbeidsovereenkomst. Vorm der . . . 1601a, d

Assistentenregeling S. O. K art. VI B v/h K.B. 15

Automobiel. Vrije beschikking over een . 160lp 30

98

N. I. B. W. Inleiding Arit. Uz.

B.

Bedienden. Vrije beschikking over . . . '1601p

Bedrijfsongevallen. Schadevergoeding bij 1602w 43 Begrafenis van naaste bloed- en

aanver-wanten. Doorbetaling loon bij • • 1602c 38 Bepaalden tijd. Arbeidsovereenkomst,

aan-IfiO^e f 47 gegaan voor ïuuoc, i

Berekening van het vastgestelde loon . . 1601o, 1602e 39

Beslag op het loon 1602g Besteding van het loon 1601s, t

„Betrekkelijk korte tijd" 1602c 36

Bevalling 1 6 0 2 c

Bevalling van echtgenoote. Loon bij . . 1002c 38 Bevolkingsgroepen. Ontwerp voor een op

alle bevolkingsgroepen toepasselijk

B. W 9

Boeten ^ ^ v '2G

Buitenslands aangegane arbeidsovereen-komsten

C.

Cassatie

Chineezen. Toepasselijkheid wett. reg.

ar-beidscontract op 13(noot2) Collectieve arbeidsovereenkomst . . . . 160In

Collectieve arbeidsovereenkomst. Gevolgen

d e r lOOtn (Ie lid) 56 Collectieve arbeidsovereenkomst. Karakter

d e r 160In (2e lid) 56 Compensatie van vorderingen v. d.

werk--1 (i02r 42

gever 1DUZI

Concordantiebeginsel 9

Concurrentie-clausule 1601 x

Contrapraestatie v. d. werkgever . . . . 'i 8

D.

Dagvaardigmg

Dienstauto i 6 0 1P 3 0

99

N. I. B. "W. Inleiding Arit. fc

te-Dienstbetrekking. Beteekenis van . . . 1603a, b 24 Dienstbetrekking. Einde der 1603e t/m w 46 Dienstbetrekkingen voor het leven of'voor

langer dan 5 jaar 1603u 55

Dienstboden en werklieden. Huur van . ö

Dienstkleeding 1601p Dienstpaarden loOlp Dienstwoning 1601 p

Dood des arbeiders 1603] 46 Dood des werkgevers 1603k 46 (noot)

„Dringende redenen" 1603o, p, q 51

„Dringende redenen". Schadeloosstelling

door partij die geeft . , Dringende redenen". Stipuleering bij

overeenkomst door partijen van . . 52

„Dringende redenen" voor het geven van

ontslag ^0 3° 5 1

„Dringende redenen" voor het nemen van

ontslag • • 1603p 51

„Dwingend recht"

E.

Echtgenooten. Arbeidsovereenkomst

tus-sehen . . . • 16011 18 Einde der dienstbetrekking 1603e t/m w 46

Emolumenten 1601p 30

„Europeanenarbeid". Toepasselijkheid

wett. reg. Arbeidscontract op . . . 1603x 14 F.

Fooien " 99

• G.

Geding. Het 59 Gehuwde vrouw. De 1601 f 19

Geldloon 1601p 32 Gelijkgestelden met Europeanen.

Toepas-selijkheid wett. regeling

Arbeids-contract op 13

100

N. I. B. W. Inleiding Arit. bldz.

Gemeenten. Personen in dienst van . . 1603y 15 Geneeskundige behandeling. Vrije . . . 1601p

Gereedschappen (veiligheidsin richtingen) 1602 w 43 Geschiedenis Ned. Wet op de

arbeids-overeenkomst 7 Getuigschrift . . 1602z 45

Getuigenbewijs en arbeidsovereenkomst. 21 (noot) Gevaar. Bescherming arbeider tegen . . 1602w 43 Gevolgen der collectieve

arbeidsovereen-komst 1601n (Ie lid) 56

Gewesten. Personen in dienst van . . . 1603y 15 Gewichtige redenen bij ontslag . . . . 1603v 53 Gezagselement inde arbeidsovereenkomst 1603a, b 24 Godsdienstplichten. Gelegenheid tot

nako-ming van 1602u 43 Gods- of handpenning bij het sluiten der

arbeidsovereenkomst 1601e Gratificaties . . . 1601p 29

H.

Handarbeiders ' 2 3 Hand- of Godspenning bij het sluiten der

arbeidsovereenkomst 1601e Huishouding. Kosten der 1601 p

Huur van dienstboden en werklieden . . 8 I.

Inhoud verzoekschrift bij instellen eener

vordering 59 Intellectueele arbeiders 23

Internationaal privaatrecht en

arbeids-overeenkomst 14 Inwonende arbeiders 16Ü2s, t, u, x 43

J.

s' Jacob, motie nopens inwinning advies werkgevers- en

werknemersorgani-saties 11

101

N. I. B. W. Inleiding Arit. bldz.

Japanners. Toepasselijkheid wett. reg.

Ar-beidscontract op 13 Jurisprudentie in Indië nopens N. I. B.W.

artt: 1601 t/ra 1603 (oud) . . . . 8 K.

Karakter der Collectieve

arbeidsovereen-komst I601n (2e lid) 56

Kiesbevoegdheid. Loon bij uitoefening der 1602c 38 Kost 1601p 29 Kosten der acte bij schriftelijke

arbeids-overeenkomst 1601d Kostenvergoedingen . 30 Kleeding 1601 p

L.

Lande. Personen in dienst van den . . 1603y 15 Laoh, amendement i.z. toepasselijkheid

Regeling Arbeidscontract op

„Euro-peanenarbeid" 1603x 14 Lichaamsgebrek. Valsche inlichtingen

no-pens een 1602c 36 Lokalen, (veiligheidsinrichtingen) . . . 1602w 43 Loon. Berekening van het vastgestelde . 1601o, 1602e 39 Loon. Besteding van het 160Is, t 34 Loonbetaling en schuldvergelijking . . 1602r 42 Loonbetaling. Plaats van 1602k 43 Loonbetaling. Vertraging van 1602q 41 Loonbetaling in andere bestanddeelen dan

in geld . 1602i Loon. Beteekenis van 1601 p 28 Loon bij ongeval 1602c 36 Loon bij ziekte 1602c 36 Loon, indien geen is gestipuleerd . 1601q 32 Loon, indien werkgever geen gebruik van

arbeid maakt 1602d 38 Loon. Tijdstip van uitbetaling van . . . 16021 41 Loon. Verschuldigdheid van het . . . . 1602, 1602a, b 34 ' O '

102

N. 1. B. W. Inleiding Arit. hldz.

Loon. Voldoening in wettig betaalmiddel. 1602h Loon. Volmacht bij voldoening v/h . . . 16021", g

Loon vormen. Geoorloofde . . . lGOlp 32 Loon. Uitbetaling van het 1602b e/v

M.

Mededeelingsplicht nopens

winstbereke-ning voor tantièmes 1602e 40 Middelen ter verkrijging van behoorlijke

arbeidsovereenkomsten. Gebezigde . 17 Militaire keuring. Loon bij 1602c 38

Militieplicht. Loon bij vervulling van . . 1602c 38 Minderjarige. Arbeidsovereenkomst

aan-gegaan door 1601g, h 19 Minderjarige arbeiders. Regeling arbeid v. 1602v

Moeder. Ongehuwde 37 Mondelinge overeenkomst 1601a. d 20

N.

Nederlanders. Toepasselijkheid wett. reg.

Arbeidscontract op 13 Nederlandsche Wet op de

Arbeidsovereen-komst. Geschiedenis der 7

O.

Officieren van zeeschepen 1603y 15 Onbepaalden tijd. Arbeidsovereenkomsten

voor 1603g, h, i 47 Onderwerping aan Kur. Burgerlijk en

Handelsrecht. Toepasselijkheid wett.

reg. Arbeidscontract bij 13 Onderwijs als loon 1601p 30

Ongehuwde moeder 37 Ongeval. Loon bij 1602c 36

Ongevallen den arbeider overkomen . . 1602w 43 Onrechtmatige beëindiging

dienstbetrek-king. Schadeloosstelling bij . . . . 1603n, q 49 Ontbinding van arbeidsovereenkomsten.

103

N. I. B. W. Inleiding Arti. bldz.

aangegaan door minderjarigen, door

den rechter. . 1603m, n 54 Ontspanning voor inwonende arbeiders.

Gelegenheid tot 1602u 43 Onzedelijkheid des arbeiders. Ziekte ot'

ongeval tengevolge van 1602c 36 Opium als loon . . 1601 p

Opzegtermijn 1603i 47 Opzet des arbeiders. Ziekte of ongeval

tengevolge van 1602c 36 Overeenkomst. Schriftelijke 1601a, d 20 Overheidspersoneel. Niet-toepasselijkheid

der regeling op 1603ij 15 Overlijden van naaste bloed- en

aanver-wanten. Loon bij 1602c 38 Overmacht en Arbeidsovereenkomst . . 1602c, d 34

P

Paarden. Vrije beschikking over . . 1601p

Passagekosten 160'lp

Pensioenen 29 Pensioenfondsen 34 Persoonlijke praestaties bij de

arbeids-overeenkomst 1603a, b 24 Plaats van loonbetaling 1602k 43 Privaatrechtelijk karakter der wet op de

Arbeidsovereenkomst . . . 16

Procedure 57 Proeftijd 16031 48

Provisies 40 Publiekrechtelijk lichaam. Personen in

dienst van een 1603Ü 15 R.

Rechtelijke organisatie 58 Kechtseenheid. Streven naar 9 Rechtmatige beëindiging der

dienstbe-trekking . . 1603e t/m x 46

104

N. I. ß. W. Inleiding Arü. bid z.

Rechtsvordering 58 Regeling arbeid minderjarige arbeiders . 1602v

Reglement I60ij, k, 1, m 27

Reglement. Wijziging van het . . . . 16011c 28

Risico 34 S.

Schade en ongevallen den arbeider

over-komen 1602w 43 Schadeloosstelling bij onrechtmatige

beëin-diging dienstbetrekking . ,. . . . 1603n, q, r, s. t 49 Schadeloosstelling bij overeenkomsten

aan-gegaan voor bepaalden of

onbe-paalden tijd 1603r 50 Schepelingen van zeeschepen 1603y 15 Schipper van een zeeschip 1603y 15 Schriftelijke arbeidsovereenkomst . . . 1601a, d 20 Schriftelijke arbeidsovereenkomst, kosten

der acte 1601d Schuldvergelijking en loonbetaling . . . 1602r 42

Solliciteeren naar nieuwen werkkring. . 48

Spaarfondsen 34

„Staatsblad-Europeanen". Toepasselijkheid

wett. reg. Arbeidscontract op zg. . 13 Staten-Generaal. Behandeling Wet

Ar-beidsovereenkomst in 7, 8 Stilzwijgende verlenging v/d

arbeidsover-eenkomst voor bepaalden tijd

aan-gegaan 10031' 47 Stokvis, motie i.z. wenschelijkheid regeling

arbeidscontract Inl werknemers . . hl Stookmiddelen 1601 p

Stukloon. Vaststelling verschuldigde. . . 39 T.

Tantièmes 1601 p 29 Tantièmes. Tijdstip uitbetaling van. . . 1602n 41 Tantième. Vaststelling van het . . . . 1602e 40

105

N. I. B. W. Inleiding Arti. bldz.

Termijn van opzegging 1603i 48 Toepasselijkheid Ind. Wet op

arbeidscon-tracten buiten Ned. Indië aangegaan 14 Toepasselijkheid oude artikelen op

intel-iectueele werknemers 8 Toepasselijkverklaring op Inlanders . . 10

Transportvergoedingen 1601 p 30

„Trucksystem" 31 Tijdstip uitbetaling tantièmes 1602n 41

Tijdstip van uitbetaling loon 16021 41.

IL

Uitbetaling loon. Tijdstip van 16021 41 Uitbetaling tantièmes. Tijdstip van . . . 1602n 41 Uitrustingskosten 1601 p

Unificatie. Streven n a a r ' . . . 9 V.

Valsche inlichtingen nopens een

lichaams-gebrek 1602c 36 Vaststelling van het tantième . . . . 1602e 39 Veiligheidsin richtingen , 1602 w 43 Vergoedingen door ziektefondsen en

ziek-tevereenigingen 1602c 36 Verlichtingsmiddelen 1601 p

Verloftijd. Bezoldiging gedurende den. . 1601p 32 Verpleging bij ziekte of ongeval. . . . 1602w 43 Verplichtingen van den arbeider. . . . 1603 t/m 1603d 25

Verplichtingen van den werkgever . . . 28 Verschuldigdheid van het loon . . . . 1602 t/m 1602b 34

Vertraging loonbetaling 1602q 41 Vervoermiddel. Vrrije beschikking over een 1601p

Vervulling van een wettelijken plicht.

Loon bij . 1602c 38

Verzoekschrift bij instellen eener vordering 59 Voedingsmiddelen 1601p Voorschotten 1602r 42

106

N. I .B. W. Inleiding Arit. • blclz.

Voortbrengselen v/h bedrijf als loon . . 1601p Volksraad. Behandeling wettelijke

rege-ling van het arbeidcontract in den 11

rege-ling van het arbeidcontract in den 11