• No results found

Kader 2: Gemeentelijke herindeling en ontstaan medialandschap

7. De staat van het medialandschap: Kwaliteit van het lokale nieuws

7.2. Drie functies van de journalistiek

De drie functies van de journalistiek staan onder druk. Controleren is bijna niet aan de orde en ook over de informerende functie zijn wisselende geluiden te horen. De verbindende functie lijkt op het eerste gezicht goed, maar ook daar zijn wat haarscheurtjes te zien.

7.2.1. Informeren

De informerende functie van de lokale omroepen wordt als zeer beperkt beschouwd door een groot deel van de geïnterviewden. Dit heeft onder andere te maken met de lage mate waarin het nieuws uit eigen initiatief wordt vergaard en de grote hoeveelheid ‘oud nieuws.’ Deze mening wordt, naast communicatieprofessionals, ook met de mediaprofessionals van de lokale omroepen zelf gedeeld. o “Ik heb het gevoel dat er te weinig informatie wordt verstrekt. Maar goed, ze hebben ook eigenlijk

nauwelijks correspondenten of wat dan ook. Ze nodigen mensen uit voor in de studio en dat is het. Ze gaan geen reportages maken, dat doen ze bijna niet of nauwelijks. (Anton Stapelkamp, burgemeester gemeente Aalten)

o “Ik denk dat de media zelf het belang moeten inzien dat ze het van meer lokaal nieuws, en ook van meer eigen lokaal nieuws. (Bernhard Harfsterkamp, freelancer voor RTV Slingeland)

o “Ik vind het oud nieuws. Als je een redactie hebt die het nieuws van een week geleden erop zet of laat staan, dan is dat punt al afgestreept. Het heeft gewoon geen zin. 52 weken per jaar moet je erop, je moet niet achter de feiten aan lopen, dat heeft helemaal geen zin.” (Henk Jan Freriks, Dinxper FM)

o “Wij merken daartegenover weer dat wij redactioneel, op de website, wat achterlopen.” (Erik Luiten, Aladna FM)

o “Veel redactioneel nieuws, dat hoeft niet op de dag zelf. Die kunnen 2, 3, 4 dagen blijven liggen. Soms een week.” (Freek Kempink, RTV Achterhoek)

Om toch nieuws te kunnen verspreiden, maken lokale omroepen gebruik van geleend nieuws. Via een

newsfeed, of ze lenen het van elkaar.

pakken nieuws van WNC (World News Company, red.), dat is het beste voorbeeld. WNC maakt nieuws en jij kan dat kopen. Daar betaal je voor, 25 euro in de maand. Hopsekee, krijg jij het nieuws elk uur, door hun gemaakt.” (Henk Jan Freriks, Dinxper FM)

o “AFM, die produceren helemaal niks, zelf. Dat is de moeite niet. Als je geluk hebt is het een keer in de week. Die lopen te lobbyen of ze nog ergens nieuws vandaan kunnen halen. Ze hebben bij ons al een paar keer aangeklopt: mogen we jullie nieuws niet gebruiken?” (Freek Kempink, RTV Achterhoek)

o “Als het gaat om duurzaamheid, wat is dan belangrijk? Wat spelen daar voor discussies? Wat voor afwegingen maken mensen? En probeer daar eens achter te komen, in plaats van dat je alleen het persbericht overneemt dat je voor drie zonnecellen 100 euro extra subsidie krijgt. Ik verzin maar iets geks. Dat proactieve mis ik een beetje en daar horen die sociale media bij. Als je daar actief bent, dan snuif je dat op.” (Jan Bart Wilschut, procesbegeleider streekomroepvorming Achterhoek)

Ook bij de vergaring van nieuws blijft het werken met vrijwilligers zorgen voor discontinuïteit.

o “De nieuwssite, daar moet eigenlijk nog wel een tandje bij. Daar kunnen we eigenlijk nog wel meer nieuwsitems op kwijt en ook actueel en ook gevuld blijven houden. Dat laatste is, ja, dan kom je echt wel weer op dat vrijwilligerspunt terecht. Als het echt allemaal vrijwillig moet gebeuren, is het echt de ene keer wel, de andere keer niet. Daarin kunnen we nog wel verbeteren.” (Erik Luiten, Aladna FM)

Er wordt ook positief gedacht over de informerende functie. Door enkele geïnterviewden wordt het gezien als ‘goed afgedekt.’ Maar wel met een ‘maar.’ Er is een groot aandeel in 112- en andere korte berichten en weinig verdiepende reportages of achtergrondverhalen.

o “Het is eigenlijk heel eenzijdige berichtgeving. Komt maar uit één koker. Ze gaan niet dingen checken bij de tegenpartij, dat gebeurt vaak niet. Als de informatie maar eenzijdig is, dan kun je je afvragen, wat moet je ermee?” (Domien Esselink, freelancer voor Omroep Gelderland)

o “We hebben onze eigen nieuwsvoorziening. Bij ons hebben we er twee lopen voor wat wij noemen het 112-nieuws. De pieper gaat en zij gaan ook. Die lopen alle ongelukken, branden, dat soort dingen af.” (Freek Kempink, RTV Achterhoek)

o “Zeker televisie en radio. Het moet allemaal ontzettend kort. Eén minuut is op televisie al een lang item bijna. Kan je daar nog je boodschap kwijt? Als het een beetje een ingewikkeld onderwerp is, dan red je dat allemaal al niet.” (Anton Stapelkamp, burgemeester gemeente Aalten)

De aftakeling van de informerende functie is ook landelijk terug te zien.

o “De informerende, daar begin het ook aan te schorten. Je ziet wel dat heel veel 112-nieuws en dat soort dingen nog wel door komt, maar echt achtergrondverhalen en zo zijn echt nauwelijks nog te zien.” (Toos Bastiaanse, NLPO)

Aangrenzende lokale omroepen hebben een betere nieuwsvoorziening. Bij REGIO8 werken professionele journalisten en daar is de informerende functie beter afgedekt, volgens een aantal geïnterviewden. Ook bij RTV Slingeland is de informerende functie naar behoren.

o “RTV Slingeland in Winterswijk heeft nog wel een nieuwsvoorziening, die produceren ook zelf. REGIO8 dan, wij wel. Voor de rest is het, als ze wat hebben, gewoon geleend nieuws.” (Freek Kempink, RTV Achterhoek)

o “Mijn gevoel, mijn beeld van de journalistieke kwaliteit in dit gebied (Winterswijk, red.) is dat wij informatief eigenlijk prima op de hoogte gehouden worden. Dus dat inwoners van dit gebied weten wat er reilt en zeilt, ook wel redelijk meegenomen worden in de discussieonderwerpen die er zijn.” (Jan Bart Wilschut, procesbegeleider streekomroepvorming Achterhoek)

o “Wij geven juist bedoeling aan die dagelijkse content, die snelle content, die ook stante pede gemaakt moet gaan worden.” (Peter Berendsen, REGIO8)

o “Het liefst werken wij met eigen signalering en eigen bronnen en proberen we op die manier verhalen tot stand te brengen.” (Joost Jonker, REGIO8)

Daarnaast is er een verschuiving te zien van hard nieuws naar de human interest-kant.

o “Je ziet dat ze steeds meer in human interest gaan. Veel minder in de nieuwsvoorziening. Omroep Gelderland heeft nog niet zo lang geleden onze burgemeester gevraagd: we willen gewoon eens even een interviewtje bij u thuis doen, van max twee minuten. Nou, oke. Uh, ja, er zit geen nieuwswaarde meer in, maar veel meer gewoon eens even laten zien hoe de burgemeester thuis pannenkoeken bakt, want dat ging ie doen. En zo gaan ze steeds vaker echt het human interest opzoeken, met hele korte reportages, wetens dat kennelijk inwoners niet langer interesse vasthouden bij een onderwerp.” (Jolanda van Eldik, gemeente Aalten)

o “Tot op heden zijn er heel veel lokale omroepen die dat niet hebben en die brengen vaak wel heel mooi achtergrondnieuws, magazine-achtig nieuws over de plaats, maar echt het harde nieuws en dat ze ook inderdaad echt politieke topics volgen, dat zie je minder.” (Toos Bastiaanse, NLPO) 7.2.2. Controleren

De controlerende functie is benedenmaats. Dit werd ook al duidelijk uit de onderzoeken die worden aangehaald in hoofdstuk 2. Ook Toos Bastiaanse van de NLPO geeft dit aan.

o “Soms zijn media echt agenderend voor de politieke agenda, hebben ze zelf dingen onderzocht die dan in een keer ook politiek belangrijk worden. Dat is denk ik, die rol is denk ik door de journalistiek bijna uitgespeeld. Dat is ook het zorgwekkende wat er aan de hand is op dit moment.” (Toos Bastiaanse, NLPO)

In het lokale medialandschap wordt deze lijn doorgetrokken.

o “De controlerende taak is zeer beperkt.” (Anton Stapelkamp, burgemeester gemeente Aalten) o “Nee, echt hier in de hele regio hebben de media geen echt controlerende functie. Wij hebben er

vaak genoeg over gedacht: moeten we dat wel doen? Moeten we dat niet doen? Gaan we kritischer bepaalde dingen in? We hebben wel dat hele verhaal wat hier gespeeld heeft, met Laborijn, maar dat hebben eigenlijk allemaal gewoon netjes geplaatst. Commentaren geplaatst van de gemeente, van Laborijn zelf, van medewerkers. Wij hebben gewoon alles geplaatst. Als je dat controlerend wilt noemen, niet echt.” (Freek Kempink, RTV Achterhoek)

o “Wat ze het controleren noemen, zeg maar het onderzoeksjournalistiek achtige, dat is niet afgelegd voor de lokale journalistiek op dit moment.” (Bernhard Harfsterkamp, freelancer voor RTV Slingeland)

o “Als je kijkt naar de media, en dat is bij ons ook, ik benoem ons ook, ik vind dat er weinig verdieping is. Alles moet maar, is in de waan van de dag of je ziet weer verdieping dat gaat om de muziekvereniging, om dat er daar weer een beurs is of daar weer een beurs is. Dat is van dat hele luchtige nieuws.” (Peter Berendsen, REGIO8)

o “Als het gaat om de kwaliteit van de journalistiek, dat er verdiepingsmogelijkheden zijn, wat vergelijkingsmogelijkheid. Dat je denkt: hee, hier worden nog eens thema’s goed bij de kop gepakt. Nou, daar heb ik wel wat zorgen over.” (Jan Bart Wilschut, procesbegeleider streekomroepvorming Achterhoek)

o “Er zijn echt wel voorbeelden van bijvoorbeeld een bestuurlijke crisis geweest waarbij je, ja, soms wat meer afhoudend moet zijn, omdat bijvoorbeeld een raad nog niet geïnformeerd is. Dat je nog niet echt het achterste van je tong kan laten zien en dan gaat natuurlijk een Omroep Gelderland en ook een Gelderlander, ja, die proberen je wel echt te verleiden. En dat zie je de lokale absoluut niet doen, die wachten gewoon keurig af.” (Jolanda van Eldik, gemeente Aalten)

Veel geïnterviewden plaatsen kanttekeningen bij deze functie: hoe moet je als lokale omroep deze functie vervullen met de (financiële) middelen die je krijgt?

o “Ik denk dat het best wel zwaar is. Het is voor ons ook heel zwaar. Als je de waakhond wilt zijn van de lokale democratie, dan moet je de raadsvergaderingen volgen, dan moet je stukken opvragen, moet je nauw contact hebben met de wethouders, maar ook de raadsleden, et cetera. Dat is wel wat wij ook als functie hebben als publieke omroep. Wat gewoon wel erg moeilijk is, want het kost gewoon heel veel mankracht. Mankracht kost weer geld. Wil je het professioneel doen, kost het je nog meer geld dan een vrijwilliger. Dat geld dat moet dan ook wel weer uit die gemeente komen. Zij geven het niet, daardoor kunnen wij er niet zijn en doordat we er niet zijn geven ze het niet. Dan houdt het dus snel op.” (Joost Jonker, REGIO8)

o “Laat ik het zo zeggen: ik ben blij dat we alles aan het draaiende kunnen blijven houden. (…) Het blijft allemaal mensenwerk, dat voorop gesteld.” (Erik Luiten, Aladna FM)

o “De lokale omroepen moeten aan een bepaalde kwaliteitskeurmerk doen. Dan moeten ze een betaalde kracht in dienst hebben. Ze moeten elke dag op radio en tv actueel nieuws brengen. Dat is nu onmogelijk.” (Bernhard Harfsterkamp, freelancer voor RTV Slingeland)

o “Ik heb het idee dat we daar teveel van toevalligheid afhankelijk zijn. Dus dat je het toeval hebt dat er een goede journalist van de Gelderlander is, toevallig iemand die voor het huis-aan-huisblad schrijft waarvan je zegt: ‘hé, die heeft net iets meer in z’n mars dan.’ Maar over die linie, echt de financiële ruimte ervoor om die mensen aan te stellen is er niet.” (Jan Bart Wilschut, procesbegeleider streekomroepvorming Achterhoek)

Veel politiek nieuws wordt er in de gemeente Aalten niet gebracht door lokale omroepen. Vaak gaat men pas eropaf als het ‘een beetje bijzonder’ is, zoals bijvoorbeeld een wethouder die aftreedt. o “Als het er is, dan moet het of heel grappig leuk zijn, maar hoe belangrijk is het dan? Human

interest achtige dingen. Daar koop je niet zo heel erg veel voor als gemeente, of het is een meer de rellerige ruzie schandaal achtige sfeer en daar zit je ook niet op te wachten. Vanuit democratie

is het goed dat daar aandacht voor is, maar dat is altijd wel het dubbele.” (Anton Stapelkamp, burgemeester gemeente Aalten)

o “Toen in één keer zagen we Aladna FM, die nooit komt, bij politieke items al helemaal niet. Toen hebben wij ons er helemaal uit teruggetrokken. Hebben we helemaal niks van gebracht, dat gaat ons een stap te ver. Als je alleen maar komt om zo’n sensatiemoment, dat iemand moet aftreden en een andere wethouder ook daardoor in de problemen kwam. Dan ben je met verkeerd nieuws bezig. Dan ben je niet bezig met het item.” (Freek Kempink, RTV Achterhoek)

Deze waakhondfunctie is een belangrijke taak als het gaat om het waarborgen van de democratie. Sinds de transitie van taken naar de lokale overheden is deze controlerende taak des te belangrijker geworden.

o “Zo’n hele transitie van de jeugdzorg en het sociaal domein, allemaal naar die gemeenten. Ja dan moet je mensen hebben die verstand hebben, die weten wat daar nou precies achter zat, hoe dat bij gemeente Winterswijk anders gaat dan in Aalten. En in Aalten weer anders dan in Doetinchem en waarom die keuzes zo gemaakt worden. En wat dat betekent voor mensen op straat. Dan krijg je een interessant debat. En dat is iets anders dan dat je een persbericht over schrijft. Als het gaat om het democratisch gehalte goed in de gaten te houden heb ik wel wat zorgen.” (Jan Bart Wilschut, procesbegeleider streekomroepvorming Achterhoek)

Ook volgens onder andere Joost Jonker van REGIO8 en burgemeester Anton Stapelkamp wordt de controlefunctie niet goed genoeg afgedekt. Naast de kleine omroepen vervult de grotere Omroep Gelderland de functie ook niet genoeg.

o “Het kan veel meer, ik denk met onderzoeksjournalistiek, met vaste raadsvolgers. Dat is toch iets wat vroeger wel aan de orde was. (…) Wij hebben daar absoluut de mensen niet voor en Omroep Gelderland eigenlijk ook niet, want die hebben een veel te groot gebied om alleen te focussen op hier.” (Joost Jonker, Regio 8)

o “Omroep Gelderland is wel een professionele organisatie, maar die zijn financieel ook heel kwetsbaar en maar goed met weinig menskracht en een enorm gebied.” (Anton Stapelkamp, burgemeester gemeente Aalten)

7.2.3. Verbinden

De verbindende functie wordt in eerste instantie door veel geïnterviewden als ‘goed afgedekt’ benoemd.

o “Als wij hier het Bloemencorso hebben, is daar groots aandacht voor. Dat is met de Zwarte Cross ook, overigens moet je dat evenement ook dubbel volgen, wat meer journalistiek, wat meer controlerend. Maar dat is een fantastisch evenement, een soort volksfeest. Ik heb het idee dat de verbindende rol meer wordt opgepikt, dat zit ons wat meer in het bloed.” (Jan Bart Wilschut, procesbegeleider streekomroepvorming Achterhoek)

o “Ik zie dat er een aantal omroepen bepaalde specialiteiten hebben. Ik vind RTV Slingeland een voorbeeld van een omroep die invulling geeft aan die verbindende content.” (Peter Berendsen, REGIO8)

Het belang van de verbindende functie wordt vaak benadrukt in de interviews. Volgens een aantal is die functie de meerwaarde van de lokale omroep, maar die ontstaat niet vanzelf.

o “We focussen ons heel erg op die waakhond, dat is de allerbelangrijkste, maar daar omheen hangt nog heel veel maatschappelijke relevantie die de omroep kan brengen. En die die kleine clubjes van nu waarschijnlijk ook in heel veel plaatsen wel brengen.” (Toos Bastiaanse, NLPO)

o “Die verbinding, dat is dus precies ook je bestaansrecht als lokale omroep, dat je ook lokaal bekend bent en nou ja, zichtbaar bent ook.” (Erik Luiten, Aladna FM)

o “Het is een soort naslagwerk, waar mensen trots op kunnen zijn. We uiten het naar in principe de rest van de wereld en zeker met de Zwarte Cross en zo. Dat zijn dingen waar de Achterhoek gewoon heel erg trots op is. Dus dat is dan toch wel weer een verbondenheid die je creëert, omdat mensen zichzelf terugzien, die dan ook weer zeggen: volgend jaar weer samen, et cetera. Maar dat kan ook heel klein zijn.” (Joost Jonker, REGIO8)

o “Allemaal sociale dingen, daar sterken wij ons in. Wij vinden dat wij op straat moeten zijn. Dat is een meerwaarde. Zodat mensen zich kunnen identificeren met ons.” (Henk Jan Freriks, Dinxper FM)

Toch lijkt de verbindende functie niet de strijd te kunnen winnen van de versnippering. Deze verdeelt de gemeente Aalten en hoewel de verbindende functie sterk vervuld wordt binnen de dorpskernen, gebeurt dit niet binnen de gehele gemeente. Burgemeester Anton Stapelkamp ziet liever dat de versnippering wordt opgeheven. Henk Jan Freriks is het daarmee eens.

o ““Ik vind het jammer. Het zijn twee gescheiden gemeenschappen daardoor. (…) Het is een enorme versnippering. En ook toch op het dorp vooral gericht, dus ook daar weer van ja, het gemeenschapsvormen van samen naar hetzelfde luisteren en dezelfde dingen horen, dat is jammer. Het verbindt niet.” (Anton Stapelkamp, burgemeester gemeente Aalten)

o “Ik vind ’t zo: er mag maar één lokale omroep zijn. Punt. Een goeie. Voor alle gelederen. Niet een die alleen maar voor Aalten is. Je hebt een gemeentelijke taak. Dus je moet gemeentelijke dingen laten zien. Dan moet je ook bij gemeentelijke dingen zijn.” (Henk Jan Freriks, Dinxper FM)

Deze lokaliteit is bij zowel lokale als regionale omroepen van belang, vindt Jolanda van Eldik van de gemeente Aalten.

o “Mensen willen toch graag lezen hoe het was bij die ene bijeenkomst of dat bijzondere moment hier, het fotosnuitje van de week. Dat is toch wat mensen graag lezen en zeker mensen die nog een krant lezen. Of dat nou lokaal is of regionaal.” (Jolanda van Eldik, gemeente Aalten)

Voor Omroep Gelderland is het lastig om die lokaliteit te waarborgen, gezien het gebied erg groot is. Het is voor sommigen de vraag of het verzorgingsgebied dan niet te groot is om wel die lokaliteit te bieden.

o “Mensen in de Achterhoek zitten niet te wachten op nieuws uit Tiel. Daar kampt Omroep Gelderland al mee.” (Domien Esselink, freelancer voor Omroep Gelderland)

o “Misschien is het qua oppervlakte de grootste provincie, qua inwoners niet, maar qua oppervlakte is het een enorm gebied, ja wat heb ik nou met Tiel. Het is anderhalf uur rijden hiervandaan. Voelt niemand enige verbondenheid mee.” (Anton Stapelkamp, burgemeester gemeente Aalten) 7.2.4. Verschillen tussen printmedia en radio- en televisieomroepen

Op een lijn met wat er in landelijke onderzoeken door bijvoorbeeld Quint Kik (2014) wordt aangetoond, wordt in de gemeente Aalten de informerende functie van printmedia als beter afgedekt bevonden dan van de radio- en televisieomroepen. Dat de radio- en televisieomroepen beter de verbindende functie vervullen, staat ook in lijn met de landelijke uitkomsten van die onderzoeken. o “Ik denk dat de printmedia in het informatieve heel goed scoren, want die hebben veel plek en

daar zit de gemeentepagina ook bij, dus dat komt wel goed. De radio en televisie, dat die wat meer die evenementen verslaan, dat is natuurlijk prachtig om op televisie te zien en om daar beelden bij te hebben.” (Jan Bart Wilschut, procesbegeleider streekomroepvorming Achterhoek)