• No results found

Kader 2: Gemeentelijke herindeling en ontstaan medialandschap

9. Beheer en verdeling van het geld

In het vorige hoofdstuk is de versterking van het medialandschap aan bod gekomen. Er is een eenduidig antwoord gekomen op de vraag of er versterking nodig is, namelijk ‘ja.’ Welke vorm van versterking het meest vruchtbaar wordt bevonden, is samenwerking en met name de vorming van een streekomroep. Dit gaat niet makkelijk, want het normbedrag per lokale publieke omroep is nog altijd te weinig om professionele journalisten aan te nemen. In dit hoofdstuk wordt er beschreven hoe de geïnterviewden denken over de financiering en het beheer en de verdeling van het geld.

9.1. Huidige subsidie

In de interviews kwam veelal naar voren dat de publieke lokale omroep te mager wordt gefinancierd. Het normbedrag van €1,28 per huishouden is, in een gemeente als Aalten met 27.000 inwoners, “überhaupt te laag,” vindt Joost Jonker (REGIO8). Ook Toos Bastiaanse onderstreept de scheve verhouding.

o “Als je nu in Amsterdam zit men met een financieringssysteem waar je geld krijgt voor je omroep per huishouden, ze krijgen allemaal €1,28 per huishouden. Dat betekent dat je in Rotterdam er misschien best een omroep van kunt maken, maar als je in noordoost Friesland zit, dan kan je er niks mee. Een microfoon of je telefoon waarmee je filmt kost overal evenveel. Een journalist kost ook overal evenveel. Dus daar zit gewoon het kromme.” (Toos Bastiaanse, NLPO)

Momenteel zijn de omroepen in de gemeente Aalten financieel gezond. De begrotingen zijn niet groot, zodoende kunnen kleine tegenslagen als grote gevolgen hebben.

o “Als je dadelijk Aladna FM geen subsidie meer geeft bij wijze van spreken, dan zijn ze ten dode opgeschreven. Is het afgelopen. (…) Alle respect voor die mensen, maar dat is met elke lokale omroep zo. Bij ons is het ook zo. Gaat het mengpaneel kapot, poeh, kunnen we nog solderen? Kunnen we nog dit? Drie dagen geen geluid.” (Henk Jan Freriks, Dinxper FM)

o “Het klinkt gek, maar wij rooien het met een maandbegroting van vier-, vijfhonderd euro. Zo redden we het nou. En als er echt paniek zou komen, kunnen we het in no time terugbrengen naar honderd euro in de maand. We kunnen zo dingen eruit knikkeren.” (Freek Kempink, RTV Achterhoek)

o “Wij mogen ons ook nog gelukkig prijzen dat wij financieel een heel gezonde club zijn.” (Erik Luiten, Aladna FM)

‘Er moet geld bij,’ is een veelgehoorde voorwaarde voor het voortbestaan en verbeteren van de lokale omroep. Een publieke omroep hoort ook publiek gefinancierd te zijn, vinden enkelen bij REGIO8. o “Ik denk wel dat je dan een betere stap kan zetten, als de streekomroep op de juiste manier

gefinancierd wordt. Nogmaals, dat hoeft niet te zijn dat alles uit de gemeente komt. Zeker niet zelfs. Maar dat er je op een begroting van de publieke omroep maar tien procent van de gemeente krijgt, dat is wel heel weinig. Dat mag echt meer. Wij zijn een publieke omroep. (…) Het kost allemaal heel veel geld en nu hebben we wel weinig. Echt heel weinig. Zeker in verhouding. Je moet eens opzoeken wat de NPO krijgt van het Rijk, wat de RPO krijgt van het Rijk en wat de lokale

o “Voor REGIO8 is het ook van levensbelang dat ze dat geld uit Den Haag krijgen. Als dat geld niet komt krijgen ze het ook moeilijk. In hoeverre zijn gemeenten bereid om elk jaar te blijven investeren in zo’n omroep. Dat weet ik niet.” (Domien Esselink, freelancer voor Omroep Gelderland)

Peter Berendsen vindt dat er een goede financiering moet komen, die eerlijk is in vergelijking met de taken van een lokale omroep. Wanneer hij de vergelijking maakt met Omroep Gelderland wordt de scheve verhouding nogmaals duidelijk.

o “Wanneer we een goede omroep willen hebben in de Achterhoek, moeten we ook zorgen voor een goede basisvoorziening. En als we niet zorgen voor een goede basisvoorziening komt er ook geen goede omroep. Een basisvoorziening is dat een gemeente nu €1,28 per huishouden betaalt en als we kijken naar een gemeente als Aalten die volgens mij in de 20.000 inwoners heeft, hebben we het over een bedrag van, met huishoudens 20.000 euro, 15.000 à 20.000 euro. Bij Omroep Gelderland kost één dag 15.000 euro.” (Peter Berendsen, REGIO8)

Henk Jan Freriks (Dinxper FM) en Toos Bastiaanse (NLPO) zijn van mening dat lokale omroepen die niet aan de publieke taakstelling voldoen geen subsidie hoeven te ontvangen. Zij zijn namelijk gewoon hobbyclubs. Duidelijk is dat er niet voor niets gefinancierd wordt.

o “Wij zeggen: ‘Wat we kunnen doen, doen we, maar stop met die subsidies geven.’ Het is een eigen hobby. Waarom een subsidie geven aan zoiets, wat is de meerwaarde?” (Henk Jan Freriks, Dinxper FM)

o “Kijk, je kan ook zeggen: ik wil gewoon een hobbyclub zijn. Daar is niks op tegen. Daar hoeft dan ook geen publiek geld in.” (Toos Bastiaanse, NLPO)

9.2. Wie moet er gaan betalen?

Wanneer er gepraat wordt over wie er gaat betalen, komen de meeste geïnterviewden uit bij de Rijksoverheid. Recentelijk, maar na de afname van de interviews is er een adviesrapport uitgebracht door de Raad voor het Openbaar Bestuur en de Raad voor Cultuur, waarin gepleit wordt voor meer subsidie voor de noodlijdende publieke lokale omroepsector.

9.2.1. Het Rijk

Het Rijk speelde in 2015 veel taken door naar de gemeente, zoals onder andere het sociaal domein. Deze toename in taken leidt tot een toename in controle. Volgens Toos Bastiaanse van de NLPO steekt het in de financiering die deze controle zou moeten ondersteunen.

o “Het is natuurlijk ook heel vreemd, je hebt het stokpaardje van D66, het huis van Thorbecke: Alle besluiten worden daar (in de gemeente, red.) genomen nu en de financieringsstroom staat precies omgekeerd. Dat is een beetje wat ze zich nu moeten realiseren, dat er gewoon heel veel besluitvorming daar zit. Als je wilt dat de overheden gecontroleerd blijven, moet je dus zorgen dat je daar nu ook wat investeert.” (Toos Bastiaanse, NLPO)

o “Het is heel raar, je krijgt het minimale en er wordt het maximale van je verwacht. Dat is niet fair. Dat moet gewoon meer gelijk worden getrokken. Dat maximale verwachten, dat moet altijd blijven, maar het minimale geven… Dat moet wat meer in verhouding zijn dat het maximale in ieder geval ook haalbaar is.” (Joost Jonker, REGIO8)

o “Als zij vinden dat je aan het LTMA moet voldoen en je hebt een bepaald keurmerk, dan ben ik ook geneigd dat degene die iets van jou verlangt, dat die er ook voor moet gaan betalen. In dit geval dus de overheid. Als zij zeggen: ‘Ja, maar we willen niet zoveel geld geven, we geven de helft.’ Ja, dat kan, maar dan gaat ook het niveau naar beneden. Het moet ergens vandaan komen.” (Erik Luiten, Aladna FM)

Veel geïnterviewden zijn van mening dat (tenminste het grootste deel van) het geld bij het Rijk vandaan moet komen, waaronder Toos Bastiaanse en Peter Berendsen:

o “Als het aan mij ligt, dat is heel persoonlijk, maar ik denk echt: Het hoort gewoon bij het Rijk thuis. De financiering. In elk geval de basisfinanciering.” (Toos Bastiaanse, NLPO)

o “Er komt 30% van de exploitatie van de gemeente en 30% komt vanuit de markt, de advertentiemarkt, en 40% komt vanuit het Rijk.” (Peter Berendsen, REGIO8)

9.2.2. De gemeente

De gemeente heeft een klein budget met veel taken. Ze wilt wel betalen “als daar geld voor komt uit het Rijk” (Anton Stapelkamp, burgemeester gemeente Aalten). Er zijn grofweg twee opvattingen over de gemeente als geldschieter, namelijk enerzijds dat zij om die reden eisen mag stellen en anderzijds dat zij geld moet geven, maar zich niet mag bemoeien. Dit is een dunne lijn.

o “Aan de ene kant zie je dat sommige gemeenten echt geloven in het belang van lokale omroepen en die kunnen zich daar ook onafhankelijk in opstellen. Maar het blijft natuurlijk een heel wankel evenwicht, want gemeenten kunnen ook zeggen van: je krijgt van mij geld, maar dan moet je van mij wel dat en dat dat doen. Dat ligt eerder op de loer op lokaal niveau, dan op regionaal en landelijk niveau.” (Toos Bastiaanse, NLPO)

o “Dat zou je wel door de gemeente kunnen laten doen, maar dan moet je wel die eisen omhoog zetten, als het om de lokale gaat. Bij een streekomroep moet je het via de regio allemaal wat meer regelen. (…) Dat is erg lastig om dat vanuit de politiek te doen. Je krijgt heel snel de neiging om te gaan sturen. Dat maakt het zo ingewikkeld.” (Anton Stapelkamp, burgemeester gemeente Aalten) o “Kijk, er ligt ook een taak bij de gemeente bij je lokale omroep moet dus ook, daar stellen ze ook geld aan ter beschikking. Daar zouden ze ook aandacht aan kunnen besteden. Ze zouden ook best met de lokale omroepen in gesprek kunnen gaan zo van nou: We vinden best dat je aan een aantal onderwerpen meer aandacht zou kunnen besteden.” (Bernhard Harfsterkamp, freelancer voor RTV Slingeland)

De gemeente in Aalten heeft ook geen hoge pet op van de lokale omroepen. Ook Achterhoek Ambassadeurs deelt deze mening.

o “Ze vinden waarschijnlijk dat ze hun stinkende best doen om het op een leuke manier te brengen. Naar redelijkheid is het een leuk niveau, maar het stelt echt niet veel voor.” (Jolanda van Eldik,

o “Wat wij niet zo prettig vinden zijn die lokale omroepen. Ik ben nooit blij als die bellen, dan moeten ze daarvoor in actie komen, terwijl ik denk: ‘Ja hallo, we hebben REGIO8.’” (Suzan Heimplaetzer, Achterhoek Ambassadeurs)

Het is soms maar de vraag of de gemeente de journalistiek op de juiste waarde inschat. Volgens een aantal geïnterviewden gebeurt dit niet.

o “Je ziet dat de gemeenten steeds meer taken krijgen, allerlei taken die eerst bij de landelijke overheid lagen, zitten nu bij de gemeenten en daar zit geen controle. Ik noem het een onderzoek van het Stimuleringsfonds van de Journalistiek van een paar jaar geleden “Gelukkig zijn hier geen journalisten” vanuit een bestuurder, ja, dat zegt alles toch, denk ik. (…) Dat bestuurders denken dat ze misschien gewoon hun gang kunnen gaan. Niet in elk geval natuurlijk, deze was wel heel overduidelijk. Ook dat er inderdaad geen controle aanwezig is, dat is denk ik voor een goede democratie is goede journalistiek van essentieel belang. En dat gebeurd dus niet meer.” (Toos Bastiaanse, NLPO)

o “Ik moet ook zeggen dat de lokale politiek hier heel stug is. Heel erg gerund door ouwe mannetjes. En dat is erg lastig, omdat die het niet snappen. Dat is wel heel begrijpelijk en dat is ook niet kwalijk te nemen, maar het is wel heel frustrerend. Want ze zeggen van: ik heb de krant toch al, waarom moet ik dan betalen voor journalistiek? Dat is niet de juiste reden. Of zeggen van: ja, maar als we jullie geld geven, dan zijn jullie niet meer onafhankelijk. Dat klopt ook niet. En dat is allemaal foutief denken, maar het is heel moeilijk om dat om te buigen. Wat vooral frustrerend is, is dat je dan hoort van: er is een gat van 400.000 euro op het NK Wielrennen gekomen. Van 400.000 euro kunnen wij drie jaar vooruit, weet je wel. Dat is heel lastig om mee te dealen.” (Joost Jonker, REGIO8)

Toch worden er bij de gemeenten steeds meer ogen geopend, zowel landelijk als in de Achterhoek. o “We zien bijvoorbeeld ook dat gemeenten steeds meer toch het idee krijgen van: goh, misschien

kan je toch beter iets meer geld stoppen waarvan je weet wat je ervoor terugkrijgt dan dat je er elk jaar maar gewoon wat erin stopt wat het Rijk dan doorschuift en vervolgens niet weten wat je er nou voor terug krijgt. Wat ons betreft gaat al het gemeenschapsgeld naar omroepen die ook daadwerkelijk kunnen, waar je de afspraak mee kan maken: we krijgen er iets voor terug. Maar wat dan? Dit krijg je ervoor terug. Dat is alleen maar logisch.” (Toos Bastiaanse, NLPO)

o “Gemeenten zien wel steeds en steeds meer in dat, kijk, Oude IJsselstreek betaalt dus best veel geld en Doetinchem betaalt ons ook, het is allemaal relatief, maar het is best veel geld. En dat daar dan echt wel wat mee wordt gedaan.” (Joost Jonker, REGIO8)

Gemeenten hebben het niet breed, gezien de vele kostenposten zoals het de jeugdzorg. Volgens Peter Berendsen kan de provincie hierin een oplossing zijn:

o “Gemeenten hebben op dit moment niet voldoende geld, omdat ze met allerlei bezuinigingen zitten en geld te kort komen op de zorg. Terwijl de provincies, die bulken van het geld. toevallig heeft onze provincie het ook in hun coalitieakkoord staan, maar dat betekent wel dat de provincie heel vaak gezegd heeft: we gaan niet naar acht omroepen in de Achterhoek geld sturen. Ik wil het alleen naar de professionele organisaties doen, die ook al bewezen hebben dat ze er iets mee kunnen.” (Peter Berendsen, REGIO8)