• No results found

145dit erg lastig Wat ik wel heb begrepen is dat onze mental-coach het goed kan Ik heb

In document De andere kant van de medaille (pagina 145-147)

daar ook voorbeelden van dat het effect heeft gehad. Zoals bij Max van der Pas. En daar heeft hij een hele positieve draai aan kunnen geven, dat heeft heel goed uitgepakt voor hem. Verder denk ik dat het belangrijk is dat sporttalenten hun doelen goed kunnen formuleren en dat het in hun hoofd goed zit.

Interviewer Duidelijk, dan nog een stukje medische begeleiding. Hoe belangrijk is dit voor talenten als we gaan kijken naar belasting en belastbaarheid? Is het ook preventief belangrijk of alleen bij blessures?

Geïnterviewde Wat ik al eerder vertelde. Door de check-up bij het binnenkomen worden de zwakke punten al snel duidelijk en er dus preventief uitgehaald. Dan schakelen we al gelijk risico’s uit door er preventief op te trainen. Natuurlijk komt het dan nog wel eens voor dat er bepaalde blessures optreden, maar we zijn er dan wel preventief mee bezig. En dat is over het gehele lichaam. Niet dat als je een schaker bent je je benen niet hoeft te doen, maar gewoon het uiterste opzoeken en daar is het hele lichaam bij van belang. Als je pijn in je rug hebt dan kan dat helemaal doorstralen naar je knie. Alles staat met elkaar in verband, dus totale fitheid is heel belangrijk als je op een topniveau wilt presteren. Verder is het belangrijk dat de belasting en belastbaarheid van een talent in balans is. Wanneer de belasting groter is dan de belastbaarheid dat het lichaam aankan ontstaan er blessures. Andersom wil je natuurlijk het hoogst mogelijke van je lichaam vragen dus is het belangrijk dat deze in evenwicht is en dat er van te voren wordt gekeken naar wat de belastbaarheid van een talent is.

Interviewer Dus medische begeleiding moet eigenlijk standaard begeleiding zijn van een sporttalent? Geïnterviewde Ja absoluut.

Interviewer Oké, en als iemand een blessure heeft hoe zorgen jullie ervoor dat dit talent weer terug op het oude niveau komt?

Geïnterviewde Wij hebben een protocol, zodat een sporter die binnenkomt weer wedstrijd of

trainingsfit weggaat. Dat is bij alle sporters een ander niveau. We hebben een basis waar alle sporters aan moeten voldoen. Verder ligt dat aan het niveau waarop ze hebben gepresteerd. Daar gaan we dan nog verder in en kijken we wat kan. Ook dit doen we weer in combinatie met een fysiotherapeut zodat we kunnen trainen op de spieren die sterker moeten worden.

Interviewer Dan had ik nog een laatste vraag. Waar denkt u dat de begeleiding in Zeeland aan ontbreekt?

Geïnterviewde Mijn idee is dat de begeleiding in Zeeland redelijk gefragmenteerd is en er weinig tot geen samenwerking is. Het is het hele begeleidingsteam waar het om draait. Wij weten bij wie we van het team moeten zijn en hoe en op welk moment we die voor een bepaalde sporter moeten inzetten. Dat is wat er in Zeeland uiteindelijk ook moet komen. Een team waarin iedereen elkaars sterke punten kent en gebruikt om de problemen van een sporttalent op te lossen.

Interviewer Bedankt voor het verhelderende en plezierig interview.

146

Interview 3:

Interviewer Welkom, mijn naam is Yenca Sips, voor mijn stage-bedrijf, Aleco Sport

Visions/Talentencentrum Zuidwest Nederland, doe ik onderzoek naar de kwaliteit van begeleiding van sporttalenten. De gegevens uit dit interview worden anoniem verwerkt en worden enkel gebruikt voor de verwerking in mijn onderzoek.

Het probleem dat ik constateer, is dat er weinig talenten uit Zeeland doorbreken. Daarom heb ik mijn onderzoek gericht op talentbegeleiding, om te onderzoeken wat de kwaliteit van de begeleiding is voor de sporttalenten uit Zeeland. Kunt u eens uitleggen wat u precies doet met de talenten en wat het vak talentbegeleiding inhoud?

Geïnterviewde Ja, wat wij het aller belangrijkste vinden aan talentbegeleiding, is het talent centraal stellen. Een talent kiest er vaak al voor om op jonge leeftijd volledig te gaan voor zijn sport. Dat ontstaat uit het feit dat hij dat leuk vindt en daarnaast blijkt dat hij daar ook goed in is. Die twee dingen samen en dan vooral de motivatie en de wil om de top te bereiken, waar die top dan ook ligt. Dat vinden wij talent. Op het moment dat blijkt dat een talent begeleiding nodig heeft, dan zit het hem vooral in het feit, dat de randzaken niet te regelen zijn voor zo’n talent. Zaken als fysiotherapie, sportverzorging en andere zaken zoals, contacten met scholen. Wanneer een sporter een bepaald niveau bereikt en trainingsstages in het buitenland gaat volgen, zijn een flink aantal scholen in Nederland nog niet dusdanig ingericht dat daar vakken voor kunnen komen te vervallen, zodat deze talenten meer tijd voor hun training hebben. Contact met ouders richting trainers en verenging. Een talent heeft naast sportspecifieke training nog vele andere

ondersteunende trainingen nodig. Fysieke training, coördinatietraining, loopscholing, dat soort zaken. Dus al die kleine ballonnetjes met randvoorwaarden buiten de sport- specifieke training om zijn allemaal zaken die wij voor zo’n talent willen en kunnen regelen. Een talent kan dan gewoon bezig kan zijn met zijn hoofdzaak, zijnde de sport en hoeft zich dan geen zorgen te maken over de randzaken.

Interviewer Dus de sport zelf is vaak niet het probleem bij talenten, het zijn de randvoorwaarden die voor problemen zorgen?

Geïnterviewde Klopt, de sport zelf is ook vaak super goed geregeld en we hebben in Nederland en in Zeeland ook, prima sportspecifieke trainers. Maar er komt veel meer bij kijken wanneer een jong talent door wil groeien naar de absolute top.

Interviewer Ja, als ik dan kijk naar een stukje west- Brabant en Zeeland. Waar denk jij dat het grootste gebrek ligt wat betreft de begeleiding van jonge sporttalenten?

Geïnterviewde Nou als je al richting Zeeland kijkt is dat gewoon de infrastructuur. Er ligt nou eenmaal heel veel water tussen de landgedeelten in Zeeland, haha. Dat betekent gewoon dat er voor verschillende specialistische hulp of ondersteuning een talent veel moet reizen, vaak ook richting West-Brabant moet gaan om die hulp en ondersteuning te kunnen krijgen. Daar ligt in Zeeland de grootste uitdaging. Het is een dun bevolkt gebied, zeker als je kijkt naar de rest van Nederland en dan vooral naar de randstad. De infrastructuur is dus totaal niet te vergelijken en het is ook logisch dat er meer gereisd moet worden en dat er meer gezocht moet worden naar de hulp die een sporter nodig heeft.

Interviewer Duidelijk en als we gaan kijken naar didactische begeleiding. Van welke invulling van didactiek maakt u gebruik, de algemene of sportspecifieke? En is zo’n training dan traditioneel of differentieel ingericht? Hoe wordt zo’n training opgebouwd? Geïnterviewde Wat ik net al aangaf. Sport-specifiek is het bij een talent vaak prima geregeld. Er zijn

genoeg verenigingen waar de begeleiding prima is. Maar wil een talent de top bereiken dan zit het gebrek in zaken waar een clubtrainer te weinig verstand van heeft. En dan kijk je echt naar de fysieke trainingen, krachttraining, loopscholing, coördinatietraining dat soort zaken. Om die grond-motorische eigenschappen per leeftijdscategorie optimaal te benutten dat is gewoon een specialisme. Daar zijn wij continue mee bezig. Wij zijn bezig met ons zelf daar continue in te ontwikkelen en wij zijn bezig om ervoor te zorgen dat wij onze kennis kunnen overdragen aan die talenten. Didactisch ligt dat echt aan de leeftijd en de sport die een talent beoefend. Bij een jong kind probeer je het op een veel speelsere manier aan te leren en mee bezig te zijn, wij zeggen eigenlijk vanaf een jaar of 14/15 dan kun je wel gericht gaan trainen. Dan ben je gewoon bezig met het kind bewust

147

In document De andere kant van de medaille (pagina 145-147)