• No results found

Demografie .1 Omvang

In document Gewoon Getrouwd (pagina 61-65)

Hoofdstuk 3 Wijze van huwelijkssluiting

3.2 Demografie .1 Omvang

In 2014 telde Nederland naar schatting ruim 16.8 miljoen inwoners (CBS, 2014). Van de 13 gemeenschappen die wij in dit onderzoek specifiek onderzochten, vormen de

Turkse (396.414), Marokkaanse (374.996) en de Surinaamse (348.291) kwantitatief gezien de grootste gemeenschappen in Nederland. Dit zijn de drie grootste gemeen-schappen met een migratie-achtergrond. De omvang van de overige gemeenschap-pen ligt aanzienlijk lager, en is voor een belangrijk gedeelte ook te verklaren vanuit de migratiegeschiedenis; deze later zal worden besproken. De Iraakse gemeenschap in Nederland werd in 2014 geschat op 54.159, de Afghaanse op 43.183, de Somalische op 37.432, de Iraanse op 36.561, de Ghanese op 22.556, de Egyptische op 22.205, en de Pakistaanse op 20.653.37 Deze cijfers zijn ontleend aan tellingen van het CBS en zijn wat betreft de onderverdeling naar herkomstlanden, gebaseerd op het geboorte-land van de persoon zelf of van diens ouders.

Wat betreft de Nederlandse moslims (bekeerlingen) lopen schattingen zeer uiteen.

FORUM (2014) schatte het aantal Nederlandse moslims in 2014 op 17.000, maar dit aantal zal naar verwachting nu hoger liggen. Ditzelfde geldt ook voor de Roma. Het is lastig te definiëren wie er onder de definitie Sinti en Roma valt, omdat met deze term mensen uit verschillende gemeenschappen, die worden gekenmerkt door familiever-banden, worden aangeduid, waaronder ook de Sinti, Kalderash, Lovara, Kale en ande-ren. Het is daarom niet bekend hoeveel Roma er in Nederland verblijven. Schattingen lopen uiteen van 3000 tot 40.000, afhankelijk van wie er wordt verstaan onder Roma en of de Roma zonder geldige verblijfspapieren ook zijn meegerekend (Movisie, 2013). Ten aanzien van de verschillende groepen in Nederland wordt in bestaande publicaties (bijvoorbeeld Sollie et al., 2013, pp. 36-37; Jorna, 2013, p. 96) veelal het volgende onderscheid en bijbehorende schattingen (per groep) gemaakt:

• Vooroorlogse Sinti (aantal: 3000-4000);

• Vooroorlogse Roma (aantal: 500);

• De generaal pardongroep ’77, destijds opgevangen in 11 gemeenten (aantal:

3000);

• Jaren ’90 als vluchteling of werkzoekende (vanwege Balkanoorlogen) (aantal: on-duidelijk);

• Na toetreding van landen als Hongarije, Slowakije, Bulgarije en Roemenië tot Eu-ropese Unie (aantal: onduidelijk).

Wat betreft het aantal asielzoekers gaan wij in dit onderzoek uit van het aantal vreemdelingen dat in Nederland een asielaanvraag heeft gedaan. Het aantal asielzoe-kers is namelijk een momentopname, en bovendien problematisch om vast te stellen.

Het is namelijk lastig vast te stellen wanneer een vreemdeling ophoudt een asielzoe-ker te zijn. Is dat het moment waarop hij een verblijfsvergunning ontvangt, dan wel te horen krijgt dat zijn verzoek om een dergelijke vergunning is afgewezen? Om deze

37 Zie bijlage 2 voor een onderverdeling naar generaties.

reden geven wij wat de omvang van asielzoekers in 2013/2014 betreft een overzicht van de instroom van asielzoekers zoals gerapporteerd door de Integratie en Naturali-satie Dienst (IND).

Tabel 3 Overzicht instroom asielzoekers 2013/2014 (IND)

Herkomst 2013 2014

Syrië 2.621 11.595

Eritrea 1.054 4.100 Staatloos 310 3.045

Irak 1.410 1.570

Somalië 3.184 1.527 Afghanistan 1.520 977 Onbekend 330 753 Iran 1.080 746 Mongolië 117 445 Oekraïne 37 271 Overig 5.061 4.862

Totaal 16.724 29.891

3.2.2 Samenstelling

De in dit onderzoek geselecteerde gemeenschappen zijn divers in hun samenstelling en bestaan uit verschillende etnische en religieuze gemeenschappen. Wanneer wij kijken naar de drie grootste migrantengemeenschappen in Nederland, levert dit op het gebied van religieus en etnisch behoren al een brede diversiteit op. Zo bestaat de Turkse gemeenschap in Nederland uit Koerden38, alevieten39, soennitische en sjiiti-sche moslims40 en christenen. De Surinaamse gemeenschap bestaat overwegend uit hindoes, christenen, Ahmadiyya en soennitische moslims. Terwijl de Marokkaanse gemeenschap bestaat uit overwegend soennitische moslims (Visser, 2007; Van de Donk, Jonkers, Kronjee & Plum, 2006, p. 122).

38 Koerden zijn een volk die langs religieuze, taalkundige en regionale lijnen verschillen. Het meren-deel van de Koerden is moslim, maar er zijn ook christelijken en joodse Koerden.

39 Alevieten worden beschouwd zich te hebben ontwikkeld als een stroming binnen het sjiisme. De geloofsleer van alevieten verschilt sterk met die van soennieten en sjiieten.

40 Het grootste verschil tussen de soennieten en sjiieten ligt in de legitimiteit van de opvolgers van de Profeet Mohammed. Volgens de soennieten worden deze opvolgers als legitiem beschouwd, volgens de sjiieten was de opvolging van de profeet opgedragen aan zijn schoonzoon Ali. Zij zien Ali en diens zoons als de enige legitieme opvolgers van de Profeet.

De diversiteit is voor de overige gemeenschappen niet anders.41 Binnen de Iraakse gemeenschap zijn, zoals in de Turkse gemeenschap, onder andere Koerden, soennie-ten en sjiiesoennie-ten, chrissoennie-tenen en Jezidi’s te onderscheiden en onder de Afghaanse ge-meenschap zijn naast de soennieten en sjiieten, onder meer ook Hazara aanwezig.42 De Somaliërs in Nederland zijn overwegend soennitisch. De Ghanezen zijn in hun reli-gieus behoren uiterst divers, zo zijn er naast de vele pinkster gemeenten onder ande-re ook katholieke Ghanezen in Nederland, en soennitische moslims. De Egyptische gemeenschap bestaat uit overwegend soennieten en Kopten en de Pakistaanse ge-meenschap uit onder andere soennieten, sjiieten en Ahmadiyya. Onder de Iraniërs zijn er naast de sjiieten en soennieten onder andere ook Bahai te onderscheiden.43 Onder de asielzoekers is de diversiteit het grootst, gezien de vele verschillende lan-den van waaruit deze mensen naar Nederland toe komen. Ook onder de Sinti, Roma en woonwagenbewoners bestaat grote diversiteit in Nederland. Zo bestaan binnen deze gemeenschappen verschillende groepen gekenmerkt door familieverbanden (bijvoorbeeld Kalderash, Lovara, Kale, Lallere en Ursar), alsook mensen uit verschil-lende herkomstlanden. Onder de religieuze Sinti, Roma en woonwagenbewoners be-vinden zich katholieken, oosters orthodoxe-christenen, leden van verschillende pink-stergemeenten en moslims.

3.2.3 Migratiegeschiedenis

De migratiegeschiedenis van de verschillende gemeenschappen verschilt, en is ook van invloed geweest op hun inbedding in Nederland. De Surinaamse gemeenschap heeft zich met name in en rond de periode rondom de besprekingen over de onaf-hankelijkheid van Suriname, in Nederland gevestigd. Halverwege de jaren ’70 kwa-men groepen Surinamers van Javaanse en Hindoestaanse etnische achtergrond naar Nederland. Voor de Marokkaanse en Turkse gemeenschappen geldt dat zij zich met name vestigden in Nederland als arbeidsmigranten in de jaren ‘60 van de vorige eeuw (Van de Donk, Jonkers, Kronjee & Plum, 2006, p. 113). Deze gemeenschappen be-stonden in eerste instantie voornamelijk uit mannen die op tijdelijke basis kwamen werken. Na verloop van tijd lieten zij echter in het kader van gezinshereniging ook hun gezinnen overkomen, om zich vervolgens definitief in Nederland te vestigen. Dit gold ook, maar in veel mindere mate, voor de Egyptische en de Pakistaanse gemeen-schappen (Shadid & Van Koningsveld, 2008, p. 23). In de periode hierna (vanaf de ja-ren ‘70) vestigden zich in Nederland met name de overige gemeenschappen die wij

41 Zie ook CBS (2014) voor een studie naar de religieuze betrokkenheid onder bevolkingsgroepen.

42 Hazara zijn hoofdzakelijk sjiitische moslims woonachting in Afghanistan, maar onder hen bestaan ook kleinere groepen soennitische moslims.

43 Bahai is een monotheïstische religie gesticht in Iran, waarin de boodschapper Bahaullah wordt beschouwd een boodschapper (manifestatie van God) te zijn in de lijn van onder andere Abraham, Krishna, Boeddha, Jezus en Mohammed.

hebben meegenomen in dit onderzoek, als vluchtelingen. Dit geldt in het bijzonder voor Iraniërs, Afghanen, Irakezen en Somaliërs. Vanaf de jaren ‘80 vestigden zich ver-volgens grote groepen Ghanezen in Nederland, mede als gevolg van de politieke in-stabiliteit in Ghana.

Wat de gemeenschap van Nederlandse moslims betreft, valt uiteraard geen moment van vestiging te noemen. Dit zijn Nederlanders die zich op een bepaald moment in hun leven hebben bekeerd tot de islam. Als wij kijken naar de migratie geschiedenis van de Sinti en de Roma lijkt het dat hun vestiging kan worden onderscheiden in vijf fasen. Ten eerste de ‘oudkomers’ die zich al ruim voor de Tweede Wereldoorlog in Nederland vestigden. Ten tweede, een groep Roma die zich in Nederland vestigden rond de jaren ‘60, als gastarbeiders, en voornamelijk afkomstig waren uit landen rond de Middellandse Zee. De Roma uit deze fase lijken zich niet noodzakelijkerwijs meer met Roma dan met de Nederlandse maatschappij te identificeren. Een derde fase in de migratie van Roma, is die gedurende de jaren ‘70 toen zich Roma vanuit het toenmalig communistische Oost Europa vestigden. Een vierde groep Roma kan wor-den aangeduid als de mensen die in de jaren ‘90 als vluchtelingen vanuit de Balkan vertrokken. En tenslotte Roma die zich recentelijk vestigden na de uitbreiding van de Europese Unie met de nieuwe Oost Europese lidstaten (MOE-landen) (Movisie, 2013).

Wat betreft de migratiegeschiedenis van de gemeenschap van asielzoekers, doelen we in het kader van dit onderzoek met name op de instroom vanaf 2013. Hieronder bevinden zich, naast de gemeenschappen die in het voorgaande al genoemd zijn, vooral ook mensen uit Eritrea en Syrië.

In document Gewoon Getrouwd (pagina 61-65)