• No results found

Wanneer universiteitsbibliotheken zich gaan richten op het beheer van onderzoeksdata heeft dat eveneens consequenties voor bibliotheekmedewerkers. Niet alleen verandert het takenpakket van de medewerker ook vergt het beheer van onderzoeksdata andere competenties. Voor een informatie- specialist, die primair belast is met het beheer van onderzoeksdata is inmiddels de benaming data

librarian ingeburgerd.135

Grim geeft een overzicht van de kwalificaties, competenties en taken behorende bij de func- tie van data librarian. De werkzaamheden zijn tweeledig. Allereerst betreft het de veelomvattende taak met betrekking tot databeheer, zoals zorgen voor duurzame opslag en het toegankelijk maken van onderzoeksdata door het aanleggen van een datacatalogus. De tweede activiteit is het geven van voorlichting aan studenten en medewerkers over interne en externe databestanden, de daarvoor be- nodigde applicaties en de daarmee samenhangende juridische aspecten. In het verlengde daarvan ligt advisering van onderzoekers over beheer, opslag en hergebruik van data.

Het belang van voorlichting aan onderzoekers is evident. Het is echter van belang om ook reeds in een vroeg stadium studenten als potentiële toekomstige onderzoekers vaardigheden met betrekking tot onderzoeksdata bij te brengen. Dat dient meerdere doelen. Allereerst kan een student, zowel in de bachelor- als in de masterfase leren adequaat onderzoeksdata te zoeken, vinden en ge- bruiken ten behoeve van het schrijven van scripties. In de tweede plaats worden studenten op deze manier al jong bewust gemaakt van het belang van goed beheer van onderzoeksdata. Zij gebruiken

131

Zie: http://datastar.mannlib.cornell.edu/. 132

Newton, Miller en Stowell Bracke 2011. 133

Treloar, Groenewegen en Harboe-Ree 2007; Treloar en Harboe-Ree 2008; Searle 2009. Zie ook: http://www.researchdata.monash.edu/.

134

Brownlee 2011. Zie ook: Henty e.a. 2008. 135

In de literatuur worden ook andere benamingen voor de functie genoemd, zoals data manager, data (re- search) scientist, data architect, data steward, data curator, research data specialist, science data services libra- rian. Opvallend is dat de benaming databibliothecaris nauwelijks ingang vindt. Een zoekopdracht in Google op ‘databibliothecaris’ levert zeven treffers op, die naar een tweetal zaken verwijzen: 1. Een presentatie van Rob Grim (UvT) over de databibliothecaris en 2. functiebenaming van P.J. Plaatsman (EUR) vakreferent economie en data-bibliothecaris (geraadpleegd 22 april 2011). Eric Sieverts stelt de benaming datathecaris voor. Zie: Sieverts 2010: 31.

immers tijdens hun studie vaak data van anderen, maar genereren ook zelf onderzoeksdata, indien in het kader van de afstudeeropdracht het doen van empirisch onderzoek nodig is. Ook hiervoor geldt jong geleerd oud gedaan. Qin en D’Ignazio beschrijven uitgebreid hun bevindingen met een cursus Scientific Data Management in het kader van het Science Data Literacy Project aan de School of Information Studies van de Universiteit van Syracuse (VS).136

Grim pleit voor een academisch geschoolde professional, die grondige kennis heeft van onderzoeksmethoden en technische en functionele expertise heeft van software en standaarden met betrekking tot databeheer.137 De vraag is of al de door Grim verlangde kwalificaties en competenties te verenigen zijn in één persoon. Veeleer lijken de genoemde eigenschappen van belang voor een afdeling databeheer of datamanagementteam, waarin diverse personen werkzaam zijn met elk hun eigen specialisme.

Wie houden zich reeds bezig met databeheer? In het Europese project PARSE.Insight zijn drie belangengroepen te weten onderzoekers, datamanagers en uitgevers bevraagd over duurzame opslag van onderzoeksdata (en publicaties), het delen van data en de rol en verantwoordelijkheden van elke groep. 138 De groep datamanagers bestond uit 273 personen verbonden aan 241 organisaties te weten wetenschappelijke bibliotheken (63%), nationale bibliotheek (9%), datacentra (8%), regio- naal instituut (6%), archiefinstelling (3%), openbare bibliotheek (1%) en andersoortige organisatie (10%). Opvallend is het grote aandeel bibliotheken. De opstellers van het rapport verklaren dit door te wijzen op de brede verspreiding van de vragenlijsten onder bibliotheekorganisaties.139 Een andere verklaring zou kunnen zijn, dat veel bibliotheken door het beheren van elektronische publicaties ook databeheer een vanzelfsprekende daarop aansluitende activiteit vinden. Op de vraag welke soorten digitale materialen bij de eigen organisatie worden bewaard noemt bijna 70% proefschriften en tijd- schriften en 44% datasets.140

Het eindrapport van PARSE.Insight geeft onder andere een overzicht van de bevindingen uit het onderzoek met betrekking tot taken, rollen en verantwoordelijkheden van datamanagers.141 Deze komen overeen met de door Grim geschetste. Het eindrapport geeft ook een samenvatting van de eerder aangehaalde bevindingen uit het onderzoek onder 273 datamanagers.142 Interessant zijn de antwoorden op de vraag aan datamanagers welke instantie hun voorkeur heeft als het gaat om de verantwoordelijkheid voor het duurzaam bewaren van onderzoeksdata. Maar liefst 71% noemt in dat kader de nationale bibliotheek, gevolgd door het instituut van de onderzoeker (60%) en de weten- schappelijke bibliotheek (56%).143 136 Qin en D’Ignazio 2010. 137 Grim 2010: 36. 138 PARSE.Insight 2009: 37-49. 139 PARSE.Insight 2009: 37-38. 140 PARSE.Insight 2009: 43. 141 PARSE.Insight 2010b: 11-12. 142 PARSE.Insight 2010b: 21-22. 143 PARSE.Insight 2010b: 22.

Naast taken op het brede terrein van databeheer en het geven van voorlichting en advies aan onderzoekers is nog een derde taak te noemen. Swan en Brown wijzen op het belang van het ont- wikkelen van een nieuw beroepsprofiel voor het specifiek opleiden van data librarians.144 Zij be- schrijven ook enkele op dat moment bekende initiatieven hiertoe.145 Nicholson en Bennett wijzen op het bestaan van de master of science van de Graduate School of Library and Information Science van de Universiteit van Illinois in de Verenigde Staten met een specialisatie in databeheer.146 Qin en D’Ignazio houden zich sinds 2009 bezig met het opzetten van een e-science librarianship curriculum (eSlib).147 Grim voorziet ook in Nederland een toenemende behoefte aan een opleiding tot data li- brarian en wijst daarbij op de elders reeds ontwikkelende opleidingen.148

Tot slot nog de vraag welke plaats de data librarian in de universitaire (bibliotheek)-

organisatie dient in te nemen. Als afzonderlijke afdeling binnen de bibliotheek of juist als onderdeel van een faculteit of onderzoeksgroep? In dat kader is het interessant om het model van de embedded

librarian nader bekijken. In dit model wordt de bibliothecaris uit de vertrouwde omgeving van de traditionele bibliotheek gehaald en geplaatst in de directe omgeving van en in nauwe samenwerking met onderzoekers. Carlson en Kneale geven een voorbeeld van een bibliothecaris, die onderdeel uitmaakt van een onderzoeksomgeving. Deze houdt zich bezig met informatiebronnen, zoals onder- zoeksdata die tijdens het onderzoek worden gegenereerd, met het doel deze te bewerken voor herge- bruik door anderen of voor duurzame bewaring.149

In 2010 stond de toegenomen samenwerking tussen bibliotheken en onderzoekers in de uni- versitaire organisatie en de rol van de embedded librarian in de top tien van belangrijke trends in wetenschappelijke bibliotheken.150 Wanneer bibliothecarissen intensiever gaan samenwerken met onderzoekers om hen te ondersteunen in met name het beheer van data tijdens het onderzoeksproces is veel te zeggen voor het model van de embedded librarian. Het combineren van de functie van data librarian met het model van de embedded librarian leidt dan vrijwel automatisch tot de functie van

embedded data librarian.

Voor de organisatorische inbedding van de data librarian is de vraag echter niet of gepositi- oneerd als zelfstandige afdeling binnen een bibliotheekorganisatie of ondergebracht in een faculteit of onderzoeksgroep. Een centrale afdeling databeheer in combinatie met embedded data librarians binnen onderzoeksgroepen lijkt de meest voor de hand liggende structuur. Embedded librarians kunnen daarbinnen zowel permanent als op projectbasis onderdeel uitmaken van een onderzoeks- team. De centrale afdeling databeheer kan in deze structuur opereren als overkoepelend orgaan voor

144

Swan en Brown 2008: 25-27. 145

Swan en Brown 2008: 26. Zie ook: Albert e.a. 2008: 13. 146

Nicholson en Bennett 2011: 514. Zie voor een beschrijving van het curriculum van de master: http://www.lis.illinois.edu/academics/programs/ms/datacuration (geraadpleegd 23 april 2011). 147 Qin en D’Ignazio 2010. 148 Grim 2010: 37. 149 Carlson en Kneale 2011. 150 ACRL 2010: 288.

de technische en functionele ondersteuning van de embedded data librarians en als aanspreekpunt voor externe samenwerkingspartners zoals andere universiteiten en data-archieven.

3.7 Conclusies

De rol van de wetenschappelijke bibliotheek is in de afgelopen decennia drastisch gewijzigd. In de eerste plaats is de taak van de bibliotheek verschoven van collectievorming naar het inspelen op de wensen van de primaire gebruiker, namelijk de wetenschapper en student. Een tweede verschuiving vond plaats onder invloed van de automatisering en in het bijzonder de digitalisering van weten- schappelijke informatie.

Onder invloed van de digitalisering verandert ook de positie van de bibliotheek in het we- tenschappelijke onderzoeksproces. Stond de bibliotheek decennia geleden nog aan het einde van het wetenschappelijk bedrijf door uitsluitend de output van onderzoek in de vorm van boeken en tijd- schriften te beheren, tegenwoordig duikt de universiteitsbibliotheek op diverse momenten in het onderzoeksproces op. Zo beheren bibliotheken als uitgever van wetenschappelijke output reposito- ries en maken zij onderdeel uit van virtuele kenniscentra, die een digitale onderzoeksomgeving bie- den voor wetenschappers.

Meest recente ontwikkeling is, dat bibliotheken zich gaan bezig houden met het duurzaam bewaren en beheren van onderzoeksdata, zowel tijdens als na afloop van het onderzoeksproces. Hoewel een aantal bibliotheken reeds diensten ontwikkeld heeft met betrekking tot onderzoeksdata is met name het denken over de vraag waarom universiteitsbibliotheken een rol zouden kunnen spe- len en hoe die rol vervolgens gestalte moet krijgen onderwerp van discussie. Geconstateerd kan wor- den, dat de bibliotheek van oudsher de neutrale actor is, die informatie beheert en toegankelijk maakt en expertise heeft op het gebied van het zoeken en vinden van informatie. Hieruit volgt dat ook voor onderzoeksdata de bibliotheek de even logische als vanzelfsprekende instantie kan zijn.

Een grotere rol voor universiteitsbibliotheken in het beheer van onderzoeksdata vergt ook een andere invulling van de taken van bibliothecaris en informatiespecialist. Een dataspecialist zoals een data librarian komt hiermee in beeld met kennis en expertise op het terrein van beheer en opslag van data. Taken zijn bijvoorbeeld het geven van voorlichting aan wetenschappers over gebruik van datasets en het adviseren van hen over beheer, opslag en hergebruik van data. Het studenten aanleren van vaardigheden in het zoeken, vinden en gebruiken van data is ten behoeve van hun studie als met het oog op een toekomstige positie als onderzoeker even onmisbaar als noodzakelijk.

Als bibliotheken en onderzoekers intensiever gaan samenwerken kan dit ook gevolgen heb- ben voor de plaats van de data librarian in de organisatie. In dat kader is het model van de embedded librarian, die in de directe omgeving van de onderzoeker werkzaam is van belang en leidt dit in com- binatie met de data librarian tot de embedded data librarian. Binnen de bibliotheek lijkt de combina-

tie van een centrale afdeling databeheer met permanent of op projectbasis in onderzoeksgroepen ondergebrachte data librarians de meest voor de hand liggende organisatievorm.

De genoemde taken en positie in de organisatie vragen van de data librarian een academisch opleidingsniveau. Het opzetten van een specialisatie datamanagement binnen een informatieweten- schappelijke discipline kan een bijdrage leveren aan het verder professionaliseren van data librarians.

4 ONDERZOEKSDATA IN NEDERLANDSE UNIVERSITEITSBIBLIOTHEKEN

4.1 Inleiding

In dit hoofdstuk wordt verslag gedaan van het onderzoek naar zowel de stand van zaken in de der- tien Nederlandse universiteitsbibliotheken als het door hen ontwikkelde huidige en toekomstige beleid met betrekking tot de rol die zij voor zichzelf zien weggelegd met betrekking tot digitale on- derzoeksdata. Eveneens is onderzocht op welke wijze een data librarian of soortgelijke functionaris bij bibliotheken hierin een rol kan spelen.

Daartoe zijn een aantal methoden gebruikt. Ten eerste is een deskresearch uitgevoerd. In de tweede plaats zijn acht interviews gehouden met functionarissen van zeven bibliotheken en één ver- tegenwoordiger van DANS, die zich vakinhoudelijk of beleidsmatig met digitale onderzoeksdata bezig houden. Tot slot is het beleid van voor bibliotheken relevante organisaties als UKB, Ko- ninklijke Bibliotheek, DANS en SURFfoundation beschreven.