• No results found

7  Platform design

7.1   Informatiestromen en bedrijfsprocessen

7.1.2 Bedrijfsprocessen

Het centraal verwerken en beheren van informatie neemt een centrale positie in binnen het BikeSecure platform. De hoofdbedrijfsprocessen zullen dan ook veel te maken krijgen met het verwerken van informatie. Vanuit operationeel oogpunt zullen dan ook zo veel mogelijk bedrijfsprocessen door ICT afgehandeld worden. Dit vanwege twee hoofdredenen; als eerste zijn over het algemeen informatiesystemen in staat sneller en meer informatie te verwerken dan mensen; als tweede vanuit kostenperspectief (menselijke arbeid is duurder dan het inzetten van de rekenkracht van computers).

Wanneer we kijken naar de informatiestromen die via het BikeSecure platform plaats zullen gaan vinden, kunnen we de volgende hoofdbedrijfsprocessen identificeren (achter de hoofdbedrijfsprocessen kunt u vinden op welke informatiestroom, te vinden in tabel 4, het bedrijfsproces betrekking op heeft) :

Bedrijfsproces: Informatiestroom: Beheren gegevens fiets en fietseigenaar:

1 Registratie van fiets (wanneer de fiets al tijdens de productie van een tag voorzien wordt, wordt dit gedaan door de fabrikant en anders door de fietseigenaar.

A

2 Registratie van fietseigenaar (door de fietseigenaar zelf). A 3 Wijzigingen doorvoeren (bijvoorbeeld bij veranderen of verhuizen van eigenaar) A 4 Inzicht geven in traceerlocaties (locaties van de detecties van de fiets). D

5 Registratie en aangifte diefstal. G

Detecteren en controleren van fietsen en notificeren eigenaar:

6 Vanaf een mobiel scanapparaat. B, C, F

7 Vanaf een vast scanapparaat (met daderfoto’s). B, C, F

8 Faciliteren informatie-uitwisseling over fietsen I

Tabel 5: De hoofdbedrijfsprocessen die via het BikeSecure platform zullen verlopen.

Het modelleren en in kaart brengen van de bedrijfsprocessen is een goede evaluatie en ontwerpmethode voor de interne werking van een organisatie. Een modelleringtechniek die een overzichtelijk inzicht geeft in de werkstroom is Actor Activity Diagramming (AAD).

De AAD modelleringtechniek:

Bij Actor Activity Diagramming gaat het om waarneembare kenmerken van bedrijfsprocessen: actoren werken aan een product of dienst, actoren dragen een product of dienst over aan collega-actoren en actoren gebruiken informatiesystemen (Schaap, 2005). De volgende elementen zijn te onderscheiden in AAD-diagrammen:

• Actoren:

“Actoren zijn personen die werk verrichten. Actoren worden door verticale lijnen weergegeven. Actoren zijn niet beperkt tot een persoon; het kunnen ook afdelingen, projectgroepen of zelfs andere organisaties als geheel zijn. Informatiesystemen worden ook als actor beschouwd. Om ze te onderscheiden van Actoren worden ze als stippellijn weergegeven. Bedrijfsprocessen worden van begin tot einde langs deze lijnen afgewikkeld” (Schaap, 2005). Actoren worden als volgt gerepresenteerd in AAD-diagrammen:

Figuur 4: AAD representatie van actoren.

• Activiteiten:

“Activiteiten zijn werkzaamheden die door Actoren worden uitgevoerd. Activiteiten worden door grijze vierkanten weergegeven, met verklarende tekst. Door activiteiten wordt waarde aan beoogde producten en diensten toegevoegd.” (Schaap, 2005). Activiteiten worden als volgt gerepresenteerd in AAD-diagrammen:

Figuur 5: AAD representatie van activiteiten.

• Overdrachten:

“Overdrachten representeren het overgaan van objecten van een Actor naar een volgende of vorige Actor. Objecten zijn bestanden, documenten, formulieren en goederen. Bij terugwaartse overdrachten wordt een pijl gebruikt om omkering van de workflow te benadrukken.

Let op: bij overdrachten wordt geen waarde aan beoogde producten of diensten toegevoegd; er wordt geen werk verricht maar alleen verantwoordelijkheid overgedragen” (Schaap, 2005). Overdrachten worden als volgt gerepresenteerd in AAD-diagrammen:

Figuur 6.1: AAD representatie van overdrachten.

• Eerste overdacht / Een Klant stuurt een Case naar een Actor:

“Een klant stuurt een geschreven case (bestelling, opdracht, verzoek, vraag) naar een actor in een organisatie. Dit representeert de eerste transactie of de overdracht à charge en markeert het begin van een bedrijfsproces. Als de actor de case accepteert is de organisatie gehouden het gevraagde product of de dienst te leveren. De case is voldoende gespecificeerd. Desgewenst kan met een annotatie het medium van overdracht (post, fax, email) worden weergegeven.

Activiteiten die met de overdracht gepaard gaan, zoals verzendklaar maken kunnen als afzonderlijke activiteiten worden gemodelleerd.” (Schaap, 2005). Overdrachten worden als volgt gerepresenteerd in AAD-diagrammen:

Figuur 6.2: AAD representatie van eerste overdrachten.

• Laatste overdacht:

Wanneer het bedrijfsproces afgerond is, wordt dit aangegeven met de “laatste overdracht”. Laatste overdrachten worden als volgt gerepresenteerd in AAD-diagrammen:

Figuur 6.3: AAD representatie van laatste overdrachten

• Voorwaarden / condities:

“Voorwaarden kunnen worden toegepast om bedrijfsprocessen te splitsen in twee richtingen. Voorwaarden mogen alleen horizontaal worden toegepast, dat wil zeggen bij overdrachten en interacties. Voorwaarden worden weergegeven door een witte driehoek in voorwaartse of terugwaartse richting, met een verklarende tekst.” (Schaap, 2005). Overdrachten worden als volgt gerepresenteerd in AAD-diagrammen:

Figuur 6.4: AAD representatie van condities.

• Acties:

“Acties zijn voorgeprogrammeerde instructies die door Informatiesystemen worden uitgevoerd. Acties worden weergegeven als kleine grijze cirkels met verklarende tekst, uitsluitend bij Informatiesystemen. Ook datacommunicatie tussen Informatiesystemen wordt als actie beschouwd” (Schaap, 2005). Acties worden als volgt gerepresenteerd in AAD-diagrammen:

Figuur 7: AAD representatie van acties.

• Interacties:

“Interacties betreffen de wisselwerking tussen Actoren en Informatiesystemen, waarbij Actoren het initiatief hebben. De wisselwerking tussen Informatiesystemen en Actoren is een terugwaartse Interactie en wordt met een pijl weergegeven. Informatiesystemen hebben hierbij het initiatief” (Schaap, 2005). Interacties worden als volgt gerepresenteerd in AAD-diagrammen:

Figuur 8: AAD representatie van interacties.

Hieronder vindt u de AAD modellen van bovenstaande bedrijfsprocessen van het BikeSecure platform.

Figuur 9: AAD registratie van fiets door fabrikant in het BikeSecure platform [Bedrijfsproces 1].

Figuur 10: AAD registratie van fiets door fietsfabrikant in het BikeSecure platform [Bedrijfsproces 1].

Figuur 11: AAD registratie van fietseigenaar in het BikeSecure platform [Bedrijfsproces 2].

Figuur 12: AAD wijzigen van (registratie)gegevens van fietseigenaar [Bedrijfsproces 3].

Figuur 13: AAD inzicht geven in traceergegevens [Bedrijfsproces 4].

Figuur 14: AAD registratie en aangifte diefstal [Bedrijfsproces 5].

Figuur 15: AAD controle fiets mobiel scanapparaat [Bedrijfsproces 6].

Figuur 16: AAD controle fiets vast scanapparaat [Bedrijfsproces 7].

Figuur 17: AAD informatie uitwisseling via de applicatie (deze applicatie is in principe ontwikkeld voor een mobiel scanapparaat [bijv. smartphone]. Later kan eventueel een variant ontwikkeld worden die ook op pc’s en laptops gebruikt kan worden. Hiervoor moet echter wel de ID van de tag bekend zijn om informatie uit te kunnen wisselen met de eigenaar van de fiets) [Bedrijfsproces 8].