• No results found

Algemene regels

In document 1.2 Doel van de actualisering (pagina 110-114)

Hoofdstuk 4 Verantw oording keuzes en verbeelding

4.5 Algemene regels

Hoofdstuk 3 'Algemene regels' bevat algemene regels die gelden voor alle bestemmingen uit het plan. Hieronder volgt een korte toelichting op deze regels.

4.5.1 Anti-dubbeltelregel

De anti-dubbeltelregel is een standaardregel. De regel heeft als doel te voorkomen dat van een ontwikkelingsmogelijkheid ten behoeve van het bouwen of het gebruiken van een stuk grond in een bestemmingsplan, voor een tweede keer gebruik zou kunnen worden gemaakt. De gemeente acht dit niet wenselijk in het plangebied en sluit met de anti-dubbeltelregel deze mogelijkheid uit.

4.5.2 Algemene bouwregels

In de algemene bouwregels zijn de regels met betrekking tot het bouwen opgenomen die van toepassing zijn op het gehele plan of van toepassing zijn op meerdere bestemmingen.

In dit bestemmingsplan betreft het regels met betrekking tot het bouwen langs wegen en water. Deze regeling heeft tot gevolg dat de zones rondom wegen en watergangen beperkt bebouwd mogen worden. Met deze regeling beschermt de gemeente de belangen van het waterschap en wegenbeheerders in het gebied. In deze zone wordt ook het plaatsen van reclameborden en dergelijke geregeld.

Verder zijn regels opgenomen met betrekking tot het bouwen van kelders.

4.5.3 Algemene gebruiksregels

In dit artikel zijn algemene gebruiksregels opgenomen. Feitelijk regelt het artikel voor alle bestemmingen het gebruik van de gronden en stelt het regels voor welke functies de gronden in het plangebied niet gebruikt mogen worden.

Verder bevat het artikel regels voor gemeentelijke en rijksmonumenten, karakteristieke hoofdgebouwen en cultuurhistorisch waardevolle bijgebouwen. De gemeente wenst deze

gebouwen te beschermen. Het beschermen van deze gebouwen vraagt om investeringen.

Om deze investeringen mogelijk te maken, biedt de gemeente ruimte om de gebouwen op een andere dan gebruikelijke wijze te gebruiken. Het artikel regelt welke mogelijkheden er zijn en onder welke voorwaarden. De maatvoering is daarbij uitgangspunt.

4.5.4 Algemene aanduidingsregels

In de algemene aanduidingsregels zijn de regels opgenomen met betrekking tot de gebiedsaanduidingen. De gebiedsaanduidingen zijn in de algemene aanduidingsregels geregeld, omdat ze betrekking hebben op meerdere bestemmingen.

Deze algemene aanduidingsregels zijn een concrete vertaalslag van het beleid uit de Provinciale Ruimtelijke Verordening:

milieuzone bescherming grondwaterafhankelijke natuur;

milieuzone - boringsvrije zone;

milieuzone grondwaterbeschermingsgebied;

milieuzone - stiltegebied;

vrijwaringszone - bodembewerking.

Zo is in het noordelijk deel van het plangebied op grond van de Wet milieubeheer door de provincie Utrecht een stiltegebied aangewezen. De gemeente heeft het stiltegebied vastgelegd. Daarmee is het betreffende gebied beschermd door er bepaalde bestemmingen of activiteiten uit te sluiten dan wel op afstand te houden, zoals luidruchtige of verkeersaantrekkende bedrijven, recreatiebedrijven, toeristische attracties, kartingbanen, schietbanen en hondenpensions/hondenkennels, door deze via de gebruiksbepalingen van het bestemmingsplan als verboden gebruik aan te merken.

Verder is in het bestemmingsplan onder dit artikel een regeling opgenomen ter bescherming van de grondwaterkwaliteit. De regels voor de bescherming van het grondwater richten zich op het weren van alle risicovolle functies uit het waterwingebied.

De boringsvrije zone in het plangebied beschikt over een ondergrond met een aaneengesloten slecht-doordringbare kleilaag. Onder deze laag bevinden zich de filters van de winning van grondwater.

Hoewel het gebied minder kwetsbaar is voor verontreinigingen en aantastingen wordt deze kans kleiner als de beschermende kleilaag niet doorboord wordt.

Het feit dat er in het plangebied veel kwetsbare veengrond voorkomt in combinatie met verdroging, maakt het noodzakelijk in het bestemmingsplan voor enkele gebieden nadere regels op te nemen om deze gronden te beschermen. Het betreft een vrijwaringszone tegen bodembewerking en gronden met natuurwaarden die sterk afhankelijk zijn van grondwater. Om te voorkomen dat verdere bodemdaling respectievelijk onttrekking van grondwater aan deze gronden plaatsvindt, is voor deze gronden nadere regelgeving opgenomen ter bescherming en behoud van de waarden van deze gronden.

4.5.5 Algemene afwijkingsregels

Dit artikel omvat een afwijking via een omgevingsvergunning voor onder andere het overschrijden van de maatvoeringsbepalingen en het toestaan van enkele specifieke functies of voorzieningen. Deze regels zijn opgenomen om meer flexibiliteit in het plan te genereren en om kleine afwijkingen van de planregels toch mogelijk te maken. In de regels zijn de volgende afwijkingsregels opgenomen, ten behoeve van:

mantelzorg; opgenomen ten behoeve van mantelzorg. Onder mantelzorg wordt in dit bestemmingsplan verstaan 'het bieden van zorg aan een ieder die aantoonbaar hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband, meer dan 8 uur per week of langer dan 3 maanden. De mantelzorger zorgt onbetaald en heeft een persoonlijke band met de hulpvrager, als familielid, vriend of kennis'

Met deze regeling voorziet de gemeente in een toenemende behoefte voor zorg aan huis.

De vergrijzing en de bezuinigingen in de zorg maken dat deze vorm van zorg steeds vaker aan de orde is. Mantelzorg is onder voorwaarden toegestaan.

Kleinschalig kamperen

Er is een afwijking opgenomen voor het oprichten van nieuwe kleinschalige campings.

Cultuurhistorisch waardevolle bebouwing

In cultuurhistorisch waardevolle bebouwing is ander gebruik toegestaan. Via afwijking kan de inhoud van de woonruimte vergroot worden en het aantal wooneenheden toenemen in karakteristieke of monumentale hoofdgebouwen. Ook is via afwijking onder voorwaarden een wooneenheid toegestaan in een cultuurhistorisch waardevol bijgebouw en zijn andere functies toegestaan in het karakteristieke hoofdgebouw of cultuurhistorisch waardevol bijgebouw. Bij een zeer slechte bouwkundige staat is herbouw onder voorwaarden mogelijk.

Vrijkomende agrarische bebouwing

In vrijkomende agrarische bebouwing is ander gebruik toegestaan. Via afwijking zijn onder voorwaarden andere functies toegestaan in maximaal 500 m2 bebouwing per perceel, waarbij aan een aantal intensieve functies een maximum oppervlakte van 100 m² is gesteld.

Tweede inrit

Er is een afwijking opgenomen voor het realiseren van een tweede inrit.

Afstand tot wegen

Vanwege de verkeersveiligheid kan niet te dicht op wegen worden gebouwd en zijn afstanden gesteld bij verschillende type wegen.

Compensatieregeling

Er is een afwijking onder voorwaarden opgenomen voor het realiseren van extra oppervlakte bebouwing.

4.5.6 Algemene wijzigingsregels

Vergelijkbaar met de 'Algemene afwijkingsregels' bevat het bestemmingsplan ook enkele 'Algemene wijzigingsregels'. Deze beogen eveneens meer flexibiliteit aan te brengen in het bestemmingsplan. De gemeente heeft met deze regels de mogelijkheid in handen, onder strikte voorwaarden vermeld in het betreffende artikel, de gronden van een bestemming te wijzigen. In het plan zijn deze regels per bestemming aangegeven, maar in dit artikel betreft het wijzigingsregels die voor meerdere bestemmingen kunnen gelden. Zo is de gemeente onder andere bereid af te wegen medewerking te verlenen aan;

het wijzigen van de bestemming 'Agrarisch', 'Agrarisch met waarden' of 'Bedrijf' naar de bestemming voor wonen, een bedrijf, recreatieve voorzieningen of maatschappelijk voorzieningen;

het ontwikkelen en realiseren van een nieuw landgoed.

Met deze regels beoogt de gemeente onder meer verbetering van de ruimtelijke kwaliteit.

Uitgangspunt is dat vrijkomende bebouwing opnieuw gebruikt kan worden voor een nieuwe functie. Wel gelden, zoals eerder aangegeven voor elke nieuwe functie ook specifieke voorwaarden.

4.5.7 Overige opmerkingen

Het vergunningenstelsel voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Voor de daarvoor in aanmerking komende (dubbel)bestemmingen en gebiedsaanduidingen is, afhankelijk van de te beschermen belangen, aangegeven voor welke werken en/of werkzaamheden een aanlegvergunning is vereist. Door het verlangen van een aanlegvergunning kan mogelijke aantasting van waardevolle gebiedskenmerken door het uitvoeren van die werken en werkzaamheden worden voorkomen. Bij het beoordelen van een aanvraag om een aanlegvergunning dient een afweging plaats te vinden tussen de (voornamelijk agrarische) belangen welke gediend zijn bij het uitvoeren van de vergunningplichtige activiteiten enerzijds en de effecten daarvan op natuur, landschap en cultuurhistorie anderzijds; de waarden daarvan mogen niet onevenredig worden aangetast.

In de toekenning van het vergunningenstelsel voor het uitvoeren van een werkzaamheden aan de te onderscheiden bestemmingen spelen de volgende belangen een rol:

de werken en/of werkzaamheden houden verband met de bestemmingsomschrijving

van het betreffende artikel;

de werken en/of werkzaamheden vragen om een nadere beoordeling, omdat inbreuk op de bescherming van de bestaande en potentiële waarden in relatie tot de functie en het gebruik van de gronden in de bestemming, niet is uit te sluiten.

Er is niet altijd een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden nodig. De regels bevatten een uitzondering voor een aantal situaties, waarin het zonder meer is toegestaan de hierna genoemde werken en/of werkzaamheden uit te voeren. Het gaat om de volgende situaties:

activiteiten behorende bij het normale onderhoud, gebruik en beheer;

activiteiten die op het moment van inwerkingtreding van het plan in uitvoering waren of konden worden uitgevoerd krachtens een vóór dat tijdstip geldende of

aangevraagde vergunning.

Een vergunningplicht ter bescherming van waardevolle gebiedskenmerken geldt in ieder geval voor gronden met de bestemmingen en gebiedsaanduidingen:

Bestemmingen:

Agrarisch;

Agrarisch met waarden - landschapswaarden, waarbij de waarden nader zijn gespecificeerd in de volgende dubbelbestemmingen: Hoogspannings- verbinding', 'Leiding - Riool' , 'Leiding - Water' en 'Waarde - Archeologie', onderverdeeld in drie afzonderlijke regelingen 1 tot en met 3 en 'Waterstaat - Waterkering'.

In document 1.2 Doel van de actualisering (pagina 110-114)