Belastingreglement: Activeringsheffing
Artikel 6: Algemene bepalingen betreffende de inkohiering, vestiging, invordering en de bezwaarprocedure van de belasting
§1. De belasting zal geschieden bij wijze van een kohier overeenkomstig de bepalingen en voorschriften van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, gewijzigd door de decreten van 28 mei 2010 en 17 februari 2012.
§2. De belasting moet worden betaald binnen de twee maanden vanaf de datum van verzending van het aanslagbiljet. De bepalingen inzake de verwijl- en
moratoriuminteresten zijn op deze belasting van toepassing zoals vermeld in het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992.
§3. De belastingschuldige kan een bezwaar indienen conform de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 en latere wijzigingen. Het bezwaarschrift moet gemotiveerd en met redenen omkleed zijn en schriftelijk worden ingediend bij het College van Burgemeester en Schepenen.
Het bezwaarschrift moet, op straffe van verval, worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of van de kennisgeving van de aanslag.
§4. Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008, en zijn latere wijzigingen, zijn de bepalingen van titel VII, (vestiging en invordering van de belastingen) hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 tot en met 9bis (aanslagtermijn, rechtsmiddelen, invordering van de
belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriumintrest; rechten en voorrechten van de schatkist,) van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen.
Artikel 7: Inwerkingtreding
§1. Dit belastingreglement treedt in werking vanaf 1 januari 2020.
§2. De toezichthoudende overheid wordt van de bekendmaking van dit besluit op de hoogte gebracht overeenkomstig artikel 330 van het decreet lokaal bestuur.
31 2020_GR_00473 Financiën - belastingreglement opcentiemen
milieuheffingen - vaststelling aanslagjaren 2021-2025.
GOEDGEKEURD
Notulen stemresultaten
De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.
Beschrijving
Aanleiding en contextDe stad Brugge vestigt jaarlijks opcentiemen op de door OVAM geïnde milieuheffingen ingesteld door het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (=Materialendecreet).
Voor het aanslagjaar 2020 werd het aantal opcentiemen door de gemeenteraad vastgesteld op 20. Op voorstel van de bevoegde schepen dient het belastingreglement opnieuw vastgesteld te worden.
Het belastingreglement dient bijgevolg door de gemeenteraad goedgekeurd te worden.
Motivatie
De financiële toestand van de stad vergt de invoering van alle rendabele belastingen en de noodzaak om het budget in evenwicht te houden.
De gemeenten kunnen op grond van artikel 65 van het Materialendecreet opcentiemen heffen op de door de OVAM geïnde milieuheffingen. Het betreft de voor de op het grondgebied gelegen heffingsplichtige inrichtingen en de gemeenten kunnen voor de inning een beroep doen op OVAM voor zover de opcentiemen maximaal 20 bedragen.
Financiële informatie
Besluit
Bijlagen
Artikelen 44 tot en met 65 van het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen.
Artikel 65 van het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen waarbij gemeenten ertoe gerechtigd zijn een beroep te doen op de OVAM met het oog op de inning van de opcentiemen voor zover deze maximaal 20 opcentiemen bedragen.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen.
Het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017.
De artikelen 40§3, 286 , 287 en 288 van het decreet lokaal bestuur.
Geen visum noodzakelijk Motivering
Financieel advies:
Voor de jaren '21 tot en met '25 worden de ontvangsten opcentiemen milieuheffingen geboekt op AR73030000, BI002000, SRB002000, UD008
Financiële informatie • Dienstjaar: 2020 • Beleidsitem: BI002000 • Actie: SRB002000 • Rekening: 73030000 • Bestelaanvraag: - • Bedrag inclusief btw: 110.000,00 • Bedrag exclusief btw: 110.000,00
• Omschrijving: Belastingreglement opcentiemen milieuheffing 2021-2025 - vaststelling reglement.
Artikel 1
De gemeenteraad stelt het ontwerp van belastingreglement inzake de opcentiemen milieuheffingen vast en keurt het goed.
Belastingreglement:
Opcentiemen milieuheffingen
De Gemeenteraad,
Gelet op artikel 170 §4 van de Grondwet;
Gelet op artikelen 44 tot en met 65 van het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, verder het Materialendecreet genoemd;
Overwegende dat de gemeenten op grond van artikel 65 van het Materialendecreet opcentiemen kunnen heffen op de door de OVAM geïnde milieuheffingen voor de op het grondgebied van de gemeente gelegen heffingsplichtige inrichtingen en dat ze voor de inning een beroep kunnen doen op de OVAM voor zover deze maximaal 20 opcentiemen bedragen;
Gelet op het Besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen;
Gelet op artikel 1 van het Besluit van 16 oktober 1991 van de Vlaamse Regering betreffende de medewerking van de OVAM aan de inning van de gemeentelijke opcentiemen op sommige milieuheffingen;
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd;
Gelet op de artikelen 40§3, 286, 287 en 288 van het decreet lokaal bestuur;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente en de noodzaak om het budget in evenwicht te houden;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
Artikel 1
Er worden voor de aanslagjaren 2021 tot en met 2025 voor de op het grondgebied van de stad Brugge gelegen heffingsplichtige inrichtingen 20 opcentiemen geheven op de door de OVAM geïnde milieuheffingen zoals bedoeld in artikel 46,§1 en §2, van het Materialendecreet van 23 december 2011.
Artikel 2
De stad Brugge doet een beroep op de medewerking van de OVAM met het oog op de invordering van de opcentiemen.
Artikel 3
Een afschrift van deze beslissing wordt aan de OVAM overgemaakt.
Openbaar domein
32 2020_GR_00456 Openbaar domein - heraanleg Langerei (gedeelte
huisnrs. 38-46) en aanleg Bleekweide - ontwerp - wijze van gunnen - goedkeuring.
GOEDGEKEURD
Notulen
Raadslid Andries Neirynck komt tussen. Schepen Mercedes Van Volcem antwoordt.
Notulen stemresultaten
De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.
Beschrijving
Aanleiding en contextNaar aanleiding van de overname van het binnengebied Bleekweide - Stoerhuus ter hoogte van de het co-housingproject Stoerhuus en het bouwproject ‘De Blekerie’, wordt een ontwerpdossier opgemaakt voor de inrichting van deze zone.
Motivatie
Raming perceel 1: Bleekweide: € 143.681,90 (excl. btw) - € 173.855,10 (incl. btw). Raming perceel 2: Langerei : € 51.834,75 (excl. btw) - € 56.687,14 (incl. btw).
• Deel TMVW: €28.728,11
• Deel Stad Brugge: € 23.106,64 (excl. btw) - € 27.959,03 (incl. btw) Totaal perceel 1 en perceel 2: € 195.516,65 (excl. btw) - € 230.542,24 (incl. btw). Wijze van gunnen: openbare procedure.
Aan de gemeenteraad wordt het ontwerp voor de gedeeltelijke heraanleg van de Langerei (gedeelte tss. huisnrs. 38 en 46) en de aanleg van de Bleekweide voorgelegd.
Hierbij wordt rekening gehouden met de reeds goedgekeurde princiepsbeslissing (CBS nota 02137).
Aangezien er geen wijzigingen aan het dossier werden aangebracht, blijven de adviezen die voor het vorige dossier werden gegeven, van toepassing.
De werken omhelzen twee percelen: