• No results found

Aantal dossiers

In document 2018 De RVA in (pagina 54-57)

In 2018 ontving de RVA 1.877.120 dossiers. Dat be­

tekent een daling van 5,87% ten opzichte van 2017 (1.994.146 dossiers). Die daling doet zich vooral voor bij de ‘bijzondere categorieën’.

Die 1.877.120 dossiers betreffen niet alleen aanvra­

gen afkomstig van personen die voor het eerst of na een onderbreking uitkeringen aanvragen. Het gaat onder meer ook om aangiftes van wijzigingen die invloed hebben op het bedrag van de uitkering, zoals wijzigingen in de gezinssamenstelling.

De volgende tabel geeft een overzicht van de ver­

schillende types ingediende dossiers.

Tabel 2.1.2.I

Procentuele samenstelling per type ingediend dossier in 2018

Type 2018

Overgangen (wijziging van uitbetalingsinstelling

en/of van werkloosheidsbureau) 9,08%

Vrijstellingen met gevolgen voor de periodes

van werkloosheid 1,33%

Werkloosheid met bedrijfstoeslag 1,38%

Wijzigingsaangiften (gezinssamenstelling, adres,

betaalwijze ...) 10,50%

Beroepsverleden (invloed op het uitkeringsbe­

drag van bepaalde werklozen) 6,89%

Bijzondere categorieën (haven, zeevisserij, grensarbeid, diamant, beroepsopleiding, active­

ringsuitkering ...) 14,61%

Volledige werkloosheid (eerste aanvraag na ar­

beid of studies, na onderbreking van de werk­

loosheid ... en deeltijdse arbeid) 40,91%

Tijdelijke werkloosheid (werkgebrek, slecht

weer, jeugd­ en seniorvakantie onthaalouders) 15,30%

Totaal 100%

55

Toelaatbaarheid

2

Grafiek 2.1.2.I

Aantal indieningen per maand gedurende de laatste 3 jaar

250 000

Ingediend in 2016 Ingediend in 2017 Ingediend in 2018

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12

Afwerkingstermijn

De snelle betaling van de werklozen behoort tot de basisdoelstellingen van de RVA. Zo kan vermeden worden dat werklozen gedurende een periode geen inkomen hebben. De RVA wil de dossiers dus zo snel mogelijk afhandelen.

De reglementering bepaalt dat de RVA de dossiers moet behandelen binnen een termijn van één maand.

Voor 2018 werd 97,4% van de dossiers behandeld binnen de termijn van 14 dagen.

De RVA heeft bijzondere aandacht voor die dossiers waarin het risico bestaat dat de aanvragers bij de aanvang van de werkloosheidsperiode financiële moeilijkheden zouden kennen door het uitblijven van de uitkering. Op die manier wordt het risico dat zij een beroep moeten doen op het OCMW in af­

wachting van de toekenning van uitkeringen be­

perkt (zie ook punt 1.3.8 inzake de samenwerking met de OCMW’s).

Terugzendingen van onvolledige dossiers Om de werkloze zo snel mogelijk te betalen, is het wenselijk dat het aantal dossiers dat de RVA moet terugzenden wegens onvolledigheid, zo laag moge­

lijk is. Een dergelijke terugzending impliceert dat het dossier voorlopig geblokkeerd is, en heeft ook tot gevolg dat het dossier tweemaal moet worden behandeld.

Het percentage van dergelijke teruggezonden dos­

siers is ten opzichte van 2017 licht gestegen, name­

lijk van 7,5% naar 7,9%. Dat betekent dat 149.688 dossiers in 2018 tweemaal werden behandeld.

Het terugzendingspercentage van de dossiers met een eerste uitkeringsaanvraag is gestegen: 19,90%

van die dossiers moest wegens onvolledigheid wor­

den teruggezonden, tegen 16,49% in 2017. Dat dit percentage hoog blijft, is het gevolg van de com­

plexiteit van de regelgeving en het aantal gegevens dat moet worden ingediend en nagekeken.

Om het aantal terugzendingen terug te dringen, heeft de RVA de private uitbetalingsinstellingen geresponsabiliseerd. Een laag percentage terugzen­

dingen naar de lokale afdeling van een private uit­

betalingsinstelling leidt tot de toekenning van een financiële bonus in toepassing van artikel 168bis van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering. Bij het vastleggen van het percentage wordt enkel reke­

ning gehouden met terugzendingen die de uitbeta­

lingsinstelling had kunnen vermijden.

Correctheid van de afgewerkte dossiers De correctheid van de toepassing van de reglemen­

tering door de RVA wordt gecontroleerd via de prin­

cipes van de Statistical Process Control (SPC). De correctheid van de behandeling van willekeurig ge­

selecteerde dossiers wordt gemeten aan de hand van 10 verschillende elementen. Uit die SPC­

controle blijkt dat de 16 entiteiten in 2018 ge­

middeld 96,90% van de dossiers volledig correct hebben uitgewerkt.

Beslissingen tot niet-toekenning van uitkeringen Tabel 2.1.2.II geeft voor 2018 het aantal dossiers weer waarin de RVA vaststelde dat er geen recht was op uitkeringen wegens het niet vervullen van de toelaatbaarheidsvoorwaarden. Het betreft hier dus enkel beslissingen tot niet­toelating op grond

56

van het feit dat objectieve voorwaarden niet wer­

den vervuld (bv. een ontoereikend beroepsverle­

den) en geen ‘betwiste zaken’ (zie verder punt 2.3.2).

Op een totaal van 1.877.120 dossiers werd in 72.053 gevallen (3,84%) geen uitkeringen toege­

kend.

Tabel 2.1.2.II Beslissingen 2018

Totaal aantal gevallen 1. Niet­toelating

(onvoldoende arbeid/studies) 23.925 2. Niet­toelating ingevolge een onvolle­

dig of laattijdig ingediend dossier 12.010 3. Beperking van het recht van deeltijdse

werknemers 2.100

4. Niet­vergoedbaarheid 34.018

Totaal 72.053

Toelichting bij tabel 2.1.2.II

Groep 1 (onvoldoende arbeid/studies)

Het betreft hier het aantal beslissingen tot niet­toe­

lating omwille van een onvoldoende aantal arbeids­

dagen of het niet voldoen aan de voorwaarden voor de schoolverlaters.

Groep 2 (onvolledig/laattijdig ingediend dossier) Het betreft hier het aantal beslissingen tot niet­toe­

lating of van uitgestelde toelating wegens een on­

volledig of laattijdig ingediend dossier.

Groep 3 (beperking van het recht van deeltijdse werknemers)

Deze groep betreft voornamelijk de deeltijdse werknemers die niet voldoen aan de voorwaarden om het statuut van deeltijdse werknemer met be­

houd van rechten te kunnen genieten, bv. omdat hun loon het grensbedrag overschrijdt.

Groep 4 (niet-vergoedbaarheid - andere redenen) Tot deze groep beslissingen behoren:

• niet­toekenning van uitkeringen omdat de werk­

loze nog beschikt over een inkomen en omdat niet is voldaan aan de cumulatievoorwaarden (5.418 gevallen);

• niet­toekenning van uitkeringen tijdens een peri­

ode van loopbaanonderbreking of tijdskrediet of, in geval van uitkeringsaanvraag na een werkverla­

ting om zijn kinderen op te voeden of om een zelfstandige activiteit uit te oefenen, tijdens een reglementair voorziene carenzperiode (11.065 ge­

vallen);

•niet­toekenning van uitkeringen ingevolge de leeftijdsvoorwaarden en het verbod van cumula­

tie met een pensioen (14.440 gevallen);

• niet­toekenning van uitkeringen ingevolge onbe­

schikbaarheid voor de arbeidsmarkt (43 gevallen).

Het betreft hier beslissingen tot niet­toekenning van uitkeringen wegens werkverlating of ontslag wegens foutief gedrag van de werknemer;

• niet­toekenning van uitkeringen wegens verblijf in het buitenland, gevangenzetting of niet vol­

doen aan de voorwaarden inzake huisarbeid (2.461 gevallen);

•niet­toekenning van uitkeringen ingevolge ar­

beidsongeschiktheid in de zin van de wetgeving op de verplichte ziekte­ en invaliditeitsverzeke­

ring (591 gevallen).

57

Toelaatbaarheid

2

2.1.3

Bijzonder geval: toekenning van

In document 2018 De RVA in (pagina 54-57)