• No results found

Vlieghoogte 15 kilometer maximaal

10.1 Aanpak Belgische regering

In punt 5.2.2 werden de evaluatiecriteria voorgesteld die in de RfGP opgenomen zijn. Het criteria verantwoordelijk voor de economische terugvloei is het criteria ‘’Protection of essentiel security interests’’. Waarom men deze naam gebruikt wordt hieronder toegelicht. Sinds 2009 is er een nieuw reglementair kader in Europa die is omgezet in Belgische wetgeving. Hierdoor is het noodzakelijk om militaire investeringsdossiers op een andere manier te benaderen als het gaat om economische aspecten. In deze nieuwe wetgeving wordt niet meer gesproken over economische compensaties, zoals bij de F-16 het geval was, maar over nationale veiligheidsbelangen (De Kamer, 2018).

In het kader van het ACCaP-programma komt dit neer op het vragen van de Ministerraad aan de verschillende overheidsinstanties om voorstellen te formuleren voor de bescherming van de economische veiligheidsbelangen. Deze voorstellen worden door een team

bestaande uit drie leden van de FOD Economie en twee leden van Defensie beoordeeld. Elke maatregel wordt getoetst aan 5 criteria: de maturiteit, het activiteitstype, de

haalbaarheid, de uitvoeringsperiode en de invloed qua toegevoegde waarde op de Belgische economie (De Kamer, 2018).

Om in aanmerking te komen voor deze nieuwe aanpak moeten de economische

veiligheidsbelangen zogenoemde Key Enabling Technology Applications (KETA’s) zijn. Dit wil zeggen dat slechts enkele activiteiten in aanmerking komen bij de veiligheidsbelangen. Enkele van deze activiteiten zijn systemen en subsystemen voor defensie en veiligheid, voor command control communication en aanverwante ICT-activiteiten, voor geavanceerde materialen, voor training en simulatoren en voor de beveiliging van informatiesystemen. De doelstelling van deze nieuwe aanpak is om Belgische bedrijven de kans te geven om deel te nemen aan een internationale waardeketen en hiervoor te voldoen aan het wettelijk kader (De Kamer, 2018).

42 De verantwoordelijke voor het economische luik in dit dossier was toenmalig Minister van Economie Kris Peeters (CD&V). In de plenaire zitting van 25 oktober 2018 wordt de keuze van de Belgische regering toegelicht. Minister van Economie Kris Peeters geeft wat meer duiding bij het economische aspect. Tijdens de evaluatie van de offertes van zowel de F-35 als de Eurofighter kwam de F-35 als winnaar uit de bus. De maatschappelijke return zou voor de F-35 neerkomen op 3,690 miljard euro en voor de Eurofighter op 2,5 miljard euro. Minister Kris Peeters benadrukt het grote verschil tussen beide offertes en de rol die het speelde in de uiteindelijke beslissing om voor de F-35 te kiezen. Van de economische return van 3,6 miljard euro gaat 50,4 procent naar Vlaamse, 30,5 procent naar Waalse en 19,1 procent naar Brusselse bedrijven(De Kamer, 2018).

Om er voor te zorgen dat deze return ook gerealiseerd wordt zal een nieuwe organisatie opgericht worden die instaat voor de follow-up. Deze organisatie zal bestaan uit het federale niveau, de Gewesten, de Gemeenschappen en de industrie. Zij zal het effectief realiseren van die maatschappelijke return voor Belgische bedrijven opvolgen. Een belangrijk voordeel die de F-35 had is de schaal op dewelke de toestellen gebouwd worden. Wereldwijd zal er een volume van 3000 F-35’s geproduceerd worden. Hierdoor is er een groot potentieel voor de Belgische bedrijven om deel te nemen aan de productie. Een tweede groep is deelname aan de verdere ontwikkeling. Het feit dat de F-35 zich nog in het begin van zijn levensduur bevindt heeft het voordeel dat Belgische bedrijven tot 2050 à 2060 kunnen meewerken aan de verdere ontwikkeling en het onderhoud en ondersteuning.

Bedrijven kiezen vaak om niet te communiceren over militaire contracten. Toch kwam er in 2019 een persbericht uit van het Belgische bedrijf Solvay omtrent de samenwerking met Lockheed Martin, producent van de F-35. Solvay ondertekende een samenwerkingsakkoord in naam van zichzelf en verschillende Belgische bedrijven waarvan de activiteiten bestaan uit lucht- en ruimtevaarttoepassingen. In het persbericht staat uitdrukkelijk dat dit akkoord ondertekend werd in het kader van de essentiële veiligheidsmaatregelen. Het

samenwerkingsakkoord werd ondertekend door de CEO van Solvay, en de

vertegenwoordigers van Lockheed Martin, Asco Industries, Coexpair, Feronyl, Sabca, Safran Aero Boosters, Sonaca en Thales Belgium (Solvay NV, 2019). Volgens De Tijd levert Solvay na de overname van de Amerikaanse kunststoffengroep Cytec steeds meer

composietonderdelen voor de luchtvaart. Elke F-35 zou voor meer dan 1 miljoen dollar aan Solvay producten bevatten (Velden, 2018).

43 Door het feit dat de aankoop van de F-35’s 647 miljoen euro onder het geraamde budget is gebleven was er voor de Belgische regering nog ruimte om de bedrijfswereld op weg te helpen. Een bedrag van 277 miljoen euro werd vrijgemaakt voor de bedrijfswereld om ze in staat te stellen om licenties en knowhow aan te kopen die noodzakelijk zijn om deel te nemen aan het F-35 programma. Na aftrek van deze 277 miljoen euro blijft nog 369 miljoen euro over om te investeren. De regering zal dit bedrag dan ook gebruiken om een

toegangsticket aan te schaffen voor de ontwikkeling van een toekomstig Europees gevechtsvliegtuig waar Frankrijk en Duitsland naar streven (Velden, 2018).

Een belangrijke kanttekening die bij het thema van economische terugvloei dient gemaakt te worden is dat het bijzonder onvoorspelbaar en moeilijk te berekenen is. Over de

economische compensaties van de F-16 is men zeer tevreden maar experts zijn het niet eens over een concreet bedrag. Het is dan ook onmogelijk om uit te rekenen wat deze terugvloei in de toekomst zal zijn voor de F-35. Ook de verdere update en onderhoudskosten voor dit toestel zijn onmogelijk te voorspellen. Het grootste voordeel van de F-35 hierin is de grote oplage aangezien er reeds 3000 toestellen op de planning staan. Dit zal de

44