Thema: Basisrekenen vmbo-kgt12
VO-content Auteur
18 november 2016 Laatst gewijzigd
CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie Licentie
https://maken.wikiwijs.nl/57049 Webadres
Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Wikiwijs Maken is een onderdeel van Wikiwijsleermiddelenplein, hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, vergelijkt, maakt
Inhoudsopgave
Thema
Inleiding Leerdoelen Eindproduct Werkplan
Decimale getallen
Uitleg en opgaven Toets
Optellen en aftrekken
Uitleg en opgaven Toets
Vermenigvuldigen
Uitleg en opgaven LvoorL
Toets
Delen
Uitleg en opgaven LvoorL
Toets
Afronden
Uitleg en opgaven LvoorL
Toets
Schatten
Uitleg en opgaven LvoorL
Toets
Voorrangsregels
Uitleg en opgaven LvoorL
Toets
Stap 3
D-toets
D-toets
Extra opgaven
Extra opgaven 1 Extra opgaven 2 Extra opgaven 3
Extra Excel
Kennismaken met Excel
Over dit lesmateriaal
Thema Inleiding
Je hebt vast wel eens met een auto over een autosnelweg
gereden. Waarschijnlijk heb je dan wel eens bordjes met getallen zoals hiernaast langs de weg zien staan. Misschien heb je je wel eens afgevraagd waarom die bordjes er staan.
Wat betekenen de getallen op de bordjes?
Kun je aan die bordjes zien hoeveel kilometer je gereden hebt?
Kun je aan die bordjes zien hoeveel kilometer je nog moet rijden?
Om antwoord te kunnen geven op dit soort vragen, moet je kunnen rekenen met decimale getallen.
En dat ga je nu net leren in dit hoofdstuk.
Leerdoelen
Aan het eind van dit thema:
kun je optellen en aftrekken met decimale getallen;
kun je vermenigvuldigen en delen met decimale getallen;
kun je decimale getallen afronden;
weet je hoe de je de uitkomst van een opgave met decimale getallen kunt schatten;
ken je de volgorde waarin je bewerkingen moet uitvoeren.
Eindproduct
Aan het eind van het thema maak je een spel met als titel
'Bordjes langs de weg'.
Je kunt aan verschillende spellen denken, bijvoorbeeld aan een spel als triviant of ganzenbord of aan een kwartetspel, maar natuurlijk ook aan een heel ander spel. De keuze is aan jou.
In het spel dat je gaat maken moet het rekenen met decimale getallen natuurlijk wel een belangrijk rol spelen.
Het thema 'BASISREKENEN' bestaat uit een groot aantal opdrachten/oefeningen.
Het is belangrijk dat je goed bijhoudt welke opdrachten je gedaan hebt. Om je hierbij te helpen is er een werkplan gemaakt. Op dat werkplan kun je bijhouden welke onderdelen je al gedaan hebt.
Download hier het Werkplan BASISREKENEN
Decimale getallen Uitleg en opgaven
Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:
KB: Decimale getallen
Maak daarna de volgende opgaven.
Decimale getallen
kn.nu/tokgn
1
a. Hieronder zie je acht getallen.
Omcirkel de getallen met twee cijfers achter de komma.
b. Vul in groter of kleiner
is dan is dan
is dan is dan
c.
Hiernaast zie je een getallenlijn.
Welk getal hoort bij de pijl?
2
Je gaat een woordjestoets doen.
Je moet Engelse woorden vertalen.
Heb je alles goed dan krijg je een .
Voor iedere twee fouten gaat er één punt van je cijfer af.
a.
Welk cijfer krijg je als je fouten hebt?
b. Welk cijfer krijg je als je fouten hebt?
c. En welk cijfer hoort bij fouten?
3
Bekijk de getallenlijn.
a. Schrijf twee getallen op die tussen en liggen.
b. Schrijf ook twee getallen op die tussen en liggen.
c. Vul in:
ligt tussen en . is dan . is dan .
4
Hieronder zie je acht getallen.
Schrijf de acht getallen op van klein naar groot.
5
Schrijf de letter A t/m E op en zet de juiste getallen erachter.
6
Bekijk de getallenlijn.
Welk getal ligt precies in het midden tussen en ? b. Welk getal ligt precies in het midden tussen en ? c. Welk getal ligt precies in het midden tussen en ? d. Welk getal ligt precies in het midden tussen en ?
7
Je mag alleen de cijfers , en gebruiken.
Ieder cijfer mag je één keer gebruiken.
Je kunt dan bijvoorbeeld het getal maken, maar ook het getal . Probeer eens uit te zoeken hoeveel verschillende getallen je zo kunt maken?
Toets
Je sluit de paragraaf Decimale getallen af met een toets.
Na het maken van de vragen krijg je een score en kun je de gegeven antwoorden vergelijken met de goede antwoorden.
Succes!
Decimale getallen
kn.nu/kpyas
1 van 3
Je ziet vier getallen. Zet ze in volgorde van grootte.
Zet het kleinste getal bovenaan.
a. 17,9 b. 18,05 c. 18,1 d. 17,95 2 van 3
Je ziet vier getallen. Zet ze in volgorde van grootte.
Zet het kleinste getal bovenaan.
a. 8,6 b. 9,03 c. 8,54 d. 9,3 3 van 3
Welk van de volgende getallen heeft twee decimalen?
a. 2,4 b. 4,32 c. 4,043 d. 20,8
Optellen en aftrekken Uitleg en opgaven
Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:
KB: Optellen en aftrekken
Maak daarna de volgende opgaven.
Optellen en aftrekken
kn.nu/1mjt6
1
a. Vul de som of het verschil in.
is van en . is van en b. Reken uit. Gebruik eventueel een rekenmachine.
2
Je gaat naar de supermarkt.
Je koopt:
een pak melk van € een reep chocola van € een blikje cola van €
a. Welk bedrag moet je in het totaal betalen?
b.
Je betaalt met een briefje van € . Hoeveel krijg je terug?
3
a. In een schaatswedstrijd wordt op zaterdag een m en een km geschaatst.
Welke afstand schaatst een schaatser die dag in totaal?
b. Je koopt een nuts van cent en een fles cola van € . Hoeveel moet je in het totaal afrekenen?
c. Mevrouw De Vries is gram afgevallen. Eerst woog ze woog kg.
Hoeveel weegt ze nu?
4
Reken uit.
5
Vul de open plaatsen in.
6
Zoek de regelmaat op in de rij getallen.
Schrijf dan de drie volgende getallen in de rij op.
a.
b.
c.
d.
Na het maken van de vragen krijg je een score en kun je de gegeven antwoorden vergelijken met de goede antwoorden.
Succes!
Optellen en aftrekken
kn.nu/9782s
1 van 4
Bereken.
11 + 11 = _______________
44 + 12 = _______________
64 + 28 = _______________
17 + 63 = _______________
57 + 74 = _______________
2 van 4
Bereken.
1,2 + 1,1 = _______________
4,5 + 1,2 = _______________
6,3 + 2,8 = _______________
1,8 + 6,3 = _______________
2,7 + 3,4 = _______________
3 van 4
Bereken.
45 - 11 = _______________
458 - 13 = _______________
73 - 6 = _______________
655 - 27 = _______________
355 - 263 = _______________
4 van 4
Bereken.
1,6 - 1,3 = _______________
4,34 - 1,2 = _______________
7,5 - 0,6 = _______________
6,52 - 1,23 = _______________
5,3 - 2,33 = _______________
Vermenigvuldigen Uitleg en opgaven
Opgaven
Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:
KB: Vermenigvuldigen Maak de volgende opgaven.
Vermenigvuldigen
kn.nu/tbguv
1
a. Vul in:
is van en . b. Reken uit. Gebruik je rekenmachine.
2
Je gaat naar de supermarkt.
Je koopt:
pakken melk van € per stuk blikjes cola van € per stuk a. Hoe duur zijn de pakken melk samen?
b. Hoe duur zijn de blikjes cola samen?
c.
Welk bedrag moet je in het totaal betalen?
3
Verf wordt verkocht in blikken van liter.
Eén blik verf kost .
Voor het verven van een kamer heb je blikken verf nodig.
a. Hoeveel liter verf heb je nodig voor het verven van de kamer?
b. Hoeveel betaal je voor de verf die je nodig hebt?
4
Reken uit.
5
a. In een schaatswedstrijd moeten de schaatsers ronde van meter schaatsen.
Welke afstand schaatsen de schaatsers?
b. In een krat zitten flessen cola van liter. Hoeveel liter cola zit er in het totaal in het krat?
6
Zoek de regelmaat op in de rij getallen.
Schrijf dan de drie volgende getallen in de rij op.
a.
b.
LvoorL
Leerlingen voor leerlingen
Op de website www.lvoorl.nl vind je verschillende video's die door leerlingen voor leerlingen zijn gemaakt.
Hieronder staat een video die goed past bij dit thema.
Bekijk de video. Kun je de video goed volgen?
Bespreek de inhoud van de video met een klasgenoot.
Vermigvuldigen Let op:
Als je de video wilt stoppen, druk dan eerst op de stopknop en klik dan de popup weg.
Toets
Toets Vermenigvuldigen
Je sluit de paragraaf Vermenigvuldigen af met een toets.
Na het maken van de vragen krijg je een score en kun je de gegeven antwoorden vergelijken met de goede antwoorden.
Succes!
Vermenigvuldigen
kn.nu/0m4ne
1 van 2
Bereken.
3 × 12 = _______________ 4 × 70 = _______________
2 × 19 = _______________ 5 × 15 = _______________
10 × 12 = _______________ 5 × 35 = _______________
10 × 36 = _______________ 20 × 35 = _______________
40 × 7 = _______________ 30 × 25 = _______________
2 van 2
Bereken.
0,1 × 9 = _______________ 60 × 0,3 = _______________
0,2 × 2 =_______________ 0,2 × 25 = _______________
10 × 3,2 = _______________ 0,2 × 55 = _______________
10 × 8,4 = _______________ 0,6 × 1,5 = _______________
40 × 0,7 = _______________ 0,4 × 5,5 = _______________
Delen
Uitleg en opgaven
Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:
KB: Delen
Voor het maken van de volgende opgaven heb je het Werkblad Delen nodig.
Delen
kn.nu/6pcgn
1
a. Vul in:
is van en . b.
2
Je gaat naar de supermarkt.
Je koopt pakken melk.
Je moet afrekenen.
Hoe duur is een pak melk?
3
Met liter verf kun m schillderen.
Je moet een muur van m schilderen.
Hoeveel liter verf heb je nodig?
4
Reken uit.
5
Vul de open plaatsen in.
6
a. Een van de afstanden tijdens het EK schaatsen is de m.
De rondjes die de schaatsers schaatsen zijn m.
Hoeveel rondjes duurt de meter?
b. Een automobilist rijdt in minuten van Zutphen naar Amsterdam.
De afstand van Zutphen naar Amsterdam is km.
Hoeveel km rijdt de automobilist per minuut?
Hoeveel km is dat per uur?
7
Horizontaal a
c d e
Verticaal a b
LvoorL
Leerlingen voor leerlingen
Op de website www.lvoorl.nl vind je verschillende video's die door leerlingen voor leerlingen zijn gemaakt.
Hieronder staat een video die goed past bij dit thema.
Bekijk de video. Kun je de video goed volgen?
Bespreek de inhoud van de video met een klasgenoot.
Wanneer is een getal deelbaar door drie Let op:
Als je de video wilt stoppen, druk dan eerst op de stopknop en klik dan de popup weg.
Toets
Je sluit de paragraaf Delen af met een toets.
Na het maken van de vragen krijg je een score en kun je de gegeven antwoorden vergelijken met de goede antwoorden.
Delen
kn.nu/4tlu6
1 van 2
Bereken.
24 : 2 = _______________ 420 : 7 = _______________
48 : 6 = _______________ 77 : 11 = _______________
30 : 10= _______________ 777 : 7 = _______________
120 : 10= _______________ 75 : 25 = _______________
42 : 7 = _______________ 175 : 25 = _______________
2 van 2
Bereken.
84 : 10 = _______________ 8 : 10 = _______________
15 : 2 = _______________ 55 : 2 = _______________
7,5 : 5 = _______________ 0,5 : 5 = _______________
21 : 4 = _______________ 7 : 4 = _______________
9 : 6 = _______________ 21 : 6 = _______________
Afronden
Uitleg en opgaven
Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:
KB: Afronden
Maak daarna de volgende opgaven.
Afronden
kn.nu/ta1l7
1
a. Rond af op een geheel getal.
3,2 wordt _______________
3,6 wordt _______________
3,5 wordt _______________
b. Rond af op twee cijfers achter de komma.
22,334 wordt _______________ 8,5604 wordt _______________
22,339 wordt _______________ 8,5683 wordt _______________
22,335 wordt _______________ 8,5649 wordt _______________
2
Irene heeft 3 cijfers voor Engels gehaald: 6,5 en 7 en 4 Alle cijfers tellen even zwaar.
Op het rapport worden alleen gehele getallen gegeven.
Welk cijfer krijgt Irene voor Engels op haar rapport?
_______________
3
Joost gaat met zijn vader op de fiets van Amsterdam naar Breda.
De afstand van Amsterdam naar Breda is 110 km.
Ze rijden gemiddeld 15 kilometer per uur.
Hoeveel uur doen ze over de fietstocht?
Rond af op een geheel aantal uren.
_______________ uur
4
a. Rond af op een geheel getal.
12,49 wordt _______________ 14,09 wordt _______________
b. Rond af op één cijfer achter de komma.
12,49 wordt _______________ 14,09 wordt _______________
5
Reken uit.
Rond het antwoord af op twee cijfers achter de komma.
26 : 3 wordt _______________ 5 : 6 wordt _______________
75 : 7 wordt _______________ 227 : 11wordt _______________
6
a. Bereken het gemiddelde van de proefwerkcijfers 5,4 6,2 8,5 en 2,8.
Rond het antwoord af op een geheel getal.
_______________
LvoorL
Leerlingen voor leerlingen
Op de website www.lvoorl.nl vind je verschillende video's die door leerlingen voor leerlingen zijn gemaakt.
Hieronder staat een video die goed past bij dit thema.
Bekijk de video. Kun je de video goed volgen?
Bespreek de inhoud van de video met een klasgenoot.
Afronden Let op:
Als je de video wilt stoppen, druk dan eerst op de stopknop en klik dan de popup weg.
Toets
Je sluit de paragraaf Afronden af met een toets.
Na het maken van de vragen krijg je een score en kun je de gegeven antwoorden vergelijken met de goede antwoorden.
Succes!
Afronden
kn.nu/hy73q
1 van 4
Rond af op een geheel getal.
Vul de antwoorden in.
2,4 wordt _______________
5,5 wordt _______________
1,43 wordt _______________
17,76 wordt _______________
2 van 4
Rond af op twee cijfers achter de komma.
Vul de antwoorden in.
2,446 wordt _______________
6,007 wordt _______________
4,0456 wordt _______________
7,6755 wordt _______________
3 van 4
Op je rapport krijg je alleen gehele getallen.
Je hebt voor wisunde een 8,7 en een 4 gehaald.
Beide cijfers tellen even zwaar.
Welk cijfer krijg je op je rapport? _______________
4 van 4
Op je rapport krijg je alleen gehele getallen.
Je hebt voor geschiedenis de volgende cijfers gehaald: 5,6, 6,9 en 4,1.
De drie cijfers tellen even zwaar mee.
Welk cijfer krijg je op je rapport? _______________
Schatten
Uitleg en opgaven
Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:
KB: Schatten
Maak daarna de volgende opgaven.
Schatten
kn.nu/fhb3x
1
a. Vul in:
Je wilt de uitkomst schatten van . Met kun je makkelijker rekenen dan met . Met kun je makkelijker rekenen dan met .
Dus en .
b. Vul in:
en
en
2
Bekijk de kaart van de pizzeria Bella Italia.
Aan een tafel zitten drie mensen te eten.
Ze bestellen alle drie een voorgerecht, een hoofdgerecht en een nagerecht.
Hebben ze bij het afrekenen genoeg aan € ,-? Leg je antwoord uit.
3
Irma moet voor school een boek van bladzijden lezen.
Na minuten lezen heeft ze bladzijden gelezen.
Schat hoeveel minuten ze in het totaal bezig is met het lezen van het boek.
4
Maak een schatting van de uitkomst van de volgende opgaven.
Gebruik geen rekenmachine.
5
Bekijk de tekening.
Hoe hoog schat je één verdieping?
Hoe hoog schat je de hele flat?
LvoorL
Leerlingen voor leerlingen
Op de website www.lvoorl.nl vind je verschillende video's die door leerlingen voor leerlingen zijn gemaakt.
Hieronder staat een video die goed past bij dit thema.
Bekijk de video. Kun je de video goed volgen?
Bespreek de inhoud van de video met een klasgenoot.
Schatten
Toets
Je sluit de paragraaf Schatten af met een toets.
Na het maken van de vragen krijg je een score en kun je de gegeven antwoorden vergelijken met de goede antwoorden.
Succes!
Schatten
kn.nu/gm25u
1 van 7
Welk antwooord ligt het dichtst in de buurt van de uitkomst volgende som.
161 + 88 ? ...
a. 240 b. 250 c. 260 d. 270 2 van 7
Welk antwooord ligt het dichtst in de buurt van de uitkomst volgende som.
149,8 + 21,2 ? ...
a. 160 b. 170 c. 180 d. 190 3 van 7
a. 210 b. 220 c. 225 d. 230 4 van 7
Welk antwooord ligt het dichtst in de buurt van de uitkomst volgende som.
26 x 8 ? ...
a. 170 b. 200 c. 230 d. 260 5 van 7
Welk antwooord ligt het dichtst in de buurt van de uitkomst volgende som.
10,5 x 19 ? ...
a. 190 b. 200 c. 210 d. 220 6 van 7
Welk antwooord ligt het dichtst in de buurt van de uitkomst volgende som.
39,85 x 25 ? ...
a. 90 b. 100 c. 900 d. 1000 7 van 7
Bekijk de menukaart.
Aan een tafeltje zitten drie personen.
Ze bestellen alle drie een voorgerecht en een hoofdgerecht.
Schat hoeveel de drie mensen samen moeten afrekenen. € _______________
Voorrangsregels Uitleg en opgaven
Uitleg en opgaven
Bestudeer uit de Kennisbank wiskunde het onderdeel:
KB: Voorrangsregels
Maak daarna de volgende opgaven.
Voorrangsregels
kn.nu/8ud35
1 Vul in.
a.
Reken eerst uit:
Dus:
b. ( )
Reken eerst uit:
Dus: ( ) c.
Reken eerst uit:
Dus:
d.
Reken eerst uit:
Dus:
2
Evert brengt folders rond.
Hij verdient hiermee ,- per week.
Evert krijgt ,- zakgeld per week.
Evert spaart al het geld dat hij verdient/krijgt.
Hoeveel spaart Evert per jaar? Schrijf de berekening op.
3
Reken uit. Doe de opgaven eerst zonder rekenmachine.
Controleer je antwoorden met je rekenmachine.
( )
( )
4
Reken uit.
( )
( )
( ) ( )
5
Bekijk de kaart.
Aan een tafel zitten mensen.
Hoeveel moeten ze samen afrekenen.
6
Flippo’s zijn rondjes met daarop vier getallen.
De bedoeling is dat je met de vier getallen op de flippo de uitkomst 24 maakt.
Je mag optellen, aftrekken, vermenigvuldigen of delen. Je moet wel alle vier de getallen gebruiken. Werken met haakjes mag.
Hier zie je drie flippo’s.
Lukt het je om met de getallen 24 als uitkomst te maken?
Flippo : Flippo : Flippo :
LvoorL
Leerlingen voor leerlingen
Op de website www.lvoorl.nl vind je verschillende video's die door leerlingen voor leerlingen zijn gemaakt.
Hieronder staat een video die goed past bij dit thema.
Bekijk de video. Kun je de video goed volgen?
Bespreek de inhoud van de video met een klasgenoot.
Volgorde van bewerking Let op:
Als je de video wilt stoppen, druk dan eerst op de stopknop en klik dan de popup weg.
Toets
Toets Voorrangsregels
Je sluit de paragraaf Voorrangsregels af met een toets.
Voorrangsregels
kn.nu/cda61
1 van 4
Bereken.
2 + 17 – 8 = _______________
13 – 6 + 14 = _______________
1 × 5 + 3 = _______________
3 + 5 × 3 = _______________
43 – 5 × 2 = _______________
2 van 4
Bereken.
10 : 5 + 7 = _______________
5 × 6 : 3 = _______________
28 : 7 - 3 = _______________
15 + 20 : 5 = _______________
46 – 20 : 2 = _______________
3 van 4
Bereken.
32 – (19 + 7) = _______________
(36 - 3) : 3 = _______________
4 × (4 + 1) = _______________
33 : (3 × 1) = _______________
(14 - 5) × 3 = _______________
4 van 4
Hieronder zie je vier berekeningen.
Twee berekeningen zijn goed.
Vink de goede berekeningen aan.
a. 8 - 2 x 3 = 18 b. (8 - 2) x 3 = 18 c. 8 - (2 + 3) = 9 d. 8 - 2 + 3 = 9
Thema-opdracht Vooraf
Lees voor je begint de werkwijzer een keer helemaal door.
Tijd
Voor de afronding van het thema heb je ongeveer 2 lesuren nodig. Een deel van de afronding (stap 1) doe je alleen. Het maken van het spel mag je alleen of met z'n tweeën doen.
Benodigheden
Papier, potlood en rekenmachine.
(Kleur)potloden, stiften, schaar, lijm, karton, plakband, ... voor het maken van het spel.
Stap 1
Je gaat straks een spel maken met als titel 'Bordjes langs de weg'. Voordat je dat gaat doen, ga je eerst een aantal vragen over die bordjes langs de weg beantwoorden.
Klik op de link hieronder om het werkblad met de vragen te gaan:
Werkblad Bordjes langs de weg
Stap 2
Je gaat allleen of samen met een klasgenoot aan de slag met het maken van een spel met als titel ' Bordjes langs de weg'.
Klik eerst op de volgende en lees wat er over het maken van een spel staat in de gereedschapskist:
Spel
je mag natuurlijk ook een heel ander spel bedenken.
Stap 3
Maak het speelbord en/of de kaarten die je nodig hebt om het spel te spelen.
Schrijf ook de spelregels op.
Speel het spel een aantal keer. Laat het spel ook door een aantal klasgenoten spelen.
Lees nu de beoordelingscriteria door.
Pas het spel eventueel nog iets aan.
Tevreden? Laat het spel dan beoordelen door je docent.
D-toets D-toets
Je sluit het thema Basisrekenen af met de eindtoets.
Succes!
Basisrekenen
kn.nu/9bpx6
1 van 14
Je ziet vier getallen. Zet ze in volgorde van grootte.
Zet het kleinste getal bovenaan.
a. 8,1 b. 8,05 c. 7,9 d. 7,95 2 van 14
Je ziet vier getallen. Zet ze in volgorde van grootte.
Zet het kleinste getal bovenaan.
a. 15,15 b. 15,3 c. 15,1 d. 15,45 3 van 14
Bereken:
1,5 + 1,4 = _______________
4,36 + 1,1 = _______________
7,6 + 0,8 = _______________
6,57 + 1,27 = _______________
7,9 + 4,38 = _______________
4 van 14
Bereken:
2,7 - 1,2 = _______________
4,53 - 1,3 = _______________
7,4 - 0,6 = _______________
6,52 - 1,3 = _______________
5,3 - 2,33 = _______________
5 van 14
Bereken:
0,1 x 6 = _______________
10 x 3,3 = _______________
10 x 0,8 = _______________
0,2 x 25 = _______________
0,7 x 1,5 = _______________
6 van 14
Bereken:
84 : 10 = _______________
35 : 2 = _______________
5,5 : 5 = _______________
41 : 4 = _______________
24,5 : 7 = _______________
7 van 14
Rond het getal af op twee cijfers achter de komma.
2,446 wordt _______________
5,007 wordt _______________
4,0456 wordt _______________
7,6755 wordt _______________
Je hebt voor wiskunde een 8, een 7 en een 5 gehaald.
De drie cijfers tellen even zwaar.
Welk cijfer krijg je op je rapport?
a. 5 b. 6 c. 7 d. 8 9 van 14
Op je rapport krijg je alleen gehele getallen
Je hebt voor geschiedenis de volgende cijfers gehaald: 6,6, 6,9 en 3,1.
De drie cijfers tellen even zwaar.
Welk cijfer krijg je op je rapport?
a. 3 b. 4 c. 5 d. 6 10 van 14
Schat het antwoord.
Klik op het antwoord dat het dichtst in de buurt ligt.
24 x 8,5 = ...
a. 170 b. 200 c. 230 d. 260 11 van 14
Schat het antwoord.
Klik op het antwoord dat het dichtst in de buurt ligt.
9,5 x 19,3 = a. 190 b. 200 c. 210 d. 220 12 van 14
Schat het antwoord.
Klik op het antwoord dat het dichtst in de buurt ligt.
2498 : 2,5 =
a. 90 b. 100 c. 900 d. 1000 13 van 14
Bereken:
2 + 18 - 7 = _______________
13 - 4 + 12 = _______________
1 x 5 + 1 = _______________
4 + 7 x 1 = _______________
42 - 7 x 2 = _______________
14 van 14
Bereken:
32 - ( 16 + 7 ) = _______________
( 30 - 3 ) : 3 = _______________
5 x ( 5 + 2 ) = _______________
66 : ( 6 x 1 ) = _______________
( 11 - 6 ) x 1 = _______________
Extra opgaven Extra opgaven 1
Maak de volgende opgaven.
Basisrekenen
kn.nu/3c2nh
1
Bekijk de getallenlijn.
Welk getal hoort bij de pijl?
2
Bekijk de getallenlijn.
Neem de letters a t/m e over op en zet de juiste getallen erachter.
3
Bekijk de getallenlijn.
a. Welk getal ligt precies in het midden tussen en ? b. Welk getal ligt precies in het midden tussen en ? c. Welk getal ligt precies in het midden tussen en ?
4
Je ziet zeven getallen.
Schrijf de zeven getallen op van klein naar groot.
5
Vul in de som of het verschil.
is van en is van en
6
Reken uit. Gebruik geen rekenmachine.
7
Vul de open plaatsen in.
8
In de schoolkantine kun je van alles kopen.
Je koopt:
een Mars van € een blikje cola van € een broodje gezond van €
Je betaalt met een briefje van € ,-.
Hoeveel krijg je terug?
9
Reken uit.
Probeer het zonder rekenmachine.
10
Vul de open plaatsen in.
Extra opgaven 2
Maak de volgende opgaven.
Basisrekenen
kn.nu/8zjc2
1 a.
Je beltegoed is minuten per maand.
Je belt een half uur.
Hoeveel belminuten heb je nog over?
b. De film kost € , een cola kost € en een zakje chips € . Wat kost een avondje bioscoop?
2
Je ziet vier keer een rij getallen.
Zoek de regelmaat op in de rij getallen.
Schrijf daarna de volgende getallen op.
a.
b.
c.
d.
3
Vul in quotiënt of product.
is het van en is het van en
4
Reken uit.
Probeer het zonder rekenmachine.
5
Reken uit.
Probeer het zonder rekenmachine.
Probeer het zonder rekenmachine.
7
Reken uit.
Probeer het zonder rekenmachine.
8
Bekijk de getallenlijn.
a. Rond af op een geheel getal.
wordt wordt wordt
b. Rond af op decimalen.
wordt wordt
wordt wordt
wordt wordt
wordt wordt
9
Reken uit.
Rond het antwoord af op twee decimalen.
Maak de volgende opgaven.
Basisrekenen
kn.nu/rb09j
1
a. Je hebt de volgende proefwerkcijfers behaald: 6,5 6,8 4,2 8,3 5,7 . Bereken je gemiddelde. Rond af op een geheel getal.
wordt
b. Je hebt de volgende proefwerkcijfers behaald: 7,7 7,8 7,1 5,3 7,7 . Bereken je gemiddelde. Rond af op een geheel getal.
2
Achmed gaat met de scooter van Utrecht naar Amsterdam.
Hij rijdt gemiddeld km per uur.
Zoek bij Google Maps de routebeschrijving tussen de steden.
a. Hoeveel kilometer is de reis? Kies de kortste route.
Rond af op een geheel aantal kilometers.
b. Hoe lang duurt de reis?
Rond af op een geheel aantal minuten.
3
Ga naar Google Maps Klik op routebeschrijving.
Tik bij A Amsterdam in en bij B Groningen.
Klik op routebeschrijving.
a. Wat is de afstand van Amsterdam naar Groningen met de fiets, zonder gebruik te maken van de veerboot?
Rond af op een geheel aantal kilometers.
b. Hoe lang doe je volgens de site met de fiets over de reis?
Rond af op een geheel aantal uren.
c. Bereken met behulp van de antwoorden op vraag a en b de gemiddelde snelheid per uur.
4
De afstand tussen Den Haag en Utrecht is km.
a. Schat de afstand tussen Utrecht en Bodegraven.
b. Schat de afstand tussen Utrecht en Arnhem.
c. Schat de afstand tussen Bodegraven en Arnhem.
5
Hiernaast zie je een foto van de Euromast in Rotterdam.
De toren is meter hoog.
Schat op welke hoogte het restaurant zich bevindt?
6
Bij rekenen gelden voorrangsregels. Ken je ze nog?
Reken de volgende sommen uit.
( )
( )
( ) ( ) ( )
7
Reken uit.
Probeer het zonder rekenmachine.
( )
( )
( ) ( )
( )
8
Paul moet voor een schoolopdracht een boek lezen.
Het boek heeft bladzijden.
Na minuten heeft Paul bladzijden gelezen.
Schat hoeveel uur Paul ongeveer met het boek bezig is.
9
“In Afrika lijden veel kinderen aan een ernstige ziekte.
Met de juiste medicijnen kan een ziek kind genezen worden.
Voor één kind zijn de kosten van deze medicijnen € per dag.”
Laat met een berekening zien dat voor één ziek kind de kosten van de medicijnen afgerond € ,- per jaar zijn.
Extra Excel
Kennismaken met Excel
Omdat Excel een rekenprogramma is en omdat dit eerste thema een rekenthema is ga je kennismaken met het programma Excel.
Download het practicum Kennismaken met Excel.
Sla het bestand op op een plaats waar je ze gemakkelijk terug kunt vinden.
Open het pdf-bestand.
Werk de opdrachten in het bestand stap voor stap door.
Klaar?
Je hoort van je docent hoe het ingevulde werkblad wordt nagekeken.
Over dit lesmateriaal
Colofon
Het thema 'Basisrekenen' is ontwikkeld door auteurs en medewerkers van StudioVO.
Fair Use
In de Stercollecties van StudioVO wordt gebruik gemaakt van beeld- en filmmateriaal dat
beschikbaar is op internet. Bij het gebruik zijn we uitgegaan van fair use. Meer informatie: Fair use
Mocht u vragen/opmerkingen hebben, neem dan contact op via de helpdesk VO-content.
Auteur VO-content
Laatst gewijzigd 18 november 2016 om 11:15
Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons
Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde licentie vrij bent om:
het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.
Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie
Aanvullende informatie over dit lesmateriaal
Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:
Leerniveau VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 1; VMBO theoretische leerweg, 1;
VMBO gemengde leerweg, 1;
Leerinhoud en doelen
Rekenen/wiskunde; Getallen en variabelen; Rekenen met getallen;
Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld
Trefwoorden leerlijn, rearrangeerbare, vo-content
Gebruikte Wikiwijs Arrangementen
content, VO. (2015). Afronden vmbo-kgt12. https://maken.wikiwijs.nl/57054/Afronden_vmbo_kgt12 content, VO. (2015). Decimale getallen vmbo-kgt12.
https://maken.wikiwijs.nl/57050/Decimale_getallen_vmbo_kgt12
content, VO. (2015). Optellen en aftrekken vmbo-kgt12.
https://maken.wikiwijs.nl/57051/Optellen_en_aftrekken_vmbo_kgt12
content, VO. (2015). Schatten vmbo-kgt12. https://maken.wikiwijs.nl/57055/Schatten_vmbo_kgt12 content, VO. (2015). Vermenigvuldigen vmbo-kgt12.
https://maken.wikiwijs.nl/57052/Vermenigvuldigen_vmbo_kgt12 content, VO. (2015). Voorrangregels vmbo-kgt12.
https://maken.wikiwijs.nl/57056/Voorrangregels_vmbo_kgt12