• No results found

Vraag nr. 180 van 4 mei 2001 van de heer JOS BEX

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 180 van 4 mei 2001 van de heer JOS BEX"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 180 van 4 mei 2001

van de heer JOS BEX

M e d i s ch Centrum A a r s chot – Erkenning CT-s c a n-ner

Het Medisch Centrum Aarschot (MCA) is juri-disch een onderdeel van de VZW AZ Heilig Hart Ti e n e n , en maakt zowel inzake beheer als medi-sche raad en organisatie deel uit van het algemeen Ziekenhuis Tienen (AZ Ti e n e n ) . Er vinden polikli-nische activiteiten plaats, en het centrum was van 1990 tot 1998 betrokken in een proefproject met betrekking tot daghospitalisatie en werd vanaf 1998 erkend voor chirurgische daghospitalisatie. Volgens de bestaande wetgeving kan er per verzor-gingsinstelling maar één erkenningsnummer wor-den toegekend voor één dienst Medische Beeld-vorming.

Bij ministerieel besluit (MB) van 13 januari 2000 werd door de minister een erkenning verleend voor een dienst Medische Beeldvorming, w a a r v o o r een transversale axiale tomograaf staat opgesteld in het fusieziekenhuis AZ Heilig Hart, voor de pe-riode 1 januari 1998 tot en met 30 juni 2002.

In het MB wordt gesteld dat een tomograaf is op-gesteld op campus Sint-Jan en op campus Mariën-d a l . Van campus Sint-Elisabeth in Aarschot kon toen geen sprake zijn, aangezien de officiële erken-ning van deze campus als chirurgisch dagzieken-huis pas later inging.

De beperkte kamer van het Rijksinstituut voor Z i e k t e- en Invaliditeitsverzekering heeft een in-breuk op artikel 4 van de nationale overeenkomst niet in aanmerking genomen in een beslissing van 26 september 2000, omdat het MCA juridisch en organisatorisch een onderdeel vormt van de V Z W Heilig Hart Ti e n e n . De beroepskamer anderzijds besliste op 15 februari 2001 tot terugvordering van C T-scannerprestaties (computertomografie) door het MCA , omdat het centrum geen identificatie-nummer heeft.

Vanuit medisch standpunt zijn er voldoende argu-menten om de noodzaak van de CT-scanner in het M CA te bevestigen. Vooral de huisartsen van de regio benadrukken dit.

Wordt de erkenning van de dienst Medische Beeld-vorming van het AZ Heilig Hart uitgebreid tot het Medisch Centrum Aarschot ? Welke beslissing is er terzake genomen ?

Antwoord

Bij ministerieel besluit van 30 november 1999 werd aan het Algemeen Ziekenhuis Heilig Hart V Z W in Tienen een erkenning verleend voor de functie chirurgische daghospitalisatie in A a r s c h o t , c a m p u s S i n t-E l i s a b e t h , vanaf 5 oktober 1998 tot en met 30 juni 2002.

Op 13 januari 2000 werd aan de voorziening een erkenning verleend voor de dienst Medische Beeldvorming met CT-scan in het Algemeen Zie-kenhuis Heilig Hart, campus Mariëndal en campus Sint-Jan, beide in Tienen.

Inzake de wetgeving van toepassing op de diensten Medische Beeldvorming met CT-scan werd op 20 november 2000 aan de federale ministers Fr a n k Vandenbroucke en Magda A e l v o e t , beiden be-voegd voor Gezondheidszorg, een vraag voorge-legd naar duidelijkheid omtrent de interpretatie, met name of het al dan niet toegelaten is een C T-scan te installeren in een geïsoleerde functie daghospitalisatie.

Op 20 april 2001 werd door de federale ministers meegedeeld dat een dienst met CT-scanner mag worden opgericht in een functie chirurgische dag-hospitalisatie indien de functie erkend is als zie-kenhuisfunctie van een algemeen ziekenhuis onder hetzelfde erkenningsnummer als het ziekenhuis, onder hetzelfde beheer en dezelfde directie func-t i o n e e r func-t , eenzelfde medische raad heeffunc-t, e n z o v o o r func-t , en op voorwaarde dat voldaan is aan alle erken-ningsnormen waaraan een dienst Medische Beeld-vorming met CT-scanner moet beantwoorden. Ingevolge de publicatie van het KB van 7 novem-ber 2000 tot wijziging van het KB van 31 mei 1989 houdende nadere omschrijving van de fusie van ziekenhuizen en van de bijzondere normen waar-aan deze moeten voldoen, rijst nog een juridische vraag. (KB : koninklijk besluit – red.)

Overeenkomstig dit KB dienen een aantal functies, zorgprogramma's en medisch-technische diensten zich te bevinden op één vestigingsplaats. Voor deze concentratie beschikken de ziekenhuizen over een overgangsperiode van twee jaar, hetzij vanaf datum van de ondertekening van de fusieovereenkomst, hetzij vanaf datum inwerkingtreding van het KB van 7 november 2000, dit wil zeggen vanaf 8 febru-ari 2001. Dit laatste geldt voor de ziekenhuisfusies reeds erkend vóór 8 februari 2001.

(2)

gemaakt op deze bepaling. Zij mogen worden uit-gebaat op meerdere vestigingsplaatsen, op voor-waarde dat ze op iedere vestigingsplaats aan alle erkenningsnormen beantwoorden. Dit geldt ook voor de dienst Medische Beeldvorming met C T-s c a n . Hierbij rijst de vraag of deze voorzienin-gen ook een overgangsperiode van twee jaar krij-gen om zich in orde te stellen met de betrokken normen per campus, of met ingang van 8 februari 2 0 0 1 , zijnde inwerkingtreding van het KB van 7 no-vember 2000, aan de normen per campus moeten voldoen.

Deze vraag werd voorgelegd aan minister Fr a n k Vandenbroucke en minister Magda A e l v o e t . H e t antwoord wordt nog ingewacht.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De Interministeriële Conferentie voor Mobili- t e i t , Infrastructuur en Telecommunicatie van 16 mei 2000 heeft op voorstel van de federale mi- nister besloten de opdracht van

De bevaarbare waterlopen worden ook gecon- fronteerd met zwerfvuil in de vorm van ener- zijds drijfvuil, dat via de waterloop van stroom- opwaarts wordt meegevoerd, en

In verband hiermee worden door mijn admini- stratie Land- en Tuinbouw (ALT) gesprekken gevoerd voor het aanpassen van de leerstof in de richting van duurzame land- en tuinbouw en

Deze advertentieruimte wordt in 2001 benut voor de afvalpreventiecampagne, met de nodige aandacht voor het thema papierpreventie, c o n- form de richtlijnen in de afgesloten

Hierbij wordt in meer subsidie voor- zien naarmate de gemeente een verdergaand geïntegreerd waterbeleid voert, met andere w o o r d e n , door de aanleg van een

Uit het bovenvermelde antwoord bleek ook dat de aansluitingsgraad op het openbaar riolerings- netwerk toen (raming 1990) op 60 % werd ge- schat en dat, naar 1995 toe, een

In principe kan het Vlaams hoogcalorisch afval in elk naburig land energetisch gevaloriseerd w o r d e n , op voorwaarde dat het afval wordt ver- werkt in een vergunde

Algemeen blijkt echter wel dat, naarmate een gemeente de afvalkosten meer doorrekent naar de burger (onder andere door een duurdere huisvuilzak), de burger meer