• No results found

Vraag nr. 180 van 23 mei 2001 van de heer JOHAN DE ROO

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 180 van 23 mei 2001 van de heer JOHAN DE ROO"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 180 van 23 mei 2001

van de heer JOHAN DE ROO

Integraal waterbeheer – Ondersteuning gemeenten Inzake watermanagement wensen zowel gemeen-tebesturen als particulieren, boeren en tuinders dat het beleid in blijvende steun voorziet voor een strategisch waterbeheer in hun regio. Het is een po-sitieve en onontbeerlijke evolutie dat de V l a a m s e particulieren en de land- en tuinbouwsector het be-lang van water steeds beter naar waarde schatten. Helaas worden in vele Vlaamse gemeenten en ste-den grachten vaak verwaarloosd en/of opgevuld. 1. Kan de overheid met betrekking tot het

opkui-sen van grachten optreden, teneinde overstro-mingen en verzuring van gronden tegen te gaan ? 2. Werden reeds maatregelen getroffen om ge-meenten aan te sporen initiatieven te nemen in-zake integraal waterbeheer ? Zo ja, welke ? 3. Worden hiervoor financiële middelen

uitgetrok-ken zodat gemeenten concrete acties kunnen ondernemen inzake integraal waterbeheer ? Gebeurt dit via het milieuconvenant ?

Antwoord

1. De afdeling Water van de administratie Milieu-, N a t u u r-, L a n d- en Waterbeheer heeft hierover een juridisch advies gevraagd. Zodra dit advies in mijn bezit is, zal ik niet nalaten de V l a a m s e volksvertegenwoordiger hierover te informeren. Voorlopig kan ik hem reeds de volgende infor-matie geven.

Waterlopen van de eerste, tweede en derde ca-tegorie worden beheerd door respectievelijk het g e w e s t , de provincies en de gemeenten, die istaan voor de uitvoering van de ruimings-, o n-d e r h o u n-d s- en herstellingswerken en voor n-de kosten ervan. De gemeenten staan hiervoor onder toezicht van de provincies. Voor de uit-voering van de werken aan waterlopen van de tweede en derde categorie maakt de provincie een provinciaal reglement op, dat onder andere in een jaarlijkse schouwing voorziet. De provin-ciale reglementen behoeven voor hun tenuit-voerlegging de goedkeuring van de Ko n i n g (Vlaamse regering). De provinciale reglemen-ten moereglemen-ten in overeenstemming zijn met de wet en haar uitvoeringsbesluiten.

De provinciale reglementen moeten ook rege-len bevatten betreffende de waterlopen die niet onder de gelding vallen van de wet, onder ande-re wat de ruiming, het onderhoud en de herstel-ling ervan betreft.

Dit betekent dat de Vlaamse overheid via de goedkeuring van de provinciale reglementen niet alleen greep heeft op het beleid dat de pro-vincies en de gemeenten voeren voor de gecatgoriseerde grachten, maar ook voor de niet-g e-categoriseerde grachten.

De bedding van een onbevaarbare waterloop wordt geacht toe te behoren aan het Rijk, d e provincie of de gemeente, naargelang de catego-r i e. N i e t-gecategocatego-riseecatego-rde gcatego-rachten zijn niet steeds eigendom van overheid of besturen, m a a r ook van particulieren. Voor niet-g e c a t e g o r i s e e r-de grachten zijn r-de mogelijkher-den van r-de over-heid om op te treden dus beperkter.

Wat private grachten betreft, kunnen gemeen-ten optreden in het kader van de gemeentelijke bevoegdheden inzake veiligheid. P a r t i c u l i e r e n dienen grachten zodanig te beheren dat zij geen schade toebrengen aan derden.

De instrumenten waarover de overheid op grond van de bestaande regelgeving beschikt om een goed grachtenbeleid te kunnen voeren zijn dus beperkt. Enkel via nieuwe instrumenten ( r e g e l g e v i n g, subsidies) kan een degelijk grach-tenbeleid worden gevoerd (zie vraag 2 en 3). 2 en 3. De gemeenten worden via verschillende

kanalen aangespoord om concrete acties te on-dernemen met betrekking tot integraal waterbe-h e e r, en meer bepaald rond waterbe-het waterbe-herwaarderen van grachten.

Eén hiervan is uiteraard het gemeentelijk mi-lieuconvenant 2000-2001.

In de basisovereenkomst en de optie 6 komen bijvoorbeeld de opmaak en de uitvoering van het GNOP (gemeentelijk natuurontwikkelings-plan) naar voor.

(2)

ge-bruik van water, waarin aandacht moet worden besteed aan drie aspecten :

– voorbeeldfunctie van de gemeente, – sensibilisering,

– acties naar doelgroepen toe.

Beide opties kunnen ook aanleiding geven tot het aanwerven van MINA-werkers (optie 8) in het kader van de uitvoering van voorgestelde acties (MINA : milieu- en natuur – red.). De optie 10 (geïntegreerd rioleringsbeleid) sluit nauw aan bij het integrale waterbeheer. H i e r i n wordt de subsidie geregeld voor particuliere he-m e l w a t e r p u t t e n , infiltratievoorzieningen en in-dividuele zuiveringen. Tot hiertoe hebben 237 gemeenten deze optie ondertekend en is hier-voor een bedrag van 16.733.037 frank vastge-legd.

Aangezien het huidige milieuconvenant afloopt op het einde van dit jaar, is een nieuwe overeen-komst in voorbereiding. Hierin zal "water" als afzonderlijk thema (en dus minder versnipperd) worden behandeld. Er wordt dus meer aandacht besteed aan een integrale en planmatige aan-p a k . Hierbij zal de gemeente een subsidie kun-nen verkrijgen voor het opstellen van een visie op het gemeentelijk en bovengemeentelijk wa-terbeleid en een bijbehorend actieplan, a l s o o k voor de uitvoering van sommige projecten. Ve r-der wordt in specifieke subsidies voorzien voor het uitvoeren van concrete acties.

Een andere aansporing naar gemeenten is gere-geld via het subsidiebesluit voor gemeentelijke r i o l e r i n g. Hierbij wordt in meer subsidie voor-zien naarmate de gemeente een verdergaand geïntegreerd waterbeleid voert, met andere w o o r d e n , door de aanleg van een gescheiden stelsel met maximaal behoud en herwaardering van de grachten, door het onder bepaalde voor-waarden verplichten en subsidiëren van de aan-leg van een hemelwaterput met hergebruik en/of infiltratievoorziening, door de verplichte gescheiden aanvoer van hemelwater en afvalwa-ter bij nieuwe woningen, ...

Recentelijk werd door de Vlaamse regering ook een besluit principieel goedgekeurd dat subsi-dies aan polders en wateringen mogelijk maakt voor het uitvoeren van bepaalde waterhuis-houdkundige werken. Hieronder wordt verstaan :

het opstellen van een waterhuishoudingsplan, natuurtechnische milieubouw, ...

De mogelijkheid om ook gemeenten te subsi-diëren voor dergelijke waterhuishoudkundige werken wordt geëvalueerd in het kader van de opmaak van het nieuwe milieuconvenant. E e n onderdeel van het integraal waterbeleid, n a m e-lijk de erosiebestrijding, is opgenomen in een besluit dat eveneens recentelijk principieel door de Vlaamse regering werd goedgekeurd. H i e r-door is het mogelijk subsidies uit te keren aan gemeenten voor erosiebestrijding, zodat minder sediment naar de waterloop stroomt, w a a r d o o r de overstromingskansen moeten dalen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Onlangs hebben beide Algemene Besturen van de Milieudiensten Noord-West Utrecht en Zuid-Oost Utrecht de intentie uitgesproken de milieudiensten te laten fuseren. Deze intentie is

De verbinding met de omgeving staat bij het concept centraal.’ Van de Wall: ‘We willen de omgeving naar binnen halen.’ Bij het vierde complex, dat nu in ontwikkeling is, komen naast

alle vroegere organisaties geliquideerd (dat waren er bijna drieduizend - de vrijkomende fondsen werden als regel aan Müller-Lehning, de grote liquidateur van

Wanneer u kiest voor minderwerk, kunt u geen aanspraak maken op het eerder opleveren van uw woning dan de geprognosticeerde oplevering... Hierbij dient u bij het (laten) uitvoeren

Kant – en – klare oplossingen zijn er niet – of toch niet als u op zoek bent naar een oplossing die écht werkt en dit op lange termijn. .. Wat mag u van

– Danku Koor & Stem, danku alle koren voor het aanbod – Video expertise nodig (Adobe Premiere Pro, …).. “KOORZINGEN IS SAMEN-ZINGEN”. • Geen enkele digitale oplossing komt

Het is inderdaad mijn bedoeling om middels een decretaal initiatief een Vlaams Handvest van de Werkzoekende op te stellen, met daarin de rechten van de werkzoekenden..

In deze context verwijs ik wel graag naar de activi- teiten van het Centrum voor Begaafdheidsonder- zoek (CBO), werkzaam binnen de Ufsia in een sa- menwerkingsverband met de