Vraag nr. 265 van 20 april 1998
van de heer MARC OLIVIER
Verbrandingsovens West-Vlaanderen – Metingen In bepaalde streken van de provincie We s t - V l a a n-deren wordt nog steeds een te hoge concentratie aan dioxines vastgesteld. Het is daarom belangrijk zicht te hebben op de evolutie van de laatste metingen bij verbrandingsinstallaties.
1. Welke evolutie kan worden vastgesteld inzake metingen uitgevoerd op de schouw van de ver-brandingsovens en in de onmiddellijke omge-ving van de ovens ?
2. In welke mate beantwoorden de resultaten aan de gestelde emissie- en immissienormen ? 3. Welke instanties hebben deze metingen
uitge-voerd ? Door welke laboratoria werden de rook- en verbrandingsgassen geanalyseerd ? 4. Wanneer werden de rookgaswasinstallaties
geplaatst en wanneer traden ze precies in wer-king ? Hoeveel hebben deze installaties gekost ? Over hoeveel jaar worden ze afgeschreven ? 5. Wanneer werd een elektrofilter geplaatst en
wanneer trad hij in werking ? Wat was de kost-prijs ?
Antwoord
1. Zoals blijkt uit tabel 1 als bijlage zijn de concen-traties aan dioxinen die in de rookgassen van de zes West-Vlaamse huisvuilverbrandingsinstalla-ties werden gemeten,uitgedrukt in ng TEQ/Nm3
bij 11 vol% O2, de laatste jaren en maanden
drastisch afgenomen (nanogram toxisch equiva lent per normaal kubieke meter bij M volume -percent zuurstof – red.).
2. De emissiegrenswaarde van 0,1 ng T E Q / N m3
droge rookgassen, omgerekend naar een zuur-tofpercentage van 11 volumepercent is in het Vlaams Gewest sinds 1 januari 1997 van kracht. Titel II van het Vlarem bepaalt dat voor de beoordeling van deze grenswaarde een onnauwkeurigheid van 30 % op de meetwaarde in reke -ning mag worden gebracht.
3. De uitvoerende laboratoria die instonden voor de bemonstering en/of analyse van de rookgas-sen bij de emissiemetingen, zijn aangegeven in
de tabel 1. Alle weergegeven emissiemetingen werden uitgevoerd in opdracht van de exploi-t a n exploi-t , conform de meeexploi-tverplichexploi-ting opgenomen in titel II van het Vlarem. Enkel de emissieme-tingen bij IVMO in juli 1996 werden uitgevoerd in opdracht van de afdeling Milieu-inspectie van Aminal (administratie Milieu, N a t u u r , L a n d -en Waterbeheer).
4. De gevraagde informatie over de rookgaszuive-ringsinstallaties is samengevat in tabel 2 (bijlage).
5. De gevraagde informatie over de elektrofilters is samengevat in tabel 3 (bijlage).