Vraag nr. 5
van 2 oktober 2001
van mevrouw BRIGITTE GROUWELS Brussel – Ambtelijk overleg
Voor een degelijke toepassing en uitvoering van de Vlaamse regelgeving in het tweetalige gebied Brus-s e l-HoofdBrus-stad dient er op frequente baBrus-siBrus-s overleg plaats te vinden tussen de administraties van de Vlaamse regering enerzijds en van de Vlaamse Ge-meenschapscommissie (VGC) anderzijds. Vo l g e n s de Beleidsnota Brusselse Aangelegenheden is er een Gemengde Ambtelijke Commissie Brussel. D e werkzaamheden van dit orgaan resulteren in de opmaak van rapporten, die door de regering in voortgangsrapporten worden gegoten, aldus de be-leidsnota (Stuk 145 (1999-2000) – Nr. 1 , b l z . 8 – red.).
Om tot een goed, geïntegreerd beleid voor Brussel te komen, is het noodzakelijk dat de neuzen van de twee administraties in dezelfde richting wijzen. D i t kan natuurlijk best door een dergelijk overleg. Voor elke gemeenschapsbevoegdheid die de Vlaamse regering voor het tweetalig gebied Brus-s e l-HoofdBrus-stad waarneemt, moet er op geregelde basis overleg zijn tussen de respectievelijk bevoeg-de administraties.
1. Hoe vaak is er het voorbije parlementaire werk-jaar overleg geweest tussen de twee respectieve-lijk bevoegde administraties van Cultuur, We l-zijn en Onderwijs ?
2. Bestaat de Gemengde Ambtelijke Commissie Brussel nog ?
Zo ja, wat is de huidige samenstelling ?
Heeft deze Gemengde Ambtelijke Commissie Brussel in het voorbije werkjaar nog rapporten opgemaakt ? Over welke thema's ?
Heeft de Vlaamse regering hier gevolg aan ge-geven – in de vorm van voortgangsrapporten of in een andere vorm ?
En met welk resultaat : hoe hebben die rappor-ten bijgedragen tot een betere implementatie van het Vlaamse gemeenschapsbeleid in Brus-sel ?
Zo neen, waarom niet ? En op welke manier wordt dan het overleg tussen de administraties georganiseerd ?
Antwoord
De Gemengde Ambtelijke Commissie bestaat nog, maar slechts slapend. Ik had aangekondigd dat zij in de loop van 2001 opnieuw actief zou worden. Dat gebeurde niet.
Nogal wat energie ging de eerste helft van 2001 naar de institutionele verhoudingen in Brussel, i n de eerste plaats naar de Lambermont- en Lom-b a r d Lom-b e s p e r k i n g e n , en vervolgens naar de voorLom-be- voorbe-reiding van een kerntakengesprek tussen de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeen-s c h a p Gemeen-s c o m m i Gemeen-s Gemeen-s i e. De vorige Gemengde A m b t e l i j k e Commissie had immers, onder impuls van de Vlaamse volksvertegenwoordiger, v o o r t r e f f e l i j k werd geleverd. Werk dat voor beide administraties ad hoc verder uitgewerkt diende te worden. H e t leek me wenselijk eerst een concreet voorstel uit te werken voor de taakverhouding tussen V l a a m s e Gemeenschap en Vlaamse Gemeenschapscommis-s i e, alGemeenschapscommis-s kapGemeenschapscommis-stok waaraan vervolgenGemeenschapscommis-s een aantal con-crete vragen aan de Gemengde Ambtelijke Com-missie konden worden opgehangen.
Dit betekent echter niet dat er geen overleg ge-weest zou zijn. Het is me niet mogelijk een uitput-tende opsomming te geven van de contacten die er tussen beide administraties geweest zijn, omdat het geen gestructureerd overleg betrof, maar veeleer ad hoc.
– De Coördinatiecel van de Vlaamse Gemeen-schap en de dienst Communicatie van de Vlaamse Gemeenschapscommissie werkten samen een voorstel tot afstemming van het communicatiebeleid van de Vlaamse Gemeen-schapscommissie uit.
Het voorstel werd tot tweemaal toe in de Vlaamse Gemeenschapscommissie besproken, zonder evenwel tot een consensus te komen. – Een ambtenaar van de Vlaamse
Gemeenschaps-commissie maakte deel uit van de adviesraad die in de schoot van de Vlaamse Gemeenschap de zorgverzekering uitwerkte.
Om redenen van beheersbaarheid leidde dit tot een sui generis regeling voor Brussel die slechts gedeeltelijk kan bevredigen.
De resultaten zijn daar nu al merkbaar van : een relevante stijging van het aantal trajecten voor Brussel, de erkenning van de Brusselse ei-g e n h e i d , de inteei-gratie van het vrijwilliei-gersaan- vrijwilligersaan-bod NT2 in de reguliere voorzieningen (NT2 : Nederlands Tweede Taal – red.).
– Via het convenant met de VZW Vo o r r a n g s b e-leid Brussel is er een structurele band tussen de directie Onderwijs van de Vlaamse Gemeen-schapscommissie en het departement Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap.
Die leidde zonder twijfel tot een betere coaching van de basisscholen met OVB in Brus-sel en tot een kwaliteitsverbetering van het Nederlandstalig onderwijs ( OVB : o n d e r w i j s v o o r -rangsbeleid – red.).
– De directie Financiën en Algemene Zaken van de Vlaamse Gemeenschapscommissie maakt deel van een ambtelijke werkgroep over de har-monisering van het boekhoudkundig systeem van gemeenten en OCMW's, met het oog op een betere afstemming van en controle op de fi-nanciële verrichtingen van de Vlaamse Ge-meenschapscommissie.
– De respectieve directies en diensten van de Vlaamse Gemeenschapscommissie werden nauw betrokken bij de opmaak én de imple-mentatie van de decreten op het plaatselijke en regionaal jeugdbeleid, op het lokale cultuurbe-leid en op het sportbecultuurbe-leid.
Hierin werd voor Brussel steeds een bijzonder gunstige regeling getroffen, die een stijging van de middelen koppelde aan een grote autonomie voor de Vlaamse Gemeenschapscommissie en aan nieuwe kansen voor de uitbouw van een structurele relatie met de Brusselse gemeenten. – Ad hoc overleg, vaak in gemengde vorm tussen
administraties en kabinetsmedewerkers, w e r d gehouden over : de normen voor het deeltijds kunstonderwijs (die voor Brussel erg gunstig v e r l i e p e n ) , de situatie van de buitenschoolse k i n d e r o p v a n g, de implementatie van het social-p r o f i t a k k o o r d , de gemeenschasocial-psocial-pelijke social- promo-tiecampagnes (Wonen in Brussel), g e m e e n-schappelijke publicaties (Spraakmaker), s p o r t-infrastructuur.
Een en ander leidde, zoals uit deze onvolledige lijst mag blijken, tot vrij concrete resultaten. Vo o r u i t l o-pend op de uitvoering van de Beleidsbrief Brussel 2002 wil ik hier een structureel luik aan toevoegen.
In het kader van het kerntakendebat tussen de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeen-schapscommissie worden in de beleidsbrief im-mers een aantal concrete vragen gesteld die de Ge-mengde Ambtelijke Commissie verder moet uit-w e r k e n . Het gaat daarbij niet om het opmaken van inventarissen en rapporten, maar om vrij punctuele vragen om op een aantal van de gestelde proble-men tegen juli 2002 een concreet antwoord te for-m u l e r e n . Elk van deze vragen zal door de afor-mbte- ambte-naren die op dat vlak deskundig zijn, u i t g e w e r k t moeten worden, voor een aantal thema's zelfs in een gemengd overleg moet de belangrijkste part-ners op het veld .
